1884. N°. 61.
Donderdag 22 Mei.
71sle jaargang.
GOESCHE
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag, Woensdag en Vrijdagavond
uitgezonderd op feestdagen.
Prijs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, f 1,75.
Afzonderlijke nommers 5 ct., met bijblad 10 ct.
In ons land vervoege men zich: voor Rotterdam aan het Algemeen Advertentiebureau
van NIJGH VAN DITMAR, en verder bij alle Boekverkoopers en Postdirecteuren.
COURANT.
De prijs der gewone advertentiën is van 15 regels 50 ct., elke regel meer 10 ets.
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts
tweemaal berekend.
Geboorte-, huwelijks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen worden van 18 regels a f 1,berekend.
Dienstaanbiedingenniet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald, 20 ets.
Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cents per regeL
In de raadsvergadering van den 19 Mei jl. is tot
WETIÏOUOER
en
Ambtenaar van den Bnrgerl. Stand
dezer gemeente benoemd de heer
eJ. J". IR. SMOTST IDT,
van wien bericht is ingekomen, dat hij de benoeming
aanneemt.
Goes, den 21 Mei 1884.
Burgemeester en Wethouders van Goes,
J. G. DE WITT HAMER.
De Secretaris,
HARTMAN.
Het 4e kwartaalskohier no. 7 van het
PATENTRECHT
voor deze gemeente, voor het di?nstjaar 188384, is
op heden ter invordering gesteld in handen van den
ontvanger dier belastingen binnen deze gemeente en
is ieder verplicht zijnen aanslag ten gestelde tijde te
voldoen.
Goes, den 20 Mei 1884.
De Burgemeester van Goes,
J. G. DE WITT HAMER.
De betrekking van
Concierge van liet Gebouw dgr
Hooge. e Burgerschool en
Burger-Avondschool,
waaraan verbonden is eene belooning van vier honderd
acht en zestig gulden 'sjaars, met vrij woning, vuur
en licht zal weldra vaceeren.
Ter bekoming van inlichtingen kunnen belangstel
lenden zich vervoegen bij den diiecteur der inrich
tingen, tot aan het einde dezer maand, des namiddags
van zes tot zeven ure
Goes, den 21 Mei 1884
Burgemeester en Wethouders van Goes,
J. G. DE WITT HAMER.
De Secretaris,
HARTMAN.
GOES, 21 Mei 1884.
Zooals wij in ons nommer van jl. Zaterdag meldden
heeft de majoor commandant der dd schutterij zich
andermaal tot den Gemeenteraad gewend met een
adres, in zake de oprichting van een schietbaan.
Wij achten het overbodig, na hetgeen wij in no. 92
van den vorigen jaargang van ons blad schreven, nader
op deze zaak terugtekomen. Wij blij ven het wensche-
lijk achten, dat de Raad moge besluiten enkele officieren
van het leger uit de naastbijzijnde garnizoenen uit
te noodigen om een onderzoek te willen instellen naar
de mogelijkheid, die het terrein in de nabijheid der
stad aanbiedt om zonder groote kosten een schietbaan
in te richten. Meermalen is er van hooger hand op
aangedrongen, dat de gemeenten zouden zorgen voor
een schietbaan ten behoeve der schutterijen en zoolang
geene nieuwe wet deze verplichting aan het Rijk op
legt, wat o. i. veel billijker zou zijn, kan de gemeente
zich moeielijk daaraan onttrekken, tenzij het terrein
het verbiedt.
Wij moeten echter met een enkel woord opkomen
tegen hetgeen de verslaggever der Goesche gemeente
raadszittingen in de N. R. Ct. zegt in zijn verslag,
voorkomende in het 3e blad van heden van bedoelde
courant. Daarin toch lezen wij
«Het is te verwachten dat nu dezelfde beslissing
zal volgen als ten vorige jare. De gemeente heeft geene
geschikte gronden in bezit en de fondsen der gemeente
laten niet toe tot onteigening en het doen vau uit
gaven over te gaan voor eene inrichting van zoo twij
felachtig nut."
Dit is volgens onze bescheiden meening een wei wat
voorbarig oordeel. Het hoofdmotief toch waarom de
Raad ten vorige jare eene afwijzende beschikking nam,
namelijk dat er door de Regeering een ontwerp schut-
terijwet was aanhangig gesteld, is thans vervallen bij
eene eventueele tweede afwijzing van het verzoek zullen
derhalve toch zeker andere redenen moeten worden
aangevoerd. Dat de gemeente geene geschikte gronden
bezit is bovendien een oordeel, dat eerst na een nauwkeu
rig onderzoek der omliggende terreinen door deskun
digen kan worden uitgesproken, terwijl juist de overtui
ging, dat de fondsen der gemeente niet toelaten om tot
onteigening overtegaan, oorzaak is, dat het verzoek
van den commandant der schutterij thans luidt om
zich tot de Regeering te wenden, met verzoek dat zij
eene schietbaan oprichte. En al ligt het nu voor de
hand, dat juist het feit, dat de Regeering steeds er
op heeft aangedrongen, dat de gemeenten deze taak
hebben te vervullen, oorzaak zal zijn, dat op een
eventueel verzoek van den Raad, afwijzend zal worden
beschikt, zoo achten wij het toch voorbarig nu reeds
te concludeeren, dat de Raad andermaal hare mede
werking in dezen zal onthouden.
De bewering, dat een schietbaan eene inrichting
van twijfelachtig nut is, is zeker minder logisch, dan
deze, dat een dd. schutterij zonder schietbaan totaal
doelloos is.
Omtrent het bezoek van het Nederlandsch vor
stenpaar aan België wordt gemeld, dat de koninklijke
trein gisteren omstreeks 9 uren Arnhem verliet, en te
14 u. 30 m. te Esschen aankwam, waar de Belgische
hoftrein gereed stond om de hooge gasten te 11 u.
40 m. naar Antwerpen te brengen. Onze Koning was
in generaals-uniform, H. M. in het zwart gekleed.
Te Esschen werd der Koningin een bouquet aange
boden door de dochter van den stationschef, mejuffrouw
Bertrand, en nadat Z. M. zich met enkele autoriteiten
minzaam had onderhouden, vertrok de trein en kwam
te 12 u. onder het donderen van het geschut te Ant
werpen aan het station Stuy venberg aan. Daar was het
bescheiden hulpstation in een prachtvol paviljoen her
schapen fluweel en goud waren op smaakvolle wijze
aangebracht en de vlaggen van beide natiën wapperden
eendrachtig in de lucht. Tusschen een detachement van
omstreeks 8000 man, en haie opgesteld, hield de
koninklijke trein voor het Pavilion du roi stand, en
kwam Leopold II, vergezeld van een grooten staf en
door militaire en civiele autoriteiten, zijne koninklijke
bezoekers begroeten en hulp bieden bij het uitstappen.
De ontmoeting was allerhartelijkst; lang en innig
drukten beide vorsten elkaar de hand.
Ook hier ontving koningin Emma, en wel uit handen
van mejuffrouw Hector, namens de leden der Holland-
sche Club, een fraaien bloemruiker, op welker linten
smaakvol was aangebracht: «Aan Nederlands Koningin,
20 Mei 1884. De Hollandsche Club te Antwerpen",
voor welk bewijs van hulde H. M. het bestuur hartelijk
dank zegde. Speciaal met den Gouverneur van de
provincie en met den burgemeester Leopold De Wael
onderhield Willem III zich vrij lang; vervolgens werden
nog andere autoriteiten aan hem voorgesteld.
Spoedig daarop te 12 uur 15 min. stegen Leopold
en zijne koninklijke gasten in den salonwagen; h-t
sein tot vertrek werd gegeven, en onder het spelen
der Nederlandsche volksliederen, de daverende toe
juichingen der volksmenigte en de kreten vanLeve
de KoninginLeve Willem IIILeve Leopold II
stoomde de trein naar Brussel.
Deze stad prijkt in prachtigen vlaggtntooi en tal
van vreemdelingen zijn daar aangekomen, terwijl alle
bladen een welkomstgroet bevatten aan het Neder
landsch vorstenpaar. De Echo du Parlement noemt
den intocht een triumftocht.
Te 1 u. 5 m kwamen de vorstelijke personen te
Brussel aan en werden aan het station begroet door
de Koningin van België, den graaf en de gravin van
Vlaanderen, prins Boudewijn, de ministers, hst corps
diplomatique, den burgemeester, en een groot aantal
burgerlijke en militaire autoriteiten. De Koning van
Nederland drukte de Koningin en den graaf en de gravin
van Vlaanderen hartelijk de hand. Koning Willem
III passeerde de revue over het eere-bataljon grena
diers, onder langdurige toejuichingen De muziek speelde
de Nederlandsche volksliederen. Het station was schit
terend versierd met de Nederlandsche en Belgische
kleuren. Toen H.H. Majesteiten uit het station traden,
werden zij met groote geestdrift toegejuicht. Van het
station tot het paleis stonden 10000 man troepen langs
den weg geschaard. Overal waar de koninklijke stoet
voorbijkwam, weerklonken luide toejuichingen en met
geestdrift wuif de het publiek met hoeden en zakdoeken
De koninklijke personen en hun gevolg begaven zich
naar het paleis, waar het déjeuner gebruikt werd.
Na het ontbijt, te half twee, haalden vier open hof-
rijtuigen, elk met vier paarden bespannen, de beide
vorstenparen aan het paleis af en voerden hen naar
het stadhuis, alwaar zij door den geheelen gemeente
raad, met den heer Buis aan het hoofd, ontvangen
werden De heer Bals heette de Nederlandsche vorsten
in het Nederlandsch met korte woorden hartelijk wel
kom en Koning Willem drukte ieder raadslid hartelijk
de hand. Bij hun verschijnen op het balkon werden
zij door fanfares, saluutschoten, het «Wilhelmus" en
«Wien Neerlandsch Bloed", door de vereenigde muziek
korpsen der schutterij gespeeld, begroet. De tot op de
daken der huizen opgestapelde menigte juichte de
Nederlandsche vorsten met onbeschrijfbare geestdrift
toe, vooral toen Koning Willem den Belgischen vorst,
den burgemeester van Brussel en den Minister van
Buitenl. zaken herhaaldelijk de hand drukte en hen
dankte voor de prachtige ontvangst.
Alle huizen waren met Hollands driekleur getooid,
uit alle ramen werd gewuifd met zakdoeken, alle
hoeden zwierden door de lucht, en de geestdrift kende
geene perken toen de vorsten, na tien minuten op het
balkon vertoefd te hebben, met hun gevolg in de vier
hofrijtuigen langs het front der schutterij, troepen
en vereenigingen reden. Aanhoudend groette koning
Willem blijkbaar opgetogen met de hand. De aanblik
van de Grande Place laat zich niet beschrijvende
prachtige banieren, de verschillende uniformen en de
geestdrift der duizenden, die de Nederlandsche vorsten
toejuichten, vormden een onvergetelijk schouwspel.
Niet minder dan 124 vereenigingen, sociëteiten,
clnbs, liedertafels enz. stonden met hunne vaandels
op de Grande Place geschaard.
Des avonds te 7 uren was er diner ten hove, terwijl
de stad prijkte met tal van schitterende illuminaties.
In de Maandag te Krabbendijke gehouden ver
gaderingen van ingelanden zijn met algemeene stemmen
herbenoemdtot gezworen van de Nieuw-Krabbendijke-
en Monnikenpolders dhr. A. De Kok Jz., en tot ge
zworen van den Maagspolder dhr. J. Butijn.
Benoemd tot burg. te Stoppeldijk en Boschkapelle
K. J. A. G. baron Collot d' Escury.
Met ingang van 16 Sept. a. s. is aan dr. N*
Beets eervol ontslag verleend als hoogleeraar in de
faculteit der godgeleerdheid aau de Rijks-Universiteit
te Utrecht, er. in zijn plaats aan gemelde Universiteit
benoemd, dr. J. Cramer, hoogleeraar aan de Rijks-
Universiteit te Groningen.
De assistent-stationschef M. Hout te 's-IIeer-
Arendskerke wordt met den ln Juni a. s. als zoodanig
overgeplaatst aan het station te Dordrecht. (Af. Cf.)
Het getal jongelingen, door wie eene plaatsing
als cadet aan de kon. mil. academie is aangevraagd,
bedraagt 231. Er zijn 78 plaatsen opengesteld.
Terwijl er tusschen het gemeentebestuur van Veere
en den Minister van binnenlandsche zaken onderhande
lingen worden gevoerd over het afstaan in bruikleen
aan het Rijksmuseum van den beker van Maximiliaan,
heeft het bestuur van het Panopticum te Amsterdam
den wensch kenbaar gemaakt om tegen eene maan-
delijksche vergoeding den beker voor eenigen tijd onder
de mei kwaardigheden, daar ter bezichtiging gesteld, te
mogen opnemen. (N. R. Ct.)
De voorstellen tot wijziging der onderwijswet,
zoowel van de regeering als van de heeren A. Mackay
c. s., zijn door de Commissie van rapporteurs in staat
van wijzen verklaard.
De commissiën, dit jaar belast met het afnemen
van de examens van apothekersbediende, bedoeld in
art. 17 der wet van 25 Dec. 1878, zullen zitting
houden te Middelburg op Vrijdag 6 Juni en te Gro
ningen op Maar.dag 16 Juni e. k. en volgende dagen.
De Rijkscommissie voor de examens ter verkrij
ging van een diploma als stuurman aan boord van
koopvaardijschepen zal, aanvangende den lOn Juni,
zitting houden te Rotterdam. Nadere bijzonderheden
bevat de Rt.-Ct.
Het stoomschip «Prinses Amalia", van Amster
dam naar Batavia, vertrok 19 Mei van Southampton.
Ouk te Harlingen heeft men eene eedsquaestie
gehad. Het nieuwbenoemde raadslid, de heer J. M.
Huizinga, verklaarde bezwaar te hebben tegen het
zweren volgens het ee Isformulier. De voorzitter kon
hem echter niet zonder eed toelaten, daar de heer
Huizinga, hoewel de zoon van een doopsgezind predikant,
zelf niet behoorde tot een kerkgenootschap, dat het
eedzweren verbiedt. De heer Huizinga legde daarop
den eed af, nadat hij vooraf verklaard had daaraan
geen waarde te hechten.
Blijkens een circulaire, die ons werd gezonden,
zal te Amsterdam een Vereeniging opgericht worden
onder den titel van «Vereeniging van Postzegelver
zamelaars".
Staten-Generaal.
TWEEDE KAMER.
In de zitting van gisteren is ingekomen het ontwerp
tot wijziging van de telegraafwet.
Na discussie over het adres Mooren, directeur van
een telegraafkantoor, zich beklaagende over het verbod
tot schrijven in nieuwsbladen, is verworpen de conclusie
der meerderheid, luidende:
lo. te besluiten om den Minister van waterstaat,
handel en nijverheid dank te zeggen voor de gegeven
inlichtingen
2o. te verklaren, dat, met uitzondering van het
erkende feit, dat de directeur Mooren dikwijls inge
zonden stukken aan nieuwsbladen levert en daarbij,
waar 't hem noodig voorkomt, scherpe kritiek uitoefent,
alle klachten, tegen hem ingebracht, rusten op onbe
wezen onderstellingen of losse geruchten
dat het inzenden van stukken en het uitoefenen van
kritiek in nieuwsbladen niet is verboden bij art. 2 van
het reglement voor den dienst van de Rijkstelegraaf,
vastgesteld bij koninklijk besluit van 16 Maart 4880
Staatsblad No. 32)
dat door het bevel den heer Mooren gegeven, om
«zich van verder geschrijf in nieuwsbladen over onder
werpen van anderen dan letterkundigen aard te ont
houden", aan het recht, dien ambtenaar bij art. 8 der
Grondwet gewaarborgd, zonder noodzaak is te kort
gedaan
zoowel als die der minderheid luidende
lo. te besluiten, om den Minister van waterstaat,
handel en nijverheid te danken voor de gegeven in
lichtingen en
2o. te verklaren, dat het door den directeur Mooren
erkende feit, dat hij nog al tamelijk veel voor een
blad schrijft, en dikwijls ingezonden stukken aan ver
schillende nieuwsbladen levert, valt onder de verbods
bepaling van artikel 2 van het Reglement van den
dienst van de Rijkstelegraaf, vastgesteld bij Kon. besluit
van 16 Maart 1880 Staatsblad No. 32);
doch aangenomen met 42 tegen 29 stemmen een
voorstel-Haffmans, om te verklaren dat art. 2 van het
reglement op den telegraafdienst herziening eischt.
De discussie is daarop aangevangen over het ont
werp tot voorloopige maatregelen tot behoud van de
vicarie-goederen.
Kerkelijke Zaken en Onderwijs.
Dr. D. W. Sehuuring, pred. bij de Herv. gemeente
te Bergen-op-Zoom, heeft bedankt voor het beroep naar
Zieriksee.
Voor de eerstkomende algemeene vergadering
der Zuid-Bevelandsche onderwijzers-vereenigingdie
voorloopig op 11 Juli is vastgesteld, zijn de volgende
punten ter behandeling opgegeven
a. Wordt er aan het kunstmatig lezen niet te veel
gewicht gehechtwelke eischen kunnen er billijk gesteld
worden
b. In sommige scholen is éen onderwijzer of onder
wijzeres geplaatst voor eene klasse, die uit 3, 4, of
meer afdeelingen bestaat; hoe moet hij of zij het aan
leggen, om daar klassikaal onderwijs te geven?
(N. R. Ct.)
Te Zieriksee wekt het vrij wat ontevredenheid,
dat het eindexamen voor de H. B. Scholen in Zeeland
schier elk jaar te Middelburg en niet, bij afwisseling,
ook te Goes en te Zieriksee wordt afgenomen. De
onbillijkheid dezer regeling springt te meer in het oog
nu, gelijk dit jaar, van de 20 examinandi tien gevormd
zijn aan de H. B. S. te Zieriksee, 6 te Goes en slechts
4 te Middelburg.
Rechtszaken.
Arrondissements-rechtbank te Middelburg.
Door de rechtbank zijn gisteren o. a. veroordeeld
J. H., 40 j., slachter, en P. H, 19 j., metselaars
knecht, beiden te Kruininge, wegens mishandeling
ieder tot 15 boete,
De Rechtbank te 's-Hage heeft De B., ter zake
dat hij in den avond van 23 Maart op den bosch
wachter S., in de Scheveningsche boschjes, een revolver
schot gelost en dien beambte verwond had, den bekl.
schuldig verklaard aan gewelddadigheid en verzet
tegen een bedienend beambte in de uitoefening van
zijn functie en hem veroordeeld tot 15 dagen celstraf.
De heeren Ram, Grenfeld en Boddaert hebben
zich te Utrecht in arrest begeven, om de hun door
het gerechtshof te Amsterdam opgelegde celstraf te
ondergaan.
Kunst, Wetenschap en Letteren.
Julius De Geyter, te Antwerpen, heeft uit Lissabon
een brief ontvangen, onderteekend door Paul Krüger,
ds. Tutoit en generaal Smit, om hem te verzoeken de
Transvaalsclie Republiek op het aanstaande XlXe
Nederlandsch Taal- en Letterkundig Congres te Brugge
te vertegenwoordigen.
Aan Daniel De Lange is opgedragen de feestcantate
te componeeren voor het aanstaande eeuwfeest van de
«Maatschappij tot Nut van het Algemeen".
Te Aken is men van plan in 1885 een groot
muziekfeest te geven om den 200n verjaardag van de
geboorte van Handel en Bach te herdenken. De derde
dag zou aan Liszt zijn gewijd.
Uit onze Koloniën.
In den morgen van 10 April kwam in de haven
van Tandjong-Priok aan het stoomschip «Cheribon",
aan boord hebbende den nieuwbenoemden gouverneur-
generaal den heer O. Van Rees. Tengevolge van eene
plotseling opgekomen ongesteldheid van den optredenden
opperlandvoogd moesten de plechtige intocht en de
publieke audiëntie achterwege blijven. De heer Van Rees
kwam per extra-trein te half elf uren op het station
te Noordwijk aan, en begaf zich van daar zonder cere
monieel naar het gouvernementshotel op het Konings
plein, alwaar in een daartoe belegde vergadering van
den Raad van Nederlandsch-Indië, bijgewoond door den
algemeenen secretaris en de secretarissen van het gouver
nement, te één ure de overgave en overname van het
hoog bestuur plaats hadden.
Op Atjeh verwacht men vrij algemeen, dat de
nieuwe Gouv.-Generaal het burgerlijk bestuur zou in
trekken, en dat eene nieuwe expeditie naar Tenonk
zou gaan.