Rechtzaken. Buitenlandse!) Overzicht. Gemengde Berichten. Bi] terugkomst zegt de heer flamimdt, dat de stuk ken zijn onderzocht en dat daarvan een rapport is opgemaakt, dat door den secretaris zal worden voor gelezen. Uit dat rapport blijkt, dat de verkiezing zonder stoornis is afgeloopen en daartegen geene bezwaren zijn ingebracht; dat de gekozene blijkens de stukken is meerderjarig, Nederlander, ingezetene der gemeente en geene met het lidmaatschap van den raadonver- eenigbare betrekkingen bekleedt. De commissie con cludeert dan ook, dat de heer H. De Wilde zal worden toegelaten als lid van den raad der gemeente Goes. Deze conclusie, door den Voorzitter in een voorstel veranderd, wordt zonder beraadslaging met algemeene stemmen aangenomen, van welk besluit aan Ged. Staten en aan den gekozene zal worden kennis gegeven. IV. Aan de orde is de reorganisatie van de meis jesschool voor middelbaar onderwijs. Achtereenvolgens worden gelezen: o. Eene missive van de directrice der school aan de commissie van toezicht, waarin zij mededeelt, dat eene zesjarige ondervinding heeft geleerd, dat leerlin gen in vier jaren tijds onmogelijk dien graad van ontwikkeling kunnen verkrijgen, dien men op 16 a 17 jarigen leeftijd kan verwachten, te meer daar er hier ter stede geen overgang van het lager naar het middel baar onderwijs bestaat. Zij wil daarom verdeeling van leerstof over meer jaren, niet uitbreiding daarvan, en wenscht den vierjarigen cursus te verlengen tot een vijfjarigen. b. Eene missive van de commissie van toezicht aan burg. en weth. waarin zij het denkbeeld der directrice ondersteunt en de veranderingen aangeeft, die de be trokken verordeningen zouden behooren te ondergaan. c. Een schrijven van den heer inspecteur van het middelbaar onderwijs, waarin hij zijne ingenomenheid met de voorgedragen reorganisatie kenbaar maakt. d. Een voorstel van burg. en weth., waarin zij, na te kennen gegeven te hebben, dat, behalve eene kleine verandering aan het gebouw, die uit de gewone onder houdskosten kan gekweten worden, alleen eene uitgave van tweehonderd gulden 's jaars zal benoodigd zijn voor een tweeden leeraar in de wiskunde, ten behoeve van de laagste klassen, welke uitgave, zooals zich laat voorzien, zal gedekt worden door de meerdere opbrengst van schoolgeld, tot de reorganisatie te besluiten. e. Het rapport der financiëele commissie, vermel dende, dat de meerderheid geen bezwaar tegen het voorstel heeft, maar dat de minderheid, van oordeel zijnde, dat de uitgaven voor het onderwerp worden verhoogd, zich er niet mede kan vereenigen. De Voorzitter brengt nu het voorstel van burg. en weth. in behandeling. De heer Quist vraagt of het niet gewenscht is, nu de minderheid der financiëele commissie (de heer den Boer) niet tegenwoordig is, de behandeling der zaak uittestellen De Voorzitter antwoordt, dat de minderheid der financiëele commissie haar argument heeft kenbaar gemaakt en er dus zijns bedunkens geene redenen voor uitstel, tengevolge van de niet-tegenwoordigheid, zijn. Het is waar dat er ƒ200 meer gevorderd wordt, doch daartegenover staat, dat ook de ontvangsten zullen vermeerderen. De heer Quist voert nog aan, dat de heer Den Boer in de vergadering mogelijk meerdere argumenten zou aanvoeren. De heer Ochtman vraagt aan de tegenwoordig zijnde leden der financiëele commissie of er soms meerdere ar gumenten door den heer Den Boer aangevoerd zijn, die hem nopen tegen het voorstel te zijn, zoo niet, dan acht hij eene beslissing urgent, niet alleen omdat weldra het programma voor den volgenden cursus moet worden opgemaakt, maar ook omdat de methode van onderwijs in de hoogste klasse afhankelijk is van de wetenschap of er een vijfde leerjaar al dan niet volgt. De heer Ramondt verklaart, als rapporteur der financiëele commissie, dat de zaak schriftelijk behan deld is en de heer Den Boer daarbij geen ander argu ment heeft kenbaar gemaakt dan de verhooging van uitgaven. Hij gelooft dan ook dat er, uithoofde van niet-bekendheid van de bezwaren van den heer Den Boer, geen redenen voor uitstel van de behandeling der zaak zijn. De Voorzitter vraagt den heer Quist of hij ook een voorstel van zijn denkbeeld tot uitstel maakt? De heer Quist antwoordt: «neen, mijnheer de Voor zitter, want ik begrijp, dat het toch niet aangenomen zal worden". De heer Massee geeft te kennen, dat als er soms gemoedsbezwaren in het spel mochten zijn, hij wel geneigd zou zijn vóór het uitstel te stemmen, maar dan moeten die worden medegedeeld. Is 't alleen het bezwaar van eene meerdere uitgaaf van ƒ200, dan merkt hij op, dat als er 10 meisjes de 5e klasse bijwonen, de gemeente er nog voordeel bij heeft. De Voorzitter brengt nu de zaak zelve in behandeling. De heer Van Asperen Vervenne verklaart tegen het voorstel te zullen stemmen, daar hij de vrees niet kan verbergen, dat de uitgaven voor het onderwijs door de aanneming van het voorstel aanmerkelijk zullen verhoogen. De heer Quist zegt, dat hij, nu de zaak in behan deling is, eenige bezwaren wil mededeelen en leest een betoog, geput uit de geschiedenis der school en de in de gemeente-verslagen jaarlijks gegeven mede- deelingen, om aantetoonen, dat de uitkomst geenszins aan de verwachting heeft voldaan, waaruit hij de gevolgtrekking maaktdat ook deze reorganisatie weder niet zal opleveren wat er van verwacht wordt. Bij het plan tot oprichting werd het vooruitzicht ge opend, dat er 40 scholieren zouden zijn. Zij werd geopend met 28 leerlingen; aan het einde van i877 waren er 29, in 1879 34, in 1880 27, in 1881 30 en in 1882 25, behalve de leerlingen voor enkele vakken. Getuigschriften van volbrachten cursus wer den uitgereikt in 1879, 1880 en 1881 telkens aan twee leerlingen. Daarom vraagt hij, of de behoefte aan een vijfjarigen cursus zoo blijkbaar is, dat de meerdere uitgaven gerechtvaardigd zouden worden. Hoe burg. en weth. aan de illusie komen, om te mee- nen dat 5 meisjes van dat laatste leerjaar zullen pro- üteeren is hem onverklaarbaar. Maar er is nog iets. Toen wijlen mr. Blaaubeen bij de opening der school het woord voerde, zeide deze, dat thans zijn einddoel bereikt wasen Goes in het bezit was van alle in richtingen van onderwijs, die noodig geacht kunnen wordenwaarom wil men nu, in strijd met het gevoe len van een zoodanig deskundige, nog weer uitbreiding aan de bestaande inrichtingen geven En ook in het financiëele heeft de uitkomst niet aan de voorspiegelingen beantwoord. Bij de reorganisatie der Fransche meis jesschool werd verklaarddat voor het middelbaar onderwijs slechts eene verhooging van 140 aan uit gaven zou gevorderd wordende uitgaven zijn thans reeds gestegen tot 3000. Welk vertrouwen kan men dan stellen in de verzekering, dat slechts 200 ver hooging het gevolg der reorganisatie van thans zal zijn? En bovendien boezemt de school nog vrees in, om de denkbeelden, die er kunnen verkondigd worden. Hij verklaart zich daarom tegen elke verhooging van uit gaven voor eene inrichting die slechts geriefelijk is voor hen, welke bedeeld wenschen te worden uit de gemeentekas, ten koste der belastingplichtigen. De heer Ochtman betuigt zijn leedwezen over het geen hij gehoord heeft, vooral over het slot der op schrift gebrachte rede van den heer Quist, die dus doordacht en overwogen mag genoemd worden. Hij moet verklaren dat dit betoog geheel ter kwader trouw is en acht het onvergefelijk, dat dergelijke redenen zonder straf kunnen geuit worden. Meermalen heeft spr. den heer Quist verzocht, met hem het kohier van den hoofdelijken omslag nategaan, teneinde te logen straffen, dat zij, die gebruik maken van de inrichtingen van middelbaar onderwijs, dit doen ten koste van andere belastingplichtigen en spr. is bereid dit nog te doen. De cijfers door den heer Quist aangevoerd zijn waar heid en uit de verslagen getrokken, maar de gevolg trekkingen en de insinuatiën daarop gebouwd, zijn onjuist. De noodzakelijkheid der voorgestelde reorga nisatie is gebleken door de ervaring van een zestal jaren. Aan de zaak van het onderwijs wordt niets veranderd, er wordt slechts eene regeling voorgesteld, waardoor men van het onderwijs meer vrucht kan verwachten. En dan die bewering, dat er stellingen kunnen verkondigd worden, die vrees inboezemen, spr. moet dit noemen een bedekte en door niets ge rechtvaardigde, maar integendeel zeer misplaatste be schuldiging, die men niet weerleggen kan, omdat zij in bedekte termen geschiedt. Wat de opmerking van den heer Van Asperen Vervenne aangaat, die alleen het financiëele betreft, spr. moet dien heer op merken, dat dit financiëel bezwaar geenszins opweegt tegen de belangrijke verbetering der inrichting. Niemand meer het woord verlangende, wordt het voorstel van burg. en weth. in omvraag gebracht en aangenomen met 7 tegen 3 stemmen. Tegen de heeren Steketee, Quist en Van Asperen Vervenne. V. Thans komt in behandeling de wijziging der ontwerp-begrooting van ontvangsten en uitgaven der gemeente over 1883, tengevolge van eenige opmer kingen van Ged. Staten en wenken van dit college in hunne missive, begeleidende de goedgekeurde reke ning over 1881. Het voorstel van burg. en weth. dienaangaande wordt gelezen en zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming aangenomen, waardoor de gewijzigde ont werp-begrooting opnieuw wordt vastgesteld, in ontvang en uitgaaf op 99263,27%. VI. De specificatie der kosten van de gemeente apotheek over 1882 tot een bedrag van ƒ1463,44 wordt zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stem ming goedgekeurd. VII. Thans komt in behandeling de verantwoording der directie van de leenbank harer administratie over 1883 met begeleidende missive, houdende a. aanbod om het fondskapitaal der bank weder met ƒ1500 te verminderen en dit bedrag in de gemeentekas te stor ten; b. mededeeling, dat voorloopig tot b'ewaarster der panden is aangesteld de weduwe van den over leden boekhouder, tegen genot van ƒ50 's maands en vrij woning, en de onderboekhouder is belast met het beheer, tegen genot eener jaarwedde van ƒ700 en c. dat de directie zich voorstelt spoedig eene definitieve regeling aan den Raad intezenden. De heeren Ochtman en Ramondtleden der direc tie van de leenbank, verlaten de vergadering. Een voorstel van burg. en weth. wordt gelezen en zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming aange nomen, waardoor: a. de rekening wordt goedgekeurd, met machtiging op burg. en weth., om het te kort ad ƒ118,86 uit den post van onvoorziene uitgaven der begrooting voor 1882 aan te vullen; b. het aanbod tot storting van ƒ1500 in de ge meentekas met dankzegging wordt geaccepteerd, zul lende van burg. en weth. voorstellen worden inge wacht voor de bestemming dezer som c. de mededeeling en toezegging hierboven omschre ven, voor notificatie worden aangenomen. "VIII. Nog wordt zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming aan D. Klemkerk op zijn ver zoek in erfpacht afgestaan voor 90 jaren tegen zeven gulden 's jaars, de oppervlakte van 2 aren 80 centi aren gemeentegrond, gelegen aan de Adolf van Wes terwij ksbuurt, naast de pasgebouwde woning van A. Okkee. De vergadering is daarna op de gewone wijze ge sloten. Kantongerecht te Goes. In de zitting van heden zijn de volgende vonnissen gewezen, tegen lo. C. B. te Wemeldinge, beklaagd van iemand uitteschelden, veroordeeld in eene geldboete van f 1 subs. 1 dag gev.straf c. e. 2o. L. L. W. te Goes en J. Van II. te Lokeren, de eerste wegens 't openhouden zijner herberg, de tweede wegens 't daarin fterblijven, beiden na het uur van sluiting, veroordeeld de eerste in eene boete van f 3, de tweede in eene boete van f 1beide subs. 1 dag gev.straf c. e. 3o. 0. P. S. en J. J. V., beiden te Goes, beklaagd van 't gaan over iemands in den oogst staanden grond zonder daartoe eenig recht te hebben, veroordeeld ieder in eene boete van f 3 subs. 1 dag gev.straf c. e. 4o. P. S. te Kruiningen, beklaagd van het uitoefe nen van de visscherij met het vaartuig op de Schelde, zonder duidelijk nummer op den achtersteven, veroor deeld in eene boete van f 10 subs. 1 dag gev.straf c. e. 5o. J. W. te Kruiningen, beklaagd van het zich bevinden met een wildstrik in het veld buiten openbare wegen of voetpaden, veroordeeld in eene boete van f' 10 subs. 3 dagen gev.straf c. e. 6o. J. De K. te Wissekerke, beklaagd van 't her stellen van een wildstrik, veroordeeld in eene boete van f 30 subs. 7 dagen gev.straf c. e. 7o. C. Van der M. en E. C., beiden te Cats, be klaagd van't maken van nachtelijk burengerucht, ver oordeeld ieder in eene boete van f 5,50 subs. 1 dag gev.straf c. e. 8o. M. B. en E. V., beiden te Camperland, be klaagd van als voren, veroordeeld in gelijke boeten en gelijke subs, gev.straf c. e. 9o. J. B. te Kwadendamme, beklaagd als voren, veroordeeld in gelijke boete en gelijke subs, gev.straf c. e. lOo. R. T., A. T., N. S., A. S., C. S., P. DeB. en P. D., allen te 's-Heer Arendskerke, beklaagd de eerste van 't openhouden zijner herberg, de overigen van 't daarin verblijven na het uur voor de sluiting bepaald, veroordeeld de eerste in eene boete van f 5,50, de overigen ieder in eene boete van f 1 subs. 1 dag gev.straf c. e. 110. P. V. te 's-Heer Arendskerke, J. L., J. M. en J. C., allen te Wilhelminadorp, J. M., J. B., M. De B., A. Van H., P. B„ J. L., S. L., J. S., E. B., D. L., R. W., P. W., J. Van B., P. R., S. Den H. en A. S. C. Den H., allen te Goes, be klaagd als voren, de eerste ontslagen van alle rechts vervolging, de overigen ieder veroordeeld in eene boete van f 5 subs. 2 dagen gev.straf c. e. 12o. G. Van N. te 's-Heer Arendskerke, beklaagd van het daaruit weghalen van in de vereischte afzon dering gebracht rundvee, veroordeeld in eene boete van f 20 subs. 2 dagen gev.straf c. e. S. M. S. te Sluis is Donderdag door het gerechts hof te 's-Gravenhage ter zake van kindermoord tot 5 jaar tuchthuisstraf veroordeeld. In de Duitsche kamer van afgevaardigden is be raadslaagd over het voorstel, waarbij een crediet van 46 millioen wordt aangevraagd voor het maken van een kanaal om van uit Dortmund den Rijn met de Beneden-Ems en de zeehaven Emden te verbinden. Na uitvoerige bespreking werd dit voorstel naar een commissie van 28 leden verzonden. In de parlemen taire kringen vindt het algemeene ondersteuning. Het bericht van de Kreuz-Zeitungwaarvan wij in ons vorig nommer melding maakten, dat de gene raal "Von Kameke zijn ontslag als Minister van Oor log zou nemen, wordt in de Allgem. Nordd. Zeit. tegengesproken. Zij verwondert zich dat het conser vatieve blad een dergelijk bericht in de wereld ge bracht heeft. Men wil weten, dat de bedoeling van de uitstrooiing van dit bericht geene andere is dan op het parlement eenige pressie uitteoefenen in zake het wetsontwerp op de pensioenen voor ontslagen mi litairen. Woensdag heeft de derde lezing der begrootings- wetten in het Duitsche parlement plaats gehad. De heer Eugen Richter heeft den in Duitschland over wegenden geest van het militairisme bestreden. Hij deed een scherpen aanval op het krijgswezen in het algemeen, en op den Minister van Oorlog in het bijzonder Zijn redevoering was vol bijtenden spot en sarcasme. De rechterzijde heeft deze rede niet zonder protest laten voorbijgaan. Het centrum, onder leiding van den heer Windhorst, bewaarde het stilzwijgen. De door den Franschen Senaat aangenomen preten denten-wet vindt algemeene afkeuring in den lande. Niet alleen de radicale bladen, zooals de door Henri Rochefort geredigeerde alntransigeant", maar ook de meer gematigde republikeinsche organen keuren het ontwerp af. Er bestaat reden voor. Deze wet heeft een tweeslachtig karakter. Zooals wij reeds mededeelden zal of het Hof van Assises öf wel de Senaat over de verbanning van een onruststokenden pretendent beslis sen. Het gevaar dreigt, dat waar dit laatste lichaam te beslissen heeft, de politieke zienswijze, die bij het zelve domineert, richtsnoer zal zijn. Niet alleen in het land, ook in de kamer bij het onderzoek der commissie heeft genoemde wet de vuurproef niet kun nen doorstaan, zoo min als in de bijeenkomsten, die verschillende parlementaire groepen Woensdag hebben gehouden. Gisteren is in de Kamer het rapport over de pre tendenten-wet voorgelezen. De conclusie strekt tot aanneming van het voorstel-Floquet. De heeren Madier' de Montjau en Marcou verdedigden de conclusie. Door andere leden en door den Minister Devès werd aanneming van Barbey's ontwerp aangeraden. Dit laatste is in zijn geheel aangenomen, nadat Bisschop Freppel, door uit naam van den Elzas en Lotharingen tegen de uitzetting van de afstammelingen van Lo- dewijk XIX te protesteeren, de algemeene hilariteit opgewekt had. Als chef van het nieuwe kabinet wordt de heer De Freycinet genoemd. Woensdagavond hield deze staats man een conferentie met den President. Ravas meldt echter, dat toen' geen voorstel omtrent het vormen van een kabinet door den heer De Grévy is gedaan en dat deze eerst de voorzitters der beide Kamers wenscht te consulteeren. De Rappel meent, dat de Ministers zullen blijven totdat de pretendenten-wet is afgedaan. Gedurende dien tijd zou de heer De Grévy naar nieuwe ministers omzien. Men verzekert, dat de President zijn leedwe zen te kennen gegeven heeft over de weigering van Jules Ferry om zich met de vorming van een minis terie te belasten. In de handelswereld wenscht men zeer De Freycinet aan het roer te zien komen, omdat men in hem den man ziet, die de bekwaamheid en de energie bezit, om de in het belang Van handel en nijverheid gewenschte maatregelen totstandtebrengen. Eene commissie van gedelegeerden uit den Parijschen groothandel heeft gisteren het Elysée bezocht, om het hoofd van den staat een verzoekschrift te overhandigen waarin zij zich over de instabiliteit der ministeriën beklaagt, die op den economischen toestand van in vloed is. De welvaart van het land moet onder die eeuwige crisissen lijden betoogen zij in hun adres. De voorzitter der Republiek ontving de commissie met de meeste voorkomendheid en verzekerde, dat hij alles zou doen wat hij vermag, om nieuwe crisissen te voorkomen. De wil van den president is goed doch langs welken weg kan Frankrijks ministerie meer stabiliteit verzekerd worden? Een ministerie-Freyci- net zoowel als een kabinet-Ferry schijnt, in de gegeven omstandigheden, zijn leven slechts bij maanden te kunnen tellen. De meerderheid der Spaansche kamer van afgevaar digden heeft besloten het voorstel van de republikein sche linkerzijde tot wederinvoering van het burgerlijk huwelijk niet in overweging te nemen. Het werd bestreden door den Minister van Justitie. Het was Alfonzo XII, die het burgerlijk huwelijk heeft afgeschaft. In de gisteren bij de opening van het Engelsche parlement uitgesproken troonrede wordt in de eerste plaats gewezen op de vriendschappelijke betrekking met de buitenlandsche mogendheden. De rust in Egypte is hersteld en de Engelsche troepen worden zoo spoe dig als met een behoedzame overweging der omstan digheden is overeen te brengen uit het land terug geroepen. Het herstel der Egyptische Regeering, de reorganisatie der zaken onder 't gezag van den Khe dive, is, zegt de troonrede, gedeeltelijk totstand- gebracht, en zal de aandacht verder bezighouden. Afdoende maatregelen zullen worden genomen om de orde te handhaven en een vertegenwoordiging te ver krijgen, die aan de billijkheid, de behoeften en wenschen der bevolking, de eerbiediging der internationale verbintenissen beantwoordt. Een der belangrijkste punten, waarvan de troonrede gewaagt, is de toezegging van een wet waarbij ver goeding wordt vastgesteld ten behoeve der Engelsche en Schotsche pachters voor verbeteringen, door hen op de landerijen aangebracht. Lord Hartington heeft verklaard, dat weldra een voorstel betrekkelijk den parlementairen eed door de Regeering zal worden in gediend. Te éen uur heeft gisteren de Bradlaugh- meeting in Travalgar-square plaats gehad. Er heersclite veel opgewondenheid. Bradlaugli verklaarde zelf zijn zetel in het parlement te zullen eischen. Hij begaf zich daarop naar het Lagerhuis. Ijzingwekkend zijn de berichten, die de telegraaf ons omtrent de overstroomingen in Amerika brengt. De Ohio is steeds wassende. In Indiania is de toe stand verschrikkelijk. New-Albany en Jeffersonville zijn geïnundeerd duizenden zijn zonder dak en velen ver dronken. Toen Dinsdagochtend de trein van Utrecht te Eindhoven aankwam, bemerkte men dat in een waggon met paarden, bestemd voor Frankrijk, een der schoonste paarden den nek gebroken had. Het dier had bij leven eene waarde van ƒ450 en werd nu inde haast voor ƒ10 van de hand gedaan. Te Hommerts is een man gestorven, die 2 jaren op den zolder had doorgebracht en enkel bij nacht dien eens verliet. Door list had men hem daarvan weten te lokken. Hij werd toen flink gereinigd, doch stierf kort daarna, oud 50 jaren. Zijn baard was 4 dM. lang. Volgens de »Mepp. Ct." werd bij de jongste verkiezing voor leden van het kiescollege bij de Ned. Herv. gemeente te Kolderveen een levendige handel gedreven in stemmen, waarbij orthodoxe stemmen ƒ0.35, liberale stemmen tot ƒ0.75 per stuk golden. Het stoomschip «Drenthe," van Rotterdam naar Java, vertrok Zaterdagmiddag om langs den nieuwen waterweg naar zee te gaan. Voorbij Maassluis keerde de «Drenthe" terug naar Ilellevoetsluis, 's avonds kwam de boot te Nieuwesluis, maar stoomde dien dag niet verder. Dinsdagmorgen kwam zij te Ilellevoetsluis, schutte, en stoomde naar buiten't water was misschien nog niet gewassen, toen zij reeds terug kwam om te trachten langs Zieriksee het ruime sop te kiezen. Het schip is Woensdagochtend in zee gekomen. Van Rotterdam naar zee heeft de «Drenthe" dus vijf loodsen gehad het schip had 55 dM. diepgang. (Handelsblad.) De overblijfselen van de «Cimbria" en het schip de «Sultan" zijn deze week door de autoriteiten bezichtigd. Volgens de verklaringen van deskundigen kwamen de schepen in botsing toen beiden reeds wendden, het een ter rechter- het ander ter linker zijde. De vaart, die beide schepen hadden, wordt op 8 a 10 knoopen geschat. Trichinen in uienProf. Botkin van Peters burg werd bij een gezin ontboden, waarvan de 3 leden, man, vrouw en zoon, tegelijk typheuse koorts hadden gekregen. In hun braaksel vond Botkin een soort van trichine en het bleek hem, dat de zieken spijzen, met uien toebereid, gegeten hadden en dat miscroscopische diertjes oorspronkelijk in de uien voorhanden waren geweest. De zieken zijn thans her steld. Botkin heeft aan de door hem ontdekte trichinen den naam van «contorta" gegevenalle dieren, welke hij zulk een trichine toediende, werden hevig ziek. Te Genéve zijn drie personen naar het krank zinnigenhuis gebracht. Volgens geneeskundige rap porten is hunne krankzinnigheid een gevolg van hunne deelneming aan de exercitiën van het reddingsleger. Mej. Booth is naar Bern gegaan om door tus- schenkomst van den Engelschen gezant tegen haar verbanning uit Genéve te protesteeren. Het schijnt, dat zij, evenals mej. Charlesworth, werd verbannen alleen omdat zij een bidstond in een particulier huis hadden bijgewoond.

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1883 | | pagina 2