1885. N°. 8. Zaterdag 17 Januari. 72ste jaargang. GRONDBELASTING GOESCHE De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag, Woensdag en Vrijdagavond uitgezonderd op feestdagen. Prijs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, f 1,75. Afzonderlijke nommers 5 ct., met bijblad 10 ct. In ons land vervoege men zich: voor Rotterdam aan het Algemeen Advertentiebureau van NIJGH VAN DITMAR, en verder bij alle Boekverkoopers en Postdirecteuren. COURANT. De prijs der gewone advertentiën is van 15 regels 50 ct., elke regel meer 10 ets. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slecMs tweemaal berekend. Geboorte-, huwelijks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende dankbetuigingen worden van 18 regels a f 1,berekend. Dienstaanbiedingenniet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald, 20 ets. Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cents per regel. Het kohier der op de GEBOUWDE en ONGEBOUWDE EIGENDOM MEN voor deze gemeente over het jaar 1886, is op heden ter invordering gesteld in handen van den ont- vauger dier belasting binnen deze gemeente. Goee, den 15 Januari 1885 De Burgemeester van Goes, J. G. DE WITT HAMER. GOES, 16 Jannari 1885. Gisteravond gai de heer Maju zijne aangekon digde voorstelling voor eene niet zeer talrijk opge komen publiek. Wij kunnen daarvan geen zeer gunstig verslag gevenimmers al moet erkend worden dat, wat wij te zien kregen, zeer goed en interessant was, veel van hetgeen volgens het programma zou vertoond worden, bleef achterwege en daarvan het voor ieder meest belangrijke, namelijk de microscopische wezens in onze spijzen en dranken. Slechts de trichinen en de gewone kaasmijt werden ons vertoond, doch vele andere, zooals die, welke in ons drinkwater voorkomen, kregen we niet te zien. Aan uitgebreide inlichtingen van den heer Maju ontbrak het niet, ja, soms wensehte men wel, dat zij wat bekert waren geworden. In hoeverre deze alle aan de wetenschap kunnen worden getoetst, wagen wij niet te beslissen, doch wel kwam het ons voor, dat de heer Maju, speciaal bij de vertooning der bacillen, zaken als zeker aannam, die door de onder zoekingen der jongste tijden nog niet volkomen zijn bevestigd. Na de pauze werden nog eenige stereoscopische lichtbeelden vertoond, waarvan zeker het inwendige van de brug bij Kuilenburg wel de schoonste was. Zijn wij wel ingelicht, dan is de Minister van financiën althans volgens zijn voorloopig antwoord op den tabaksaccijns voornemens van tabak te hef fen/12 per 100 kilo, en wel niet alleen van tabak in bladen, maar ook van geplette en ongeplette stelen gekorven tabak, karotten, sigaren, snuif en alle an dere bewerkte tabak. Van buitenlandsche tabak zat de accijns verschul digd zijn bij den invoer, behoudens bevoegdheid tot opslag en entrepot, en tot inslag onder genot van verlengbaar krediet. In de voorloopige toelichting betoogt de Minister, dat vele bezwaren tegen het bekende ontwerp van 1875 voortsproten uit het hooge bedrag van den toen voorgestelden accijns: ƒ22 per 100 kilo. Bovendien moest die accijns toen dienen als aequivalent voor den af te schaffen accijns op 't geslacht, terwijl die nu noodig is om verzwaring van andere belastingen te voorkomen. Het geringer bedrag van de heffing maakt nu ook minder strenge formaliteit noodig. Ook zal het heffen van een uniformrecht voor alle soorten (zooals dat ook bij thee en wijn bestaat) bij een la ger recht minder hinderlijk zijn; bovendien zal door het hooger invoerrecht op buitenl. sigaren en bewerkte tabak, die meestal tot fijnere soorten behooren, toch nog verschil bestaan. Daar de inlandsche tabak grootendeels voor uitvoer bestemd is, en dan afschrijving plaats heeft, is het bedrag van den accijns voor de soort, volgens den Minister, tamelijk onverschillig. Voor «zuigers" en «lompen" zal slechts de helft worden geheven. Een lager recht van inlandsche tabak te heffen dan van buitenlzooals in België en Duitsch- land, acht de Minister verkeerd, omdat bij uitvoer moeielijk de oorsprong zou zijn na te gaan, en die uitvoer hier te lande in de laatste jaren gemiddeld 800,000 KG. bedroeg, tegen 600,000 KG. in Duitsch- land en 230,000 in België. De Minister wil ook fictieve entrepots toelaten, zoo als nu te Amsterdam en Rotterdam bestaan, waar in 1883 ruim 30 millioen KG. werd opgeslagen; daar zal sorteeren en monstertrekken worden toege laten, met de noodige zekerheid, ook persoonlijke zekerheid van den eenen handelaar voor den anderen. De bestaande lokalen voor het beoordeelen van tabak en alle bergplaatsen zullen ook als fictieve entrepots erkend kunnen worden. Voor monsters zal pCt. worden gekort op het gewicht der partij zij zullen uit fictief entrepot zon der tusschenkomst van ambtenaars kunnen genomen en uitgeslagen worden. De Minister koestert geen vrees dat de tabaksmarkt zal verloopen, daar de formaliteiten onbeteekend zul len zijn en toch nu ook reeds bestaan. De Minister raamt het binnenlandsch verbruik op 12 millioen kilogr. (in 187882 werd gemiddeld d3'/i millioen meer ingevoerd en geproduceerd dan uitgevoerd). De opbrengst zou dan zijn f 1,440,000, waarvan voor het op te heffen invoerrecht van ruwe tabak en stelen f 100,000 afgaat. De kosten van hef fing schat hij op f60 a f70,000. De Minister berekent, dat er in ons land 35,000 winkeliers in tabak zijn. Hij wil aan handelaren, die een voorraad van ten minste 5000 kilogr. hebben, ver lengbaar krediet toestaan, aan anderen een gewoon afloopend krediet vsn 4 maanden, voor inslagen boven 200 kilogr. Tal van faciliteiten verleent het ontwerp, en in de toelichting leest inen telkens dat dit wel kan, om dat de accijns zoo laag is, maar bij hooger bedrag niet zou kunnen worden toegestaan. Daaruit volgt dat, als de accijns te weinig opbrengt en daarom verhoogd moet worden, ook de faciliteiten zullen vervallen. Het is goed dat men gewaarschuwd is. {Rbd.) De Minister van koloniën brengt ter kennis van belanghebbenden, dat in 1885 voor twee jongelingen gelegenheid bestaat om te worden aangenomen, ten einde onder het genot van een subsidie van 6000 te worden opgeleid tot militair apotheker bij het Nederlandsch-Indische leger. -Bij beschikking van den Minister van binnenl. zaken van 15 Jan., afd. M. P is aan dr. B. Carsten, adjunct inspecteur voor het geneeskundig Staatstoe zicht voor Zuid Holland, tijdelijk, met ingang van 1 Febr., de waarneming der betrekking van inspect, voor het geneeskundig Staatstoezicht voor Zeeland op gedragen. Bij de Regeering wordt een aanvulling over wogen van het algemeen reglement voor den dienst op de spoorwegen, volgens welke sneltreinen, rijdende met grooter snelheid dan 60 KM. per uur of zonder ophouden een afstand van meer dan 20 KM. afleggende, voorzien zullen moeten worden van inrichtingen, waar door het mogelijk is, gedurende den rit uit elke lijtuig- afdeeling een sein tot stilhouden aan het trein- en locomotief-personeel te geven. Naar men verneemt, heeft H. M. de Koningin het beschermvrouwschap aanvaard van de Prins- Alexander-stichting, inrichting voor blinde kinderen te Bennekom. De Minister van Waterstaat heeft aan het thans gewijzigd ontwerp voor eene haven te Scheveningen van den heer Hora Siecama zijne goedkeuring gehecht en dien heer concessie voor te uitvoering verleend, op voorwaarde dat de gemeente 's-Gravenhage zich wil verbinden het plan uittevoeren wanneer de ont werper daarin mocht blijven steken. De Duitsche consul, die de haveninrichtingen te Vlissingen bezocht, is de heer Goehring, Duitsch consul-generaal te Rotterdam. Volgens eene mededee- ling in het N. v. d. D. staat zijn bezoek in verband met stappen, die men te Vlissingen schijnt te doen om te verkrijgen, dat de toekomstige Duitsche mail- stoombooten naar Oost-Azië en Australië deze haven aandoen, in plaats van Rotterdam of Antwerpen, zooals het voorstel der Duitsche kooplieden in de Rijnprovincie en omstreken is. Of de bemoeiingen met een gunstigen uitslag ge kroond zullen worden, wordt door den berichtgever betwijfeld: lo. daar de spoorwegtarieven van de Rijn provincie enz. naar Vlissingen te hoog zijn om met Rot terdam of Antwerpen te kunnen concurreeren, 2o. er geen kans bestaat, om den veel goedkooperen waterweg op den Rijn te gebruiken, daar er geen beur tvaart van den Rijn naar Vlissingen is, en zeilschepen niet gaarne lading naar Zeeland aannemen wegens de langere en gevaarlijker reis, ofschoon de vrachten wel hooger zijn. Lading naar den Rijn terug kunnen de lichters ook niet krijgen. Wanneer Duitschland, om den handel der Rijnpro vincie in staat te stellen, zijne goederen met de nieuwe mailbooten rechtstreeks over de Duitsche Noordzeehavens te verzenden, de spoorwegtarieven zoo verlaagt, dat zij niet veel hooger zijn dan de scheeps- vrachten van den Rijn enz. naar Rotterdam of Ant werpen, dan is het natuurlijk overbodig, dat de stoom boot eene van de laatstgenoemde havens aandoen en hiervoor onnoodig kosten maken. Blijven echter de tarieven dezelfde, wat hoogst waarschijnlijk is, zoo is het natuurlijk in het belang van de lijnen, willen zij zooveel goederen als mogelijk is bekomen, dat de booten eene haven aandoen, waar werkelijk Duitsche transitohandel bestaat, en daarvan kan in Vlissingen, vanwaar alleen booten op Queenboro varen, geen sprake zijn. Ook bestaat er geen grond de booten in Vlissingen te laten binnenloopen alléén voor mail en passagiers, daar deze, wanneer ze niet reeds in Duitsche havens aan boord genomen zijn, toch later in eene haven van de Middellandsche Zee, welke daarvoor aangedaan zal worden, aan boord komen. Door de Eerste Kamer zijn benoemd tot rappor teurs voor de Indische Begrooting de heeren Blijden- stein, Tak, v. Roijen en v. d. Putte. Zaterdag te I uur is er zitting ter behandeling der aan de orde gestelde ontwerpen en conclusie op het adres van kapitein Van der Voort. Door den lenluit. P. J. Geill, van het 3e reg. inf., is een eenvoudig middel uitgedacht, dat te velde en bij de oefeningen belangrijke diensten zal kunnen bewijzen, om de vuuruitwerking der infanterie te ver- hoogen, afstanden op te meten van de stafkaart tot op 50 M. nauwkeurig, en verder geschikt is om te worden gebezigd bij den pionier-arbeid enz. Tot lid der Staten van Utrecht is eergisteren te Breukelen bij herstemming gekozen, in plaats van den heer Van Pabst, nu burgemeester van Arnhem, de heer Wolbers, candidaat der antirevolutionairen. Hij verkreeg 600 stemmen. De heer Strick van Linschoten (liberaal) bleef in de minderheid met 369 stemmen. De Staten van Utrecht zijn door dezen uitslag »om". Tot president-directeur der Nederlandsche Bank is benoemd mr. N. G. Pierson, thans directeur voor den tijd van zeven jaren. De leening der stad Amsterdam van 2% millioen, tegen den koers van 99%. pCt., is ruim driemaal vol- teekend. Een geenszins rooskleurig verslag van onzen consul te Port-Natal over de landverhuizing naar Zuid-Afrika komt voor in de Staats-Courant van Woensdag. De consul, de heer B. H. De Waal, spreekt van aangekomen Nederlanders, die in diepe armoede verkeeren. Een groot deel dier menschen, zegt hij, had zonder twijfel ook in Nederland geene schitterende vooruitzichten, maar wanneer men vaders van huis gezinnen alles ziet opofferen (in dit geval vele honderden ja dikwijls duizenden gulden alleen aan passageko6ten), dan vraagt men zich onwillekeurig af: zijn de kansen van welslagen in verhouding tot de geldelijke opoffering? En het gevolg nu van dit alles is dat in den Trans vaal, ja zelfs hier in deze kolonie, vele Nederlanders ronddwalen zonder een bestaan te kunnen vinden, en meer dan een, ten einde zijn leed te vergeten, zoekt zijn troost in den drank en schaadt dus niet alleen zijn eigen welzijn, maar brengt nog bovendien den goeden naam van Nederlanders in het algemeen in opspraak. Wie eenigszins met den Transvaal en Vrij staat bekend is, weet dat wij Nederlanders, op het punt van matigheid, daar toch reeds geene zeer gun stige reputatie hebben. Ik schat het aantal Nederlanders, dat gedurende dit jaar hier op weg naar den Transvaal en Vrijstaat doortrok, op meer dan 250 personen (mannen, vrouwen en kinderen). De toestand in geheel dit werelddeel en niet het minst die in de Zuid-AIrikaansche Republiek en in den Oranje-Vrijslaat zijn verre van schitterend, en bet meest geoefende oog kan in de eerste toekomst weinig verbetering zien. Zuid-Afrika is een land, dat zich slechts zeer langzaam zal ontwikkelen en dat, naar mijne meening, door enthousiasten in Europa meer geschaad dan gebaat wordt. Velen verlieten in den loop van dit jaar deze stranden om in Australië of elders hun heil te zoeken en vele anderen zouden gaarne hun voorbeeld volgen, indien zij de weinige middelen, daartoe vereischt, bijeen konden brengen. Overal vindt men verdienstelijke handwerks lieden, die te vergeefs werk zoeken. Landbouwers en boeren, die hun vak verstaan en eenig kapitaal ter hunner beschikking hebben (dat is na betaling der uitrusting en passagekosten), zouden hier misschien nog wel een goede toekomst vinden, maar dan nog eerder in deze kolonie dan in den Trans vaal of Vrijstaat. Aan dezulken biedt hij welwillend zijn bemiddeling aan. Maar handwerkslieden, klerken, advocaten, en anderen raad ik aldus eindigt hij het verslag ten sterkste af, vooreerst naar deze gewesten te komen. Honderd en een en twintig firma's, personen, maatschappijen en vereenigingen hebben tot heden het adres van adbaesie aan het nader adres van het Handelsmuseum, met verzoek om subsidie vuor de tentoonstelling te Antwerpen, aan de beide Kamers der Staten-Generaal, dd. 9 Jan. 11., onderteekend. De groote meerderheid der tentoonstellers stelt dus ook eene vermindering van plaatshuur op hoogen prijs, terwijl ook het uitblijven van ettelijke bepaalde aan vragen. uitsluitend aan gemis aan zekerheid omtrent zoodanige vermindering moet toegeschreven worden. Kerkelijke Zaken en Onderwijs. Woensdagavond is door het kiescollege der Ned. Ilerv. gemeente te Middelburg, ter voorziening in de vacature-Abresch, het navolgend viertal opgemaakt: II. Van Griethuijsen te BurgwerdG H. Van Kasteel te Kollum F. H. Herfkens te Rhenen en P. J. W. Klaarhamer te Hilversum. Uit dit viertal zal op 28 Januari a. s. een beroep worden gedaan en dan zal tevens een viertal van pre dikanten worden geformeerd om te voorzien in de vacature, ontstaan door het emeritaat aan der. heer E. J. W. ICoch. (Af. Ct.) Het aantal predikants-vacatures bij de Hervormde kerk in Nederland bedroeg op 1 Januari 11. 269. Het Ned. Onderw. Genootschap telt thans circa 3200 leden, met 137 afdeelingen. Landbouw en Veeteelt. De paardenkastanje bevat, blijkens de gunstige beoordeeling van Duitsche landbouwers, een bestand deel dat den eetlust van het vee zeer opwekt. Men kan aan schapen per dag I, aan mestvee 10, aan melkkoeien 5. aan paarden 3 kilogr. van deze v: ucht voederen. Kastanjes leveren een vast, kernig vleesch en ook eene voedzame vette melk. De wilde kastanje begint dan ook ia den landbouw eene rol te spelen. De Gubener Zeitg. zegt, dat de spoorwegen reeds groote hoeveelheden vervoeren, in verzendingen van 50 tot 80 centenaars, naar grond eigenaars, die de kastanjes, wegens haar zetmeclge- halte als varkensvoeder het best bekende noemen. Voor de wilde kastanjes wordt door hen 72 cent per cen tenaar betaald. In het Militair Blad schrijft de heer W. G. Van der Wal, officier-paardenarts 2e kl. te Haarlem, over verschillende paardenrassen, vooral met het oog op hunne doelmatigheid in het gebruik bij het leger. Na behandeling van het Engelsche, Hongaarsche, Duit sche, Belgische en Vlaamsehe ras, zegt de schrijver «En nu het Nederlandsche paard, dat door sommi ge kenners zoo veracht wordt. Een eigenlijk Neder- landsch paard bestaat niet meer, maar zeker is het, dat hier te lande zeer goede koetspaarden voortge bracht worden, welke door de buitenlanders om hun bouw, goed humeur en gemakkelijke dressuur zeer gewild zijn. De Franschen koopen ze in den regel op 5jarigen leeftijdde Saksers, die op dit oogenblik weder in het land zijn, op dien van I jaar. Ook is het zeker dat veel ruiters, die een Duitsch paard meenen te hebben, zich kunnen verheugen in het be zit van een geïmporteerden vaderlander. «De beste paarden vindt men bij ons in de provin ciën Noord-Brabant, Gelderland en Groningen, van welke beide laatste nogal exemplaren aanwezig waren, over 't algemeen koetspaarden goed van bouw. «Wilden toch onze fokkers eens meer de handen ineenslaan en meer overleg toonen bij het aankoopen* van hengsten, wij zouden spoedig een toestand gebo ren zien worden, waarbij Nederland in grooten getale kon beschikken over flinke trekpaarden geschikt voor zwaar en licht werk, zeer bruikbaar voor den fokker zeiven en meer dan tot nog toe gezocht door de bui tenlandsche kooplieden. Men zij echter voorzichtig en spiegele zich aan Duitschland en Hongarije, waar, door het te veel invoeren van bloed, het goede landslag ten deele bedorven is". Rechtszaken. In de Woensdag gehouden openbare vergadering van den Raad van State, afdeeling voor de geschillen van bestuur, zijn o. a. ingekomen de Kon. besluiten n zake het beroep van den Raad der gemeente West- kapelle, tegen een resolutie van Gedep. Staten van Zeeland, betrekkelijk den legger van wegen en voet paden in die gemeente. Met vernietiging van het besluit van Gedep. Staten wordt beslist, dat de aanwijzing van den onderhouds plichtige der wegen, voorkomende onder de nes. 30, 32, 33 en 34 van den legger, behoort te worden ge steld zooals dit door den Raad dier gemeente is gedaan. En in zake het beroep van het Polderbestuur «Wal cheren" tegen een resolutie van Ged. Staten van Zeeland, houdende vaststelling van den legger der wegen en voetpaden in de gemeente Westkapelle. Met handha ving der aanwijzing van den polder Walcheren als onderhoudsplichtige van den weg, voorkomende onder no. 3 op dien legger, wordt het beroep ongegrond verklaard. Het gerechtshof te 's-Gravenhage heeft gisteren A. v. d. G., uit Middelburg, die in de vorige week terechtstond wegens diefstallen onder verzwarende om standigheden, te Kruininge en Wolfertsdijk gepleegd, veroordeeld tot 2 jaren eenzame opsluiting. Kantongerecht te Goes. Heden, Vrijdag 16 Januari, werden veroordeeld: R. F. C. H. v. G., te Antwerpen, beklaagd van het tweemalen aanleggen aan een steiger zonder rech ten te betalen, veroordeeld in 2 geldboeten van f 5, subs. 1 dag gev.straf voor elke boete. C. F., te Kolijnsplaat, beklaagd van het aanleggen van een mest put zonder vergunning, veroordeeld in 1 geldboete van tl, subs. 1 dag gev.straf. E. M., J. M., J. T. en J. F., te Ileinkenszand, beklaagd van het rapen van aardappelen van een veld zonder vergunning. Vrijgesproken. A. B., te Baarland, beklaagd van het zich met geladen geweer bevinden in 't veld, zonder veorzien te zijn van acte, veroordeeld in 1 geldboete van f 10, subs. 3 dagen gev.straf. C. De B., te 1

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1885 | | pagina 1