1884. N°. 151.
Zaterdag 20 December.
71ste jaargang.
GOESCHE
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag, Woensdag en Vrijdagavond
uitgezonderd op feestdagen.
Prijs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, f 1,75.
Afzonderlijke nommers 5 ct., met bijblad 10 ct.
In ons land vervoege men zich: voor Rotterdam aan het Algemeen Advertentiebureau
van NIJGH VAN DITMAR, en verder bij alle Boekverkoepers en Postdirecteuren.
COURANT.
De prijs der gewone advertentiën is van 15 regels 50 ct., elke regel meer 10 ets.
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts
tweemaal berekend.
Geboorte-, huwelijks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen worden van 18 regels a f 1,berekend.
Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald, 20 ets.
Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cents per regel.
Bij dil uommer behoorl een bijvoegsel.
GOES, li) December 1884.
De Nieuwjaars-collecte, gisteren hier gehouden,
heeft met een paar nagiften opgebracht 275,20%.
Het vorige jaar bracht die collecte 280,02% op.
Bit Den Haag wordt aan de Zutph. Ct. o. a.
het volgende geschreven
Ondertusschen wordt de toestand onzer financiën
van jaar tot jaar zorgwekkender. Vroeger kon men
zich tenminste nog troosten met de gedachte, dat tegen
de vermeerdering van uitgaven toch ook een vrij aan
zienlijke vermeerdering van inkomsten overstond, maar
daarvan is nu ook geen sprake meer. De opbrengst
van de middelen in de maand November ziet er nog
erbarmelijker uit dan de staat van October. Alles is
nagenoeg later. De suikeraccijns brengt na de invoering
van de nieuwe wet minder op dan ooit.
Registratie, successie, invoerrechten, alles gaat ach
teruit. Zelfs de janeverdrinkers zijn niet in staat het
evenwicht te bewaren. Reeds nu is het niet gewaagd
te voorspellen, dat de opbrengst voor 1884 wel een
millioen lager zal zijn dan de opbrengst van 1883.
En de Minister van Financiën, optimistisch als altijd,
is bij de raming der middelen voor 1885 nog weder
uitgegaan van de illusie, dat in het volgende jaar een
regelmatige stijging van inkomsten te wachten is.
Waar moet zulk optimisme op uitloopen
Bij de Kamer-verkiezingen is door de clericale bladen
luide verkondigd dat men slechts aan de rechterzijde
de meerderheid behoefde te bezorgen om zeker te zijn,
dat het met de tekorten uit zou zijn en dat de orde
in de financiën zou zijn hersteld. Welnu, de rechter
zijde heeft thans de meerderheid, en ik ben zeer be
nieuwd te vernemen, welke eischen zij op financiëel
gebied zal stellen en op welke wijze zij zoovele mil-
lioenen zal kunnen en willen bezuinigen als aan de
kiezers is voorgespiegeld. Volgens het program, door
dr. Schaepman in zijn laatste brochure ontwikkeld,
moeten binnen enkele jaren alle uitgaven voor onder
wijs van de begrooting verdwenen zijn. Op die wijze
is er zeker voor de financiën nogal iets te doen, maar
ten koste van welke andere belangen? Reeds hoor ik
mompelen, dat men zal beginnen door het weigeren
van geld de opheffing van verscheidene inrichtingen
van onderwijs te provoceeren. Wel zeker, waarom niet?
Indien de meerderheid van de kiezers voor goed onder
wijs geen geld meer overheeft, dan is het ook rationeel,
dat de gekozenen daarvoor het geld schrappen.
Het wetsontwerp tot wijziging der wettelijke
regeling van de bevordering enz. der zee-officieren
strekt eenvoudig om voor de officieren van gezondheid
2e kl. en de apothekers 2e kl. bij de zeemacht het
voorgeschreven examen voor hoogeren rang te doen
vervallen.
Da Belgische bladen zijn zeer ontstemd over
de verwerping van het voorstel onzer Regeering om
eene som van f 150,000 beschikbaar te stellen voor
de tentoonstelling te Antwerpen. Men wil wel ge-
looven, dat die verwerping alleen is toe te schrijven
aan de zucht om te bezuinigen, maar men stelt er
tegenover dat ook Beigië zoo rijk niet was, t. en het
een half millioen voor de Amsterdamschc tentoonstel
ling gaf. Het zal niet strekken om de verbroedering
te bevorderen.
De BrU8selsche La Gezette schrijft o. a.Wij hadden
het in België den afgeloopen zomer ook niet voor het
grijpen, toen wij uit zucht naar verzoening de kosten
hebben gemaakt voor eene verrukkende ontvangst van
Koning Willem III".
De ervaringen, die Nederland omtrent tentoonstel
lingen heeft opgedaan, zijn niet van dien aard om de
ingenomenheid daarmede te bestendigen en waarschijn
lijk is het wel onder den indruk daarvan, dat vele
leden der Kamer zich er tegen verklaarden. Nu het
evenwel een internationalen wedstrijd op het gebied
van handel, nijverheid en kunst geldt, kunnen onze
industriëelen toch niet terugblijven en zal zonder Rijks
subsidie Nederland een armelijk figuur maken, dat
misschien indirect grooter nadeel veroorzaken zal dan
de anderhalve ton die nu zal uitgespaard zijn.
Het Hand v. Antwerpen hoopt dan ook, dat die
beslissing niet definitief zal zijn, en dat Nederland op
dit besluit zal terugkomen.
Sint-Annaland. Met 1 Januari a. s. zal er eene
wijziging gebracht worden in den dienst van het tele
graafkantoor te St.-Maartensdijk. Met dat tijdstip zal
eene andere verbinding van het bijzondere kantoor te
St.-Annaland met de rijkslijnen aangebracht worden.
Dan zal nl. het rijks-telegraafkantoor te Tolen als
overgangskantoor voor het verkeer met St.-Annaland
worden aangewezen en tevens met de afrekening wor
den belast in plaats van het kantoor te St.-Maartensdijk.
Het kantoor te St.-Annalaud de eenige bijzondere
onderneming in Zeeland behandelde van Januari tot
Juli dezes jaars 962 telegrammen.
Van de Nederlandsche Noordpool-expeditie in
1882/83 zal door de hand van dr. Maurits Snellen een
geschiedenis geschreven worden, die alleen bij inteefc.-
ning voor tien gulden verkrijgbaar zal zijn. De uit
voering van dit werk zal zoo artistiek mogelijk zijn,
terwijl het met minstens 20 lichtdrukplaten geïllu
streerd zal worden. Het geheel, dat niet in den handel
komt, belooft een echt Nederlandsch prachtwerk te
worden. De exemplaren worden genummerd en aan
het slot wordt een lijst van inteekenaren met het
nummer van ieders exemplaar gevoegd.
Aan Het Nieuws van den Dag ontleenen wij
het volgende, dat door een gepens. Officier van het
Indische Leger is ingezonden
Voortdurend treft men in onderscheiden dagbladen
berichten aan over gebrek aan werk, en velerlei zijn
de middelen die aan de hand worden gedaan, om
daaraan te gemoet te komen.
Het trof mij echter, dat bij de verschillende mid
delen, die aan de hand werden gedaan, de aandacht
niet is gevestigd geworden op de vrijwillige dienst
neming, hetzij bij het leger hier te lande of bij dat
in onze Oost-Indische bezittingen, en de vraag kwam
bij mij op: «waarom denken toch zoo weinigen er
aan, dat er groote behoefte bestaat aan aanvulling
van ons leger, zoowel hier als in Indië
In Het Nieuws van den Dag, dd. 19 Juli, komt
een opstel voor van den gepensioneerden msjoor van
het Indische-Leger E. B. Kielstra, thans lid van de
Tweede Kamer der Staten-Generaal, waarin gewezen
wordt op de voordeelen van dienstneming en de
vooruitzichten worden besproken van hen, die bij dat
leger in dienst treden, en ten slotte de raad wordt
gegeven naar Indië
Meermalen is in den laatsten tijd aangespoord ge
worden dienst te nemen bij de Indische krijgsmacht.
Flinke, gezonde oppassende Hollandsche jongens
gaan daar een goede toekomst tegemoet.
Wanneer het hun ernstig streven is om vooruit te
komen, zal hun dit wel gelukken. Voor de liederlijken,
de dronkaards en de onverschilligen deugt het er niet.
De categorie van de ambachtslieden bij het Indische
leger verdient afzonderlijke vermelding. Deze zijn in
den eigenlijken zin des woords minder soldaat, zij heeten
dan ook werklieden, zijn in klassen verdeeld, genieten
meer vrijheid en verdienen ook meer dan de gewone
soldaat. Alle ambachten worden bij het leger verte
genwoordigd.
Zoo heeft men timmerleden, metselaars, smeden,
ververs enz. bij de genie
wagenmakers, zadelmakers en hoefsmeden bij de
artillerie en de cavalerie
instrumentmakers, bankwerkers, plaatwerkers, kui
pers, hout- en metaaldraaiers, koper- en blikslagers
en ijzergieters, allen van de Ie, 2e en 3e klasse, bij
den artillerie-constructiewinkel
instrumentmakers bij den topographischen dienst
geweer en lademakers bij de geweermakersschool
buskruitwerkers, in de pyrotechnische werkplaatsen
en bij de buskruitmolens
photografen en lithograpen bij den topographischen
dienst
teekenaars bij den generalen staf en bij de genie,
enz. enz. enz.
Voor vele andere vakken is in vrijen tijd in het
particuliere leven altijd werk te vinden er. wat te
verdienen. Schoen- en kleermakers, horlogemakers,
pianostemmers enz. vinden overal iets, en het bij het
Indische leger bestaande spaarfonds kan getuigen, dat
niet weinigen hun overgegaarde penningen daarin be
leggen en bij het verlaten van den dienst een soms
niet onbelangrijk sommetje uitbetaald krijgen.
Dit spaarfonds verzekert den deelnemers 5 pCt.
rente 's jaars, over het bedrag hunner bespaarde gelden,
en staat onder de speciale bescherming van het Gou
vernement.
Wijders heeft men nog de militaire schrijvers, De
aspiranten voor deze categorie kunnen, na afgelegd
examen bij het Ministerie van Koloniën, zich op alles
zins voordeelige voorwaarden voor den dienst der
militaire administratie bij het Indisch Leger verbinden.
De meer ontwikkelden kunnen bij dien dienst officier
worden. De daarvoor vereischt wordende kundigheden
kunnen zij zich op de militaire school te Meester-
Cornelis eigen maken. Zij maken de reis naar Indië
als Gouvernements-passagier der tweede klasse en
hebben aanspraak, vóór hun vertrek, op een verlof
met behoud van soldij voor den tijd van zes weken.
Gegadigden behooren zich in persoon te melden,
ten bureele van den kolonel plaatselijken commandant
te 's Gravenhage, daags voor het examen, dat op den
eersten en derden Woensdag van eiken maand gehouden
wordt, des morgens tusschen 10 en 12 uren of des
namiddags tusschen 2 en 3 uren.
En wil men nu weten wat het lot is van hen, die
Indisch militair worden?
Een over het algemeen goede huisvesting, waarin
voortdurend nog verbetering gebracht wordt.
Voldoende voeding en kleeding, ofschoon de uni
form van het Indische leger juist niet smaakvol is.
Uitmuntende verpleging in geval van ziekte.
Soldij naarmate van den graad, die bekleed wordt
bij de verschillende wapens of diensten.
Verhoogde soldij bij reëngagement.
Na zes-jarigen dienst de bronzen medaille voor
trouwen militairen dienst met f 12 gratificatie.
Na twaalf-jarigen dienst de zilveren dito; en
Na vier-en-twintig-jarigen dienst de gouden dito
met 50 gratificatie.
Na twaalf jaren dienst in Indië aanspraak op het
volgend pensioen of gagement
voor den soldaat van 200
j> korporaal van 220
sergeant van 260
serg.-majoor van 290
adj.-onderoffic. van320 en
na twintig jaren dienst
voor den soldaat van 320
korporaal van 380
sergeant van 420
serg.-majoor van 450
o adj.-onderoffic. van 480
Bij bekomen verwondingen, in en door den dienst
of te velde, kunnen deze pensioenen of gagementen
nog met een vierde en meer veihoogd worden. In
gevallen van verwonding, die tot in dienst blijven
ongeschikt maken, kan het volle gagement met de
verhooging worden toegekend, ongeacht den tijd welken
men heeft gediend.
Zij, die het geluk hebben, als belooning van uit
stekende daden van moed, beleid en trouw, de Mili
taire Willemsorde 48 kl. te verdienen, verwerven bij
de toekenning van deze koninklijke onderscheiding
bovendien eene levenslange geldelijke toelage; die voor
de zeemacht óf het leger te lande bedraagt
voor den soldaat of matroos/ 60 's jaars.
korporaal 75
sergeant 130
sergeant-majoor160
adj .-onderofficier 200
en dienstdoende bij de zee- en landmacht in de over-
zeesche bezittingen
voor den soldaat of matroos 65
korporaal 80
sergeant 140
sergeant-majoor 160
adj.-onderofficier230
Aan een benoeming tot ridder van de 3e klasse
voor de Militaire Willemsorde is het dubbele van
vorenstaande riddersoldij verbonden.
Al naarmate van het geheel of gedeeltelijk pen
sioen, is de naar Nederland terugkeerende zijn verder
leven voor armoede gevrijwaard en zij, die op be
trekkelijk jeugdigen leeftijd bij het pensioen en de
riddersoldij, dat zij hebben verdiend, en bij den spaar
pot, dien zij bij goed overleg hebben gemaakt, nog
iets kunnen verdienen, zullen er nimmer spijt van
hebben, een verbintenis bij het Nederl. Ind. Leger
te hebben aangegaan. Van het handgeld, 300 be
dragende bij het aangaan eener zes-jarige verbintenis,
en van ƒ350 voor de militaire schrijvers, is opzette
lijk geen melding gemaakt, omdat, hoe goed het
menigeen te pas kan komen, zoowel voor ondersteu
ning van familiebetrekkingen als voor aanschaffing van
een en ander voor de reis enzhet niet moet dienen
als verleidingsmiddel om dienst te nemen, daar het
in zulk geval wel eens tot minder gelukkige toekomst
zou kunnen leiden.
Het zou in waarheid een zegen zijn voor het Va
derland en Indië beide, indien vele jonge mannen, die
hier een moeielijk bestaan vinden, er de proef van
nemen.
Bij het Ministerie van Koloniën, op het Plein te
's Gravenhage, is een afzonderlijk Bureau voor Infor
mation opengesteld, alwaar de gedrukte voorwaarden
van dienstneming bij het Leger in Indië kosteloos
verkrijgbaar zijn.
In plaatsen, waar geen garnizoen is, zijn het de
burgemeesters die de gewenschte inlichtingen kunnen
geven, en in het bezit zijn van de voorwaarden
welke op dienstneming betrekking hebben.
Uit onze Koloniën.
Uit een particulieren brief van Atjeli neemt het
Hat. Hdblad het volgende over:
Het gaat met de blokkade hier zeer slapjesvolgens
veler opinie zou het dan ook beter zijn niet te blok-
keeren dan eene blokkade te bestendigen, zooals zij nu
wordt uitgevoerd. Men kan gerust de daaraan bestede
millioenen weder als weggeworpen aanmerken. We zijn
eenige malen de west-,noord- en oostkust langs ge
stoomd, maar hebben nergens het geringste teeken van
handel, zelfs geen bedrijvigheid bespeurd. Van Penang
vaart nog een zeer klein bootje langs de kust tot aan
Segli, doch overigens ziet men hier niets, noch schoeners,
noch prauwen, noch wangkangs. Eenige jaren geleden
zag het hier heel anders uitde toen heerschende be
drijvigheid heeft plaats gemaakt voor eene stille rust
overal langs Atjehs kusten, maar eene rust als die
van het graf. Eenige gezagvoerders der gouvernements
marine hebben een request gericht aan den commandant
der zeemacht, met verzoek om doorzending aan den
G. G. In hoofdzaak beklagen die heeren zich over de
voor hen zeer grievende instructie voor de mil. kom
mandanten, op hunne bodems geplaatst.
Omtrent den moord van den controleur Rijk, te
Mandor, verneemt het Bat. Handelsbl. nog, dat hoewel
zijn dood niet het gevolg is geweest van grieven der
Chineesche bevolking tegen zijn persoon, zijn lijk niet
temin op afschuwelijke wijze verminkt is, terwijl het
getal van de muitelingen, die zijne woning hebben
omsingeld, ongeveer 1000 moet hebben bedragen.
Deze omstandigheden hebben den resident Kater, die
bij de ontvangst van het eerste bericht van den moord
van meening zou zijn geweest, dat het prestige zijner
waardigheid volstaan zou de orde te herstellen, tot
andere gedachten gebracht.
Dank zij de doeltreffende maatregelen van den ge
westelijken militairen kommandant, den overste Vetter,
is thans, naar men ons bericht, de veiligheid der
Europeesche ingezetenen van Pontianak voldoende
verzekerd.
Naar wij vernemen heeft de gouverneur van Atjeh
aan de Regeering het voorstel gedaan om den Atjehers
Toekoe Tjoet Bantah cn zijnen broeder Toekoe Tjoe
Machmoed ook te vergunnen naar hun geboorteland
terug te keeren, en eerstgenoemde weder aan te stellen
tot hoeloebalang der IV Moekims, mits hij op het
graf van zijn vader den eed van trouw aan het N. I
gouvernement aflegt Aan genoemde Atjehers werd in
1883 het langer verblijf in Atjeh in het belang der
openbare rust en orde ontzegd, en hun Amboina aan
gewezen tot verblijfplaats. (A. D. v. N. I.)
Staten-Generaal.
TWEEDE KAMER.
In de avondzitting van Woensdag is het alge
meen debat over de Indische begrooting afgeloopen.
De heeren De Bruijn Kops en Van Gennep repliceerden
en bleven het financiëel stelsel des Ministers afkeuren
zonder wantrouwen tegen dezen of den gouv.-generaal
uit te spreken. De heer Mees sloot zich bij hen aan,
doch zou voor de begrooting stemmen, zonder daardoor
eenige sanctie te hechten aan het stelsel des Ministers.
De heer Keuchenius bleef de proclamatie aan de At—
jehsche hoofden bestrijden en verweet den liberalen bij
den verkiezingsstrijd leugen en laster te hebben ver
kondigd. De heer Gleichman noemde zijnerzijds laster
lijk de verkondiging der anti-revolutionairen bij de
verkiezingen, dat de liberalen vijandig aan God en
Godsdienst zouden zijn en hij laakte nogmaals het
misbruiken van Gods naam in verkiezingsstrijd, met
beroep op ds. Bronsveld. De heer De Savornin Lohnian
kwam op tegen het stellen van Keuchenius tegenover -
de anti-revolutionaire partij, verzekerde ook de pro
clamatie at te keuren, verdedigde het gebruik van Góds
naam door anti-revolutionairen bij verkiezingen, daar
zij spraken tot hun volk, dat zich een andere voor
stelling van God maakt dan de liberalen en ontkende
dat Dr. Bronsveld een autoriteit voor de anti-revolu
tionairen was.
In de zitting van gisteren werd bij de onderdeelen
van de Ii.dische begrooting vooral gesproken over de
overbrenging van de algemeene secretarie van Batavia
naar Buitenzorg.
Ook verzekerde de Minister dat bijtijds uitbesteding
zou plaats hebben voor de concessie van de pakketvaart
in Indië.
Wat het inlandsch onderwijs betreft, verklaarde de
Minister dat geenszins alle kweekscholen zullen opge
heven worden.
Der inlandsclie regeering is aangeschreven de voor
waarden vast te stellen voor de publieke aanbesteding
van de exploitatie Ombilien-steenkolenvelden.
De afdoening van de Billitonzaak kan in de helft
van het volgend jaar worden verwacht.
Kerkelijke Zaken en Onderwijs.
's-IIeer Abtskerkc. De heer M. Stevense, aftredend
president-kerkvoogd bij de Ned. Herv. gemeente alhier,
is als zoodanig herkozen.
Kolijnsplaat. Door het kiescollege zijn Woensdag
II. in zijne zitting gekozenvoor den heer J. J. Coo-
man, die bedankt had, de heer Mar. De Regt Jz. als
ouderling, en als diaken de heer A. Markusse.
Beroepen te Kattendijke de heer J. De Planque,
cand. te Loosdrecht.
Rilland-liath. Door den raad dezer gemeente is tot
onderwijzeres aan de school te Rilland benoemd mej.
J. M. Verhoeven te Bergen-op-Zoom. De benoemde
stond no. 2 op de voordracht. Met haar stonden op
de voordracht respectievelijk met no. 1 en 3mej.
II. Maris te Dinteloord en Wolffs te Mi-.stricht.