RAILS.
SCHOUWING
IÏSTH1
Openbare Verkooping
22000 kilo Tramrails,
Gemeente 's-Heer Arendskerke.
Wegen Voetpaden
Slooten enz.,
op Vrijdag den 8 Mei 1885.
op Zaterdag den 16 Mei 1885,
aanbesteden:
Groote en kleine KAPITALEN
op Maandag den 11 Mei 1885,
dat de billijkheid vordert, dat de gegoeden, zoo niet
geheel, dan toch grootendeels betalen voor hetgeen zij
genieten.
Leefden wij in een tijd van algemeene vooruitgang
en welvaartstonden wij voor eene goed voorziene
rijks- en gemeentekas; dan zouden wij, onder af
keuring van alle opschroeverij er het zwijgen toe
doenmaar nu schier alle takken van handel en nij
verheid kwijnen en velen e.ne hoopelooze toekomst
tegemoet gaan, terwijl de schatkist uitgeput is en nog
zwaarder lasten ons allerwege dreigen, is het m. i.
meer dan tijd, om, vóór wij gaan uitgeven, eens ter
dege te rekenen met de ontvangsten.
Juist omdat de staat getoond heeft »de tering niet
naar de nering te kunnen zetten" zie ik met bezorg-
heid de opleiding onzer toekomstige huismoeders aan
hem toevertrouwd.
Ten slottede Redactie bekommere zich niet over
mijne te nemen ergernis. Meent zij over mij te moeten
schrijven, mij wel, alleen make zij uit mijne woorden
geene verkeerde gevolgtrekkingenmocht zij daar,
haar ondanks toe vervallen, dan hoop ik even wel
willend als thans, door haar een plaats ter verdedi
ging te worden ingeruimd,
U in deze kwestie gaarne het laatste woord gun
nende teeken ik onder dankbetuiging
UEd. Dw. Dienaar
M. DE JONGE Jz.
Een tamelijk lang, maar daarom nog niet zeer zaak
rijk artikel noemen wij het bovenstaande.
Wij kunnen het niet ontveinzen, dat de heer De
Jonge in verband met den roep, welken zijne geest
verwanten van hem hebben doen uitgaan ons erg
tegenvalt. Zal men grondig over algemeene belangen
van oeconomischen, politieken of staathuishoudkun
digen aard spreken of schrijven, dan behoort men
grondige alg meene kennis van een en ander te be
zitten. De artikelen van den heer De Jonge daaraan
toetsende, laten wij het ieder ter beoordeeling over
of de herhaling op zeker niet te nederigen toon, van
wat anderen vóór hem reeds zoo dikwijls hebben ge
zegd, aan de door de ophemeling opgewekte verwach
ting beantwoordt. Na alles wat wij daarover in onze
vorig» nos. hebben geantwoord, kunnen wij veel laten
rusten van wat de heer De J. in bovenstaand artikel zegt,
ook omtrent de, niet door ons, maar door hem zeiven
opgeworpen, quaestie van vak- en klassikaal onderwijs.
Wij geven het, na de lezing van zijne toelichting op,
den heer De J. daarvan een dragelijk denkbeeld te
doen verkrijgen.
Blijkens zijne ontboezeming: de toekomst zal leeren
hoeveel tijd er op de nieuwe school zal gebruikt worden
voor natuurwetenschappen, wiskunde enz." blijft de
heer De Jonge bedektelijk volhouden, dat er middel
baar onderwijs zal gegeven worden. Maar als de toe
komst dit nog leeren moet, deed hij dan niet beter
zijn oordeel nog wat terugtehonden 7 B. v. tot het
leerplan js vastgesteld 7 Hij kan dan zien hoeveel uren
er voor de door hem genoemde vakken worden gesteld;
maar met eenigen goeden wil zou hij nu reeds uit
de omstandigheid, dat het onderwijs in de kennis der
natuur en voor een deel ook van de wiskunde door
de dames moet gegeven worden, die de talen en al
de andere vakken moeten onderwijzen, kunnen afleiden,
dat er aan de nieuwe school een groot verschil zal
en moet zijn met eene middelbare.
Met genoegen nemen wij er nota van dat de heer
De Jonge «de noodzakelijkheid erkent van het leeren
der nieuwe talen en van het voortzetten der andere
vakken." Is hem die erkenning ernst, dan beantwoordt
de school geheel aan zijne bedoeling. Maar dan begrij
pen wij niet waarom hij de tirade over middelb. onder
wijs hier tepas brengt. De gansche oppositie is dan
ook blijkens de uitdrukking: «voor mij moet het
onderwijs christelijk zijn" in dezen weder terugte-
brengen tot het oude thema, waarop de tegenstanders
der openbare lagere school steeds, en de heer De J.
zonder nieuwe variatiën, voortredeneerenhet open
baar onderwijs en de financiën.
De tegenstanders dier school kunnen zich maar
niet «inwerken" in het denkbpeld, dat de Staat en
de gemeente voor voldoend openbaar, voor ieder toe
gankelijk, lager onderwijs te zorgen hebben en daar
mede een der eerste plichten van bestuur vervullen.
Maar die tegenstanders moesten dan eigenlijk ook geene
betrekking als Raadslid aannemen, welke hun die zorg
als een heilige plicht oplegt.
En wat is er nu van de financiën, ook weder ten
opzichte dezer school De heer De Jonge speelt met
de cijfers naar gelang hij ze voor zijn betoog noodig
heeft. Wij maakten hem opmerkzaam dat hij bij zijne
vorige berekening de Rijks-belasting' van de door hem
genoemde heeren A B en CJ had vergeten, niettegen
staande hij de Rijks-bijdrage voor het onderwijs ten
hunnen nadeele in zijne beschouwing had opgenomen.
»Is u dat ernst" vraagt hij nu. »Wat beteekent
het vier millioenste deel dier heeren in dezen" 7 Met
uw verlof, mijnheer De J., dan diendet gij ook te
spreken van het zes duizendste deel dier heeren in de
kosten die de gemeente voor de inrichting heeft. Hunne
Rijksbelasting staat in dezelfde verhouding tot de
Rijkskosten als hun Hoofd. Omslag tot de kosten der
Gemeente. Maar ook deze redeneering gaat niet op.
Immers men kan de belasting niet verdeelen over het
aantal bewoners, maar wel over het aantal belasting
schuldigen en dan krijgt men eene gansch andere
verhouding.
Maar de heer De J. vergeet hierbij nog iets. Het
genot, dat de heeren A, B en C van de school hebben
is slechts tijdelijk. De lasten echter, welke zij ook
voor deze inrichting hebben bijtedragen, duren hun
leven lang, zoolang zij in den H. O. aangeslagen zijn.
Lang vóór de heeren A, B en C, een of meer doch
ters op de school hadden, betaalden zij hun quantum
in den H. O. ook voor die school. Zij blijven dat
bedrag betalen ook nadat hunne dochters niet meer
school gaan. Ook zelfs in dat opzicht valt dus van geen
gunst meer te spreken. Rekent men de levenslange
bijdrage vooral van hoogaangeslagenen, dan blijkt dat
zij het onderwijs, zelfs naar de eischen van dhr. De
Jonge c. s. betalen en dat zij slechts, evenals ieder
op zijne beurt, gebruik maken van inrichtingen, welke
de Staat of de gemeente in het leven hebben geroepen
en die alleen kunnen bestaan omdat er zijn die hooge
belastingen kunnen betalen. De heer De Jonge is boven
dien ook in dit opzicht eenzijdig. Waarom bepaalde
hij zich juist tot de heeren A, B en C Waarom
ook niet genoemd den heer D, aangeslagen in de 24e
klasse, die dus ƒ615.15 H. O. betaalt en slechts
ééne dochter op de meisjesschool heeft 7 Ook zou hij,
zoo hij geen eenzijdige grepen deed in den toestand,
niet kunnen ontkennen, dat er meisjes school gaan,
wier ouders zeker niet onder de «rijken" worden
gerangschikt.
Is het bovendien recht, is het billijk, er een gegoede
een verwijt van te maken, dat deze tijdelijk gebruik
maakt van zekere instelling, welke hij voortdurend
helpt bekostigen, en voorbij te zien al het andere,
waartoe hij, zonder er ooit eenige vrucht van te
trekken, bijdraagt?
Wij releveerden reeds in ons vorig no. hoe het
staat met het lager onderwijs en hoewel wij nu voor-
loopig het debat over deze quaestie sluiten, zoo zijn
ons de artikelen van de heeren De Jonge en Bosdijk
welkom geweest omdat wij er gelegenheid door had
den voor velen de zaken nog eens in het ware licht
te stellen.
Inderdaad, wij hadden recht te zeggen, dat de heeren
De Jonge c. s. willens blind blijven voor het feit, dat
de meergegoeden in alle opzichten voor de minderen
betalen, en zoo er reden tot ergernis is, dan zou het
juist zijn over die telkens gehoorde valsche aantijging
van «bedeeling der gegoeden door de minderen", wat
in strijd is met de voor ieder openliggende waarheid.
Het oordeel over het middelbaar onderwijs en het
gebruik maken daarvan al of niet uitsluitend door
meergegoeden, laten wij rusten. Alleen ditzoo vooral
de kinderen van meergegoeden daarvan gebruik maken
dan is dit om dezelfde redenen als hierboven aange
geven nog volstrekt geen gunst of profiteeren ten koste
der mindergegoeden, aangezien ook in dit opzicht de^,
levenslange betaling van het daarvoor in den H. O.
voorkomend gedeelte geldt. Maar bovendien meenen
wij, dat nog altijd niet is voldaan aan de uitnoodiging
indertijd door den heer Ochtman aan den heer Quist
gedaan om zich ervan te overtuigen, dat van het mid
delbaar onderwijs ook door een groot deel der kleinere
burgers voor hun kinderen wordt gebruik gemaakt.
Wij zullen 't hierbij laten.
De heer De Jonge valt ons tegen, zeiden wij. Hij
moet ook zijnen kiezers tegenvallen, waar hij hun niets
beters weet te bezorgen dan de voortzetting van den
ouden strijd op onderwijsgebied. Bij velen is die strijd
slechts gegrond op begunstiging van het bijzonder
onderwijs. Wij hopen, dat de heer De Jonge daarvan
zijne oppositie in dezen kunne vrijhouden, maar wij
mogen hem een raad niet onthoudenRegeerders en
machthebbers behooren een kalmen, milden en onbe
vangen blik te bezitten in en voor de bevrediging van
de behoeften van all n, ook van de gegoeden, over
wie zij regeeren. En ook een raadslid moet zijne per
soonlijke neigingen en bedoelingen ten offer brengen
aan de wet, waaraan hij trouw heeft gezworen, en
aan het algemeen belang. Red.
Mijnheer de Redacteur
Nogmaals vraag ik u beleefd een plaatsje in uw
blad en dan voor 't laatst in deze quaestie. Ik zou het
er nu al bij gelaten hebben, indien ik niet bang was
dat men op mij zou toepassen «die zwijgt stemt toe."
Doch ter zake. Dhr. De Jonge zegt dat ik niet goed
heb gelezen en ook niet goed kan lezen, omdat ik in zijn
stuk heel iets anders las dan hij heeft geschreven.
Ik heb geleerd om goed te kunnen lezen, moet men,
om den schrijver goed te kunnen begrijpen, weten
onder welke omstandigheden iets geschreven is en
men moet vooral tusschen de regels door kunnen
lezenik heb eenvoudig de zinnen, die door den heer
De J., om ik weet niet welke redenen zijn wegge
laten er ingelascht. Zeker, dhr. De J. liet zich niet
uit over de lagere school, doch 't geen ik er van
schreef volgt uit zijn redeneering en daarbij komt,
dat ik de beginselen van dhr. De J. wel zoo goed ken,
dat hij tegen de staatsschool is en datloopt uit op
geen of gebrekkig onderwijs. Letten we slechts op
onze begrootingsdebatten in dit jaar gehouden en
kijken we even in België, en we hebben stof genoeg
om over te denken. Dhr. De J. schrijft ook nog van
laster of verdachtmakingik verzeker hem dat zulks
volstrekt mijn bedoeling niet is geweest en ik haast
zou gaan zeggen, dat hem 't zelfde gebrek aankleeft
als wat hij zegt dat ik heb, nl. dat hij niet goed kan
lezen. Wat nu 't strijden met open vizier aangaat, als
ge eerlijk oordeelt dan zult ge de redenen, waarom ik
in deze zaak mijn naam verzwijg, moeten billijken
doch geloof mij stellig, ik maak wezenlijk een deel
uit van 't proletariaatmaar om welke redenen durft
gij daaraan twijfelen, mijnheer De J. 7 Wat nu den
heer Bosdijk betreft, ik meen niet genoegzaam ont
wikkeld te wezen om tegen dien heer te rekenen en
ik geloof ook dat het moeielijk gaat om eene zuivere
rekening te maken, omdat de H. O. wordt aangewend
om verschillende zaken in de gemeente te bekostigen,
't Zuiverst zou naar mijn inzien de berekening zijn,
wanneer men begon te rekenen van de laagste klasse,
waarin hij is aangeslagen, die zijne kinders gebruik
laat maken van 't M. O. en dan zou men eenigszins
kunnen aantoonen of er werkelijk bedeeling plaats heeft
van de gegoeden door de minderbedeelden. Ik eindig
hier met te zeggen dat ik op mijn standpunt blijf
staan, nl. dat de staat moet zorgen voor goed onder
wijs en dat alle onderwijs van 't lager tot hooger
kosteloos moet kunnen worden genoten door hen, die
daarvan gebruik willen maken en aan de vereischten
van een toelatingsexamen voldoen.
U dankzeggende M. de Red. voor de plaatsing
noem ik mij
Een proletariër.
Mijnheer de Redacteur!
Uwe opwekkende regelen tot het aanbrengen van
vee op de uitgeschrevene veemarkt is met gunstigen
uitslag bekroond. Volgens uw verslag waren er 133
stuks aan de liin, zoowel vet als weivee, in een woord
juist zooals op een veemarkt pastvoor ieders gading.
In weerwil van de gedrukte stemming ging er vrij
wat om en is ongeveer de helft van het aangevoerde
vee verkocht. Sedert sprak ik verschillende koopers
en verkoopers en allen juichen het flinke optreden te
dezer zake van Burg. en Wethouders van Goes toe.
Vroeger was 133 stuks vee een aantal, dat nauwe
lijks op den besten toondag bereikt werd; zulk een
resultaat op Apri l-markten getuigt dus onweerspreke
lijk van de zoo gewenschte vermeerdering van onzen
veestapel.
Van die vermeerdering moet partij worden getrok
ken zoowel voor de landbouwers en veekoopers als
voor deze gemeente, waartoe ik onder de aandacht
van Burg. en Wethouders wil brengen, dat er tusschen
half Augustus en half September steeds veel vraag
naar vee bestaat, en dat die tijd ook voordeelig is
voor landbouwers om hun vee te verkoopen. Daarom
acht ik en velen met mij het wenschelijk, dat Burge
meester en Wethouders van Goes tusschen 15 Augus
tus en 15 September twee veemarkten uitschrijven
en daaraan tijdig openbaarheid geven.
Dank voor de plaatsing.
EEN BELANGSTELLENDE.
Goes, 3 Mei 1885.
Weerkundige Waarnemingen.
GOES, Maandag 4 Mei 1885.
Verwachting: Veranderlijke wind, veranderlijk wêer.
i ui m n iiwi—i
Burgerlijke Stand Goes
van 1 tot 4 Mei 1885.
Eerste Huwelijksafkondiging. 3, van Jan Meeuse,
29 j., jm., te Goes en Catharina Maria Huisse, 34
j., jd., te Wilhelminadorp.
Poldervergaderingen.
13 Mei. Goesche polder. Goes.
15 Onrustpolder. Camperland.
20 Verschillende Kraaiertpolders. 's-Heerenhoek
28 Wilhelminapolder.
Te houden Aanbestedingen.
Datum. Plaats. Voorwerpen. Informatica.
8 Mei, Middelburg, Werken aan strandboofd Oude
Hoeve op Schouwen, Rijks-Ingenieur te Goes.
13 Wilhelminadorp, onderhoudswerken, Bestuur Oost-
Bevelandpolder.
15 h Middelburg, Steenglooiing West-havendam
te Hansweerd, Rijks-ingenieur
te Goes.
16 Kruininge, onderhoudswerken, C. Bolier.
Verkoopingen en Verpachtingen.
Datum. Plaats. Voorwerpen. Informatiën,
Mei,jachtrecht Waarde enz., P. Overman.
6 f Goes, vendutie, De Vos.
6 Wolfertsdijk, mutsaards enz. Mr. Liebert.
6 Heinkenszand, woonhuis enz., Mulock Houwer.
7 Wolfertsdijk, boereninspan, Pilaar.
8 Hoedekenskerke, huisraad en af braak, Mulock Houwer.
11 t Biezelinge, diversen, Mulock Houwer.
13 Nisse, inspan en huisraad, P. Overman
20 h Kloetinge, verp bouwland, Pelle en Lansen Croin.
20 Ierseke, woonhuis en erf, Pelle en Lansen Croin.
Marktberichten.
ROTTERDAM, 4 Mei 1885.
Tarwe tamelijk ruim aangevoerd 25 ets. lager;
Haver 10 ets. lagerBruine boonen25 ets.
lager. Buitenlandsche stil, Meel vast, van Vlas
ter markt 22154 steen, meest middelsoort, die tot
goed vorige prijzen opruimde.
Nieuwe TARWE
f 7,—
a
i
8,40
- 5,50
-
6,30
Nieuwe WINTERGERST
- 4,75
-
5,40
- 5,—
-
5,40
Korte HAVER
- 3,25
9
-
4,75
Lange
-
Nieuw KOOLZAAD (Zeeuwscli)
- 10,50
1
-
PAARDENBOONEN
- 6,—
-
6,40
DUIVENBOONEN
-
v
Blauwe ERWTEN
- 7,—
I>
7.50
Nieuwe SCHOKKERS
- 9,50
-
11.—
-
8 75
WITTE
- 9,—
-
13,50
KANARIEZAAD
- 7,50
1
-
9,—
ADVBRTENTIBN.
Getrouwd
LEENDERT DE JONGE Fz.
en
JANNETJE KOLE Cd.
Kapelle
Kloetinge
1 Mei 1885.
Heden overleed, na een langdurig
lijden, mijne geliefde eebtgenoote JACO-
MINA WELLEMAN, in den ouderdom van
69 jaren.
K. DIJL.
Namens kinderen en behuwdkinderen.
Chr. DIJL.
A. DIJL.
K. NIEUWENHUISE.
L. DIJL.
D. SIES.
Waarde, 2 Mei 1885.
Na eene korte ongesteldheid over
leed den 3 Mei te Clarens (Zwitserland),
in den ouderdom van 79 jaar, onze ge
liefde moeder mevrouw H. M. RAZOUX,
weduwe wijlen den heer I. G. J. VAN DEN
BOSCH.
Uit aller naam,
G. J. VAN DEN BOSCH.
Algemeene en eenige kennisgeving.
Verzoeke beleefd van rouwbezoeken
verschoond te blijven.
Mevrouw de Wed. KAKEBEEKE—
Roelants betuigt haren dank voor de vele
bewijzen van belangstelling, die zij mocht
ondervinden bij het overlijden van haren
Echtgenoot, den heer W. L. KAKEBFEKE.
1 Mei 1885.
Heden overleed onze geliefde moeder,
behuwd- en grootmoeder PIETERNELLA
KABOORT wed. CHR. EVERSE, na een
langdurigdoch geduldig lijden, in den
ouderdom van ruim 65 jaren.
Namens de familie,
M. VAN IWAARDEN.
's-Heer Arendskerke, 4 Mei 1885.
Mevrouw de wed. KAKEBEEKE
geb. Vader betuigt, ook namens hare
kinderen, haren innigen dank voor de vele
en hartelijke bewijzen van belangstelling,
bij het overlijden van haren eenigen zoon
ondervonden.
's-Gravenhage, 1 Mei 1885.
De ondergeteekende, benoemd raads
lid te Wolfertsdijk, betuigt bij dezen zijn
welgemeenden dank aan de kiesvereeniging
«Gemeentebelang" en inzonderheid aan het
groot aantal kiezers, welke hun stem op
hem hebben uitgebracht.
Wolfertsdijk, 1 Mei 1885.
A. VERSCHUURE.
Voor de vele blijken van belang
stelling, bij gelegenheid van ons 50jarig
huwelijksfeest ondervondenbetuigen wij
onzen hartelijken dank.
's-Gravenpolder, 4 Mei 1885.
JAN KRUIJS VOORBERGE, Sen.
JACOBA KRIJGER.
Voor de vele bewijzen van belang
stelling, ondervonden bij het overlijd™ van
onze echtgenoote, moeder en behuwdmot-der,
betuigen wij onzen hartelijken dank.
Goes
Mei 1885.
Almeloo
J. DE VISSER.
M. C. J. DE VISSER.
A. DE VISSERKarssehoom.
Dr. J. Th. DÉ VISSER.
G. I. DE VISSER—v. d. Garde.
Die iets te vorderen hebben van of ver
schuldigd zijn aan de nalatenschap van
3. Steenblok, in leven timmerman te Bie
zelinge, worden verzocht daarvan opgave
of betaling te doen ten kantore van No
taris MULOCK HOUWER te Goes, vóór
15 Mei 1885.
OP DE
te beginnen
JAN VERMET, Burgemeester.
B. VERMANDE, Secretaris.
Het Dijksbestuur van den polder Krui.
ninge zal
des namiddags te twee uren, in het Ge
meentehuis te Kruininge,
Het vernieuwen en onder
houden der Aarde-, Kram-,
Rijs- en Steenglooiing-
werken en leveringen
over 1885.
Het bestek ligt van heden af ter lezing
in het logement «de Koornbeurs" te Krui
ninge.
De aanwijzing in loco zal plaatshebben
op den dag der besteding, des voormiddags
van negen tot elf uren, te beginnen aan
de Sluis, terwijl inmiddels inlichtingen te
bekomen zijn bij den Opzichter C. BOLIER
te Kruininge.
Het Dijksbestuur voornoemd,
P. NIEUWENHUIJSE, Dijkgraaf.
DOMINICUS, Ontvanger-Griffier.
beschikbaar als hypotheek op landerijen en
huizen ten kantore van
J. A. BEVIER DE FOUW, te Goes.
's voormiddags te 10 uren, te Biezelinge,
ten sterfhuize van J. Steenblok, ten over
staan van Notaris MULOCK HOUWER,
van
eene partij Timmermansgereed
schappen, i Notenstam, oude en
nieuwe Leien, Steen, Pannen,
Verfwaren, Zink, 1 vat Cement,
Tras, Duinzand, Glas, Teer, Mor
telbakken,4 Boogzagen,7Ladders,
Boomgaardladder, Maten, Ge
wichten en eenig HUISRAAD,
bestaande in1 Linnenkast, 2
Tafels, 3 Kleerkisten, 1 Kachel,
1 Meelkist enz.
Tot 15 Mei geheel of gedeeltelijk TE
KOOP:
van 12 kilo per Meter, a vier galden per
100 kilo, liggende aan de Oesterputten van
den heer Verburg te Ierseke.
Adres; S. L. GOBEfZ, Middelburg.