Tentoonstellings-kroniek.
Buitenlantisch Overzicht.
Gemengde Berichten.
én wel uit elke brouwerij een hectoliter. Die vaten
plaatste hij in een kelder en noodigde een aantal be
langstellenden uit, gedurende veertien dagen het bier
te komen proeven, hetwelk hij door middel van het
bedoelde toestel uit die vaten zou schenken.
De uitslag was verrassend. Het bier was den tienden
dag nog even goed en had nog denzelfden aangenamen
smaak als in 't eerste oogenblikzelfs hebben kenners
beweerd dat sommige bieren in dien tijd beter zijn
geworden. Bij het gebruik der luchtpomp wordt het
koolzuur uit het bier opgevangen door de lucht, die
in het vat op het bier staat. Door het vervliegen van
dat zuur verliest het bier zijn goeden smaak; zoodat
wanneer een vat langer dan twee dagen aangestoken
ligt, het bier reeds een slechten smaak heeft, waarna
het laatste gedeelte nauwelijks nog drinkbaar is. Bij
da nieuwe toepassing daarentegen gaat het koolzuur
niet uit het bier verloren, en wanneer het bier te
weinig daarvan bevat, vangt het zelfs nog koolzuur op
en wordt het daardoor beter. Het toestel kost ƒ120.
Om bij den tegenwoordigen snellen woningbouw
de al of niet bewoonbaarheid van vertrekken te be
palen, geeft een Duitsch scheikundige het volgende
middelMen plaatst in de gesloten kamer een schotel
met 1 kilo bijtende kalk in kleine stukken en laat
dit 24 uur staan. In eene droge en goed geluchte
kamer neemt de kalk binnen 24 uren omstreeks 0.4
tot 0.5 pet. aan gewicht toe. Dit gehalte vermeerdert
echter in vochtige woningen en nieuwgebouwde huizen
tot 2 a 5 pet.
Aan de adviezen, uitgebracht over de vraagpunten,
welke aanst. Donderdag in de vergadering der Vereeni-
ging van Burgemeesters en Secretarissen in Zuid- en
Noord-Beveland zullen behandeld worden, ontleenen
wij het navolgende:
lo. Is er geen strijd tusschen de artikelen 18
en 88 der Gemeentewet? En kan artikel 83
altijd worden opgevolgd?
De adviseur, de heer J. A. Neeteson, is van oordeel
dat de bedoeling der vraag wel geene andere kan zijn
dan dezeTerwijl artikel 88 den wethouder, die zijn
ontslag neemt, als zoodanig de verplichting oplegt zijne
betrekking waar te nemen tot zijn opvolger in functie
treedt, verbiedt art. 18, dat hij, tevens zijn ontslag
als lid van den raad nemende, langer zitting houdt,
dan dat de geloofsbrieven van zijn opvolger zijn goed
gekeurd.
Na eene beschouwing omtrent het tijdsverloop, dat
plaats kan hebben tusschen het ontslag en het in
functie treden van een nieuw raadslid, waardoor de
bepalingen omtrent het raadslid-wethouder niet juist
kunnen worden nageleefd, zegt de adviseur, dat men
echter onderscheid moet maken tusschen eene vacature
van wethouder ingevolge art. 88 en ingevolge art. 84.
Bij art. 88 is sprake van het ontslag nemen als wet
houder alleen als zoodanig; in dit geval blijft hij lid
van den raad en mag dus voortgaan, ingevolge alinea
2, om zijne bediening waar te nemen tot dat zijn
opvolger die bediening heeft aanvaard; art. 18 is dan
van geene toepassing.
Bij art. 84 echter is er sprake van het ontslag ne
men als wethouder en tevens als lid van den raad,
of liever als lid van den raad, waarmede het ontstaan
eener vacature als wethouder van zelf gepaard gaat.
Wanneer dus eene vacature ontstaat van lid van den
raad, tevens als wethouder, dan blijft hij, die zijn ont
slag heeft genomen, in functie, èn als lid van den
raad, èn als wethouder tot dat de geloofsbrieven van
zijn opvolger zijn goedgekeurd (zie art. 18) of met
andere woorden tot dat die opvolger is toegelaten.
Binnen veertien dagen daarna moet eene keuze van
wethouder geschieden.
Het is de plicht van den voorzitter, wil hij han
delen overeenkomstig den geest der gemeentewet, om
zoo spoedig mogelijk na dit tijdstip eene raadsver
gadering te beleggen voor de benoeming van eenen
wethouder. Immers de geraeentewetgever (het is
duidelijk zichtbaar uit art. 90) heeft gewild, dat het
college van het dagelijksch bestuur altijd voltallig zij.
De eenige strijd, indien er al strijd mocht wezen
tusschen de twee artikelen (18 en 88), is dus, dat er
gedurende hoogstens veertien dagen eene vacature zou
zijn van wethouderterwijl art. 88 al. 2 geene toe
passing zou erlangen, omdat dit artikel, gelijk gezegd
is, alleen ziet op het ontslag nemen door eenen wet
houder uit deze betrekking alleen.
2o. Toepassing van art. 49 der wet van 17 Aug.
4878 St.bl. no. 127.
De adviseur jhr. M, J. De Marees van Swinderen
wijst hiervoor op de berichten over de gemeenten West-
Dongeradeel, Achtkarspelen en Opsterland, waaruit
blijkt, dat de tegenwoordige Min. van binnenl. zaken
bij de toepassing van art. 49 der wet tot regeling van
het lager onderwijs als regel schijnt te hebben aange
nomen Geen subsidie uit 's Rijks kas, bijaldien geen
schoolgeld wordt geheven.
Die toepassing acht de heer Van Swinderen
a. ongrondwettig;
b. in strijd met de bepaling van het betrokken
artikel zelf.
a. Ongrondwettig. Artikel 140 der Grondwet laat
aan den raad de regeling en het bestuur van de huis
houding der gemeente over. Behoudens de beperkingen
door den algemeenen wetgever gesteld bij de ge
meentewet en in andere wetten is de raad dus vrij
in die regeling en in dat bestuur, is zijn autonomie
door den grondwetgever gewaarborgd. Ieder ingrijpen
van hoogerhand in het huishouden der gemeente, waar
de wet niet spreekt, is verkrachting van het beginsel
van autonomie, hetwelk dat van de grondwet zelve is.
De wet heeft de schoolgeldregeling tot een huis
houdelijk belang der gemeente veiklaard.
liet recht van selfgovernment wenscht de heer Van
Seiideren ook voor eene in financiëelen nood verkee-
re-ide gemeente, ongerept te laten en hij brengt den
Raden van Westdongeradeel en Achtkarspelen hulde
ervoor, dat zij niet voor den schotel linzen van het
subsidie hun eerstgeboorterecht verkochten, dat auto
nomie heet.
b. In strijd met de bepalingen van het betrokken
artikel zelf.
Verleening van subsidie heeft plaats indien de ge
meente door de uitgaven, tot eene behoorlijke inrich
ting van haar lager onderwijs vereischt, in verhouding
tot hare middelen en andere uitgaven onbillijk zoude
worden bezwaard.
Het artikel stelt voor de verleening van subsidie éen
voorwaarde: De gemeente worde onbillijk bezwaard.
Geen andere conditie Elke andere eisch door de re
geering gesteld is mitsdien onwettig; zoodra aange
toond wordt, dat de gemeente «onbillijk gedrukt wordt"
en bij de beoordeeling hiervan komt de opbrengst,
niet de aard van de middelen in aanmerking is de
Regeering het voorschrift is imperatief tot sub-
sidiëering verplicht. Door andere voorwaarden dan de
bovengenoemde, die op den algemeenen financiëelen
toestand betrekking heeft, te stellen, gaat de Regeering
met de wet uittebreiden, buiten haar boekje.
De heer Van Swinderen acht het daarom wensche-
lijk, dat straks in de Volksvertegenwoordiging den
Minister rekenschap van zijne wetsverkrachting worde
gevraagd en de Kamer door een ondubbelzinnig votum
doe blijken, dat zij eene meer juiste toepassing van de
onderwijswet wenscht.
3o. Kan de raming van de 30 pet. bijdrage van
het rijk in de kosten van het lager onderwijs,
zooals die laatstelijk door Ged. Staten is voor
geschreven, geen aanleiding geven tot verwar
ring in de comptabiliteit der gemeente
De heer H. G. Hartman Jz., adviseur omtrent dit
punt, herinnert hierbij aan de voorschriften, door
Gedep. Staten van Zeeland in hunne circulaire van
27 Juli/3 Aug. 1883 no. 10 (Prov. blad no. 59) gegeven.
Al dadelijk valt het den adviseur op, dat Ged. Staten
van de kosten van het lager onderwijs het bedrag der
rijkssubsidiën (ingevolge K. B. van 16 Maart 1862
no. 5) en der bijdragen van armbesturen en dergelijke
niet willen afgetrokken hebben, alvorens de 30 pet. ver
goeding berekend wordt. De vergoeding geschiedt toch
alleen voor de kosten van het lager onderwijs, »voor
zoover die niet komen ten laste van anderen of op
andere wijze worden gevonden." Bij opvolging van
het voorschrift wordt op de begrooting altijd meer
geraamd, en wordt, daar de uitkeeringgeschiedt, (art. 45
al. 2 der wet) naar de sommen op de begrooting uit
getrokken, ook meer ontvangen, dan de gemeente toe
komt. Daardoor is er altijd vermindering van de ver
goeding voor een volgend dienstjaar, als uitvloeisel
van de resultaten der rekening over het voorlaatste,
daaraan voorafgegane dienstjaar.
Dit reeds kan verwarring veroorzaken, maar er is
meer. Wat te veel ontvangen is aan voorschot over
1882 moet, als prelevement op het goed slot der rekening
van dat dienstjaar, gebracht worden in de begrooting der
inkomsten van 1884 Oogenscliijnlijk zou men zeggen is
dit administratief juist; want men heeft het in 1882 te veel
ontvangen en het wordt van het bedrag, dat voor 1884
berekend wordt, afgetrokken. Maar bij nader inzien
blijkt, en de praktijk zal dit bevestigen, dat dit tot
verwarring zal leiden.
Het is waar, over 1882 is te veel ontvangen en
het goed slot is dientengevolge zooveel grooter als
het zou zijn, indien dit niet zoo ware. Maar het
goedslot der rekening over 1882 komt pas als eerste
post op de begrooting van ontvangsten voor 1885
voor. Er is dus vermenging van dienstjaren. Nu kan
men wel aanvoeren, dat het in 1882 teveel ontvan-
gene wordt afgetrokken van het bedrag, dat men als
vergoeding voor 1884 raamt, maar de eerstbedoelde
som kan zoo groot zijn, dat daardoor het goede slot
der rekening overtroffen wordt. Wat blijft er nu over
voor de begrooting van 1885 In plaats van een goed
slot moet een nadeelig saldo in de begrooting voor
dat jaar gebracht worden.
Ziedaar, hoe naar de meening van den heer Hartman,
de voorgeschreven wijze van raming der 30pct. bij
drage van het rijk in de kosten van het lager onder
wijs tot verwarring in de comptabiliteit kan leiden.
Zijns bedunkens moest: lo de raming van de ver
goeding berekend worden naar het volle bedrag der
kosten, verminderd met de rijkssubsidiën en bijdragen
van armbesturen en dergelijkeen 2o geen preleve
ment van het te veel genotene op de begrooting van
inkomsten gebracht worden, of wilde men het te veel
genotene in aftrek nemen, dan zulks doen door het
batig saldo van eene rekening te verminderen, in die
begrooting, voor welks eerste post van ontvang het
saldo dienen moet.
XIX.
Amsterdam, 30 Sept. '83.
Wat den éen reden tot vreugde oplevert, is voor
den ander eene bron van teleurstelling. We zouden
dit tot axioma kunnen verheffen. Wie er nog aan
twijfelen mocht kan het bewaarheid vinden in de
bekroningen op onze tentoonstelling Het feit zelf is
van meer gewicht, dan door velen daaraan wordt toe
gekend. Men betwistte elkander den voorrang in dezen
strijd des vredes, waarvan de beslissing werd over
gelaten aan een jury. Zeker had deze eene moeilijke
taak te vervullen. Menig eminent persoon in den lande
bedankte voor eene benoeming tot jurylid, en het
heeft zeker aan de zaak geen goed gedaan, dat men
zoo naar jury-leden heeft moeten zoeken, als met
het lantarentje van Diogenes.
Thans is de teerling geworpen, en de naam van
Nederland weerklinkt opnieuw door Europa, neen,
over geheel de beschaafde wereld. Thans is aan ons
zoolang het duurt natuurlijk het laatste woord
op het gebied der faam.
In de verste streken, in Rusland, Italië, Amerika,
Australië, in de verzengende luchtstreken van Indië,
zoowel als in de poolgewesten van Noorwegen, in
Spanje en Griekenland, overal zullen de namen van
Nederland en Amsterdam worden genoemd tot
de volgende internationale tentoonstelling ons weder
doet terugzinken in de vergetelheidMaar het feit
blijft geboekstaafd in de rollen der historie.
Zooals ik zeide hebben de bekroningen nogal uiteen-
loopende gevoelens opgewekt, en wie niet doof is, kan
ter plaatse der misdeelde etalages heel wat liefelijks
vernemen. Mag men de ontevredenen gelooven, dan
zou de jury zich niet altijd gekenmerkt hebben door
grondige kennis van hetgeen zij geroepen was te be-
oordeelen. Er zijn zelfs exposanten, die de hun toe
gekende onderscheidingen stoutweg hebben geweigerd
en als riepen zij thans het oordeel in van het publiek
bij wijze van vox populi, van deze weigering melding
maken, door aan hunne uitstalling een kaartje te
hangen met de woorden «medaille refusé". En toch
is de lijst der bekroningen zoo ontzaglijk lang.
Een blik op de bekronings-brochure, want zoo
mogen wij ze wel noemen zon bijna den uitroep
uitlokkenzoo wat iedereen heeft wat gekregen.
Velen, die niet hebben geexposeerd, spijt dit dan ook
verbazend, en ze nemen zich dan ook voor bij eene
volgende gelegenheid te exposeeren hoe het ook wil. Er
kan uit dit «verschil van meening" nog heel wat ge
harrewar ontstaan. Dit is zeker, dat de groote aan
trekkelijkheid voor de exposanten thans opgehouden
heeft te bestaan. Werkte men tot 11. Zaterdag niet
slechts om stoffelijk voordeel, maar voornamelijk om
de eer thans zijn de rollen omgekeerd, aast men
slechts op debiet, en is voor vele inzenders de ten
toonstelling gewordeneen groote uitverkoop 1 Dit is
ook al weer nuttig en noodig. Enorme kosten zijn
door sommige exposanten besteed. Een van hen droeg
vijfentwintigduizend gulden tot de tentoonstelling bij,
en bedong daartegenover het uitsluitend recht tot
verkoop van een zeker artikel, welk recht natuurlijk
werd verleend. De verkoop zal, volgens sommigen nu
eens recht beginnen. Tegen sluitings- en inpaktijd kan
men wellicht nog zeer voordeelige koopjes doen.
Gelijk ik reeds gezegd heb, wordt er van de «loterij,"
zooals er op de bordjes staat, veel werk gemaakt
De hoofdprijs is een complete parure van diamanten,
wel te onderscheiden van de beide colliers, die ik u
reeds beschreef. Die hoofdprijs nu kost de ronde som
van honderdduizend gulden en bestaat uit: diadeem,
broche, breloque, knoppen, spelden enz., in 't geheel
twaalf stuks, een kinderspeelgoeddoosje vol, waartoe
bij wijze van spreken een onnoemelijk aantal steenen
zijn gebezigd. Trouwens de indruk, dien de aange
kochte voorwerpen op den bezoeker te weeg brengen,
is overweldigend, de rijkdom der sleepjaponnen »weg-
sleepend" en verblindend. Een der fraaiste robes is
met struisveeren gegarneerd, een ander met opgezette
vogeltjes enz. Zware thee- en koffieserviezen, bladen
en trommeltjes, bouilloirs en milieu's, maar ook mar
meren en terra-cotta beelden van hooge kunstwaarde,
bijten u de keel af en doen menigeen in de beurs
tasten om zich door aankoop van een lot de kans
te verzekeren op zulk een voorwerp.
Ik heb een onwillekeurig verzuim gepleegd met bij
onze intrede in het hoofdgebouw niet den zeer smaak-
vollen koepel, het spiegel-kabinet van de firma wed.
G. Dorens en Zn. alhier te vermelden, eene der fraaiste
en kunstigste etalages der Nederlandsche afdeeling.
Deze firma werd opgericht in 4770 en herdacht dus
reeds lang haar lOOjarig bestaan. Zij legt zich voor
namelijk toe op lijstwerk en wel op het z.g. carton-
pierre, dat het gips vervangt en 't geen hiermede niet
het geval is, niet afbrokkelt en terstond beschilderd
kan worden. In een «dam" tusschen twee ramen of
paneelen, is op vernuftige wijze een pendule aange
bracht. De heer Dorens kwam het eerst op dit denk
beeld en leverde daardoor eene bijdrage tot de mo
derne, oorspronkelijke ornementiek.
Een spiegel- of portretlijstje, dat iedereen aanziet
voor metaal, is echter verguldwe een bewijs van mees
terschap in deze kunst. Een schoorsteenspiegel, zwart
en gepolijst koper, en eene «damesversiering met pen
dule", style Louis XVI, trekken zeer de aandacht.
Zooals te verwachten was worden de verschillende
beschouwingen over de politieke beteekenis, die gehecht
moet worden aan de reis van den Engelschen minis
ter Gladstone, thans gelogenstraft. Niet onaardig is
het echter, dat het grootste bewijs, dat dit uitstapje
slechts een pleiziertochtje was, daarin wordt gevonden,
dat Gladstone zijn «beste pakje" niet bij zich had.
Was het zijn voornemen geweest vorstelijke personen te
bezoeken, dan zou hij dat toch niet vergeten hebben.
De premier stond dan ook bij zijne terugkomst vreemd
te kijken, toen hij hooide, Wat men aan zijne reis al
had ten grondslag gelegd.
Het officiéél verslag van de bijeenkomst van eenige
leden der Fransche linkerzijde, onder voorzitterschap
van den heer Barodet gehouden, luidt
De groep der uiterste linkerzijde, steunende op:
De constitutie, die het ministerie niet toelaat over
's lands strijdkrachten of financiën te beschikken zonder
verlof van het parlement
De formeele belofte, in de zitting van 40 Juli door
de regeering afgelegd, in deze woorden «Zoodra de
toestand ernstig werd en andere middelen noodig
waren, zoudt gij weder uitspraak doen; en gij kunt
verzekerd zijn, dat onze strijdkrachten en financiën
niet op het spel gezet zullen worden zonder uwe toe
stemming
Eischt de onmiddellijke bijeenroeping der kamers;
Verklaart dat alleen de medewerking van het Par
lement de openbare ongerustheid kan doen bedaren
Dat tegenover het buitenland die medewerking on
misbaar is om aan de nationale politiek de vaste en
juiste richting te geven, welke alleen de lasthebbers van
het land recht hebben te bepalen, en om aan de regee
ring der republiek het recht te geven te onderhan
delen en te handelen
Dat de afwezigheid der Kamers het lot onzer troepen
die in Tongkin vertoeven in gevaar kan brengen, daar
alleen het Parlement de bevoegdheid bezit om de noo-
dige maatregelen te nemen
Belast het bestuur van de groep deze verklaring aan
den president van den ministerraad te overhandigen
En, in geval van niet bijeenroeping der Kamers,
maakt alle goede burgers opmerkzaam op het schen
den der Constitutie;
En verklaart het ministerie voor verantwoordelijk."
In verband daarmede meldde dezer dagen het Fran
sche blad «Petite France," dat in den ministerraad
van Zaterdag, een der leden van het Kabinet aan zijn
collega's zou voorstellen het hervatten der parlementaire
werkzaamheden op 8 October te stellen.
Het voorstel zou ondersteund worden door de over
weging, dat de toestand in Tongkin zoodanig is, dat
het ministerie wel eens spoedig versterkingen naar het
Oosten zou kunnen moeten zenden. Nu is het van
algemeen bekendheid dat de toegestane credieten uit
geput zijn, en dat generaal Thibaudin vast besloten is,
zijn eens aangenomen gedragslijn te blijven volgen.
Intusschen is het transportschip «Shamrock" uit
Toulon vertrokken met 990 militairen aan boord,
waarvan ongeveer de helft besterad is voor Tongkin,
de overigen voor Cochincliina, waar zij de garnizoenen
moeten aanvullen. Het schip heeft voorts eene groote
hoeveelheid hospitaalmateriëel aan boord. Voorloopig
is het besterad naar Saigon, maar het zal te Singa
pore de orders van den admiraal Courbet afwachten,
om, zoo noodig naar Tongkin te worden gezonden.
Binnen eenige dagen zullen de schepen «Tongkin" en
«Bien-Hoa" volgen, om Algerijnsche troepen naar het
oorlogstooneel over te brengen en voorts eenige offi
cieren der mariniers, om de verliezen aan te vullen,
bij de jongste gevechten in Annam geleden.
Wegens het bezoek, dat de Koning van Spanje den
29n September te Parijs zal brengen, zullen de presi
dent Grévy en al de ministers naar de hoofdstad
komen, alsmede de Spaansche gezant, hertog de Fernan
Nunez, bij wien de Koning logeeren zal. Er zal den
30n een ministerraad gehouden worden, dien de heer
Grévy zal bijwonen. Een reeks van feesten zijn geor
ganiseerd, om den Koning hulde te bewijzen. Naar
evenwel gemeld wordt, is het plan van eene revue
opgegeven.
Een Duitsch blad meldt, dat de Czar van Kopenhagen
uit heeft getelegrafeerd, dat hij het ontslag der gene
raals Soboleff en Kaulbars als Bulgaarsche ministers
goedkeurde. Dit besluit schrijft men te Weenen toe
aan den invloed van den heer Gladstone.
Ook wordt beweerd dat Vorst Alexander met de
liberalen in zijn rijk tot eene verklaring gekomen is,
en dat nog voor de tusschenkomst der Russen, de
samenwerking tusschen de conservatieven en liberalen
was besproken.
Voorts schijnt het dat de groote mogendheden Rus
land een wenk gegeven hebben, dat pogingen om Bul
garije nog meer afhankelijk te maken van Rusland
moeielijkheden konden veroorzaken
Jl. Vrijdagavond zijn door den trein, die te
8 u. 3 m. uit Vlissingen hier aankomt, drie koeien
overreden, toebehoorende aan J. De Jager uit den
Kraaiertpolder. Zij waren uit de weide ontsnapt en
hadden zich op de baan nedergelegd. De trein bekwam
geen letsel.
Omtrent dit geval schrijft men ons, dat het ver
pletterd vee Zaterdag te Heinkenszand is aangebracht
met het doel om, zoo mogelijk, het vleesch tegen ver
minderden prijs te verkoopen; doch dat het heden
morgen door den keurmeester onbruikbaar is verklaard,
waarna het onmiddellijk begraven is.
Van andere zijde zen It men ons, naar aanleiding
van dit ongeval, dat den betrokkene eene aanzienlijke
schade berokkent, de volgende opmerkingHet mag
bevreemdend genoemd worden, dat dergelijke onge
lukken niet meer gebeuren, wanneer men weet dat
de spoorlijn bij de overwegen niet wordt afgesloten.
Door geringe opoffering kon alle gevaar worden voor
komen. Ingeval de sluitboomen, heksgewijze ingericht,
in plaats van met hunne uiteinden aan de tegenover
gestelde zijden der sluiting doelloos te staan, te midden
op de spoorlijn aan elkander verbonden werden, dan
zou geen rund of paard zich op den spoorweg kunnen
begeven.
Vlissingen. Gistermiddag had een Belgisch rivier-
loods het ongeluk bij laag water in een der kis
tingen aan het eind van het groote hoofd te vallen.
Zwaar aan een been gewond werd hij met veel moeite
eruit gehaald. Men vreest dat het been afgezet zal
moeten worden.
De nieuw gebouwde stoombarge «Luctor et Emergo"
was gistei en voor het eerst in de vaart tusschen Vlis
singen—Middelburg en vervoerde een zeer groot aan
tal passagiers. Jammer dat het weder niet geheel
en al mede welkte, zoodat het voor de passagiers op
dek wat frisch werd met den avond. Bij het aanleggen
te 6 uren liep de barge door het werken der machine
tegen de tonnebrug aan, welke daarop door de geledene
schade voor het publiek gesloten werd. Morgen zal de
brug weer voor het publiek toegankelijk zijn.
Gisteravond te 9,30 ure arriveerden alhier aan het
havenstation per extra-trein de Hertog en Hertogin
van Albany met hun gevolg in 2 rijtuigen met ba
gagewagen van Z M. den Koning. De Engelsche
consul was aan het station aanwezig. De mailboot ver
trok eerst laat, ongeveer te 11 uren, doordien de cor-
respondeerende treinen te Rozendaal in groote ver
traging waren.
St.-Annaland. Een zoogenaamde dolle of woeste
koe bracht jl. Vrijdagavond deze gemeente in rep en
roer. En geen wonder! Van elders aangevoerd en aan
de kade gelost, was dit beest uit handen geraakt en
op den loop gegaan. Om te beginnen wierp het op
straat een man omver, die er gelukkig met den schrik
afkwam. Verder doorloopende en geen watergangen
of slooten ontziende, wierp de koe zich op eene vrouw,
zonder haar echter te kwetsen In de straat terug-
keerende, wierp het al woester geworden dier zich op
een in de deur staanden man van 71 jaar, dien zij
zoo hevig op den grond smeet, dat de man voor dood
bleef liggen. In huis gebracht zijnde, bleek het echter
dat de man slechts bewusteloos en zijn arm deerlijk
gekwetst wasdeze was van af de pols tot aan 't elle
booggewricht opengereten en vertoonde eene wond van
ongeveer meter lang.
Men trachtte toen het beest dood te schieten en
maakte er jacht op, doch door de invallende duisternis
moest men van verdere vervolging afzien.
Den volgenden morgen was het beest bij andere
koeien bij een boer op den mestput gekomen, waar
men het met veel moeite en gevaar heeft afgemaakt.
De schade door den brand in de katoendrukkerij
van de firma P. F. Van Vlissingen en Co. te Helmond
aangericht, zie ons nommer van Zaterdag, wordt, wat
de gebouwen betreft, begroot op ongeveer/200,000,
terwijl aan roerende, goederen en vaste machineriëa