1882. N». 147.
Dinsdag 12 December.
69stc jaargang.
Marktdag op Kerstfeest.
AA\BESïEDI\<i.
MKiWELWERIi.
DE BROEDERS.
Mededeelingen op verschillend gebied.
GOES, II DECEMBER 1882.
Staten-Generaal.
-<7«*zCP>C*?Gï^-
GOESCHE
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag, Woensdag en Vrijdagavond
uitgezonderd op feestdagen.
Prijs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, 1,75.
Afzonderlijke nommers 5 ct., met bijblad 10 ct.
In ons land vervoege men zich: voor Rotterdam aan het Algemeen Advertentiebureau
van NIJGH VAN DITMAR, en verder bij alle Boekverkoopers en Postdirecteuren.
COURANT.
De prijs der gewone advertentiën is van 15 regels 50 ct., elke regel meer 10 ets.
llij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts
tweemaal berekend.
Geboorte-, huwelijks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen worden van 18 regels a 1,berekend.
Dienstaanbiedingenniet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald20 ets.
Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cents per regel.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES
brengen ter openbare kennis dat, aangezien de twee
de Kerstdag dit jaar invalt op een Dinsdag, de markt
van 26 December op
Woeiisdag tien 27 December
ral gehouden worden.
Goes, den 4 December 18S2.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. G. DE WITT HAMER.
De Secretaris,
HARTMAN.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der gemeente
GOES zijn voornemens op Zaterdag den 23 December
1882, des namiddags te 1 uur, in het Raadhuis
aan te besteden:
het tariefwerk voor gewoon onderhoud in 1883
te weten
lo. het timmerwerk en de levering van touwwerk
2o. het metsel-, stukadoors- en steenhouwwerk
3o. het leidekkers-, lood-, zink- en pompmakerswerk;
4o. smidswerk
5o. schilder- en behangwerk;
6o. stoffeerderswerk
7o. glazenmakerswerk
8o. aard-, kram-, rijs- en glooiingswerk
9o. de levering van maljenierswaren;
lOo. grint en grintzand;
llo. borstel- en mandenwerk;
terwijl de leveringen der artt. 27 en 28 van het
tarief niet afzonderlijk worden aanbesteed, maar aan
verschillende aannemers zulien kunnen worden op-
De bestekken liggen op de gewone uren in het Raad
huis ter inzage.
Niet ingevulde tarieven zijn aldaar verkrijgbaar a
f0,05 per exemplaar.
Inlichtingen geeft de gemeente-bouwmeester.
Goes, den 9 December 1882.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. G. DE WITT HAMER.
De Secretaris,
HARTMAN.
Eindelijk is de beslissing des Konings ontvangen
in zake het beroep van den heer C. Risseeuw alhier.
Behalve op de reeds vroeger medegedeelde, berust
de beschikking op de volgende overwegingen:
dat, blijkens een ten verzoeke van de Afdeeling van
den Raad van State voor de geschillen van bestuur
ingesteld onderzoek, te Goes geenerlei administratieve
verordening bestaat noch bekend is ooit bestaan te
hebben, waarbij de ontvanger beperkt zou zijn in zijne
vrije aanstelling van zijn gewoon kantoorpersoneel, of
wel hem zou zijn voorgeschreven om bij diergelijke
aanstelling eene goedkeuring, agreatie of hoe anders
ook genoemdvan Burgemeester en Wethouders te
verzoeken
Naar het Hoogduitsch van Adolf Wilbrandt,
door A.
In mijne geboorteplaats leefden op het laatst der
vorige eeuw, ten tijde der Fransehe revolutie, twee
broeders, die in hun leven iets zouden ondervinden,
wat voor zulk een tweetal, van zulk een karakter,
hoogst zeldfeaam heeten mocht. Zij waren beiden pas
meerderjarig geworden, hadden dezelfde hoogescholen
in hun land bezocht, meer om hunne opvoeding te
voltooien, dan om kennis voor een bepaald vak opte-
doen, en waren nu, door den dood van hun vader
weezen geworden, op het punt de van hem geërfde
goederen te aanvaarden. Men noemde hen in hunne
woonplaats altijd de gebroeders," en zij waren algemeen
bekend, want hun rijkdom, hun knap uiterlijk en hun
onafscheidelijkheid van elkander vielen ieder in het
oog. Sinds hunne jeugd hadden ze alles met elkaar
gedeeld; ze waren van dezelfde grootte, en men zag
de beide slanke gestalten, eender gekleed, steeds naast
elkander door de stad gaan. En in hunne getrouwe
volgelingen, de beide verstandigste honden der stad,
vonden zij hun trouw evenbeeldook dezen geleken
volmaakt op elkander en zij waren even onafscheidelijk
als hunne meesters. Het samenleven van deze twee
dat dus evenals de voordracht, door den ontvanger
in dato 16 Feb. 1880 gedaan, zoo ook de beschikking
van Burgemeester en Wethouders in dato 21 Feb.
daarop genomen, haar eenige reden van bestaan heeft
kunnen hebben in art. -17 der instructie;
dat de tot staving van het appèl ingeroepene be
schikking van Burgemeester en Wethouders van 1 Oct.
1881, waarbij met het oog op eene toen ophanden
zijnde ietwat langdurige afwezigheid van den ontvan
ger de appellant tot diens plaatsvervanger werd aan
gewezen, zooals terecht door Gedeputeerde Staten van
Zeeland is overwogen, naast de reeds verleende aan
stelling van geagreëerde strikt genomen overbodig was
en enkel haren oorsprong vond in de nauwgezetheid
van den ontvanger om Burgemeester en Wethouders
de verzekering te geven, dat gedurende zijne afwezig
heid de reeds aangewezene plaatsvervanger present
zou blijven, reden waarom Burgemeester en Wethou
ders het dan ook onnoodig hebben geacht van die
vernieuwde aanwijzing aan het publiek kennis te ge
ven, terwijl in ieder geval deze bevestiging eener
vroegere handeling het feit niet wegnam, dat de heer
Risseeuw aan zijne aanstelling als geagreëerde de be
voegdheid bereids ontleende om als plaatsvervanger
van den ontvanger op te treden;
dat overigens het bezigen van dat door de instructie
niet aangegevene woord «geagreëerde" verklaarbaar
wordt uit de omstandigheid, medegedeeld in het ambts
bericht van Burgemeester en Wethouders van Goes
dd. 14 Oct. 11. A 332, dat namelijk het gebruik dier
uitdrukking in soortgelijke voordrachten en beschik
kingen reeds dagteekent uit het jaar 1847 onder vi-
gueur eener instructie van den jare 1822waarbij
mede de vervanging des britvangers in zijne werkzaam
heden en liet voor hem teekenen van stukken door
eenen gequalificeerde ad hoe waren voorzien en geregeld
Overwegende, dat alzoo de aan den appellant op-
gedragene en, zooals hij erkent, nog steeds door hem
bekleede betrekking van geagreëerde ten kantore van
den gemeente-ontvanger aan hem krachtens de be
staande instructie verleent de bevoegdheid om den
ontvanger, die, volgens art. 18 zijner instructie, nie-
mands verlof noodig heeft om zich tot drie achtereen
volgende dagen toe buiten de gemeente optehouden,
in geval van afwezigheid en ongesteldheid in diens
geheele beheer te vervangen; en dat hij dan ook blij
kens de niet weersprokene mededeelingen van Burge
meester en Wethouders, zoo dikwijls een dier gevallen
zich voordoet, als ontvanger-plaatsvervanger optreedt,
gelden voor de gemeente ontvangende en uitgevende,
en in het algemeen alle de beheersrechten en verplich
tingen van den ontvanger uitoefenende en vervullende,
alles uit krachte van het besluit van Burgemeester
en Wethouders van 21 Feb. 1880 no. IV boven ver
meld';
Overwegendedat derhalve de gemeenteraad van
Goes en de Gedeputeerde Staten van Zeeland terecht
geoordeeld hebben, dat de appellant eene betrekking
bekleedt, waarmede ingevolge art. 23 la. f. en g. der
gemeentewet het lidmaatschap van den gemeenteraad
onvereenigbaar is;
Gezien de wet van 29 Juni 1851 (Stbl. no. 85);
Hebben goedgevonden en verstaan
met handhaving van het besluit van Gedeputeerde
Staten van Zeeland van 11 Augustus 1882 no. 110,
waarbij gehandhaafd is het besluit van den Raad der
paren scheen voor de toekomst reeds als vast bepaald
te zijn, want de goederen der twee broeders lagen
naast elkander, en, terwijl dezen, zooals zij van kinds
been gewoon waren, op hunne ponny's steeds van de
eene hoeve naar de andere reden, zoo hadden ze ook
hunnen honden geleerd, couranten en brieven in een
blikken doos om den hals heen en weer te dragen.
Intusschen waren de jongelieden, vóór zij besloten
uit hun zorgeloos leven zich op het land terug te
trekken, nog eens in de stad gekomen,brachten daar gezel
lige dagen en weken door, en de belangstellende nieuws
gierigheid der dameswereld trok er het besluit uit,
dat het doel van dat verblijf in de stad slechts was,
om, naar den laatsten wensch van hun vader, zich
na den rouwtijd in het huwelijk te b< geven.
Maar dezen eerbiedwaardigen wensch, dien het meer-
endeel der jonge meisjes in het land natuurlijk met
den gestorvene deelde, stond slechts eene bijzondere
belofte, welke de broeders elkaar gedaan hadden en
haren oorsprong vond in de groote gehechtheid, die zij
voor elkander koesterden, in den weg.
Zij hadden nl. besloten geene verbintenis aantegaan,
die op de eene of andere wijze hun broederlijk samen
leven zou kunnen verhinderen. Zij namen deze belofte,
in jeugdige onervarenheid gedaan, zeer ernstig opzij
begrepen nog nietdat er wei eens eene sterkere
macht zich zou kunnen doen gevoelen, sterker dan
hunne onbegrensde broederliefde, want vóór alles had
den zij bepaalddat geen van hen een verbintenis
mocht sluitenzonder van de toestemming van den
gemeente Goes van 5 Aug. bevorens no. IV, het daar
tegen ingestelde beroep ongegrond te verklaren.
De te Goes gehouden Nieuwjaarscollecte heeft
4 269,17% opgebracht.
Het vorig jaar bedroeg de opbrengst ervan f269,84
en kwamen er aan nagiften nog f32 in.
Wie zal r.u meewerken om door nagekomen giften
de opbrengst te doen zijn, wat zij wezen moet: veel
liooger dan in '1881
Ovezand. Het gemeentebestuur alhier heeft voor
f 2300 een huis aangekocht, dat voor gemeentehuis
zal worden ingericht; en onder nadere voorwaarden
besloten tot het aanleggen van een grintweg van hier
naar 's-Heerenhoek.
Borssei.e. Zondag werd bij gelegenheid der gods
dienstoefening in de Hervormde kerk alhier een op
wekkend woord gesproken om bijtedragen aan de ver-
eeniging tot weeztnverpleging. De gemeente vernam
daarbij in 't kort eene uiteenzetting van het doel der
vereenigiug, waaruit bleek dat o. a. ook armbesturen
door bijdragen in staat worden gesteld om hunne
weezen zoo goed mogelijk in de meest geschikte huis
gezinnen te doen verplegen.
Vermoedelijk wordt op deze omstandigheid in de
circulaire niet gewezen en is zij van minder algemeene
bekendheid. Daarom mag daarop wel eens gewezen
worden.
Biervliet. De heer C. J. Cornelishet raadslid
dat niet tot de partij van verzet behoorde, heeft zijn
ontslag genomen.
Met ingang van 1 Januari a. s. worden o. a.
de telegraafkantoren op de stations Arnemuiden en
Rilland van de maatschappij tot exploitatie van staats
spoorwegen met een dagelijkschen dienst van 8 uren
voor- tot 8 uren namiddags voor het algemeen ver
keer opengesteld.
Zij zijn uitsluitend bestemd voor de verzending van
telegrammen en ontvangen geene telegrafische be
richten, dan die van de aanwijzing «bureau restant"
zijn voorzienterwijl op het verkeer dezer kantoren
met alle overige telegraafkantoren in Nederland het
uniform-tarief van f 0,15 per telegram, vermeerderd
met f 0,01 per woord, van toepassing is.
Tot verbetering van een uit de »T. N. Ct." ook
door ons overgenomen bericht, wordt uit Axel in de
«Midd. Ct." gemeld, dat het r aadslid D. J. Oggel niet
door den Raad dier gemeente is geschorst, en zulks,
indien het van dat college had afgehangen ook niet
zou hebben plaats gehad. Hij is door Ged. Staten
ambtshalvena in zijn belang te zijn gehoordvan
zijn lidmaatschap vervallen verklaard wegens het le
veren van petroleum aan den aannemer van de straat
verlichting.
Tot deurwaarder bij de rechtbank te Zierikzee
is benoemd de heer U. Timmermannotarisklerk te
Rotterdam.
Het hoofdbestuur der vereeniging voor lijkver
branding heeft bij den Minister van Binnenlandsche
Zaken een adres ingediend, inhoudende:
«dat het met belangstelling kennis heeft genomen
van de stappen, door de regeering gedaan, die zoo
a's het hoofdbestuur verwacht eerlang ook hier te
lande zullen leiden tot wettelijk geregelde vrijheid van
ander verzekerd te zijn. Intusschen waren zij tot
de zonderlinge ontdekking gekomendat zij beiden
steeds op dezelfde meisjes verliefd werdeneene ge
waarwording, waarover zij met elkaar slechts lachten
en waarvan alleen het gevolg was geweestdat die
verliefdheid zoowel bij den een als bij den ander spoe
dig bekoelde.
De bereidwilligheid, waarmee zij weldra deze kleine
romantische avontuurtjes hadden op zij gezet, maakte
hen des te vertrouwelijker en versterkte den broeder
band; en onder hunne vroolijke kameraden was het dan
ook eene uitgemaakte zaak, dat den ongelukkigen
niets anders zou overblijven, dan steeds samen te
leven en gelijktijdig te trouwen. Toch waren beide
broeders zulke verschillende menschen, als kinderen
van dezelfde ouders en in hetzelfde gezin opgevoed
slechts zijn kunnen.
Willem, de oudste, was blond, en even driftig en
opvliegend van karakter als de ander kalm en bedaard
hij had een open gelaat en een paar blauwe oogen,
zoo vriendelijk en trouw als men maar wenschen kon.
Daarbij had hij iets innemends in houding en gebaren.
De jongste, Karei, verried door niets, dat hij jonger
was; integendeel, men zou hem voor den oudste hebben
gehouden. Hij was zoowat een jaar jonger dan Wil
lem, maar gelaat, houding en karakter deden hem
veel ouder schijnen. Zijne heldere, bruine, diepliggende
oogen oefenden eene stilzwijgende macht op Willem
uit, een macht welke deze gevoelde maar die hem
volstrekt niet hinderde. Integendeel, hot was voor
lijkverbranding
«dat het den vrijheidszin der regeering, die haar
tot deze stappen heeft genoopt, hoog waardeert
»en dat het de invoering van den bedoelden maat
regel te eer durft verwachten, daar immers te Gotha,
Milaan en elders verordeningen op liet verbranden van
lijken in werking zijn, welker bepalingen de belangen
der justitie voldoende blijken te waarborgen".
-De jaariijksche algemeene vergadering van het
Nederlandsch gymnastiek-verbond zal op Zondag 17
dezer te Utrecht gehouden worden.
Jan Holland heeft alwéér wat geschreven. Nu is 't
een brochure »Als de eene hand de andere wascht",
die, naar men zegt, behelst een humoristisch-satirische
ontleding van het bekende rapport van de commissie
uit den Geneeskundigen Raad van Friesland en Gro
ningen, benoemd om een onderzoek in te stellen naar
bij de leerlingen dar gymnasia en middelbare scholen
voorkomende nadeelige gevolgen van overlading.
EERSTE KAMER.
In de Zaterdag gehouden zitting is hoofdstuk III
der staatsbegrooting voor 1883 verzonden naar de
afdeelingen. Omtrent een aantal ontwerpen zijn de
eindverslagen uitgebracht, terwijl de beraadslaging daar
over nader zal worden bepaald. Op voorstel van den
heer Van Limburg Stirum is met 16 tegen 13 stem
men besloten tot behandeling op Maandag te 2 uren
van eenige ontwerpen, waarover reeds Donderdag de
eindverslagen waren uitgebracht. Ten slotte werden
een negental ontwerpen met algemeene stemmen aan
genomen.
TWEEDE KAMER.
Bij het voortgezet debat over hoofdstuk Justitie
heeft de Minister nog uitvoerig de bevoegdheid der
rijkspolitie, om bij de duivenschieterij op te treden, ver
dedigd. Een amendement-Gratama om de raadsheeren
bij den Hoogen Raad tot het minimum te beperken
is verworpen. De post voor den bouw eener nieuwe
gevangenis te Amsterdam is ingetrokkendie voor de
nieuwe gevangenissen in Den Haag, Alkmaar, Zutfen
en Breda is toegestaan. Ten slotte is het geheele
hoofdstuk unaniem aangenomen.
Door de heeren Bichon, Lohman, T. P. Mackay
en Van Asch van Wijck zijn 14 amendementen voor
gesteld op het Hoofdstuk Binnenl. zaken, strekkende
tot vermindering van even zoovele artikelen wegens
jaarwedden, toelagen, aanbouw, subsidiënop verschil
lende onderdeelen van de afdeeling onderwijs, waar
onder éene vermindering met f350,000 voortijdelijke
subsidiën aan gemeenten.
Door den Minister van koloniën zijn thans aan
de Kamer medegedeeld de door hem gewisselde stuk
ken over het concessiecontract tot ontginning van het
eiland Billiton met de daarin aangebrachte wijzigin
gen als: le zijn rapport aan den Koning van 13 Oct.
1882; 2e 's Konings goedkeuring van de door den
Gouv.-Gen. van Ned. Indie met de Billitonmaatschappij
gesloten nieuwe overeenkomst en 3e eene missive van
den Minister van 27 Oct. jl., waarbij aan den Gouv.
Gen. mededeeling wordt gedaan van 's Konings goed-
keunng op de nieuwe overeenkomst.
Willem's goedhartig karakter, voor zijn gevoel een genot
te weten, dat hij in zijn broeder, van wien hij zooveel
hield, zijn meerdere had gevonden. Hij bewonderde hem
en was bovendien overtuigd, dat zijn broer zoo knap
was als maar mogelijk was. Sinds hunne jeugd was
Willem er aan gewoon, bij alle gewichtige zaken Karel's
meening te volgen. Hij was het als het ware een
voorrecht voor zijn broeder gaan beschouwen, dat deze
zoo veel wijzer en dientengevolge ook stiller was en
meer zelfstandig zich toonde, terwijl hij het voor zich
zeiven een geluk achtte zonder zorg te kunnen leven
en zijne dwaze opwellingen te volgen.
Beiden waren welgevormd en aangename verschijnin
gen, maar Willem's trekken waren toch regelmatiger
en schooner. Deze was altijd eleganter gekleed dan
zijn jongere broeder. En terwijl hij er nog steeds
van hield zijn haar op de ouderwetsche manier te
krullen en te poederen, volgde do revolutionnair gezinde
Karei meer de natuur en slechts met tegenzin had
hij Karel's voorbeeld gevolgd om, in plaats van kousen
tot aan de knie, hooge laarzen te dragen. Zijn schrift
was zuiverder, netter. Hij scheen meer aan de
meisjes, de andere meer aan de vrouwen te bevallen.
Het was in het laatst vanMei. De dag van hun vertrek
naar de niet verafgelegen goederen naderde; men deed
alle moeite om hen tegen die reis te doen opzien en het
afscheid van de stad hun zoo moeielijk mogelijk te
maken.
(Wordt vervolgd.)