1883. N°. 88. Zaterdag 28 Juli. 70ste jaargang. Geene moeielijke keuze! C. E. Massee J. Van Zandbergen Buwalda. Kerkelijke Zaken en Onderwijs. Rechtzaken. GOESCHË Be uitgave dezer Courant geschiedt Maandag, Woensdag en Vrijdagavond uitgezonderd op feestdagen. Prijs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, f 1,75. Afzonderlijke nommers 5 ct., met bijblad 10 ct. In ons land vervoege men zich: voor Rotterdam aan het Algemeen Advertentiebureau van NIJGH VAN DITMAR, en verder bij alle Boekverkoopers en Postdirecteuren. COURANT. De prijs der gewone advertentiën is van 15 regels 50 ct., elke regel meer 10 ets. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs sleclits tweemaal berekend. Geboorte-, huwelijks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende dankbetuigingen worden van 18 regels a 1,berekend. Dienstaanbiedingenniet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald, 20 ets. Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cents per regel. Alvorens de kiezers aanstaanden Maandag ter stem bus gaan, meenen wij nog met een enkel woord den toestand van het oogenblik te moeten schetsen. Toen kort geleden de anti-revolutionairen het woord «bezuiniging" in hunne banier voerden, scheen dit een machtig wapen in hunne hand. Al waren wij ook volkomen overtuigd, dat het met die leuze öf geen ernst öf zelfmisleiding was, om de eenvoudige reden, dat geen zuiniger beheer van onze gemeente mogelijk is dan thans, zoo worden licht velen door dat woord verlokt en ziet men in zijne verbeelding reeds den tijd aanbreken, dat men regeeren en onderhouden kan zonder geld Wij wenschten wel, dat algemeen begrepen werd, hoe ieder, ook het tegenwoordig gemeentebestuur, er eene eer in stelt om de gemeantenaren zoo weinig mogelijk aan belastingen te doen betalen, maar dat men bij eene gemeente door wet of omstandigheden voor uitgaven staat, waaraan geen raadslid, wie ook, zijne stem zou kunnen of mogen weigeren. Wat er dan ook was van die bezuinigingsleuze, hebben wij in een onzer jongste nos. onzen lezers voorgerekend en bewezen, dat, zoo door verhoogd schoolgeld vermindering van hoofd, omslag werd beoogd, het nadeel bijna uitsluitend door den kleineren burger zou worden geleden, wat tot heden met weersproken is. En ziettoen kwam men er maar rond vooruit, dat bezuinigen eigenlijk het doel niet was. De heer Quist, vooizitter van de kiesvereeniging «voor Nederland en Oranje", zag zich genoodzaakt te antwoorden «wij «willen ook niet bezuinigen, wij willen het onderwijs «op de openbare *chool slechts duurder maken om «daardoor de kinderen op onze bijzondere school te krijgen"! Dus geene ontlasting van het algemeen, maar bevoordeeling eener bijzondere inrichting was het doel Aanvankelijk hebben de kiezers uitspraak gedaan en door de herkiezing van de heeren Van Ellemeet en Van Swinderen, en door de bepaalde verwerping van den heer M. De Jonge Jz., door zijne partij voor gesteld als «het edelste wat zij had", bewijs gegeven, dat zij het doel van den voorzitter der kiesvereeniging «voor Nederland en Oranje" niet wenschten te be vorderen. Sinds zijn de zaken er niet op verbeterd. Twee omstandigheden hebben zich voorgedaan, die nader doen zien waar wij heengaan als de anti-revo lutionairen de meerderheid zouden hebben in den Raad. In de eerste plaats de quaestie met het schoolfeest. De weigering van het Bestuur der bijz. school om de schoolkinderen aan het feest te doen deelnemen is een voorproefje van wat de anti-revolutionairen op het gebied van vermaken zouden doen, indien zij meer derheid waren. Zoo men den kinderen reeds wil beletten een totaal onschuldig vermaak te genieten, dan ligt het voor de hand, dat men al het mogelijke zou doen om ook de vermaken der grooteren te belet ten, en aftesehaffen datgene wat na maanden of weken van ingespannen arbeid tot ontspanning en tot voor deel aanleiding kan geven. De tweede beteekenisvolle omstandigheid is het artikel van den voorzitter der anti-revolutionairen, waarin hij bij name eenige volgelingen der anti-revo lutionaire partij van inconsequentie beschuldigt, omdat zij hunne kinderen van het middelbaar onderwijs doen genieten. Dit doet zien, dat de anti-revolutionaire partij, die zoo luide b.v. bij de vaccinatie en het onderwijs de vrijheid der personen predikt, in dezen wel eene leer maar geene praktijk huldigt, en die vrijheid inconsequentie noemt, waar het geldt voor zijne kinderen het onderwijs te kiezen, dat men zelf goed vindt. Wij zullen hierover niet verder uitweidenmaar zeker is het dat door een en ander eene scherpere afscheiding is ontstaan en het nu zelfs voor vele anti revolutionairen, die terecht vrijheid voor zich en hunne kinderen eischenmoeilijk wordt hunne stemmen uit te brengen op de door den voorzitter, thans ook door den secretaris, der anti-revolutionairen aanbevolen can didaten De Wilde en Donner. Zoo deze heeren geacht moeten worden dezelfde beginselen te zijn toegedaan en de bekend geworden richting van den voorzitter te volgen, dan zouden wijmet hen aan het bestuur, wellicht komen in een toestand, waarin gepast vermaak en ware vrijheid een harden strijd hadden te voeren. En men bedenke het wel: zoo de beide heeren De Wilde en Donner worden gekozendan hebben de anti-revolutionairen de meerderheid Gelukkig bevinden wij, niet-antirevolutionairen, ons in een gemakkelijk geval. Onze eigene candidaten komen in herstemmingcandidatendie de vrijheid werkelijk liefhebben. De heer C. E. Massee had bij eerste stemming slechts 5 stemmen meer noodig gehad om herkozen 1 te zijn. Men zegt, dat de heer Massee de stem van enkelen gemist heeft, omdat hij in hun oog soms wat rónd voor zijn gevoelen is uitgekomen. Wij vragen aan die «enkelen," of, wanneer dit gebeurd is, de heer Massee dan daarbij ooit iets anders dan het belang der burgerijhet gemeenschappelijk belang der inge zetenen, op het oog heeft gehad En zoo men dit erkent, of dan niet die oprechtheid gewaardeerd moet worden Door de niet-herkiezing van den heer Massee om zulk een reden zou men eigenlijk de raadsleden huiverig maken hun gevoelen te uiten. Maar niet alleen daarom, om den heer Massee zeiven bevelen wij zijne herkiezing met warmte aan. Gelijk wij reeds vroeger zeidende heer Massee, die als groot industrieel zich eene eervolle positie in ons land heeft weten te verwerven, is als vertegenwoordiger van handel en nijverheid een uitstekend lid in den Raad, en het is een schoone roeping voor de kiezers op die wijze hulde te brengen aan den eerlijken man van talent en werkzaamheid, die door zijne belangrijke zaken niet weinig bijdraagt tot de welvaart der in gezetenen. Is de heer Massee reeds beproefd, van den heer Van Zandbergen Buwalda hebben wij de overtuiging, dat hij krachtig wil medearbeiden aan de belangen der gemeente. Zijne financiëele en belastingkennis maakt hem op dat gebied tot een specialiteit voor onze gemeente. De vervanging van den heer De Wilde door den heer Buwalda schijnt ons slechts eene aan winst voor de gemeente te kunnen zijn, want welke hooggespannen verwachtingen ons ook indertijd bij de verkiezing van den heer De Wilde geopend zijn, zelfs ieder anti-revolutionair zal moeten erkennen, dat tot nutoe nog weinig daarvan vervuld is. Onr. een en ander noemden wij de keuze niet moeie- lijk. Duidelijker dan ooit is men van antirevolutionaire zijde bij deze verkiezing opgetreden, en het gevolg is, dat wij nu te kiezen hebben tusschen het algemeen financieel belang der ingezetenen en dat eener parti culiere inrichtingtusschen de vrijheid om van gepaste genoegens gebruik te maken en belemmering daarvan tusschen de vrijheid om voor onze kinderen het on derwijs te kiezen dat wij zelf wensehen of ons te hooren beschuldigen van inconsequentie door den voor zitter der anti-revolutionairen. In een dergelijk geval kan de keuze niet moeielijk zijn. Ieder onzer is te wel overtuigd, dat het persoon lijk belang nooit boven dat van het algemeen mag gaan; dat de boog niet altijd gespannen kan rijn en dat ook de mindere burger, die niet als zoovele, ook antirevolutionaire, gegoeden elders zijn genot kan zoe ken, aan ontspanning behoelte heeft, een ontspanning, die tevens voor vele neringdoenden voordeel oplevert ieder onzer is te wel overtuigd van zijn recht op persoonlijke vrijheid, dan dat hij zou kunnen goedkeuren de strekking van het bekende artikel van den voor zitter der anti-revolutionairen. Maar laten wij dan ook daarvan ditmaal een krachtig getuigenis afleggen door eenparig onze stemmen uitte- brengen op de heeren en GOES 25 Juli 1888. Het verslag is verschenen van de Commissie voor de bier-enquête, benoemd ingevolge besluit van de algemeene vergadering van het «Volksbond". Dit verslag is te uitvoerig om optenemen, maar als een der resultaten van de enquête kunnen wij mededeeleu, dat de Commissie voorstelt o. a. het patronaat te aanvaarden over het bier van de firma Wed. De Meulemeester en Zoon te Goes, hetwelk als zeer goed gequalificeerd wordt met een alcohol-gehalte van 3 en een moutextract-gehalte van 4.77 pet. De eerste beproeving van werktuigen voor den hooibouw, grasmaaimachines, hooischudders en paar- denhooiharken voor de internationale landbouwtentoon stelling, in 1884 te Amsterdam te houden, had Don derdag plaats te Heiloo, bij Alkmaar. Aan de beproeving namen een groot aantal werk tuigen deel, o. a. eene machine van A. Paragon, met een snid van 1 m. 30 en voorzien van twee messen van R. Ilornsby Son, te Grantham; ingezonden door de wed. J C. Massee Zoon alhier. Prijs 205. De uitslag zal eerst worden bekend gemaakt, als de tentoonstelling het volgende jaar wordt geopend. De Minister van Justitie heeft aan de besturen der huizen van verzekering, der huizen van arrest, der afzonderlijk gevestigde kantonnale huizen van bewaring en der cellulaire gevangenissen te Gorinchem, Goes, Sneek, Deventer en Appingedam de volgende circulaire gezondenDe uitgaven voor het onderhoud der ge vangenen in 1882 hebben aanmerkelijk meer bedragen dan bij de raming werd verwacht. Vermoedelijk is deze vermeerdering van uitgaven voor een groot deel toeteschrijven aan de uitvoering van de drankwet. Ten einde dit te kunnen nagaan, verzoek ik U mij onver wijld te willen melden, hoeveel dagen gevangenisstraf principale of subsidiaire in 1882 in de gevan genis onder Uw beheer door krachtens de drankwet veroordeelden zijn ondergaan. Men schrijft ons De ansjovisvangst op de Ooster-Schelde is dit jaar erg tegengevallen maar wat erger is, de verwachting der oesterteelt laat zich bijna even ongunstig aanzien. Tengevolge van het aanhoudend gure weer is te voor zien dat de aanslag van 1883 even nadeelig in zijne gevolgen worden kan als in 1879. Het is te hopen dat, bij goed weer, de tweede aanslag eenige verbe tering zal aanbrengen. Zoo niet dan zijn de vooruit zichten voor de oesterkweekers niet bemoedigend als zij uit de baten de hoog opgedreven pachten in 1885 moeten betalen. Benoemd met ingang van 15 Augustus, tot burg. van Oosterland, A. Van der Have. Benoemd tot plaatsvervang.-dijkgr. van den West- dorpe of Nieuw-Vogelschorpolder P. A. L. Nolsen; tot plaatsv.-dijkgr. van den Remoorterepolder, L. "Ver hulst; tot dijkgraaf van het verdronken poldertje ten zuidoosten van Philippine P. Wouters. Bij kon. besluit van 24 Juli is aan mr. A. Heemskerk, op zijn verzoek, eervol ontslag verleend als rechter in de arrondissements-reehtbank te Zieriksee. Het Vad. verneemt, dat H.H. M.M. de koning en de koningin Zaterdag te 2 uren op het buitenver blijf «Oranje Nassau's-oord" worden verwacht. Woensdagavond kwam de Kroonprins van Zwe den te Amsterdam aan. Gisteren is hij naar Zandvoort vertrokken om er de baden te gebruiken. De Minister van binnenl. zaken heeft aan de Tweede Kamer inlichtingen verstrekt betreffende adres sen over de schorsing van den onderwijzer Poppink te Winterswijk. De Minister geeft een nauwkeurig relaas van het gebeurde, zooals dit meer of minder juist in de dagbladen reeds vermeld is en van de ingewonnen adviezen der betrokken autoriteiten. Om trent het gevoelen van den Minister zelf vinden wij niets in zijne inlichtingen. Vermoedelijk zal dit bij het debat in de Kamer blijken. De Nederl. openbare onderwijzers- en lioofdonder- wijzersvereeniging heeft op haar verzoek aan de Re geering om intrekking der schorsing van den heer Poppink, een afwijzende beschikking ontvangen. Volgens een bericht in de »N. Rott. Ct," hebben te Parijs bijeenkomsten plaats gehad, waarin plannen zijn besproken voor den aanleg van een zeehaven te Scheveningen. Een commissie zou zich voor dit doel hebben gevormd. Uit Transvaal wordt onder dagteekening van 1 Juli gemeld De Volksraad heeft de Bankconcessie verworpen, en besloten eene deputatie naar Europa te zenden om eene leening te sluiten. De deputatie, waarvan dr. Jorissen geheel en al uitgesloten is, zal ook de macht hebben om te onderhandelen met de Britsche Regeering, teneinde de conventie te herzien. Ds. J. F. De Later is voornemens om op Zondag -16 Sept. te Scherpenisse zijn afscheid en op 23 Sept.. te Wissekerke zijn intrede te houden. (Z. N Beroepen tot predikant bij de N. 11. gemeente te Kortgene de beer J. Van den Bergen, te Strijen. Kolijnsplaat. Mejuff. L. Sluijters sedert 15 Mei 1881 alhier aan het hoofd eener door haar opgerichte bewaarschool en sinds 1 November 1881 aan de open bare school dezer gemeente als onderwijzeres in de handwerken verbonden, heeft na gevraagd en bekomen eervol ontslag uit hare betrekking deze gemeente ver laten. Hare zuster mejuff. J. Sluijters heeft de be waarschool overgenomen, teiwijl zij zelve met primo Augustus aan het hoofd qpner particuliere bewaar school te Bergen op-Zoom optreedt. Vergeefs zijn er oproepingen voor eene onderwijzerestevens in de handwerken geëxamineerd, op eene jaarwedde van 000 gulden gedaanzoodat nu de leerlingen der openbare school, na sedert November 1880 geregeld onderricht in de nuttige handwerken te hebben ge had, er vooreerst van zullen verstoken blijven. Al de adspiranten voor het toelatings-examen voor de rijks-kweekschool te Middelburg, 45 in getal, zijn daartoe opgekomen. Sluis. De 40e algemeene vergadering der onder- wijzersvereeniging in het arroi dissentent Oost buig, onder presidium van den heer Gerritsen, arr. school opziener te Groede, werd Woensdag alhier g. houden De meeste onderwijzers waren tegenwoordig, terwijl de burgemeester J. H. Hennequin, de wethouder P. O. J. Hennequin, burgemeester van Sint-Kruis, de heer Collot d'Escury, arr. schoolopziener te Hulst, en vele andere gasten, zelfs uit Groningen en Utrecht die feest- vergadering bijwoonden. Ter eere van dezen feestelijken dag begaf men zich te 2 uren naar de matinée musicale onzer muziek- vereeniging Apollo" in den fraaien tuin van dhr. P. C. J. Hennequin, welke zich jegens de onderwijzers zeer verdienstelijk maakte en de aanwezigen ruim ont haalde. Van de behandelde punten, op het programma ver meld, noemen wij alleen den wedstrijd en de feestrede. Drie antwoorden waren op den wedstrijd ingekomen. «De openbare onderwijzer neutraal in de school, zijn rechten en plichten als staatsburger daar buiten," van dhr. Meijer te Aardenburg ontving de prijs f 20 de antwoorden van de heeren Ten Berghe en Haartsen te IJzendijke en .Schoondijke stonden gelijk, en de premie a f10 werd onder de beide inzenders gelijk verdeeld. Aan den maaltijd werd door allen, die op de ver gadering tegenwoordig waren, deelgenomen, terwijl de heer Van Visvliet, onze districts-schoolopziener zich nog bij hen voegde. De heer P. C. J. Hennequin werd tot eerelid der vereeniging benoemd. Zeker een welverdiende hulde. Eene nette lezing van dhr. Van Ham te Oostburg had tot onderwerp «geestdrift bij den onderwijzer noodzakelijk tot karaktervorming", terwijl de secretaris dhr. Bevelander Schoo op boeiende wijze eenige ver rassende, soms treurige herinneringen mededeelde, die hij opgediept had uit het verleden onzer vereeniging. L. v. G., klompenmaker te Oudelande, stond gisteren voor het gerechtshol te's-Gravenhage terecht, onder beschuldiging van diefstal, onder zeer verzwa rende omstandigheden, van eene vrij belangrijke som geld aan bankpapier en specie en van gouden en andere sieraden, in den nacht van 26 op 27 Maart jl. in de woning van den landbouwer J. v. d. K. te Ovezand. Door bujtenbraak en inklimming zou beschuldigde in de woning zijn gekomen en door het maken van een opening in eene secretaire, in een der vertrekken geplaatst, zou hij zich het geld en de kostbaarheden hebben weten toe te eigenen. De besch. ontkende echter iets van den diefstal te weten, hoewel hij in de instructie eene vrij volledige bekentenis had afgelegd en toen had opgegeven, dat hij in den avond van 26 Maart ten ongeveer II uren uit zijne woning was vertrokken naar de hofstede van V. d. K., in gezelschap van zekeren B. die hem had overgehaald den diefstal te plegen. Aan de woning gekomen, had hij de wacht gehouden om B. te waarschuwen wanneer er onraad was. B. had van een op het erf aanwezigen houtstapel eenige staken genomen en daarmede de voor-en achter deur versperd, en was toen, nadat hij het buis van den besch. had aangetrokken, door een raampje in den zijgevel de woning binnengeklommen; bij had vervolgens wel gestommel in het huis gehoord, maar niets van het gebeurde gezien. Toen B. weder was buitengekomen, had deze hem een bankbiljet van 100 en een van 60, benevens acht rijksdaalders en nog eenig klein zilvergeld ter hand gesteld, maar later gevoelde hij berouw het geld te hebben aangenomen en had hij de bankbiljetten aan B teruggegeven, doch de specie behouden. Volgens besch. was deze opgave met de waarheid in strijd; liij had dit wel gedaan, maar zonder daarbij na te denken. Thans moest als waarheid worden aangenomen dat hij met B. in dien nacht was gaan stroopen en hij bewust was van het geen door dezen, na zich van hem te hebben verwij derd, was uitgevoerd. Hij was aan den diefstal geheel onschuldig. De proc.-gen. jhr. mr. Van den Bergh was van meening dat de diefstal door meer dan een persoon was gepleegd, hoewel die andere persoon buiten ver volging was gebleven. Bij het plaatselijk onderzoek was het gebleken dat niet door éen persoon kon zijn gehandeld. Wat de door beschuldigde afgelegde be kentenis betreft, deze was zijns inziens niet op aan nemelijke gronden teruggenomen. Trouwens die be kentenis was voldoende door tal van omstandigheden ondersteund, en het was tevens gebleken dat de werk tuigen, een bijtel en een boor, die bij de misdaad hadden gediend, door beschuldigde vooraf te Goes waren gekocht. De brutaliteit, waarmede ten deze was gehandeld was van dien aard, dat een meer dan gewone straf moe-t wo-den opgelegd. De proc.-gen. geloofde niet dat besch. bloot als wachter had dienst gedaan en eischte daaiom zijne veroordeeling tot 5 jaren tuchthuisstraf. De verdediger, mr. Duynstee, achtte de aanwijzingen voor de schuld van zijn cliënt niet voldoende om hem te straffen, zij waren daartoe te gei ing en te nietig. Met vertrouwen zag hij 's mans vrijspraak tegemoet, doch daar dwalen meuschohjk is kon ook hij in zijne

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1883 | | pagina 1