1884. N°. 62. Zaterdag 24 Mei. 71ste jaargang. EENE MOTIE. GOESCHE De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag, Woensdag en Vrijdagavond uitgezonderd op feestdagen. Prijs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, f 1,75. Afzonderlijke nommers 5 ct., met bijblad 10 ct. In ons 1 and vervoege men zich: voorRotterdam aan het Algemeen Advertentiebureau van NIJGH VAN DITMAR, en verder bij alle Boekverkoepers en Postdirecteuren. COURANT. De prijs der gewone advertentiën is van 15 regels 50 ct., elke regel meer 10 ets. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Gebooite-, huwelijks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende dankbetuigingen worden van 18 regels a f 1,berekend. Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald, 20 ets. Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cents per regel. Zelden is het parlementair initiatief zoo veelvuldig in gebruik genomen als in den laatsten tijd. Al is dit tot op zekere hoogte toe te juichen, een al te veelvuldig gebruik strekt niet om de parlementaire waardigheid te verhoogen. En in ons land staat deze niet zóo hoog, dat zij nog veel afbreuk kan lijden. Te juister tijd voorgesteld kan eene motie in het par lement een politiek moment genoemd worden. Zoo was het met de motie's van den heer Van Houten en van de heeren Van Delden, Idzerda en Van Rees in Mei 1881, waarbij herziening van het kiesrecht werd wensche- lijk verklaard. Maar niet door de omstandigheden geëischt, niet behoorlijk voorbereid, kan het gebruik maken van het parlementair initiatief slechts leiden tot verlies van tijd of waardigheid. Zoo is het wetsvoorstel van den heer Buma tot het droogleggen der Zuiderzee na eenig onbeteekenend debat ingetrokken, de motie van den heer Schaepman omtrent vermindering der hoogescholen teruggenomen, de motie van den heer Donner betrekkelijk art. 168 der grondwet ontijdig overleden, en zoo zal het wets ontwerp der heeren Mackay c. s. tot wijziging der schoolwet vermoedelijk eveneens in damp opgaan. Wij kunnen niet inzien dat deze wijze van doen der publieke zaak zeer bevorderlijk kan zijn. Nu evenwel aan de motie van den heer Donner omtrent art. 168 der grondwet de eer eeuer uitvoe rige bespreking is te beurt gevallen en in den laat sten tijd dit artikel ook al tegen de liberalen wordt gebruikt, kan het nuttig zijn op de zaak de aan dacht te vestigen. Een anti-revolutionair blad, Het Noorden, heeft na melijk ontdekt dat de liberalen eigenlijk de clericalen van onzen tijd zijn. Het blad erkent dat de liberalen hunne overwinning bij de stembus te Dokkum heb ben behaald, omdat de heer Rengers als anti-clericaal was voorgesteld. Een gewoon mensch zou denken dat de liberalen derhalve tegenstanders van het clericalisme zijn. Maar een anti-revolutionair orgaan is niet voor een kleintje vervaard. Genoemd blad beweert, dat de liberalen op hunne hoogepriesterlijke hoeden" art. 168 der grond wet hadden geschreven, terwijl de anti-revolutionairen dit artikel juist geschrapt willen zien. Waaruit zou men dit wel afleiden? Alleen omdat de commissie tot voorbereiding van grondwetsherzie ning het verband tusschen kerk en staat niet onvoor waardelijk wil losmaken? Maar dit gaat toch niet aan. Er is geen liberaal, die niet erkent dat artikel 168 der grondwet volkomen onbillijk werkt, en er zijn zeer weinige liberalen, die niet gaarne het geheele verband tusschen kerk en staat voorgoed zagen losgemaakt. Maar als de vos de passie preekt, wordt men voor zichtig. Als de orthodoxe partij schrapping van art. 168 eischt, dan is dat waarschijnlijk niet uit besef van de eischen van den modernen staat. Het komt ons voor dat de orthodoxen iets geheel anders op het oog hebben. Nadat zij door toepassing van een zeer wereldsch en vrijzinnig beginsel het algemeen stemrecht de liberale partij in de Her vormde kerk hebben gefnuikt, staan zij voor den laat sten slagboom om van die kerk een genootschap in Calvijn's zestiendeeuwschen geest te maken. Die slagboom is de verhouding tusschen kerk en staat, die aan den laatste bij art. 168 de verplichting oplegt da leeraars der kerkgenootschappen te bezoldigen. Zoo de orthodoxe partij handelde als de Christelijk Gereformeerde kerk en beslist eiken penning uit de staatskas weigerde, men zou voor hare meening eer bied moeten hebben. Maar, De Standaard heeft het herhaaldelijk ver klaard, dat wil men niet. Men wil het bedrag der traktementen in eens gekapitaliseerd in handen hebben, en dan kan de Staat voortaan zich buiten aanraking met de Kerk houden. Wij willen niet spreken van den toestand van ver warring die in honderden gemeenten zou ontstaan, van de misbruiken die de overmacht van stembiljetten en geld zou veroorzaken, maar alleen wijzen wij erop hoe moeielijk het zal zijn dat juiste bedrag aanteduiden. Historische rechten ja, dat is een term die fraai klinkt, maar historische rechten vervliegen soms als rook door den loop der gebeurtenissen en de berusting der belanghebbenden. De hervorming heeft de histo rische rechten der katholieken niet erkend de kerk gebouwen en vicariegoederen kunnen het getuigen. De omwenteling op het laatst der vorige eeuw heeft evenmin rekening gehouden met historische rechten als vele keizers en koningen. Wij willen hiermede niet zeggen dat wij zouden verlangen dat, als het tot eene verzilvering van art. 168 moest komen, er onrecht werd gedaan, maar dat alleen wettig bewezen aanspraken in aanmerking zullen mogen komen en dat de rechten der minderheden behoorlijk moeten zijn gewaarborgd. Dit zal niets minder dan eene reuzentaak zijn. Er moet rekening gehouden worden met de afgescheidenen, met hen, die niet tot een kerkgenootschap behooren, met het treden der gemeenten uit het synodaal verband. Dit alles maakt de zaak zoo ingewikkeld, dat wij ons best kunnen voorstellen dat de commissie in haar ad viezen omtrent grondwetsherziening niet op eenmaal schrapping van art. 168 heeft durven voorstellen. Toch mag en 'zal de tegenwoordige toestand niet voortduren. De motie van den heer Donner: «De Kamer, van oordeel dat de toepassing van art. 168 der grondwet in onzen tijd tot onbillijkheden leidt, gaat over tot de orde van den dag" was dan ook overbodig. De on billijkheid van de toepassing niet alleen maar van het artikel zelf springt toch duidelijk genoeg in het oog. Daarover is ieder het eens. De vraag is maar hoe komen wij er af. Wij twijfelen er niet aan of bij de aanstaande grondwetsherziening zal deze vraag als eene der belang rijkste worden beschouwd. Dat op dit oogenblik de liberalen nog niet met het pogen der rechtzinnige leden instemmen is doodeen voudig, omdat men begrijpt dat er een adder onder het gras schuilt. Maar het is toch al te dwaas daaruit de gevolg trekking te maken, dat de liberalen het clericalisme in hun vaan voeren. Neen, men begrijpt zeer goed wat de kerkelijke partijen willen. Door een beroep op ons anti clericalisme willen zij de macht over het geld van den Staat zien te krijgen, wellicht om den clericalen invloed te versterken. Daarom zullen de liberalen voorzichtig te werk gaan. Het verdient opmerking dat de heer Donner zoo liberaal was om te erkennen, dat art. 168 der grond wet niet alleen onbillijk is voor de afgescheidenen maar ook voor de «duizenden in den lande, die tot geen enkel kerkgenootschap behooren en die toch moeteu bijdragen voor de verschillende godsdienstige gezindten De groote woordvoerder der katholieken, dr. Schaep man, vindt dat zoo heel erg niet. Dit was wel te denken, maar de manier waarop deze leider der katholieke partij die meening nitsprak, is wel wat ergerlijk. De heer Schaepman zeide, dat hij met den heer Donner «misschien eenigszins" van meening zou ver schillen, waar hij spreekt «van hen die tot geen kerk genootschap behooren, van hen die men in de gewone 'wandeling ongeloovigen noemt en die toch verplicht worden voor de kerkgenootschappen bijtedragen. Voor eerst beperkt zich die bijdrage dan toch al tot een zeer gering gedeelte, en in de tweede plaats geloof' ik voor mij, dat verschillende van deze zoogenaamde ongeloovigen het nog zoo onaangenaam niet vinden, dat er in de wereld lieden worden gevonden, die door andere middelen dan de strafwet het verbod «gij zult niet stelen" weten te handhaven. Wanneer het toch waar is, zooals sommigen gelieven te zeggen, dat de groote strijd in onze eeuw tusschen hebbers en niet- hebbers gestreden wordt, dan zullen de hebbers, voor zoover zij ongeloovig zijn, het niet ergerlijk vinden, dat de niet-hebbers door de banden des geloofs van al te vermetele pogingen op hun hebben worden terug gehouden." Die verlaging van den godsdienst tot eene politie- instelling, dat ontkennen van eene zedeleer, onafhan kelijk van geloofsbegrippen, is zeker niet in staat om den eerbied voor den godsdienst te verhoogen. Het laat zich denken, dat zulke afgevaardigden als de heer Schaepman, die de politiediensten der kerk niet vergeten te vermelden, zich niet zeer warm zullen maken voor eene scheiding van kerk en staat op finan cieel gebied. Het mag echter aangeteekend worden, dat bij het debat over de motie-Donner alle liberalen de onbillijk heid van den tegenwoordigen toestand even sterk hebben erkend als de heer Donner. Dit is dan ook het eenige nut van die motie ge weest, en zoo eene goede oplossing dezer zaak is te verkrijgen, zullen de liberalen daartoe zeker gaarne medewerken. GOES, 23 Mei 1884. Borsele. In de Woensdag aanstaande te houden vergadering van Ingelanden van den calamiteusen Bor- selepolder zal onder meer aan de orde worden gesteld een voorstel tot verwisseling van schuldbrieven in de vorige eeuw reeds uitgegeven voor tekorten op afge sloten rekeningen, intrekking van wisselbrieven en teruggaaf van voorschotten. Uit den aard der zaak zijn de houders dier brieven niet meer in het land der levenden, maar zijn de brieven over gegaan in handen van erfgenamen of nieuwe eigenaars, die voor elke ontvangst van rente de stukken hebben te vertoonen en een gezegeld bevelschrift hebben te qui- teeren. Het gevolg van een en ander veroorzaakt moeite en kosten, die door de conversie zouden worden ver meden, aangezien de oude obligatiën zouden worden verwisseld tegen op de beurs verhandelde stukken met coupons, waarop de renten waren te ontvangen als bij effecten. In de vergadering van aandeelhouders in de meestoof «de Kroon", gehouden den 22 Mei 11. te Borsele, is tot directeur herkozen de heer A. Polder' dijk met 14 en gekozen de heer C. Mol Az. met 17 van de 18 uitgebrachte stemmen. St.-Annalaud. Op de voordracht van T'përsonenTef benoeming van een gezworene van het Waterschap St.-Annaland, ter vervulling der vacature door de ge wone aftreding op 1 Augustus a. s. van den heer P. Kodde, werden geplaatst als no. 1 de heer P. Kodde, als no. 2 de heer W. Pape en als no 3 de heer F. Geluk. Tevens werd tot lid van den Dijkraad van den cala miteusen Suzannapolder in de plaats van J. Bruijn- zeel, die naar elders vertrokken is, benoemd de heer P. Kodde. Tot verbetering der suatie is door Ingelanden goed gevonden den watergang van af de Stoofheul tot aan de Zeesluis te delven, terwijl verder nog is besloten tot verhooging van den Zeedijk van den Annavosdijk- polder tusschen dijkpaal 2 en 4 over eene lengte van 175 Meter. Vlissingen. II. M. de Koningin van Engeland deed dezer dagen aan den heer Gewin, stationschef te Vlis singen (Haven), toekomen een prachtige met diaman ten versierde doekspeld als blijk van hare bijzon dere tevredenheid voor zijne bemoeiingen, in zake haar vertrek naar en hare terugkomst uit Duitschland. Bovengenoemd geschenk ging gepaard van een zeer vleiend schrijven. Het galadiner van 70 couverts, dat Dinsdag ter eere van HH. MM. onzen Koning en onze Koningin aan 't Brusselsche Hof plaats had, werd, behalve door den Graaf en de Gravin van Vlaanderen, bijgewoond door het gevolg van HH. MM., de Ministers, de comman danten van 't leger en van de schutterij, den burge meester en de wethouders van Brussel enz. Z. M. Koning Leopold dronk een toost op zijn Kon. gasten en op den bloei en op den voorspoed van ons land. Die toost werd door Z. M. onzen Koning beantwoord met een dronk op den Koning en de Koningin van Belgie en op den bloei van dat land. «Het is mis schien voor de eerste maal", voegde Z. M. er bij, «dat twee Koningen, in dezelfde stad geboren, elkander ont moeten en op elkanders gezondheid drinken. Als Brus selaar was ik innig getroffen door de grootsche ont vangst, die mij hier is ten deel gevallen. Ik hoop dan ook dat bezoek te herhalen". Namens de Kon. familie en de Hollandsche natie betuigde Z. M. aan de Kon. familie van Belgie en aan het Belgische volk de ge voelens van vriendschap en onwrikbare gehechtheid. «Wij vormen voor hen de beste wenschen", sprak Z. M Deze woorden maakten een diepen indruk. Gisteren woonden de vorstelijke personen de wed rennen bij, die in de beste orde zijn afgeloopsn. Heden zouden onze Koning en Koningin naar Neder land terugkeeren. De heer J. Steketee, benoemd tot vice-consul der Nederlanden te Grand Rapids, is in die hoedanigheid door de Regeering der Vereenigde Staten van Amerika erkend. Het antwoord van den Minister van Waterstaat op het V. V. der Tweede Kamer omtrent de onteigening voor uitbreiding van het Station Rozendaal bevat hoofdzakelijk meer inlichtingen omtrent de vergrooting van dat station. Voor het nieuwe station zijn verschillende gebouwen noodig; maar behalve het hoofdgebouw met douane lokalen en de woning met bureel voor den goederen chef, zijn het alle loodsen, waaraan men niet behoeft te vreezen, dat weelderige versieringen gemaakt zullen worden. Voor de genoemde woning met bureel is op eene uitgaaf gerekend van 9000, en voor het hoofd gebouw, met douanelokalen, die een oppervlakte beslaan van ruim 1000 M*. op ƒ75,000; men kan dus ook hier bezwaarlijk weelde op het oog hebben. In ieder geval zal er bij de beoordeeling der détail-ontwerpen, wanneer die ter goedkeuring aan den Minister worden ingezonden, voor gewaakt worden dat geen noodelooze uitgaven worden gedaan. Ook de Minister is van meening, dat het beter is, de werken in groote dan in kleine perceelen te be steden maar hij zou niet gaarne zoo ver gaan te beweren, dat men het geheele werk in eens moet doen uitvoeren. De kosten voor onteigening te Rozendaal zijn hoog zij zijn geraamd op 63,000maar al kwam de douane-inrichting te Nispen, dan zoudeu die kosten niet geheel, veimoedelijk slechts voor een betrekke lijk gering deel vervallen. Ook de kosten voor ont eigening te Nispen zijn niet gering, zij zijn geraamd op 36,000. Dat een eiland-station kostbaarder zou moeten wezen dan een, waarbij zich alle sporen aan dezelfde zijde van het hoofdgebouw bevinden, is den Min. totnutoe niet gebleken. De kosten zijn, zooals men weet, te zamen op 900,000 geschat. De Min. staat er echter volstrekt niet voor in, dat elk onderdeel der begroo ting zal blijken juist te zijn. Onder de in het Politieblad gesignaleerde per sonen komen voor Pieter, W. H-, pfBstdtrecteur te-JLzéhdijke, gestalte niet groot, haar zwart, knevel donker en zeer dun draagt gewoonlijk een brilkleeding donkerkleurig. Is voortvluchtig met zestigduizend gulden en laat stelijk gezien achter Watervliet (Belgie). De officier van justitie te Middelburg verzoekt op poring, aanhouding en opzending. Tobias, Willem Arend, commissionair in assuran tiën, directeur en agent van assurantie-maatschappijen, laatst woonachtig te Amsterdam, leeftijd 39 jaren, gestalte groot, zwaar en breed, gelaat bol, knevel klein, haar blond. Tegen hem is bij vonnis der arrond.- rechtbank te Amsterdam, den 19 Mei jlverleend rechtsingang met bevel van gevangenneming, ter zake van bedriegelijke bankbreuk en ontvreemding van ruim een ton gouds ten nadeele van door hem gerepresen teerde maatschappijen, en valschheden in geschriften van koophandel. Zijn portret is beschikbaar. De offi cier van justitie te Amsterdam verzoekt opsporing, aanhouding en bericht. In den loop der maand Juli e. k. zal gelegen heid worden gegeven tot het afleggen der examens, ter verkrijging van een getuigschrift als vroedvrouw. Zij zullen worden afgenomen te Amsterdam en te Rotterdam. Zij, die tot die examens wenschen te worden toe gelaten, onverschillig waar zij metterwoon gevestigd zijn, worden uifgenoodigd daarvan vóór 15 Juni e. k. schriftelijk opgave te doen aan den inspecteur voor het geneeskundig Staatstoezicht voor de provincie, waarin de plaats gelegen is, waar zij het examen wenschen afteleggen; zij die te Amsterdam wenschen geëxami neerd te worden, behooren zich, met toezending der vereischte bescheiden, te wenden tot den inspecteur voor het geneeskundig Staatstoezicht voor Noord-Holland, dr. J. Teixeira De Mattos te Amsterdam, en zij, die Rotterdam verkiezen, tot den inspecteur voor het ge neeskundig Staatstoezicht voor Zuid-Holland, dr. L. J. Egeling te 's-Gravenhage. Den lOden Juli wordt te Delft eene teutoon- stelling geopend van voorwerpen, betrekking hebbende op het leven en den dood van Prins Willem I. De commissie voor die tentoonstelling noodigt allen uit, die dergelijke voorwerpen in hun bezit hebben, als: documenten, schilderijen, portretten in olieverf, pastel, gravuren, platenmunten, penningen en zegelsboeken en handschr iften voorwerpen van verschillenden aard, huisraad, kleeding, beelden, monumenten enz., daarvan opgaaf aan den heer H. L. Janssen van Raay,'Nieuwe- laan no. 1 te Delft en tijdelijk afstand te willen doen ten behoeve dier tentoonstelling, welke gedurende zes weken in een der zalen van de Polytechnische school te Delft zal worden gehouden. De Delfsche Courant deelt mede, dat Z. M. de Ko ning zijne goedkeuring heeft gehecht aan het voorne men van het gemeentebestuur om den sterfdag van Prins Willem I op plechtige wijze te herdenken, en dat de heer M. de Vries, hoogleeraar te Leiden, toe stemmend heeft geantwoord op het tot hem gericht verzoek om bij deze gelegenheid de gedachtenisrede te houden. Van particuliere zijde wordt aan het Holt. Niewsblad bericht, dat de Transvaalsche deputatie op verlangen van den Rijkskanselier een bezoek zal brengen aan Berlijn, teneinde te onderhandelen over een han delsverdrag met Duitschland. Kerkelijke Zaken en Onderwijs. Tot predikant bij de Chr. Ger. gemeente te Dinteloord is beroepen ds. C. Steketee te Veere. Jhr. mr. A. F. De Savornin Lobman zal zijn ambt als docent in de rechten aan de «Vrije Univer siteit" aanvaarden met het uitspreken eener rede, op Vrijdag 6 Juni e. k. In de gisteravond gehouden vergadering der leden van de vereeniging «de Ambachtsschool" alhier is besloten het tractement van den onderwijzer M. Hooge- steger met 1 Juli te verhoogen met '100. Rechtszaken. Het gerechtshof te Arnhem heeft L. R., oud 43 j., wed. G. v. d. S., landbouwster te Doornspijk, ter zake van vergiftiging van haar tweeden man, onder aanneming van verzachtende omstandigheden, veroor deeld tot vijftien jaren tuchthuisstraf. J. R. te Veere, door de arrond.-rechtbank te Middelburg tot eene boete van 2 gulden veroordeeld, wegens het omkoopen van een kiezer, zal, naar men verneemt, van dit vonnis in hooger beroep komen. (N. R. a.\

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1884 | | pagina 1