1883. N". 15.
Zaterdag 3 Februari.
GRONDBELASTING.
Bij deze coueaul behoort een bijvoegsel.
Mededeelingen op verschillend gebied.
GOES, 2 FEBRUARI 1883.
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag, Woensdag en Vrijdagavond
uitgezonderd op feestdagen.
Prijs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, f 1,75.
Afzonderlijke nommers 5 ct., met bijblad 10 ct.
Lnons land vervoege men zich; voor Rotterdam aan het Algemeen Advertentiebureau
van NIJGH VAN DITMAR, en verder bij alle Boekverkoopers en Postdirecteuren.
De prijs dor gewone advertentiën is van 15 regels 50 ct., elke regel meer 10 ets.
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts
tweemaal berekend.
Geboorte-, huwelijks- en doodbeiichten en de daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen worden van 18 regels a f 1,berekend.
Dienstaanbiedingenniet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald, 20 ets.
Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cents per regel.
De BURGEMEESTER der gemeente GOES brengt,
naar aanleiding van art. 15 der wet van 2ö Mei 1870
(Staatsbl. no. 82ter openbare kennis, dat ter se
cretarie van die gemeente gedurende dertig dagen
ter inzage van de belanghebbenden zal
liggen eene opgave van de uitkomsten
der meting of schatting van perceelen
in deze gemeente, en dat de verzoekschriften om her
meting, herschatting ot vernietiging der gedane meting
of schatting, alsmede de bezwaarschriften, binnen dertig
dagen na heden op ongezegeld papier aan heeren Ge
deputeerde Staten dezer Provincie kunnen worden
ingediend.
Goes, den 1 Februari 1883.
De Burgemeester voornoemd,
J. G. DE WITT HAMER.
Zooals wij in een vorig nommer gemeld hebben,
is door het bestuur der Nederlandsche vereeniging
tot bescherming van dieren tot den Koning het ver
zoek gericht om een wet voor te dragen, waarbij zoo
veel mogelijk het misbruik, dat van vivisectie kan
gemaakt worden, wordt tegengegaan. Het is niet voor
de eerste maal, dat genoemde vereeniging, op maat
regelen in zake vivisectie aandringt. In 1874 heeft
zij den Minister van Binnenlandsche zaken verzocht,
om professoren en veeartsen uittenoodigen de onder
zoekingen op levende dieren tot de volstrekt noodza
kelijke gevallen te beperken en gebruik te maken van
de voorhanden middelen, om de kunstbewerking zooveel
mogelijk te verzachten. Professor Harting heeft destijds
een krachtig pleidooi ten gunste van de vivisectie in
het album der natuur gehouden, dat tot een belang
wekkende polemiek heeft aanleiding gegeven.
Geestig hekelt de Hoogleeraar de aan ziekelijke
sentimentaliteit grenzende philantropie; kan deze op
een dwaalspoor leiden, van overdreven philotherie
(dierenmin) is zulks nog meer te duchten.
«Zoodra de vereeniging zich begeeft in den kron
kelenden doolhof, waarin sentimentaliteit tot gids
wordt, schrijft genoemde hoogleeraar, zullen alle hare
pogingen onvruchtbaar zijn.
»De sentimentaliteit is uit haren aard partijdig.
Mijnheer X. houdt veel van paarden en honden, maar
vindt katten hatelijke dieren, die men alleen daarom
moet dulden, omdat zij ratten en muizen vangen.
Maar die ratten en muizen, mijn waarde heer! zijn
zij ook geen wezens, die recht op uwe bescherming
hebben Mevrouw Y. is bang voor paarden en hon
den, maar is zeer ingenomen met haar poes, tot op
het oogenblik, dat deze het sijsje, dat toevallig aan
de kooi ontsnapt was, tot haar prooi maakt. Nu is
natuurlijk poes in het oog harer meesteres een mon
ster van wreedheid geworden, waarvoor deze geene
gehechtheid meer kan gevoelen. Hare verstandiger
vriendin, mevrouw Z., betoogt echter dat de kat het
niet helpen kan, dat deze slechts haar instinct heeft
gevolgd door jacht op een door de kamer vliegenden
vogel te maken, en dat het eigenlijk de schuld harer
vriendin zelve is, die een vogel in een kooi hield.
Vogels, die lieve dieren behooren in de vrije lucht
te huis; alleen daar kunnen zij zich in het genot des
levens verheugen". Men zou deze reeksjvan voorbeel
den betreffende den strijd om het leven tot de lagere
diersoorten kunnen voortzetten.
Overdrijving doet op ieder gebied kwaadde ver
eeniging tot dierenbescherming ga niet voort op deze
■wijze haar streven te benadeelen.
Wij zijn niet bevoegd een oordeel over het nut
der vivisectie uittespreken of een onderzoek in te
stellen naar de vraag, of zij uit een physiologisch
oogpunt voor de wetenschap onmisbaar is.
Wij zouden niet gaarne een bewijs te meer leveren
voor de juistheid van de bewering van den Weener
Hoogleeraar E. Brücke, in zijn schrijven over vivi
sectie aan prof. Harting voorkomende, «das die Leute
von denjenigen Dingen amliebsten sprechen, inwelche
sie die wenigste Einsicht haben
Raadpleegt men de lange lijst van geleerden, die
zich voor de vivisectie verklaard hebben, dan schijnt
de vraag van den Minister, of zij bij wetenschappelijk
onderzoek en bij hooger onderwijs nagelaten kan wor
den, vrij overbodig. Of vivisectie kan beperkt worden
zonder dat zulks de wetenschap schade doet, is eene
vraag, waarover de gevoelens uiteenloopen. In Enge
land bestaat, naar men weet, een wet op de vivisectie.
Blijkens den onlangs gepubliceerden brief van Dar -
win aan prof. Holmgren te Upsala, heeft de Britsche
geleerde, een beslist voorstander der vivisectie, tot
verkrijging van wettelijke regeling daarvan me
degewerkt. Hij deed dit, teneinde aan het drijven
tegen de vivisectie een einde te maken. Niet onbe
langrijk schijnt het Darwins oordeel over de vivisectie
en over de bestrijding, waaraan zij blootstond, te
vernemen. »Ik ben, schrijft Darwin, altijd een ijverig
veorstander gewt est van menschelijke behandeling der
dieren en heb in mijn geschriften, zooveel ik vermocht, i
dezen plicht op den voorgrond gesteld. Voor eenige
jaren toen de beweging tegen de phipiologen in En
geland, een aanvang nam, werd beweerd dat de dieren
oumenschelijk behandeld en aan noodelooze pijni
ging blootgesteld werden. Dit gaf mij aanleiding
om te zorgen, dat er een parlementsacte in liet leven
geroepen werd. Ik nam daarop een levendig aandeel
aan de pogingen, die in het werk gesteld werden, om
een bill te doen aannemen, welke elk rechtmatig be
zwaar wegcijferde en toch den phisiologen vrijheid gaf,
om hunne onderzoekingen voorttezetten.
Intusschen kan ik hierbij voegen dat bij het on
derzoek naar deze zaak door de Koninklijke commissie
de klachten tegen de Engelsche physiologen valsch
bleken te zijn".
In Frankrijk heeft men onder het 2de keizerrijk,
vooral op aandrang van keizerin Eugenie, iri 1867 de
vivisectie gereglementeerd. Of dit in het belang van
het hooger onderwijs was, ten aanzien waarvan de Fran-
sche Regeering destijds een groote bemoeizucht aan
den dag heeft gelegd, schijnt zeer betwistbaar.
Een enkele opmerking naar aanleiding van het adres
meenen wij te moeten maken.
Vivisectie wordt niet anders gedaan dan tot we
tenschappelijke doeleinden.
Reglementeering van wetenschappelijk onderzoek
is noch wenschelijk noch mogelijk, zonder de weten
schap schade te doen.
Is het van de mannen, die zich der wetenschap wij
den, te denken, dat zij noodeloos een dier zullen mar
telen, dat zij zullen nalaten, waar zij kunnen, zijn lijden
te verzachten 7
Weet het bestuur der Vereeniging tot Dierenbe
scherming gevallen van het tegendeel?
Van dierenmishandeling, die boos opzet onderstelt,
kan geen sprake zijntrouwens hiertegen heeft de
strafwetgever regelen gesteld.
Men verzoekt ons te melden, dat de lezing, welke
a. s. Zondag in het «Café Hartman" door den heer
H. G. Hartman Jz., secretaris der gemeente Goes, zal
worden gehouden, niet vanwege de vereeniging «Eigen
Hulp" zal plaatshebben.
In de maand Januari van dit jaar werden aan
het kantoor te Goes behandeld het navolgend aantal
telegrammen: verzonden 695; ontvangen 671; door
gezonden 194 en diensttelegr. 10 totaal dus samen
1570.
Kapellk. De aftredende leden van het burger
lijk armbestuur, de heeren Th. De Ivlurk en J. Van
Strien, zijn beiden herkozen.
Hansweert. Gedurende de afgeloopen maand zijn
aan het telegraafkantoor alhier behandeld 518 tele
grammen, waarvan er 183 werden ontvangen en 335
verzonden.
Nieuwdorp. Door kwaadwilligheid van een viertal
opgeschoten jongens is een gebouwtje van den vee
houder K., dat, staande op het Schor, nu en dan in
gebruik werd genomen door den schaapherder, in
brand gestoken en verwoest. Door de bemoeiingen
van den rijksveldwachter Troupée te Borssele zijn de
schuldigen ontdekt geworden.
Borssele. Ging er gedurende het vorige jaar, be
halve December, geen maand voorbij, waarin niet een
sterfgeval voorkwam, in December en Januari 11. heeft
geen enkel geval van overlijden plaatsgehad.
Ellewoutsdijk. De vroeger vermelde zandafschuiving
bij de haven alhier geeft geene aanleiding tot groote
ongerustheid. Uit een vergelijking van de uitkomsten
der onderzoekingen op verschillende tijdstippen blijkt,
dat de oever aldaar nu eens afneemt en dan weer
aangevuld wordt. Ingeval het beloop ter aangehaalde
plaatse en in de verder te verdedigen vakken zich vrij
steil mocht voordoen, dan zouden aan het middel tot
voorkoming van bedoelde beweging, b.v. door steen
stortingen, natuurlijk belangrijke kosten verbonden zijn.
's-Heerenhoek. De heer Verduijn, brievengaarder
alhier, heeft als zoodanig eervol ontslag aangevraagd
wegens zijne benoeming tot gemeente-veldwachter van
Zevenbergen.
Aan de betrekking van brievengaarder is eene bezol
diging van f 300 's jaars verbonden. Het is dus
licht te begrijpen dat, na het publiek worden der
vacature, spoedig een tiental sollicitanten zich voor
de benoeming aanmeldde.
Bath. De heer J. A. Beusen, ontvanger van de
invoerrechten en accijnsen alhier, is benoemd tot ont
vanger der directe belastingen te Bresktns.
Middelburg. Op nitnoodiging van eenigen, die
hem vroeger in het Zeeuwsch-Genootschap der weten
schappen hoorden, herhaalde de heer mr. G. N. De
Stoppelaar Woensdagavond, in een der zalen van de i
sociëteit St.-Joris, voor een aantal genoodigden, waar- I
onder ook dames, eene voordracht over Egypte. In
aangenomen vorm schetste hij een paar bezoeken, door
hem aan de nabij Kaïro gelegen pyramiden van Cheops
en Gizeh en aan liet doodenveld van Sakhara, de
overblijfselen van Egypte's oude hoofdstad Memphis,
gebracht. Door de mededeeling van verschillende
bijzonderheden toonde de heer De Stoppelaar een goed
opmerker geweest te zijn. Eene collectie schoone poto-
graphieën maakte de voordracht nog aantrekkelijker,
en voorzeker was de heer Koch de tolk van vele aan
wezigen, toen hij den heer De Stoppelaar dank zeide
voor zijne lezing en den wensch uitsprak dat deze,
ook na het tweede bezoek, dat hij voornemens is aan
Egypte te brengen, een en ander van zijne reisindruk
ken zou inededeelen.
Naar men verneemt, zal nog dit jaar een stoom
tram langs de buitenwijken van Bergen-op-Zoom wor
den aangelegd met het uitsluitend doel om de per
spoortrein of per scheepsgelegenheid aangevoerde beet
wortelen naar de drie daar bestaande suikerfabrieken
te vervoeren. Tot heden had dit met paard en wagen
plaats.
Wij ontgingen een tabel van voorschriften tot
voorloopige hulpverleening bij plotselinge ongevallen.
Zij is in vier rubrieken verdeeld, als
a. schijndood bij een pasgeboren kind, bij een dren
keling, bij ophanging en verworging
b. bewusteloosheid (bij flauwte, dronkenschap, val
lende ziekte, stuipen enz.)
c. ongelukkenbloedingverwonding tengevolge van
vreemde lichamen in 't oog, in 't oor, in den neus, ver
branding, neusbloeding.
.d. vergiftiging door rattenkruit, loog, phosphorus
enz. Deze voorschriften zijn bewerkt door eene com
missie uit den geneeskundigen raad voor N.-Holland.
Het komt ons voor, dat eene vrspreiding dier voor
schriften hoogst wenschelijk is. De prijs der tabel
bedraagt slechts f6 per 100 stuks.
Vlissingen. Op het Rijkstelegraafkantoor alhier
werden in de afgeloopen maand 4571 telegrammen
behandeld, waarvan 2175 werden aangeboden, 907
ontvangen en 1489 overgenomen en verder geseind.
Da vrijzinnige kiesvereeniging «Burgerplicht" te
Drachten heeft besloten een adres van adhaesie te
richten aan den heer Pické, wegens de door hem in
de Eerste Kamer der Staten-generaal uitgesproken rede
in het belang der liandhaviug van art. 194 der grond
wet. (M.Ct)
Tot inspecteur in algemeenen dienstadviseur
voor de aangelegenheden van handelszaken en mou
vement bij de Exploitatie-maatschappij is benoemd
op het Zuidernet de heer A. J. Bekkersthans di-
stricts-inspecteur te Breda.
De Minister van Financiën heeft, op eene vraag
betreffende de nieuwe plakzegels, het volgende antwoord
gegeven
«Bij gebrsik van plakzegel inag de handteekening
niet door een cliché worden vervangen. Het Konink
lijk besluit van den 18 December 1882 (Staatsblad
218), houdende vaststelling van de wijze waarop het
plakzegel voor quitantiën en handelspapier behoort
gebruikt te worden, bepaalt uitdrukkelijk, dat de onder-
teekening met inkt op of over het zegel geschreven
moet worden". (N. v. d. D.)
Z. M. de Koning heeft de opdracht aanvaard
van een werkje«Het Laatste Bedrijf. De Citadel-
feesten November December 1882", dat belangeloos
door ds. M. A. Perk werd geschreven en door den
heer Tj. Van Ilolkema wordt uitgegeven. De Com
missie voor de Citadelfeesten daartoe door den Mi
nister van Oorlog in staat gesteld voldeed door het
bezorgen van dat gedenkschrift gaarne aan den wensch
der oud-strijders.
De Koning heeft zijne hooge tevredenheid laten
betuigen aan het garnizoen te Naarden en in het hij
zonder aan het detachement vestingartillerie te Muiden
en derzelver commandant jhr. F. W. A. baron van
Asbeck, voor den moed door hen betoond bij de ramp
te Muiden, met bevel, dat hiervan een legerorder zal
worden bekend gemaakt, terwijl van deze loffelijke
daad vermelding zal worden gemaakt in de stamboeken.
De garnizoenscommandant van Naarden, de majoor
Greve, is benoemd tot ridder van den Nederlandschen
Leeuw.
Het bestuur van het blinden-instituut te Am
sterdam heeft dezer dagen in tal van plaatsen in ons
land circulaires verspreid, waarin zij een beroep doet
op de belangstelling en weldadigheidszin van het Ne
derlandsche volk teneinde door vrijwillige bijdragen
in staat te worden gesteld een som bijeen te krijgen
voldoende om een nieuw gebouw voor het onderwijs
der arme blinden op te richten. In deze circulaire
deelt het gemeentebestuur o. a. mededat zijne in
richting, die den 12 December 1808 met 3 kwee-
keüngen werd geopend, thans 63 leerlingen telt, doch
dat daarvoor het tegenwoordige gebouw onvoldoende
is ingericht, terwijl nog vele aanvragen om plaatsing
moeten worden afge e ezen wegens gebrek aan ruimte.
Niet alleen toch ontbreekt er een goede speelplaats
maar ook het gymnastieklokaal en de bad- en zieke-
kamers zijn onvoldoende, terwijl overigens de geheele
inrichting in strijd is met de beginselen derliygiène-
lcerook de werkplaatsen vereischen dringend ver
betering en bevinden zich thans gedeeltelijk in het
souterrain.
Met het oog op al deze feiten wil het bestuur trach
ten een nieuw gebouw te stichten en heeft den daartoe
benoodigden grond reeds aangekocht. De vereischte
som bedraagt 150,000, doch daartoe zijn de fondsen
van het instituut ten eenenmale ontoereikend en het
is om deze reden, dat ieder wordt aangezocht om door
een gift, hetzij groot of klein, bijtedragen tot de vor
ming van het bovengenoemde kapitaal. liet goede
doel, dat in genoemde circulaire wordt beoogd, maakt
elke verdere aanbeveling overbodig. Het is te hopen,
dat weldra met den bouw van een nieuw gesticht zal
kunnen worden begonnen, want, daar het bestuur te
recht er meer heil in ziet enkelen geheel, dan velen
ten halve te helpen, zou het, bij eene eventueele mis
lukking van hare pogingen, zich genoodzaakt zien liet
tegenwoordig aantal leerlingen van 63 tot een 30tal
te verminderen.
Een hoogst merkwaardige inzending .voor kolo
niale tentoonstelling zal zijn die uit Tagal, tot stand
gebracht door het Binnenl. Bestuur, in samenwerking
met de suikerfabrikanten uit die residentie.
De «Soer. Ct." verneemt daaromtrent de volgende
bijzonderheden
De inzending bestaat uit een inlandsch huis in volle
grootte met pendopo, waarin verschillende voorwerpen
van den landbouw en de industrie der inlandsche
bevolking van de residentie Tagal worden tentoongesteld.
Het geheele gebouw beslaat 240 vierk. meter opper
vlak. In de pendopo zijn geëtaleerd 80 padisoorten,
120 soorten tweede gewassen, 500 soorten inlandsche
medicijnen en 150 houtsoorten.
Daar vinden ook plaats de werktuigen en materialen
voor smeden, goudsmeden, koperslagers, messingwer
kers, kammenmakers, krissensnijders, blikslagers, mat-
wei kers en leerwerkers, terwijl een afzonderlijke groep
wordt gevormd door de producten van bamboe, klap
per en aren.
De hoofdgroep in de pendopo vormen echter de
vezelstoffen en haar bereiding: behalve aan een 20tal
vezels, waarvan de bevolking ruwtouwwerk vervaardigt,
is aan de bereiding van kapas (katoen) een groote
plaats ingeruimd.
Kammerij, spinnerij, weverij en ververij, met al de
daarop betrekking hebbende werktuigen en grondstof
fen, het batikken en drukken vinden daarin plaats.
De etalage en vloerbeklaeding geven een denkbeeld
van de verschillende soorten van vlecht- en matwerk.
De eigenlijke woning bevat de groote en kleine land
bouwwerktuigen, de voorwerpen voor huiselijk gebruik,
eenige poppen de plaatselijke kleederdrachten weerge
vende, de verschillende in gebruik zijnde pajoengs,
en voorts het gewone inlandsche meubilair.
Voorts treft men daar aan de werktuigen benoodigd
voor het maken van leer (leerlooierij), papiar, ketjap
(soya), djarak- en kantjang-olie (boengkil), welriekende
oliën, tabak, sigaren en suiker.
De wanden van liet huis geven aan de verschillende
wijzen van omwanding, in Tagal in gebruik.
Om de waarde der inzending te verhoogen zal er
worden bijgevoegd een uitgewerkte catalogus in het
Hollandsch en Franscli.
Tengevolge van de in 1880 te's-Hage gehouden
Oranje-Nassau- of Heraldieke tentoonstelling werd
aldaar de vereeniging «De Nederlandsche Heraut"
opgericht. Het doel dier vereeniging is het bevorde
ren en beoefenen van de wapen-, geslacht- en zegel
kunde, benevens de geschied- en oudheidkunde, voor
zoover die vakken met de eerstgenoemde in verband
staan. Tot binnenlandsche correspondeerende leden
werden o. a. benoemd: te Middelburg de heer F Nagt-
glas, te Zierikzee de heer mr. J. P. N. Ermerins.
De vereeniging geeft een tijdschrift uit onder den
naam «De Nederlandsche Heraut", waarvan de le
aflevering reeds is verschenen.
In «the Graphic" van 27 Januari komt reeds
eene afbeelding voor van het gebouw der Amster-
damsche Koloniale Tentoonstelling, dat naar het model
van een Boeddha-tempel uit Ned.-Indië is vervaardigd.
«Eene dusdanige tentoonstetelling is", zegt het blad
«zonder voorbeeld en zal gewis eene groote aantrek
kingskracht uitoefenen op de vele toeristen, die jaar
lijks naar het vasteland oversteken."