Gemengde Berichten. De heer mr. B y b a u achtte het een belangrijk vraag punt, daar, indien de adviseur gelijk had, Ged. Staten eene ruimere keuze hadden voor de benoeming van een prov. veearts, en hij dan hoopte, dat spoedig zulk een ambtenaar voor Noord-Beveland kon benoemd worden. Spr. vraagt, of geen der leden van het bestuur de verdediging van het advies zou willen op zich nemen. De heer Van den Bosch deelt als zijn gevoelen mede, dat de door den lfeer Gerstin gestelde vraag ontken nend beantwoord moet worden. De heer Hartman zegt, alle hulde te brengen aan de helderheid, waarmede de heer Gerstin zijne stelling verdedigd heeft en van diens standpunt zijne argumenten alleszins juist te vinden. Doch spr. wenseht ook de bespreking uittestellen tot de adviseur tegenwoordig is, daar hem gisteren de circu laire van den Minister van Binnenlandsche Zaken van 8 Sept 1874) in handen kwam, waarin verklaard wordt, dat de in het advies bedoelde veeartsen niet te beschouwen zijn als een wetenschappelijk eind-examen te hebben afgelegd. De heer R a m o n d t zou het niet billijk vinden wanneer op deze wijze het vraagpunt werd afgehandeld. De heer Gerstin kan wellicht de bedenking van den heer Hartman wederleggen. Spr. stelt dus voor den heer Gerstin daartoe in de gelegenheid testellen en geeft in bedenking dit punt tot eene volgende vergadering aantehouden. De heer Van S w i n d e r e 11 trekt in twijfel of genoemde circulaire van toepassing is en dringt mede op uitstel aan. Na nog eenige discussie wordt goedgevonden de bespre king aantehouden tot de volgende vergadering. De heer V e r e e k e verhinderd zijnde, langer tegenwoor dig te zijn wordt het voorzitterschap overgenomen door den heer Hartman 4o. Heeft de werking der drankwet reeds behoefte aan herziening doen gevoelen Zoo ja, welke bepalingen komen vooral daarvoor in aan merking De heer A. De V u 1 d e r van Noorden acht de inwerking treding der wet nog van te recenten datum en de verschil lende zienswijzen bij de uitvoering, als een gevolg van zich telkens nieuw openbarende speciale gevallen, in verband met verschillende plaatselijke omstandigheden, te uiieenloopend, om niet de wenschelijklieid, ja de noodzakelijkhei 1 te kunnen erkennen, dat eerst veel meer gegevens dienen te worden verzameld, teneinde de zaak degelijker te kunnen beoordeelen te meer daar toch èn de Minister èn de Hooge Raad reeds meer dan eens de wijze hebben aangegeven hoe de wet op verschillende punten uitteleggen. Dit neemt echier niet weg, dat 't oog niet mag worden gesloten voor hetgeen zoowel de drukpers als de ervaring ons hebben geleerd, aangaande de al of niet houdbaarheid zoowel van hoofdbeginselen der wet zelve als betreffende de moeielijkheden welke eene wettige uitvoering in den weg staan Zonder te willen stilstaan bij de vraag of 't in liet alge meen de plicht is van den Staat om hartstochten te beteu gelen, dan wel zich slechts te bepalen tot het nemen van maatregelen tegen daden, welke de openbare veiligheid in gevaar brengen, wijst hij erop dat, aangezien de wet, zooals die thans is, duidelijk alleen bet laatste beoogt, bij eventueel vasthouden aan dit beginsel eene genoegzame werking der wet uitspraak zou kunnen doen in het voor deel van het indertijd voorgestelde amendement Van der Kaaij, waarvan de strekking was de beperking tot bet ge bruik van sterkedrank slechts te bestemmen voor het tappersbedrijf en daarbij den kleinhandel ongemoeid te laten. Een tweede hoofdbeginsel der wet, waaromtrent tijd en ondervinding uitspraak moeten doen, ligt in art. 2, waarbij in hoofdzaak slechts het zielental als criterium voor het aantal te verleeneii vergunningen is aangenomen. I11 gemeenten, welker inwoners bijna uitsluitend landbouwers zijn, is liet drankverbruik niet alleen veel minder dan in nabijgelegen plaatsen, waar scheepvaart en vischvangst in hoofdzaak de middelen van bestaan vormen, maar in laatstgenoemde zijn de hartstochten wegens drankmisbruik veel gevaarlijker voor de openbare rust en veiligheid dan in gene, omdat het karakter der bevolking zich in den regel veel levendiger en hartstochtelijker uit. Ook de aard en welvaart der streek oefenen invloed uit, zoo b v. wordt immers in Brabant minder sterkedrank gebruikt dan in de Noordelijke provinciën Met nadruk wijst hij op bet woord «Realiteit", dat nu eens in den enkelvoudige» (art. 6) dan weêr in den meervoudsvorm (art. 1) of wel met het predicaat «elke" (art. 13) is gebruikt en te raden geeft of de bedoeling is daaraan het begrip van alle vertrekken en plaatsen of een enkel vertrek te hechten. Terwijl b. v. de minister in ant woord op het voorloopig verslag in de 2e Kamer heeft te kennen gegeven, dat localiteit in art 13 het vertrek betee- kent waar geschonken wordt en dus niet het geheele gebouw, konden velen moeielijk de woorden «e 1 k e localiteit" in den zin van éen der Realiteiten opvatten. De minister nu gaf aan den burgemeester van Sehijndel (zie Gemeentestem no. 1599) te keunen, dat kon worden volstaan met slechts in éen vertrek een afschrift der vergunning opt.ehangen. I11 dien geest is dan ook in tegenstelling der uitspraak van den kantonrechter van Zaandam (Gem.stem 110. 1601) en in overeenstemming met het oordeel van dien te Goes door den Hoogen Raad beslist. Nog worden door hem aangehaald als voor herziening in aanmerking te komen art 1 al 3, art 3 no. 4, 6 en 9, artt 6, 7, 8, 11, 13. 14, 15, 17, 23 en 27. Ten slotte zou de adviseur liet wenschelijk achten dat ook de wet voorzag in de bevoegdheid van gemeentebesturen 0111 sluiting van sociëteiten, waar sterkedrank getapt wordt, op bepaalde uren te kunnen bevelen. 1 )e heer De Vul de r van Noorden zegt, dat bij aan zijn rapport niets meer heeft toetevoegen maar wil doen opmerken, dat hij geen uitgewerkt ontwerp voor eene nieuwe drankwet heeft willen geven. De wet is van te recenten datum, 0111 nu reeds over de noodzakelijkheid der herziening te kunnen oordeelendaartoe zouden meer gegevens noodig zijn, dan thans reeds zijn verkregen. Daarom heeft spr ook (en hij wijst hier op een drukfout in zijn rap port) gezegd, dat de gemeente-v erslagen (niet de ge- ineenteb lade 11) gelegenheid aanbieden om op het een en ander te wijzen. Nu volgde eene langdurige discussie over verschillende belangrijke punten, waaruit, het volgende geresulteerd werd. lo. De onduidelijkheid van art. 23 der wet, ten op zichte van bet tijdvak dat tusschen opvolgende veroordeelingen moet verloopen. Hierbij werd opgemerkt dat bet woord herhalingen verkeerd is gebezigd. 2o De tapperij alleen moest getroffen worden, niet de kleinh a n d e 1 zelfs al werd ook minder dan een liter verkocht. 3o. Politie-bepalingen op het sluiten van sociëteiten zouden in strijd zijn met de wet op het recht van vereeniging. Doch wel kon, volgens rechterlijke uitspraak, de gemeente raad eene verordening vaststellen waarbij verboden werd, 11a zeker uur in eene sociëteit t.e tappen. 4o. De schatter behoort niet met het opsporen van over tredingen heiast te worden, dewijl hem dit tot politie-agent zou maken. 5o. De strafbepaling van art. 19 moest vervallen, dewijl dit het opsporen van de in art. 16 sub 1 bedoelde over treding tegenwerkt. X. In de bus werden de volgende vragen gevonden en op de bij elk vermelde wijze beantwoord lo. Is de burgemeester verplicht, brieven om inlichtingen die hij als burgemeester ontvangt, aan den raad over te leggen Werd eenerzijds de meening uitgesproken dat de bur gemeester verplicht is, den raad alle mogelijke inlichtingen omtrent aan de orde zijnde zaken te verstrekken zonder directe verplichting 0111 de aan hem gerichte brieven over te leggen, van andere zijde werd het gevoelen verdedigd, dat de brieven, die op eene bij de raad aanhangige zaak betrekking hebben, den raad moeten worden ter kennis ge bracht. 2o. De leden van een burgerlijk armbestuur zijn benoemd voor den tijd van 6 jaren en de penningmeester voor onbepaalden tijd. Mag de raad nu eene verordening op het burgerl. arm best. ontwerpen waarbij bepaald wordt, dat bet geheele bestuur bij de inwerking treden der nieuwe verordening aftreedt De Raad is hiertoe volkomen bevoegd. 3o. Vervalt een onderhoudsplichtige, die op den dag der schouwing (vastgesteld ingevolge art. 41 van bet regiem, op de wegen en voetpaden in Zeeland) in de boete bepaald bij art 115 van dat reglement bijal dien een bij henr in onderhoud zijnd voetpad of kunstwerk niet in orde wordt bevonden? Voor eene tekortkoming in bet scliouwbaar houden van een kleiweg moet bet. procesverbaal d a d e 1 ij k ter vervol ging aan den A. v. h. O. M gezonden worden; voor dat van een voetpad of kunstwerk niet. Er schijnt echter eene omissie in het prov. reglement te zijn. 4o. Zijn aan het bestuur der Vereeniging ook redenen bekend, waarom geneeskundigen in hunne verklarin gen, afgegeven ingevolge art. 5 der wet van 1 Juni 1865 (Stbl 110. 60), de oorzaak van het overlijden in de Latijnsche en niet in de Nederlandsche taal vermelden Deze zijn niet bekend. Waarschijnlijk omdat er ziekten zijn die niet in bet Nederlandscli kunnen worden uitgedrukt XI. Op voorstel van liet, bestuur wordt inet algemeene stemmen, op 2 na, goedgevonden, dat de zomervergadering te Hansweerd zal gehouden worden. XII. Vóór de voorzitter de vergadering sluit, brengt de beer jhr. De M a r e e s van S w i n d e r e 11 een woord van hulde aan den secretaris, voor al de moeite, die hij zich getroost heeft om een overzicht van de geschiedenis der Vereeniging te geven. De heer H a rtina 11 betuigt zijn dank voor deze woorden en verklaart, dat hij steeds met den meesten lust en ijver in het belang der Vereeniging hoopt werkzaam te zijn. De bijeenkomst wordt daarna gesloten. BOES, 17 April 1883. In sommige bladen lezen wij, dat er sedert eenigen tijd bij een der infanterie-regementen bier te lande proeven worden genomen met een nieuw model vizierklep (met standvizier van 250 M.), welke proeven zulke goede resultaten opleveren, dat genoemde vizier klep vermoedelijk weldra algemeen bij ons leger zal worden ingevoerd. Naar aanleiding daarvan brengen wij in herinnering, dat enkele jaren geleden de toen malige kapitein, thans majoor Harsveldt, eene nieuwe patroon heeft uitgedacht, die, in verband met een vizier voor groote afstanden, voor het na den oorlog van 1870 in sommige gevallen zoo noodzakelijk gebleken vuur op groote afstanden uitnemend geschikt zou blijken te zijn. Deze patroon is bij ons leger ingevoerd en het toen bestaande vizier (met eene verdeeling tot 1100 pas) vervangen door een vizier tot 1800 M. Tevens werden de korrels der geweren door andere vervangen, omdat men de voordeelen aan het kunnen stellen der klep op 100, 150 en 200 M zeer groot achtte, en hiervoor een andere korrel vereischt werd, terwijl aan het bezit van een standvizier slechts weinig waarde werd toegekend. In den loop van het jaar 1881 zijn de geweren der infanterie met deze gewij zigde richtmiddelen ingeschoten. Na slechts twee jaren schijnt men echter weder van meening ver anderd te zijn en wordt er thans groote waarde gehecht aan een standvizier, waarom dan ook nu het bovenbedoelde vizier in beproeving is. Hier door verkrijgt men dus twee voordeelen, namelijk het bezit van een standvizier en de gelegenheid tot richten op een afstand kleiner dan die, waarvoor het stand vizier dienen moet. Het komt ons echter voor, dat dit onophoudelijk wijzigen der richtmiddelen niet kan bevorderen, dat de infanterist vertrouwd wordt met gebruik van het wapen, waarop hij, behalve op het beleid van zijn superieuren, in de eerste plaats al zijn vertrouwen moet kunnen gronden. In 18811883 kregen zij, die voor de herhalingsoefeningen ouder de wapenen kwamen, een vizierklep, waarvan het gebruik hun onbekend was in de volgende jaren zullen zij die dan voor een korten tijd ter oefening worden opgeroepen, daaraan weder eene wijziging vinden, en die tijd is toch zoo kort, dat zij, nauwelijks met die wijziging vertrouwd geraakt, weder naar hunne haard steden terugkeer en. Het is mogelijk, dat de bedoelde vizierwijziging met weinig kosten kan gepaard gaan, (rekenen wij f 0,50 per geweer, dan beloopt het toch rnet inbegrip der geweren in de depóts allicht een ton gouds), maar wij stellen niettemin de vraagof het niet te betreuren is, dat hun, die per se tegen een hoog budg< t voor oorlog zijn, dergelijke wapens in de hand worden gegeven. Het »zint eer gij begint" mocht ook bij de keuze van een vizier voor de geweren der Nederlandsche infanteristen wel wat meer in toepassing worden gebracht. In de Directievergadering van de Breede Wate ring bewesten Ierseke van heden is besloten het op 13 April jl. besteede werk aan geen der inschrijvers te gunnen. Onmiddtdlijk daarna werd het maken dei- gebouwen enz., henevens de verwijding van de beul in den Kookuutjesweg over de waterleiding van 1877 aanbesteed aan C. Romeijn te. Delft voor ƒ26145. De opbrengst der inschrijving voor Moddergat en Paesens bedraagt: te Ovezand 28,35; te Nisse ƒ14,60; te Driewegen ƒ15,75. Bij Provinciaal blad van Zeeland van 13 April is kennis gegeven, dat de verkiezing voor de Prov Staten, wegens periodieke aftreding, zal plaatshebben op 8 Mei a. s. en de herstemming, zoo noodig, op 22 Mei. Voor het hoofdkiesdistrict Goes zijn aan de beurt van aftreding de heeren mr. J. C. R. Van der Bilt, J. W. Vader, jhr. mr. J. J. Pompe van Meerdervoort en J H. Bybau. Prov. bl. 110. 34 van 6 April jl.bevat eene aanschrijving van Ged. Staten dezer provincie aan burgemeesters en wethouders, waarbij zij er deze col leges op wijzen, dat de omstandigheden op dit oogcn- blik gunstig zijn voor het schouwen der wegen, wes halve zij er op aandringen, dat de voorjaarsschouw in de eerstvolgende dagen plaatshebbe. De »Staatsct." van heden bevat de statuten der r.aamlooze vennootschap de oestervisscherij Triton." Zooals we reeds meldden vormen de inschrij vin gen voor de geldleening van f60.900,000 te zamen een bedrag van f748,000,000. Zoo spoedig mogeljk zal door den agent van het Ministerie van financien te Amsterdam, namens den Minister, aan de in schrijvers schriftelijk van het aan elk hunner toege wezen bedrag worden kennis gegeven. Zooals ieder weet zijn de metalen kruisjes, prij kende op de borst der oudstrijders van 1830/31, ver vaardigd van het hij Hasselt buit gemaakt geschut. Nu heeft zich te Rotterdam eene commissie gevormd, die zich voorstelt den 8n Augustus van dit jaar dat is de gedenkdag dier geschutverovering een kameraadschappelijke bijeenkomst te houden, waaraan uitsluitend die oudstrijders zullen deelnemen, die werke lijk aandeel gehad hebben in de verovering der stukken en bij den tiendaagschen veldtocht in dienst waren hij het 4e regement lichte dragonders, dat toen te velde bestond uit het le en 2e escadi'on, gecomman deerd door den luitenant-kolonel Van Campen. Belangstellenden, die aan bedoelde kameraadschap pelijke bijeenkomst wenschen deel te nemen, kunnen zich aanmelden bij den heer G Koppelaar Prinsenstraat no. 37 te Rotterdam, met vermelding van naam en woonplaats, alsmede den naam van den ritmeester der compagnie, waarbij zij toen dienden. -De secrptaris van het Centraal-comité in zake de nagelaten betrekkingen der ramp van den monitor Adder" ontving Dinsdag jl. van zijne medeleden een sierlijke bronzen pendule met inscriptie en twee dito kannen. Hoe een op zichzelf treurige zaak de aanleiding tot het krijgen van een cadeau worden kan! Een echt portret van den koenen zeevaarder Willem Barents behoorde tot vóór korten tijd tot de dingen, waarnaar door velen werd verlangd doch die niet te vinden schenen te zijn. In de onlangs versche nen tweede aflever ing van het tijdschrift »Oud Holland" deelt de heer mr. A. D. De Vries Azn. mede op welke wijze hij erin geslaagd is zulk een portret te verschaf fen, hetwelk thans in dat tijdschrift is te vinden. Het Gerechtshof te 's-Gravenhage heelt uitspraak gedaan op het appèl van het vonnis der rechtbank aldaar, waarbij de Voorburgsche brugwachter A. J. van het hem ten laste gelegde is vrijgesproken. Het Hof heeft overwogen dat beid. terecht was vrijgespro ken van de aanklacht van het doen ontstaan van ge vaar voor een trein, dat hij had kunnen en moeten voorzien, maar oordeelde hem schuldig aan liet door een beambte of bediende van een spoorweg niet slui ten van een beweegbare spoorwegbrug, 15 minuten vóór den voor de aankomst van den trein b-paalden tijd, en veroordeelde hem tot eene boete van 10. Bij arrest, Maandag door den Hoogen Raad ge wezen, is verworpen het cassatieberoep vanDr. E. N. Ganz, door het gerechtshof te 's-Gravenhage ver oordeeld tot 2 jaren celssraf en drie boeten van f25 ter zake van bedriegelijke oplichting, driemalen gepleegd. Reeds hebben wij medegedeeld, dat te Amster dam valsche bankbiljetten in omloop gebracht zijn. Zij zijn zoo goed nagemaakt, dat ook de officier van justitie te Amsterdam het noodig geacht heeft het publiek te waarschuwen op zijn hoede te zijn. De toegangsprijzen voor de Internationale ten toonstelling te Amsterdam zijn bepaald als volgt: Bij dag des Dinsdags, Donderdags en Vrijdags een gulden, de overige dagen vijftig cents de persoon; bij avond des Zondags en Woensdag vijf-en-twintig cents; de overige dagen vijftig cents de persoon. 55at. Augustus niet kookt, laat September ongebraden. Ken ring om de Maan, die kan vergaanmaar een ring om de zon, daar schreien vrouwen en kinderen om. Hen groote zon en bleek van schijn, dat zal voorwaar een regen zijn. fflegen op Hemelvaart geeft hooi van slechten aard. Kan men in Januari veel muggen ontwaren, dan is men verplicht het voeder te sparen. Hen Oostenwind met regen, staat liij er drie, dan staat hij er negen. Noordenwind in Juni waait koren in 't land. Nevels in Januari, en mist, dan wordt er een vochtig jaar gegist. t—ts Februari warm en zacht, zoo hie-igt de lente vorst bij nacht. «tijgt, de Leeuwrik hoog en zingt hij lang daar hoven, dan hebt gij ras goed weêr te loven. B. Middelburg1. De inzendingen voor de Nijverheids tentoonstelling alhier beloopen totaal 161 voorwerpen irgeleverd door 60 personen. De opening zal plaats hebben aanstaanden Woensdag, 18 dezer, en de sluiting den daaropvoigenden Zondag. De entrée is zoo laag gesteld, dat niemand een bezoek aan de tentoonstelling, in en door de werkmansvereeniging te houden, op redelijken grond kan nalaten. De enkele blik in de zaal, ons door de welwillende regelings-commissie vergund, maakte een allergunstig- sten indruk op ons. Dezer dagen kwam in een der bladen het bericht voor, dat op een examen voor onderwijzer of onderwijzeres in ons land, als stof voor een opstel was opgegeven »de houtcultuur in Nederland." Voor een houtkooper of oeconoom zou dit zeker een zeer geschikt onderwerp zijn om te behandelen, maar wij zouden het betreuren, wannier een aspirant de akte werd geweigerd, alleen wanneer hij of zij met dit opstel niet hadden voldaan. Maandag 16 April, is een der weinige dagen van het geheele jaar, waarop de zon het goed vindt juist, op de minuut af, zooveel uren en minuten vóór 12 uur op te komen, als na 12 uur onder te gaan. Slechts vier maal heeft dit in den loop van ieder jaar plaats, terwijl er op alle andere dagen van het jaar verschil in duur bestaat tusschen de i voOi-en n-iaaid-

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1883 | | pagina 6