1882. N°. 148.
Zaterdag 2 December.
69ste jaargang.
Bij deze courant behoort een bijvoegsel.
Rap;
ïoi'l der commissie in zake liet onge
luk van de „Adder".
GOKSCIIK
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag, Woensdag en Vrijdagavond
uitgezonderd op feestdagen.
Prijs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, f 1,75.
Afzonderlijke nommers 5 ct., met bijblad 10 ct.
Agent voor het buitenland- A. STEINER, te Hamburg,
lnons land vervoege men zich: voor Rotterdam aan het Algemeen Advertentiebureau
van NIJGH VAN DITMAR, en verder bij alle Boekverkoopers en Postdirecteuren.
COURANT.
De prijs der gewone advertentiën is van 15 regels 50 ct., elke regel meer 10 ets.
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts
tweemaal berekend.
Geboorte-, huwelijks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen worden van 18 regels a f 1,berekend.
Dienstaanbiedingenniet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald, 20 ets.
Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cents per regel.
Mededeelingen op verschillend gebied.
GOES, 1 DECEMBER 1882.
Wij vestigen de aandacht van belangstellenden
op het ingezonden stuk, dat voorkomt in het bijvoegsel.
Heinkenszand. Donderdag heeft alhier de herstem
ming plaatsgehad voor een lid van den Raad tusschen
de heeren M. De Vos en J. Van den Ende. Er namen
van de 101 stemgerechtigden 89 aan de stemming
deel. In de bus werd echter een briefje meer gevonden.
Daarvan bekwamen M. De Vos 46 en J. Van den Eade
42 stemmen, terwijl een briefje blanco en een van
onwaarde was. Eerstgenoemde is alzoo gekozen.
Bij de eerste stemming verkregen beide heeren ieder
31 stemmen.
Verseke. Aan den brieven- en telegram-besteller
P. Filius, alhier, is op zijn verzoek met ingang van
1 December eervol ontslag verleend.
Te Vlissingen is men natuurlijk zeer ingeno
men met de beslissing der Tweede Kamer in zake
de overeenkomst der Regeering met de koninklijke
maatschappij «De Schelde" tot exploitatie der haven
werken. Spoedig was dan ook Donderdag op som
mige plaatsen de vlag uitgestoken.
Provinciaal Blad no. 117 bevat het besluit der
Staten van Zeeland, waarbij f 100,000 wordt beschik
baar gesteld voor het verstrekken van rentelooze voor
schotten tot aanleg of verbetering van wegen. De
aanvragen der belanghebbenden moeten zijn ingekomen
voor 15 Mei 1883.
In de zesde algemeene vergadering der Ned.
vereeniging voor locaalspoor- en tramwegen hield de
heer W. Te Gempt, van Hoedekenskerke, een voor
dracht over den door hem uitgevonden veiligheids
toestel, waardoor menschen, steenen, balken enz.
van de spoorstaven worden verwijderd.
De proeven, door den uitvinder met een model van
zijn toestel genomen, boezemden den aanwezigen veel
belang in en gaven tot eenige opmerkingen en wenken
aanleiding, waarmede wellicht de uitvinder nog zijn
voordeel kan doen.
In de Woensdag te Amsterdam gehouden koffie
veiling van de Nederl. Handelmaatschappij is alles
verkochtde meeste soorten beneden taxatie.
Louise Michel heeft in Rotterdam ook eene con
férence gehouden, maar die niet ten einde kunnen
brengen tengevolge van groot tumult en gesis.
Ook in Dordrecht zal zij lezen, en wij gelooven
dat het gewenscht is, dat zij daarna weer spoedig
terugkeere naar Frankrijk. Zij zal nn toch wel
bemerken, dat zij in ons land geen sympathie kan
wekken voor hare holle theorieën.
Volgens het programma heeft Donderdag te Am
sterdam plaats gehad het feest, bereid aai\ de oudstrij-
ders en verdedigers van de Citadel van Antwerpen.
Op de beurs werden zij hartelijk welkom geheeten;
de jongens van de Wassenaer zongen hun een forsch
lied toe, en vervolgens gingen zij naar Artis, vooraf
gegaan door eene afdeeling cavalerie, verder de jon
gens van de Wassenaer en de muziek der artillerie,
gevolgd door de feestcommissie. In Artis ontvingen
zij ververschingen. De parade bestond uit de korpsen
infanterie, schutterij en marine.
De oud-strijders schaarden zich, met de citadelvlag
in hun midden, gedragen door 6 man, vertegenwoor
digende de verschillende wapenen, op het terras vóór
het panorama, waarvoor de troepen defileerden.
Het was curieus, schrijft de correspondent der N.
R. Ct., de hoeden-collectie te zien; een hoedenge-
schiedschrijver kon hier de geschiedenis van de cba-
peau goibus nagaan van zijne geboorte tot heden.
De Citadelvlag werd gedragen door den constabel
Kriens, van de marine. De vlag is 15 meter lang,
en de zes man, die ervoor geschaard stonden, hadden
last genoeg om de oudstrijders eraf te houden, daar
ieder een klein stukje als nagedachtenis wilde hebben.
Een oudstrijder, een Vollendammer schipper, raakte
de vlag aan en zei: «Jongen, joDgen, het is nou beter
als in dien kogelregen."
Ook was er een oud-markententster, een regiments
kind, die haar echtgenoot had leeren kennen in de
kazematten der Citadel. Geheel uit Winschoten was
ze op eigen kosten naar het feest gekomen. Haar naam
is Frederika Scheening.
Ds. Perk hield verder in Artis eene feestrede, waarin
hij de verdediging der Citadel schetste en hulde bracht
aan de mannen, die daarbij een rol vervulden en
natuurlijk het eerst aan baron Chassé.
Aan het feestmaal werd menige heildronk gebracht.
Als eene aardige bijzonderheid verdient vermeld te
worden, dat daarbij dezelfde tafelschel gebruikt werd,
waarvan Chassé zich op de Citadel bediende.
's Avonds was er concert ter eere van de oud
strijders in het Paleis voor Volksvlijt.
Uit Goes waren ter bijwoning van dit feest naar
Amsterdam vertrokken de drie navolgende personen:
P. BI ankert, Ad. Kopmels en J. Maartense.
Die oudstrijders zullen de dagen van 30 Nov.
23 Dec. 1832 nog wel eens ophalen, toen zij met
buitengewonen moed en goed beleid de Citadel ver
dedigden tegenover eene Fransche legermacht, sterker
dan zij.
Bij al de hulde, die wij hun gaarne brengen, doet
ons toch de herinnering eraan te meer den tegen-
woordigen toestand van vrede waardeeren.
Den oudstrijder C. Jonasse te Veere bereidde men
dien dag hoogst aangename verrassingen. Men vlagde
uit de meeste woningen en schonk hem de noodige
versnaperingen, een leuningstoel en een gitt in geld.
Het verslag aan den Koning van het onderzoek
naar de vermoedelijke oorzaken, waai aan de zeeramp
van Zr. Ms. rammonitor «Adder" moet worden toe
geschreven, is verschenen.
Na eene korte inleiding zegt de commissie, dat
haar verslag «eigenaardig" vier deelen bevat:
I. in de eerste plaats wenschen wij eene beschrij
ving te gev-n van den rammonitor «Adder";
II. in de tweede plaats geven wij een zooveel mo
gelijk aaneengeschakeld verhaal van de laatste reis
van dien rammonitor, voor zooverre wij door getui
genissen van ooggetuigen daartoe in staat gesteld
werden
III in de derde plaats zullen wij de vermoedelijke
oorzaken opgeven, waaraan de ramp, aan de «Adder"
overkomen moet worden toegeschreventerwijl wij
IV. in de vierde plaats eenige leemten zullen aan
geven welke het door ons ingesteld onderzoek ons
heeft doen kennen.
Het rapport vormt met de bijlagen een 4o. boekdeel
van 181 bladzijden, waarvan 28 pagina's het eigenlijke
verslag behelzen.
De vraag, waaraan het vergaan van de «Adder"
moet worden toegeschreven, kan de commissie, ook
na een gedurende geruimen tijd ernstig voortgezet
onderzoek, niet volledig beantwoorden. Wel is bij
haar de overtuiging gevestigd, dat verschillende oor
zaken zijn te zamengeloopen, om eerst gevaar, daarna
nood voor den monitor te doen ontstaan, en is het
haar niet moeielijk die oorzaken aan te wijzen. Maar
evenzeer is bij haar de overtuiging algemeen, dat er
te circa 9 uren iets aan boord van den monitor
moet zijn gebeurd, dat haar onbekend is gebleven,
omdat er wèl getuigen zijn, die den ondergang van
de «Adder" hebben waargenomen, maar geen hunner
de reden daarvan heeft verklaard.
Over het geheel schijnt de commissie de schuld
aan den kommandant te geven. Deze stak in zee met
een loods, waaraan hij weinig steun zou hebben, on
bekend met het vaarwater buiten IJmuiden en onbe
voegd op de zuidelijke gaten, werwaarts koers werd
gesteld. De kommandant koos zee op een tijd dat de
eb reeds eenige uren geloopen had, en met de weten
schap dat hij omstreeks 3 uren den vloed tegen zou
krijgen, terwijl hij dan toch redelijkerwijze den Ho;k
van Holland niet kon hebben bereikt.
Toch zegt de commissie geen blaam te willen werpen
op een man, die zich niet verantwoorden kan.
Zij verklaart echter nog, dat de «Adder" de reis
maakte onder een samenloop van ongunstige omstan
digheden. Kommandant, état-major, bemanning, zij wa
ren geen van allen vertrouwd met den monitor, die
over zee moest worden gevoerd. Bovendien was de
bemanning niet compleet.
De commissie schrijft dat een rammonitor met
een ongeoefenden kommandant en état-major, onvol
doende van vuurstokers voorzien, zonder loods die aan
de ongeoefendheid van de officieren, althans gedeeltelijk,
kon tegemoetkomen, op het gevorderd voormiddag
uur niet zeewaarts had moeten stevenen en zich aan de
kansen van slecht weer blootgeven. Oefening, gedu
rende eenige weken misschien, was onmisbaar geweest.
Dat van de bemanning, die zooals uit de aan
gedreven lijken blijkt zich allen van zwemgordels
schijnen te hebben voorzien, niemand zich zelf heeft
kunnen redden, ofschoon gerustelijk mag aangenomen
worden dat zich daaronder goede zwemmers hebben
bevonden, moet vermoedelijk toegeschreven worden
in de eerste plaats aan de intredende ebbe, die de
lichamen mede zeewaarts trok in de tweede plaats
aan de woelige zee, die telkens over de hoofden moet
geslagen hebben, terwijl de zwemgordels het zwemmen
bemoeielijktcnen in de derde plaats aan aanputting
in den wanhopigen strijd tegen de elementen.
Er schijnt verder een drieledig misverstand bestaan
te hebben. Misverstand bij den kommandeerenden
officier van den monnitor of bij den directeur en kom
mandant te A omtrent de vraag, wie van hen bei
den kennis moest geven aan den Minister van het
vertrek naar zee; misverstand bij den beambte der
telegraphie te IJmuiden; misverstand eindelijk van
het uit Amsterdam naar Hellevoetslu s gezonden
telegram.
Dit alles is zeker zeer te betreuren, en hoogst noo-
dig acht de commissie het, dat voortaan door dui
delijke er, stellige bepalingen als die misvattingen on
mogelijk worden gemaakt; doch de commissie blijft
bij haar meening, dat er tusschen die misverstanden
en de ramp, en evenzeer tusschen die misverstanden
en het vergaan van de opvarenden geen aanmerkelijk
verband bestaat.
Met weerzin maakte de commissie terecht melding
van het feit dat Scheveningsche visschers, die het
gevaar van de Adder hebben waargenomen, geene
pogingen hebben aangewend om hulp te verleenen.
Integendeel, niettegenstaande zij verschillende nood-
teekenen waarnamen, en een hunner - Den Duik - zeide
nNu is er wel een ongeluk gebeurd! Nu zou het wel
kunnen gebeuren dat zij aan hun eind zijn", bleven
zij aan het visschen, en werd niet eens naar wal
gestuurd om kennis te geven van hunne waarneming.
Wat er aan boord is gebeurd: wie kan het zeggen
De commissie zegt, dat het schip moet zijn gekan
teld en gezonken.
De commissie eindigt haar verslag met een opgave
van de maatregelen, die naar haar overtuiging kunnen
strekken om voor het vervolg een ongeluk, als dat
de «Adder" heeft getroffen, te voorkomen. Tot de
maatregelen, die zij zou wenschen voortestellen, be
hoort niet het door sommigen aangeprezen middel om
de rammonitors niet meer meer reisjes over de Noord
zee te laten maken. Indien zij tot die conclusie moest
komen, dan zou zij daaraan stellig een tweeden maat
regel verbonden willen zien den verkoop van al onze
rammonitors, want dan zullen die vaartuigen volkomen
onbruikbaar zijn in oorlogstijd. De ondervinding heeft
trouwens geleerd, dat, met het nemen van gepaste
maatregelen van voorzorg die onzeewaardigheid zeer
kan worden beperkt, en dan eischt 's lands- belang,
dat onze maritieme krachten aan boord dier vaartui
gen worden geoefend.
Het heeft bij de commissie een punt van ernstig
onderzoek uitgemaakt, in hoeverre het wellicht plicht
matig kon geacht worden de zeemiliciens niet op mo
nitors, althans niet op rammonitors te plaatsen. Zij
is evenwel eenparig tot de conclusie gekomen, dat het
-zoolang monitors een deel onzer defensie uitmaken
bepaald onmisbaar is, dat ook de miliciens daarop
worden geoefend. In tijd van oorlog toch zullen zij
het zijn, die aan boord der monitors moeten dienen
Ten slotte geeft de commissie eene wijziging aan
in bestaande maatregelen, en verder eenige nieuwe
aan, die nog genomen zouden kunnen worden.
Staten-Generaal.
TWEEDE KAMER.
In de Donderdag gehouden zitting is aangenomen:
met 48 tegen 11 stemmen het voorstel tot subsidie
voor de Amsterdamsche internationale tentoonstellinar,
en zulks in het belang der Nederlandsche nijverheid;
met 43 tegen 9 stemmen de onteigeningswet voor
de stoomtramverbinding van de Hollandsche spoor
's-HageScheveningen, en met 34 tegen 20 stemmen
het voorstel van den heer Rombach tot vervanging
van den verplichten gasmeterijk door den facultatieven.
Bij die gelegenheid bracht de heer De Casembroot
hulde aan den oud-strijder Rombach en herinnerde
hij aan het citadelfeest, dat in Amsterdam wordt
gevierd. Hij hoopte dat, waar onathankelijkheid en
recht in Nederland bedreigd werden, het nageslacht
evenzeer als het voorgeslacht die zouden weten te ver
dedigen. Voorts is aangenomen de overeenkomst met
de maatschappij «De Schelde" te "Vlissingen over de
havenexploitatie aldaar Na discussie over de voorge
stelde verhooging van 3 ton voor subsidiën, krachtens
art. 49 der schoolwet, werd het debat over de ontwerp-
verhooging van hoofdstuk V tot Vrijdag verdaagd.
Kerkelijke Zaken en Onderwijs.
Door het kiescollege der Hervormde gemeente
alhier zijn herkozentot ouderlingen de heeren J. P.
Magielse en W. J. Van de Weert, en tot diakenen
de heeren L. Meijler en T. A. Van der Heil.
Allen hebben de herbenoeming aangenomen.
Ds. B Van Sche'ven, te Haarlem, heeft het be
roep naar Amsterdam aangenomen.
Volgers de Standaard heeft de Unie-collecte
dit jaar meer dan f 100,000 opgebracht.
Yzendijke. Als kweekeling-onderwijzer aan de O.
L. school is aangesteld P. Maarleveld, te Biervliet, op
een salaris van 300 gulden 's jaars.
De levensverzekering-maatschappij van het Nederl.
Onderwijzers-genootschap had op 1 November 11.1231
contracten aangegaan voor een verzekerd bedrag van
f 1,821,276 tegen f45,432,38 premie.
Rechtzaken.
Kantongerecht te Goes.
In de zitting van heden, Vrijdag, zijn de navolgende
vonnissen gewezen en uitgesproken tegen:
lo. J. It. en 2o. A. De J., beiden te Driewegen, we
gens het verboden plukken van vruchten, ieder ver
oordeeld in eene geldboete van f 1, subs. 1 dag gev.
straf c. e.
3o. A. II. V., te Raamsdonk, wegens het niet ver
minderen van de vaart van zijn schip bij het naderen
van een sluis in een Rijks-kanaal, veroordeeld in eene
geldboete van f 10, subs. 2 dagen gev.straf c. e.
4o. H O., en 5o. J. S., beiden te Yerseke, wegens
overtreding der wet op den kinderarbeid, ieder ver
oordeeld in eene geldboete van f3, subs. 1 dag gev.
straf c. e.
6o. M. S., te Yerseke, wegens het driemaal laten
loopen van vee over eens anders in den oogst staanden
grond, veroordeeld in drie geldboeten elk van f3, subs.
1 dag gev.straf voor iedere boete c. e.
7o. M O., 8o. J. S., 9o. J. O., allen te Yerseke,
wegens het gaan over eens anders grond, bezet met
rijpende vruchten, zonder daartoe recht te hebben,
ieder veroordeeld in eene geldboete van f3, subs. 1
dag gev straf c. e.
lOo. H. D., en llo. W. De J., beiden te Goes,
wegens het visschen met een net als heernet gebezigd,
ieder veroordeeld in eene geldboete van f 3, subs. 1 dag
gev.straf c. e.
12o. W. Van de V., 13o. S. B., beiden te Bieze-
linge, en 14o. F. B., te Schore, wegens het branden
van een vuur binnen 45 Meter afstand van den weg,
de eerste en tweede ieder in twee, de derde in eene
geldboete van fl, subs. 1 dag gev.straf voor iedere
boete c. e.
15o. M. Van de P., te Kwadendamme, wegens het
werpen van vuil in een waterleiding, tot belemmering
van den afvoer van het water, veroordeeld in eene
geldboete van f10, subs. 1 dag gev.straf c. e.
16o. C. B., te Kwadendamme, wegens het herstel
len van een wildstrik, veroordeeld in eene geldboete
van f20, subs. 3 dagen gev.straf c. e.
17o. G. B., te Goes, wegens het niet voorzien van
een aangespannen hond van een muilkorf, veroordeeld
in eene geldboete van fl. subs. 1 dag gev.straf c. e.
i8o. F. C. H. E., te Borssele, wegens het in zijn
winkel voorhanden hebben van een maat, voorzien
van een afkeuringsmerk, veroordeeld in eene geldboete
van f10, subs. 1 dag gev.strat c. e
I9o. C. D., 14 j., 20o. M. D 12 j., beiden te
Wilhelmiuadorp, beklaagd van het rapen van schelp-
visschen aan een zeedijk. Daarvan vrijgesproken, als
hebbende gehandeld zonder oordeel des onderscheids.
Buitenlandsch Overzicht.
Frankrijk heeft eenige moeielijkheden gekregen met
Madagascar. Volgens den Parijschen correspondent van
de Standard had het Fransche ministerie van buiten-
landsche zaken van de gezanten van Madagascar ge-
eischt, dat zij in den afstand van grondgebied zouden
toestemmen, als zij vijandelijkheden wilden voorkomen.
Zaterdagavond kwam er zelfs iemand van genoemd
ministerie met een schriftelijk ultimatum bij de ge
zanten. Dat stuk bevatte deze beide eischenerken
ning door het gouvernement der Hova's van een Fransch
protectoraat over de westkust van hun eiland en het
toestaan van erfpachten voor negen-en-negentig jaar.
De gezanten hadden het ultimatum nu maar terstond
te onderteekenen; een weigering zou voor hun land
de ernstigste gevolgen na zich sleepen. Zij weigerden
natuurlijk en volhardden daarin, niettegenstaande na
eenige uren van bedenktijd hun vlag van het hotel,
waar zij verblijf hielden, werd ingehaald en men hun
mededeelde, dat de vijandelijkheden nog denzelfden
nacht zouden beginnen. Inmiddels hebben de gezanten
Parijs verlaten en zijn te Londen aangekomen.
De Britsche regeering zal natuurlijk van die gele
genheid gebruik maken om als beschermengel op te
treden. Met de grootste beleefdheid zal Zaterdag na
mens haar Lord Granville de gezanten ontvangen.
De Fransche regeering beraadslaagde over hare
aantenemen houdingvan eene expeditie hoort men
niets hij nam alleen het besluit om de Fransche vlag
te doen eerbiedigen, maar op welke wijze dit gebeuren
zal, weet men niet. In ieder geval valt er op hare
houding wel wat af te dingen.
In den senaat is geprotesteerd tegen de opheffing
door de kamer van de bezoldiging der kapelaans.
De heer Batbie noemde die eene onrechtvaardige maat
regel, welke slechts strekken kan om het zedelijk verval
der natie te bevorderen.