1883. N°. 103. Zaterdag 1 September. 70ste jaargang. Hoogere Burgerschool voor Jongens GOESCHE De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag, Woensdag en Vrijdagavond uitgezonderd op feestdagen. Prijs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, 1,75. Afzonderlijke nommers 5 ct., met bijblad 10 ct. n ons land vervoege men zich: voor Rotterdam aan het Algemeen Advertentiebureau van NIJGH VAN DITMAR, en verder bij alle Boekverkoopers en Postdirecteuren. COURANT. De prijs der gewone advertentiën is van 15 regels 50 ct., elke regel meer 10 ets. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Geboorte-, huwelijks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende dankbetuigingen worden van 18 regels a f 1,berekend. Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald, 20 ets. Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cents per regel. OPENBARE VERGADERING van den Raad der gemeente Goes, op DINSDAG den 4 SEPTEMBER 1883, des voormiddags te 9 uur. Punten van behandeling: Na beëediging der toegelaten leden I. Mededeelingeningekomen stukken. II. Benoeming van een wethouder. III. Idem van een ambtenaar van den Burg. stand. IV. Idem van een lid en den voorzitter der financiëele commissie. Na gehouden examens zijn aan de bevorderd tot de 3e klasse A. E. Van Dishoeck. I P. Den Boer. G. Oranje. I en toegelaten tot de eerste klasse J. G. Van Dishoeck. I J. E. J. Callenfels. D. J. Ampt tot de voorbereidingsklasse: W. Griep. A. L. Van Paassen A. Nyssen. P. W Jonquière. W. Vis. J. J. Sloover. J. A- G lttmann. J. J. O. Van Sluis. A. O H. Van Sluis. J. W. Van Dellen. E. De Koning. S. J. De Jouge. G. Borel. A. J. Van der Boek. Goes, den 31 Augustus 1883. Burgemeester en Wethouders van Goes, J. G. DE WITT HAMER De Secretaris, H A R T M A N. GOES, 81 Augustus 1883. Bij het depart, van koloniën is gisteren een telegram van den Gouverneur-Generaal van Ned. Indië ontvangen, o. a. meldende, «dat de uitbarsting op 26 dezer te Krakatau Noord Bantam grootelijks verwoestte. De voedingsmiddelen zijn vernield. De bevolking vlucht wanhopig. Den 27sten 's morgens is door een hevige vloedgolf de kuststreek van Merak tot Tjeringin ver woest. Anjer, Merak en Tjiringin met alle gouverne mentsgebouwen zijn verzwolgen. De vuurtorens aan het vierde punt en Vlakkelioek zijn vernield. Vijf Eu- ropeesche en verscheidene inlandsche ambtenaren worden vermist. Het vaarwater in Straat Sunda is geheel gewijzigd, Krakatau is ingestort. Eene waarschuwing voor zeevarenden is naar Suez, Aden, Melbourne en Hongkong geseind. De geheele omvang der ramp is nog niet bekend." De ontzettende gebeurtenis is dus thans officieel bevestigd. Het gaat moeielijk om uit de ontvangen berichten eenigszins den omvang der ramp afteleiden. Straat Sunda is de doorgang tusschen het zuidoostelijk punt van Sumatra en de westelijke grens van Java. Krakatau is een onbewoond eiland in de Straat. Men passeert er vrij dicht langs, om voorbij St.-Nikolaas- punt het noordelijkste punt van de residentie Bantam en ongeveer het noordelijkste pönt van gansch Java naar de reede van Batavia te sturen. Oostelijk van Krakatau heeft men de westkust van Java, tevens de noordwestelijke kust van Bantam. Deze kust, waarlangs men Merak, Anjer en Tjiringin allen bewoonde plaatsen aantreft, schijnt voor een gedeelte verzwolgen. De omstandigheid, dat Serang, de hoofdplaats van Bantam en meéirViaar binnen (oos telijk) gelegen, slechts door duisternis en uitgeworpen steenen werd getroffen, wettigt de hoop, dat de ramp zich grootendeels tot de kust heeft bepaald. In het telegram van 29 Aug. wordt ervan gespro ken, dat ook Telok-Betong, aan de andere zijde van het eiland Krakatau, in de Lampongsche districten op Sumatra, zou verwoest zijn. Dit wordt in het ofïiciëele bericht niet bevestigd, evenmin dat noordelijk Banka, een eiland vrij wat noordelijker, in de straat Malakka-route gelegen, zou getroffen zijn. Wij ver moeden dan ook, dat het noordel'jk gedeelte van Ban tam, waarvan in het officiëele telegram gesproken wordt, zal bedoeld zijn. Het bericht, dat de «Prinses Wilhelmina", een stoomschip van de maatschappij «Nederland", dat drie dagen voor de ramp ter reede van Batavia is gearri veerd, op Tandjong Priok, de nieuwe haven van Ba tavia, zou gestrand zijn, is dunkt ons weinig betrouw baar. Men zou dan moeten denken aan een vulkanische werking, die zich een groot eind in de Javazee heeft doen gevoelen, en waardoor ter reede liggende schepen van hunne ankers zijn geslagen. Bovendien is door de directie van de maatschappij «Nederland" uit Batavia een telegraphisch bericht ont vangen, waarin enkel wordt melding gemaakt van het vertrek der boot «Prins Frederik", maar geen enkel woord voorkomt over de «Prinses Wilhelmina." Men zal daaruit wel mogen opmaken, dat het onrustbarend telegram van Reuter óf in dit opzicht althans onjuist is óf een ander schip «Wilhelmina" bedoelt dan de boot van «Nederland". Er schijnt ook eenige ongerustheid te bestaan om trent het stoomschip «Prins Frederik" van de maat schappij «Nederland," dat den 25n van Batavia is vertrokken, 't Komt ons echter voor, dat zonder bijzondere omstandigheden dit stoomschip reeds buiten Straat Sunda moet geweest zijn voor de uitbarsting begon, aangezien men in den regel 's morgens var. Batavia vertrekkende, reeds des avonds de Straat door is en de uitbarsting eerst in den nacht van 26 op 27 schijnt te hebben plaatsgehad. Dat door het verdwijnen van eilanden en vuurtorens, allen verkenningspunten in Straat Sunda, het vaarwater zeer onveilig is geworden, behoeft geen betoog. Het is bovendien niet uittemaken of door zulk een ver schrikkelijke onderzeesche werking geen nieuwe on diepten zijn ontstaan, waar andere verdwenen zijn voor het gezicht. Dit blijkt reeds het geval te zijn naar luid van een Reuter-telegram van gisteren, waarin ge meld wordtTusschen de plek waar Krakatau zich verhief en het eiland Sebessi zijn zestien nieuwe vul kanen verrezen. In den vulkaan Soengepan hebben zich vijf kraters geopend. Een gedeelte van de resi dentie Bantam is in eene aschwoestijn verkeerd. Het vee is zonder weidenen de bevolking is wanhopig. Men begint de lijken optesporen. In het district Ta nara heeft men er 704 gevonden, in Serang 40, en in het dorp Krainat 300, meerendeels Chineezen. Vermoedelijk zal de vaart op Java nu voorloopig slechts door Straat Malakka kunnen plaatshebben. Het Nederlandsch poolschip «Varna" is behouden te Vardö binnen. Alles wel. De officieren der dd. schutterij alhier hebben het volgende adres gericht: Aan Z. Exc. den Min. van Binn. Zaken, 's-Hage. Geven met verschuldigden eerbied te kenner, de onder- geteekenden, Majoor-kommandant en officieren der dd. schutterij te Goes, dat zij de indiening van het wets ontwerp in 1880 tot regeling der schutterijen met de meeste belangstelling hebben begroet; dat zij echter naar de behandeling van genoemd ont werp nog steeds te vergeefs uitzien; dat de toestand der schutte ijen in ons land zóo vervallen is, dat zij hare ware roeping geheel en al missen en daardoor feitelijk doelloos zijn geworden dat toch volgens art. 42 der wet van 11 April 1827 (Staatsbl. no. 17) de hoofdzaak, waarvoor de schutterij jaarlijks bijeenkomt, bestaat in het schieten naar de schijf; dat wel is waar de gewone oefeningen onmisbaar zijn tot het vormen van een goed geordenden troep, maar toch slechts eene eenvoudige bijzaak uitmaken ten opzichte der weerbaarheid, welk gevoelen ook Uwe Excellentie met ons deelt blijkens beschikking van den Min. van Binnenl. Zaken dd. 16 Juni 1866 La. A. Kabinet dat de hoofdzaak, schieten naar de schijf, slechts op weinig plaatsen meer wordt betracht, en terwijl men zelfs is overgegaan tot opheffing van enkele schiet banen, andere afdeelingen der schutterij de jaarl Ij ksche oefeningen nalaten, daar zij dezelve als nutteloos beschouwen dat deze abnormale toestand, welke bet gevolg is van de wet van 1827, noodzakelijk leiden moet tot algeheele verslapping van het militaire leven en den militairen geest; dat door den eerst ondergeteekende Majoor-komman dant bij verzoekschrift dd. 7 Juli 1883 aan den gemeen teraad is gewezen op den genoemden toestand met verzoek een schietbaan te willen oprichten; dat echter de Gemeenteraad heeft besloten met het oog op de aanhangige wet, waarin wordt bepaald dat de kosten der oprichting komen ten laste van het Rijk, het verzoek te moeten afwijzen; dat hierom de behoefte aan een nieuwe regeling der schutterijen nog heviger wordt gevoeld en de ver betering van den bestaanden toestand niet spoedig genoeg kan worden ingevoerd; dat zij met den meesten aandrang de belangen der schutterijen in ons Vaderland aan de belangstelling van Uwe Excellentie aanbevelen en met de meeste bescheidenheid verzoeken het wets-or.twerp binnen een kort tijdsbestek ter goedkeuring aan de Kamers der Staten-Generaal te willen aanbieden, opdat de schutte rijen in dien staat van geoefendheid kunnen worden gebracht, om ten allen tijde aan hare grondwettige roeping te beantwoorden. Goes, 29 Aug. 1883. 't Welk doende enz. w. g. M. J. SOUTENDAM, Maj. JACs. G. DOBBELAERE, le luit. DANIËL STIGTER, 2e H. J. ROSKES, 2e Aan den Min. van Oorlog, aan de leden van de Eerste en Tweede Kamer der Staten-Generaal en aan de vergadering van officieren der schutterij, morgen te Amsterdam te houden, zijn afschriften van dit request toegezonden. Een Kon. besluit van 21 Aug. 11. St.bl.no. 130 bepaalt«Door liet bestuur der posterijen wordt ge legenheid gegeven om de waarde van pakketten, waar van die waarde is aangegeven mits een bedrag van f 150 niet te boven gaande, van den geadresseerde te doen invorderen, en door middel van een postwissel aan den afzender te doen overmaken. Behalve het port en het recht, ingevolge artt. 2 en 3 der wet van 21 Juni 1881 (Stbl. no. 70) voor pakketten met aangegeven waarde verschuldigd, wordt voor de overmaking van het ingevorderd bedrag het voor postwissels te betalen recht van 5 cent voor elke som van ƒ12,50 of gedeelte van 12,50 aan den af zender in rekening gebracht. De pakketten, waarop een waarde is in te vorderen, worden niet dan tegen voldoening van die waarde aan de geadresseerden uitgereikt." Z. M. heeft voor den tijd van vijf jaren gede tacheerd bij het personeel der militaire administratie van het leger in Ned-Indië den 2en luit.-kwart. W. F. De Vulder van Noorden, van het 3e reg. inf. Benoemd tot lid van het bestuur der waterkee- ring van het calamiteuse waterschap Bruinisse J. De Groen. Het examen, uitgeschreven door de Nederl. Toonkunstenaarsvereeniging tot het verkrijgen van een diploma als bekwaam muziekonderwijzer of muziek- onderwijzeres, heeft plaats gehad. Door 32 eandidaten waren 36 diploma's gevraagd. Aan de eischen, gesteld in het programma voor dit examen, is voldaan door 13 eandidaten er zijn toegekend 14 diploma's. De door de redactie van het «Nieuwsblad voor Nederlandsche leerlooierijen en aanverwante vakken" voorgestelde vergadering van leerlooiers is bepaald op Maandag 3 September 1883, des voormiddags 11 uren, op de Looiersbeurs, bij den heer P. Oppermans, op den Heuvel, te Tilburg Mr. B. M. Bahlmann, lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal voor het district Tilburg, heeft de leiding dezer bijeenkomst op zich genomen. Alle Nederlandsche looiers worden dringend uitge- noodigd deze vergadering bijtewonen. Ons prinsesje Wilhelmina Helena Paulina Maria viert heden haar derden jaardag. Z. M de Koning moet voornemens zijn in het volgende jaar met de Koningin een bezoek te brengen aan het Oostemij ksche hof. De heer Volck schrijft nog in zake de uitgezon den schepen ter opsporing der «Varna": Dank zij de firma De Vos Zoonassuradeurs te Amsterdam, werden op de «Ellida" afgesloten f20,000 te Amsterdam en 3200 pond te Londenmakende f 58,400, terwijl de «Georgy" geheel verzekerd werd, nl. te Amsterdam voor f 20,000 en te Londen voor 1300 pond samen f 35,600. Ds groote kosten in acht nemendezal men zeker alle krachten inspannen om financiëele moeielijk heden te voorkomen. De lastvoor éen paar schouders te zwaar, wordt verlicht als velen willen mededragen. De tij l voor de in 1884 te houden Internationale landbouw tentoonstelling is bepaald van 28 Juli tot 9 Augustus; doch naar het schijnt is hierbij door het bestuur er niet aan gedacht, dat die tijd in het drukst van den oogst valt. Een opmerking in dien geest wordt door de N. Landb. Ct. gemaakt, die een beteren tijd, half Juni, voorstelt. Het nieuwe reglement voor de Koninklijke mili taire Academie dat in de »St. Ct." no. 202 is op genomen met dat van 22 Aug. 1877hetwelk het vervangt, vergelijkende, blijkt, dat geen essentiëele veranderingen daarin zijn gebracht. Hier en daar en kele wijzigingen van min of meer ondergeschikt belang. Zoo is bij artikel 58, waarin thans niet meer alleen wordt bepaald, dat: «de cadetten op Zon- en feest dagen de godsdienstoefening van hunne gezindte bij wonen", tevens gevoegd: «tenzij de ouders of voogden aan den Gouverneur der Academie het uitdrukkelijk verlangen te kennen geven dat hunne zonen of pu pillen van het bijwonen der godsdienstoefeningen wor den vrijgesteld." Onder deze categorie van bepalingen verdient ook opmerking, dat uit de «straffen" vervalt vermaningen voor het front der compagnie aan welke straf de intrekking tot uitgaan, hoogstens gedurende drie weken, kan worden verbonden." Het volgend uittreksel uit een brief, geschreven te Serdang (Sumatra's Oostkust, niet ver van Atjeh) 19 Juli 1883, werd ons ter plaatsing gezonden: «Wanneer ik 's avonds naar Ranton Pandjang ga, ben ik altijd vergezeld van politie-oppasserséen op passer gewapend met klewang en lantaarn voorop, dan de ondergeteekende met geladen revolver in den zak en tot sluiting oppasser no. 2, ook gewapend met klewang, aangezien het hier 's avon Is in 't geheel niet veilig is Op Java behoeft men niet altijd zoo gewapend te zijn, doch 't is hier nog zoo versch dat de »(7ompannie" een woordje meepraat en of de lui nog wel zoo bij zonder compannies-gezind zijn, zou ik niet zoo spoedig durven beweren De controleur van hier is tot mijn spijt gisteren ook vertrokken en wel naar Borneo, en nu zitten we hier in dit liefelijk oord met ons beiden, 'k Zeg zoo: lieflijk oord, want 12 en 13 Juli, dus 2 dagen achter elkander, zijn er hier twee lui vermoord. En zouden we zulk een oord, of laat ik liever zeggen, de lui niet lieflijk en vreedzaam noemen Eenigen tijd geleden, ongeveer drie weken, zijn hier ook een paar prauwen met geweren, bestemd voor het vredelievend Atjeh, aangehouden en naar men zegt willen de Bergbattak- kers een inval hier in Deli doen, dus zeer aangenaam, niet waar? 't Hoofd van die Bergbattakkers heeft den contro leur, die dicht bij 't Toba-meer woont, vogelvrij ver klaard en 100 dollars f250 uitgeloofd om hem te vermoorden, dus ook gezellig om daar voor con troleur te fungeeren. Naar men zegt moeten de spi onnen van dien kerel ook reeds hier in de kampongs zich ophouden". Het Handelsblad deelt als een particuliere tijding mede, dat het paard van den gouverneur Laging Tobias bij Long Lemoh twee schoten ontving. NVolfertsdijk. In de gisteren gehouden openbare ver gadering van den gemeenteraad was dhr. C. Van Damme afwezig. Nadat de notulen waren gelezen, verklaarden de heeren Noteboom, De Jager, De Kater en Van Weel dat zij zich niet met het laatste gedeelte der notulen konden vereenigen, als komende geheel ver minkt voor. O a. wees de heer Van Weel er op, dat de secretaris hem iets laat zeggen, dat hij volstrekt niet heeft gezegd hij heeft van geen wijzigen of aan vullen van art. 30 van de verordening op het burg. armb. gesproken. Spreker heeft alleen gezegd, dat hij in de verg. van 11 Juni verzocht, dat de burge meester de leden van den raad zou afvragen, of in de verg. van 11 April art. 30 was vastgesteld, zoo als de secretaris het had geplaatst, of zoo als spreker toen voorlas, waarna al de leden van den raad en cok de burg. zelf eenparig verklaarden dat het is vast gesteld zoo als spreker toen voorlas. Spreker heeft niet alleen in de laatste verg. maar in meer voor gaande vergaderingen verzocht om het zoo te plaatsen, hetwelk de secretaris telkens belooft maar toch niet doetspreker verzoekt dat dit nu dadelijk in orde worde gebracht eer de leden met de andere werkzaam heden beginnen. Hierna verzoekt de secretaris het woord en zegt dat het toch niet gemakkelijk gaat om zijn eigen werk af te keuren en dat notulendie in de vorige ver gaderingen zijn goedgekeurd, een afgedane zaak zijn. Hij zegt evenals in de vorige vergadering, dat als hij een man van kapitaal was, hij het in der eeuwigheid niet zou doennu is hij gedwongen met het oog op zijn vrouw en kinders. De heer Van Weel verzoekt dat de burgemeester den secretaris het woord ontneme liet komt niet te pas dat de secretaris alles tegen de raadsleden zegt wat hij wil, hij is alleen de persoon die de meeningen en besluiten van den raad op papier moet brengen met zijn wil of zijn meeningen hebben de leden van den raad niets te maken. De beer De Jager zegt dat hij niet kan begrijpen, hoe het mogelijk is, dat de secretaris zoo onwillig is, om zijn werk uittevoeren, daar werkelijk het besluit van den raad zóo was, als nu wordt voorgesteld. Nadat de heer Van Weel het 7 of 8 keeren had voorgesteld, en als 't ware woord voor woord had voorgezegd, kon de secretaris nog maar niet begrijpen wat hij moest schrijven, zoodat eindelijk de heeren Noteboom en v. Weel den voorzitter te kennen gaven dat, als de secretaris zijn werk niet voortzette, zij verplicht waren de vergadering te verlaten; zij kon den niet als kwajongens blijven zitten. De voorzitter geloofde ook dat het zoo diende in gevuld te worden, en verzocht daarom den secretaris het te doen, waarna eindelijk zwart op wit werd gezet. Hierna verzocht de heer v. Weel dat de se cretaris nog een gedeelte zou schrappen, nl. dat de heer v. Weel den secretaris gedwongen had te be kennen dat de schuld aan hem lag, dat art. 30 ver keerd was genotuleerd dit is niet waar, want de se cretaris had in het geheel geen schuld bekend en dit moet dus niet in de notulen staan. Na dit veranderd te hebben werden de notulen, na van half tien tot kwart over elf er mede bezig te zijn gew est, ge arresteerd. Hierna werd een brief voorgelezen van den heer J A. Zip te Middelburg, welke aanbood de geldlee ning der gemmte, groot f 6900, aant-'gaan tej^n

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1883 | | pagina 1