De Dorrepaalsche Bank der Vorstenlanden heeft, na met Nederlandseh kapitaal op de been te zijn ge holpen, zich verbonden ter bevordering der Engelsche belangen door het agentschap eener Britsche stoom vaartmaatschappij te aanvaarden. Het Hbl. spreekt er zijn verbazing over uit. Door de vereeniging van Beetwortel-suikerfabri kanten in Nederland, te Rozendaal gevestigd, is een adres tot de Regeering gericht, waarin zij aandringt op het verkrijgen van een handelsverdrag met de Vereenigde Staten, waarbij voor onzelndustriedergelijke voordeelen worden verkregen, welke voor de Spaansche Koloniën in het tusschen Amerika en Spanje ontworpen tractaat zijn opgenomen. De adviezen van de betrokken Gedeputeerde Staten der provinciën over de voorgenomen wijziging van de kiestabel zijn bij het Ministerie van binnenlandsche zaken ingekomen. De aanmerkingen of bezwaren zijn thans in onderzoek, ten einde, zoo noodig het oorspron kelijke plan daarmede in overeenstemming te brengen. Mevrouw Frenkel-Bonwmeester is verbonden aan het Ned. Tooneel met ingang van 1 September a. s. Kunst, Wetenschap en Letteren. Op het 63e Niederrheinische Musikfest te Aken (Pinksteren, onder leiding van Carl Reinecke) ter herinnering van het 3e eeuwfeest van de geboorte van Bach en Handel zullen worden uitgevoerd, le dag: Koor uit Bach's «Weihnachts-Oratoriurn en Judas Makkabaeus". 2e dagoOster-cantate" van Bach, 5e Symphonie van Beethoven, stukken uit Handel's «Ale-vanderfest, Prometheus" van Liszt, Finale uit Wagner's «Meistersinger." 3e dag: De ouverture ïManfred" van Reinecke, Finale uit »Loreley", 4e Symphonie van Schumann «Halleluja uit Messias". Als solisten zullen o. a. optreden Joachim, Gudehus, Syiehr en Mej. Spits. Landbouw en Veeteelt. Zooals telken jare, is in de Staatscourant voor elke provincie afzonderlijk opgenomen geworden etn: Oordeel omtrent den oogst van 1884 in Nederland. Het nummer van gisteren bevat nu een op grond van die afzonderlijke verslagen samengesteld algemeen overzicht, waarin de uitkomsten van 1884 vergeleken worden met 1883. Daaruit blijkt dat in 1884 eene geringe opbrengst werd verkregen van: boekweit, aardappelen, karwijzaad, appels, peren, pruimen, kersen, aardbeziën en aalbessen, en dat het hout minder goed gegroeid is dan in het vorig jaar. Al de overige producten gaven een betere opbrengst; inzonderheid was dit het geval met tarwe, rogge en haver, zoowel aan graan, als stroo, gerst hoofdzakelijk aan stroo, verder boonen ook aan stroo, koolzaad mede in beide opzichten, vlas en hennep in lint en zaad en de graslanden, zoowel als weide als aan hooi. De qualiteit der gewassen staat bij die van het vorig jaar weinig ten achteren, behalve van de haver, die slecht geoogst werd en van licht gewicht is. Veel beter in qualiteit zijn dit jaar de suikerbieten, zoomede het vlas en de hennep. Ook bet hooi is best en in volle kracht gewonnen kunnen worden. Niettegenstaande de uitkomsten dus beter waren dan in 1883, is de financiëele toestand zeker niet gunstiger. De lage prijzen van schier alle producten zijn hiervan de oorzaak. De veehouders hebben evenwel weder een goed jaar gehad, al was het gemaak aan zuivel, door gebrek aan gras, een tijd lang slechts matig te noemen. Rechtszaken. Kantongerecht te Goes. In de zitting van heden, Vrijdag 30 Januari 1885, zijn de navolgende personen veroordeeld J. P., te Ierseke, J. V. G., te Middelburg en E. V. G., te Moerbeke, wegens het des nachts bezeilen van eene rivier zonder licht, ieder tot f10 boete, subs. 1 dag gev.straf. A. V. D., A. P. en C. K., te Ierseke, T. V., te Goes, A. O. en C. V. d. B„ te Wemeldinge, J. P., te Kortgene, P. D., te 's-Graven- polder, H. F., te Driewegen, C. V., te Ellewoudsdijk, P. W., te Nieuwedorp, M. S., te 's-Heer Arendskerke, P. F., J. W. en L. V., te Kolijnsplaat, J. S., te Wolfertsdijk, wegens openbare dronkenschap, ieder tót f 0,50 boete, subs. 1 dag gev.straf.A. V. D., te Goes, W. V. Bte 's-Gravenpolder, A. T.. te •''s-Heer Abtskerke, P. V., te Ellewoudsdijk, M. W., te Heinkenszand en P. L., te Hansweerd, wegens als- voren, ieder tot f 1 boete, subs. 2 dagen gev straf. J. C, te Ierseke, wegens alsvoren, tot f3 boete, subs. 2 dagen gev.straf. J. T., te Hoedekenskerke en A. A., te Borsele, wegens alsvoren, ieder tot f2 boete, subs. 3 dagen gev.straf. A. M., te Kats, wegens alsvoren, tot f 7,50 boete, sub». 3 dagén gev - straf. A. P., L. V. E. en G. V. d. B., te Ierseke, J. B., D. H. en P. K., te Hansweerd, J. De V., te 's-Heer Arendskerke, A. G., C. J., C. H. en P. F., te Kolijnsplaat, wegens het maken van nachtelijk bu rengerucht, ieder tot f5,50 boete, subs. 1 dag gev.straf. A. M., te Wemeldinge, wegens het ophangen van kleedingstoffen binnen 3 M. van een weg, tot f 2 boete, subs. 1 dag gev.straf. Allen tevens in de kosten. OPENBARE VERGADERING VAN DEN Raad der gemeente Goes, op DONDERDAG den 29 JANUARI 1884, des namiddags te 2 uren. Voorzitter de heer mr. J. G. De Witt Hamer, burgemeester. Tegenwoordig elf leden en de secretaris. Afwezig met kennisgeving de heer L. G. Kak «beekej Eene vacature. I. De notulen der vergadering van den 19 Dec. jl. worden gelezen en goedgekeurd. II. De Voorzitter doet de volgende mededeelingen, die allen, zooveel noodig met goedkeuring, voor noti ficatie worden aangenomen: a. dat op den 27 December 1884 zijn aanbesteed de onderhoudswerken en leverantiën ten dienste der gemeente, gedurende 1885 en dat deze zijn gegund reeds vroeger door ons medegedeeld). b. dat op denzelfden dag is aanbesteed de verbou wing van school B en dat deze is aangenomen door W. De Beste, timmerman te Goes, voor 11880 (begrooting 11900) c. dat den 10 Januari 1885 is aanbesteed de leve ring van de kleeding voor de politie-agenten voor 1885 en deze is gegund aan G. Den Herder, kleermaker te Goes, voor 304 d. dat de verkoop van boomen aan den Singel achter de gevangenis enz. om het vergevorderd seizoen is uitgesteld tot in het aanstaande najaar, en inmiddels een zevental boomen, die dood waren, zijn verkocht aan L. Meijler, voor 70 e. dat aan Th. A. Van der Heil eenig oud lood is afgestaan tot een bedrag van 15,50%; f. dat aan de wed. E De Meulemeester zijn ver kocht de mutsaards van het kaphout aan den Stations weg voor eene som van 25 g. dat met vergunning van B. en W. de pacht, die J. Stoutjesdijk had aan eenige landerijen van de ge meente, is overgedragen aan C. Van Noort; h. dat aan A. Matthijssen en C. Hoorninck weder in erfpacht is afgestaan de oppervlakte van 4 Aren 64 centiaren grond aan de Stoofweide, tot het bouwen van 4 huizen, zulks tegen 3 ets. per centiare; i. dat aan J. Bartelse op zijn verzoek een eervol ontslag is verleend als kweekeling aan school B, en met toestemming van den arrondissements-schoolopzie- ner in zijr» plaats is benoemd S. J. De Bruijne j. dat zijn benoemdtot lijkdrager in plaats van wijlen J. C. JohnH. Van Boven en tot adsistent in plaats van laatstgemelde A. Nonnekes; k. dat van den Minister van Binnenlandsche Zaken voor de bibliotheek is ontvangenVerslagen der oude Rijksarchieven VI. 1. 1883; l. dat van Gedep. Staten goedgekeurd is terug ontvangen de begrooting van ontvangsten en uitgaven der gemeente voor 1885 III. Als ingekomen stukken worden ter tafel ge bracht a. Prov.blad van 1884 no. 125, waarbij wordt toe gezonden Staatsblad no. 228, houdende de wet tot wijziging der Grondwet; b. missives van Ged. Staten van 24 December 1884, houdende berichten, dat zij berusten in het aan het Gasthuis toegekend subsidie voor 1885, en goedkeuren de Raadsbesluiten tot ruiling van grond met J. Plazier, tot uitgifte van grond in erfpacht aan W. Kok en aan D. ICIemkeik, alsmede tot verkoop van boomenj c. missive van hetzelfde college van 24 Dec. 1884 houdende bericht van ontvangst der verordening tot van-kracht-verklaring der strafverordeningen d. missive van betzelfde college dd. 16 Januari 1885, waarbij wordt toegezonden een afschrift van het K. B. van 3 bevoren no. 9 tot het verleenen van concessie voor de heffing van rechten voor het gebruik van sas en haven e. bericht van het Gasthuis-bestuur, dat het lid C. Risseeuw en de regentes mevrouw Dekker—Tip, beiden herbenoemd, zijn geïnstalleerd; f. bericht van de openbare gezondheidscommissie, dat weder tot voorzitter en secretaris zijn benoemd de heeren dr. G. T. Callenfels en mr. C. De Witt Hamer, tevens toezendende haar jaarverslag over 1884; g. bericht van het Burg. Armbestuur, dat gedurende 1885 als vice-president fungeeren zal de heer F. S. A. Knitel h. bericht van het hoofd van school C, dat mej. S. Blanker met 1 Januari har e betrekking als onder wijzeres heeft aanvaard i. bericht van de Goesche Gymnastiek- en Scherm- vereeniging, dat zij is ontbonden en dank betuigt voor het gebruik van het gymnastieklokaal der Hoogere Burgerschool j. proces-verbaal van de opneming der boeken en kas van den gemeente-ontvanger op 29 December 1884. k. Rapport der nieuwjaarscommissie omtrent hare jongste bedeeling, waaruit blijkt dat de gehouden collecte heeft opgebracht 332,70 terwijl het saldo van vorige rekening bedroeg 116,08 en 3,15 rente; dat de prijzen der uittedeelen goederen warenbrood 8 ct., spek 55% ct. per kilogram, turf 52% ets. per honderd stuks dat 286 gezinnen en alleenloopende personen werden bedeeld, aan wie werden verstrekt per hoofd van een gezin 1 kg. brood en 4 hectogr. spek en 20 turven en per kind kg. brood en 2 heet. spek; dat de rekening sluit met een saldo van ƒ175,23, welk bedrag in de spaarbank is gedeponeerd. De Voorzitter stelt voor dit rapport, met goedkeu ring der rekening, voor notificatie aantenemen en der commissie den dank van den Raad te betuigen voor hare bemoeiingen, met de verzekering, dat zij steeds op de sympathie en de ondersteuning van het ge meentebestuur kan rekenen. Dit voorstel wordt met applaus aangenomen. De heer Lambrechtsen zegt, dat hij in het jaar verslag der gezondheidscommissie eene opmerking ge vonden heeft omtrent twee woningen in de Bocht van Guinea, welke de commissie in dezen staat onbewoon baar oordeelt. Hij vraagt of B. en W. hieromtrent maatregelen hebben genomen. De Voorzitter antwoordt, dat dezer dagen de termijn eindigt, welken B. en W. aan de eigenares gesteld hebben, om de noodige veranderingen aan een der gebouwen te bewerkstelligen. Hiervan zal het afhangen of B en W. aan den Raad een voorstel zullen doen om het gebouwtje onbewoonbaar te verklaren. Het andere is reeds in wat beteren toestand. IV. Aan de orde is het onderzoek der geloofsbrieven van het gekozen lid M. De Jonge Jz. De Voorzitter benoemt een commissie voor dat doel, bestaande uit de heeren Ochtman, Quist en jhr. Flugi Van Aspermont, verzoekt dat zij dadelijk hare taak volbrenge en schorst voor eenige oogenblikken de ver gadering. De commissie verlaat met den secretaris de zaal Teruggekeerd wordt de vergadering heropend, en brengt de commissie bij monde van den heer Ochtman rapport uit. De commissie was niet homogeen in hare conclusie. De meerderheid (de heeren Ochtman en Quist) adviseerde tot toelating, de minderheid (de heer jhr. Flugi Van Aspermont) had bedenkingen, omdat het publiek gerucht wist te verhalen dat vijf briefjes met den naam van M. De Jonge voor onwaarde waren verklaard, en dit niet uit het proces-verbaal van opening bleek. Hij wenschte overlegging der stem briefjes omdat zij van invloed waren op de meerder heid. Bovendien had de gekozene niet overgelegd een verklaring, welke openbare betrekkingen hij bekleedt, maar eenvoudig in den brief, waarmede hij zijne stukken inzond, vermeld, dat hij geene zoodanige betrekkingen bekleedde, en die brief was niet geregi streerd. Hij stelde dus voor den heer De Jonge voor alsnog niet toetelaten. De Voorzitter bracht de conclusie der commissie in behandeling. De heer jhr. Flugi Van Aspermont zette zijne bedenkingen breeder uiteen, en handhaafde zijn voor stel, dat de Raad zou besluiten tot overlegging der stembriefjes, om zich te overtuigen, dat werkelijk, een naam als M. De Jonge, zonder nadere aanduiding op de briefjes, die van onwaarde verklaard waren, stond. En bovendien het ontbreken der bovenvermelde verklaring, die geregistreerd moest zijn, leidde hem er toe, om te zeggen, dat de geloofsbrieven niet in orde waren. De heer Ochtman was van oordeel, dat dit laatste bezwaar slechts een vorm was, en dat het gebrek, indien het dit zoo mocht heeten, kon hersteld worden, door den brief, nog staande de vergadering te doen registreeren. Maar de overlegging der stembriefjes te vorderen, daartoe mocht en kon de Raad, zijns inziens niet besluiten. De leden van het stembureau die allen tegenwoordig waren en wier geloofwaardigheid niemand zou betwisten, konden bevestigen, dat vijf van de zes briefjes, die van onwaarde waren verklaard, alleen M. De Jongeen een alleen Van Campen bevatte. Waartoe was dan de overlegging noodig De heer dr. Callenfels is het eens met de meer derheid der commissie, en wijst op art. 61 der kieswet, dat wil, dat de stembriefjes een persoon duidelijk aan wijzen. Waar nu meerdere personen hier wonen die M. De Jonge heeten, had het stembureau juist gehan deld door de briefjes die dezen naam, zonder nadere aanduiding, bevatten, van onwaarde te verklaren. De heer Ramondtdie als voorzitter van het stembu reau heeft gefungeerd, bevestigt, ook namenszijne medele den dat de 5 briefjes werkelijk alleen M. De Jonge zonder nadere aanduiding en 1 Van Campen zonder voornaam inhielden, en dat het stembureau homogeen was in de opvatting dat die briefjes van onwaarde moesten ver klaard worden, omdat meerdere personen van die namen in de gemeente wonen. De heer Jhr. Flugi Van Aspermont zegt, dat na deze pertinente verklaring van den heer Ramondt, elk bezwaar dienaangaande bij hem is opgeheven en hij geen overlegging der stembriefjes meer vordert, maar dat het andere bezwaar, dat der niet-registratie van het bedoelde stuk nog blijft bestaan. De Voorzitter betoogt, dat niemand tot het onmo gelijke gehouden is. Als men geene openbare betrek kingen bekleedt, kan men onmogelijk eene verklaring overleggen, welke openbare betrekkingen men bekleedt, De raad heeft altijd het recht om te onderzoeken of dit het geval mocht zijn. Naar sprekers meening is de verklaring niet noodig, maar bovendien deelt de heer De Jonge in den brief mede, dat hij geen open bare betrekkingen bekleedt en kan deze brief dus voor verklaring gelden. De heer Jhr. Flugi Van Aspermont kan zich niet vereenigen met de redeneering van den Voorzitter. Art. 17 der gem.wet zegt, dat de gekozene de verkla ring moet overleggen de verklaring moet er dus zijn. De conclusie der meerderheid van de Commissie wordt in omvraag gebracht en aangenomen met 8 tegen 3 stemmen (de heeren Lambrechtsen, jhr. Flugi Van Aspermont en dr. Isebree Moens) zoodat de heer M. De jonge Jz. is toegelaten als lid van den raad. V. Wordt gelezen een adres van de firma Wed. J. C. Massee Sc Zoon en meer dan 200 andere ondertee kenaren, houdende klacht over den «uitermate slechten toestand" der toegangs tot en van de parallelwegen bij het stationsterrein, en verzoek om die wegen te doen bestraten. De Voorzitter leest daarna een rapport van B. en W. omtrent het adres, luidende Aan den Gemeenteraad. Eene bestrating van de toegangswegen naar het station en de goederenloods, zooals die in het adres van de hh. Massee c. s. wordt verlangd, zou, volgens begrooting van den gemeente-bouwmeester, eene uit gaaf van ƒ10.000 vereischen. B. en W. hebben zich de vraag gesteld of eene der gelijke uitgaaf voor de gemeente raadzaam zou kun nen geacht wordenzij meenen die vraag ontkennend te moeten beantwoorden. Gaarne erkennen ondergeteekenden, dat de toegangs weg en de beide parallelwegen bij eenigzins langdurig regenachtig weer voor slecht of dun geschoeide per sonen geen aanlokkelijk pad aanbieden en dat een met steenen geplaveide straat boven een grintweg de voor keur verdient. Dat echter die wegen gedurende het grootste gedeelte van het jaar in uitermate slechten toestand zouden verkeeren, moeten ondergeteekenden bepaald ontkennen en de in het adres van dien toe stand gegevene omschrijving is dan ook niet van schromelijke overdrijving vrij te pleiten. Vooral de eigenlijke toegangsweg naar [het station is bij droog weer een uitstekende weg en biedt evenals andere goed onderhoudene grintwegen ook bij regen achtig wéér voor wagens en rijtuigen een vasten grond slag de beide parallelwegen die eerst veel later door de exploitatie-maatschappij begrint zijn, verkeeren in den regel ook voor vrachtwagens in voldoenden toestand, terwijl wij ons verzekerd houden dat bij voortzetting van de wijze van onderhoud, zooals die door ons na het overnemen dier wegen in eigen beheer wordt toe gepast, ook deze binnen zeer korten tijd eene even- groote vastheid en stevigheid zullen erlangen, als van goed onderhouden grintwegen verwacht kan worden. In die verwachting zouden B. en W. het onverant woordelijk achten om de gemeentebegrooting voor een reeks van jaren met de rente en aflossing eener leening van 10.000 te belasten en zulks om het handelsverkeer op enkele dagen van het jaar wat meerder moeite te besparen bij het gebruik van een weg, die gedurende het grootste gedeelte van het jaar zich wel degelijk in voldoenden toestand bevindt volkomen gelijke argumenten zou dan ook de grintweg langs de begraafplaats en den polderweg waar het handelsverkeer voor de scheepvaart plaatsheeft voor bestrating in aanmerking dienen te komen. Zoolang de beperktheid der gemeentemiddelen ons slechts toelaat om de verbeteringen van de bestrating en uitbreiding der verlichting in do bebouwde kom der gemeente niet dan zeer langzaam voorttezetten, zouden wij ongaarne de daartoe onmisbare fondsen op de begrooting in beslag zien genomen voor de bestrij ding eenernaar onze overtuiging volstrekt niet dringend noodzakelijke verbetering van een kunstweg buiten de bebouwde kom. Wel geven wij toe dat voor voetgangers een be- klinkerd voetpad op zijde van den stationsweg eene gewenschte verbetering zou zijn, voornamelijk omdat bij regenachtig weêr de rijtuigen en wagens de voet gangers noodzaken buiten den grintweg hun heil op het alsdan drassig en glibberig pad daarnaast te zoeken het ligt dan ook in de bedoeling om wanneer zooals ondergeteekenden aanleiding hebben te ver wachten mocht blijken dat de dienst van het af- geloopen jaar een voldoend batig saldo aanwijst, als dan aan den raad voor te stellen daaruit en dus uit den gewonen dienst een klinkerpad van af de Jacob Valckestraat tot aan het stationsplein te doen aanleggen. Op grond van een en ander stellen ondergeteeken den voor aan de adressanten te berichten, dat de raad vooralsnog geene termen vindt om aan het uit gedrukte verlangen gevolg te geven. Goes, 17 Januari 4885. Bargemeester en Wethouders, J. G. DE WITT HAMER. De Secretaris, HARTMAN. De Voorzitter brengt dit voorstel in behandeling. De heer dr. Callenfels verklaart het eens te zijn met B. en W. en niet te willen medewerken aan eene gunstige beschikking op het verzoek. Nog kort geleden heeft de raad besloten tot het aangaan eener geldleening tot verbouwing van de scholen B. en C., waardoor de gemeente met een nieuwen schuldenlast is bezwaard. Men verheugt zich, dat jaarlijks een ge deelte der schuld gedelgd wordt en nu zou men weer tot eene leening moeten overgaan, hetgeen zou ten gevolge hebben, dat de H. O. werd verhoogd. Velen verlaten de gemeente, omdat die belasting hier zoo hoog is. Uit een financiëel oogpunt kan dus geene gunstige beschikking op het adres volgen. Maar boven dien acht hij een steenweg overbodig. Hij heeft heden de wegen nog geïnspecteerd en moet verklaren, dat de toegangsweg zeer goed is, terwijl de parallelwegen wel in minderen, maar toch in voldoenden toestand verkeeren. Er wordt door B. en W. veel gedaan tot verbeteringmen bedenke toch, dat Keulen en Aken niet op éen dag is gebouwd. Het argument der adres santen, dat men met een steekwagen niet door de wegen kan komen, is schromelijke overdrijvingspr. ontmoette een jongen met een beladen steekwagen, die er maar wat goed overheen ging. Spr. heeft een woord van lof voor het college van dagelijksch be stuur, dat al het mogelijke doet tot verbetering der wegen. Ga naar den Poel, naar den Goeschen polder, naar den weg langs de begraafplaats, naar dien van «den Berg", overal ziet men verbetering. Als B. en W. zoo voortgaan, zullen ook de parallelwegen allengs beter worden. De heer Lambrechtsen adviseert, in tegenspraak met den heer dr. Callenfels, om het adres in te wil ligen. In den zomer en des winters bij vorst zijn de wegen goed, maar in het voor- en najaar zijn zij minder voldoende, ja onvoldoende. Het zijpad voor voetgangers is slecht, dit erkennen B. en W. zeiven. Als er druk vervoer over een grintweg is, is deze uit den aard van zijne samenstelling altijd minder goed. Nu gaat het B. en W. aan het hart, om zulke groate kosten te maken voor de verbetering van een weg buiten de bebouwde kom, terwijl er nog zooveel te doen is aan de straten daar binnen. Maar spr. weet, behalve de Markt en de Kaden, geen straat aan te wijzen, die in belangrijkheid met den stationsweg is te vergelijken. De kosten zijn hoog, maar zij zijn reeds teruggebracht tot op ƒ10.000 en zij kunnen nog met ƒ1000 verminderd worden, wanneer de be strating van den stationsweg, in plaats van op 5 op 4 meter wordt gemaakt. Spr. stelt daarom voor de be slissing te verdagen en B. en W. op te dragen een voorstel in te dienen tot bestrijding der te maken kosten. De heer Ben Boer constateert, dat in vergelijk met 5 a 6 jaren geleden de parallelwegen zeer zijn verbeterd. Spr. vindt ook de qualificatie in het adres zeer over dreven. Bij zijne inspectie op heden zag hij een jongetje, dat een steekwagen, belast met 6 balen zeer gemak kelijk voortbewoog. Kon de bestrating uit eigene mid delen gevonden worden, spr. zou er vóór zijn, maar om daartoe eene leening aan te gaan acht hij niet ge- wenscht. Dat velen op het adres geteekend hebben, zonder dat zij wisten, wat de gevolgen van eene gunstige beschikking zouden zijn, bleek spr. dezer dagen. Een der onderteekenaars, een winkelier, die bijna dagelijks aan het station komt, verklaarde, dat als hij geweten had dat verhooging van den H. O. het gevolg zou zijn van eene inwilliging van het verzoek, hij niet zou ge teekend hebben. Spr. is het volkomen eens met B. en W. en wenscht alleen, dat zij de wegen zoo goed mo gelijk onderhouden. De heer dr. Callenfels geeft te kennen, dat de heer Lambrechtsen hem niet overtuigd heeft van de nood zakelijkheid der bestrating. Spr. was heden aan het station en raadpleegde hieromtrent een der aanwezige beambten; doch deze lachte er mede. Spr., die jaren lang inwoner der gemeente is, roemt zeer de verbetering die de wegen in het algemeen hebben ondergaan. De heer Van der Hoek vindt het adres nog al van betekenis, omdat er zoovelen op geteekend hebben die toch niet allen dwazen zijn. Maar bovendien kan spr.

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1885 | | pagina 2