1882. N°. 138. Donderdag 9 November. 69ste jaargang. Een enquête-verslag en Zondags-ergernis. GOESCHE De uitgive dezer Courant geschiedt Maandag, Woensdag en Vrijdagavond uitgezonderd op feestdagen. Prijs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, 1,75. Afzonderlijke nommers 5 ct., met bijblad 10 ct. Agent voor het buitenland- A. STE1NER, te Hamburg. In ons land vervoege men zich: voor Rotterdam aan het Algemeen Advertentiebureau van NIJGH Sc VAN DITMAR, en verder bij alle Boekverkoopers en Postdirecteuren. COURANT. Do prijs der gewone ad verteritten is van 45 regels 50 ct., elke regel meer 40 ets. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Geboorte-, huwelijks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende dankbetuigingen worden van 48 regels a f 4,berekend. Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald, 20 ets. Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cents per regel. Het ontbreekt er voorzeker niet aan in onzen tijd, dat er niet voldoende papier beschreven wordt. Al leen in onze parlementaire wereld met allerlei rap porten, voorloopige verslagen, antwoorden van heeren ministers daarop, eind-verslagen enz. enz. bereikt de stapel beschreven vellen in éen jaar een aanzienlijke hoogte, en wanneer men dan daarbij rekent hetgeen in kleiner, bescheidener kringen wordt volgeschreven, zou men een berg kunnen samenstellen voor welker hoogte men eerbied zou gaan koesteren. Of men dien ook zou gevoelen voor den zakelijken inhoud van dat geschrevene, betwijfelen wij. Eenige teleurstelling zal op dit punt ook wel opge leverd hebben het boekdeel, bevattende 735 pag. be halve eenige bijlagen, in het licht gegeven door de commissie uit de Tweede Kamer, belast met de en quête naar de spoorwegen in ons land. De omvangrijke taak, welke op de schouders der commissieleden rustte, was niet gemakkelijk, en het ligt natuurlijk niet op onzen weg noch in onze be doeling om dit rapport uitvoerig te behandelen. Slechts enkele punten stippen wij aan. Wij betwij felen echter in ieder geval of deze enquête zooals het trouwens wel meer met andere enquêtes is ge bleken veel vruchten zal dragen en de moeite van onderzoek en schrijven wel zal beloonen. Het tegenwoordig stelsel van exploitatie onzer spoor wegen acht de commissie niet ongeschikt. Zij is ten minste van oordeel, dat de exploitatie van het spoorwegnet aan de Exploitatie-, Hollandsche en Éijnspoorwegmaatschappijen toevertrouwd kan blijven, mits de omvang van hare taak overeenkomstig de in het verslag aangeduide beginselen worde geregeld, en zoolang deze maatschappijen met elkander eene serieuse concurrentie blijven voeren en zich niet vereenigen om het spoorwegverkeer hier te lande te monopoliseeren. Alleen verlangt de commissie eene gewijzigde in richting en uitbreiding van den raad van toezicht. Onder de bepalingen nu, die ten gerieve van het publiek worden gewenscht, missen wij er eene en vin den wij een andere, waarop wij de aandacht even willen vestigen. De eerste betreft het verzenden van goederen. Wie daarmee eenigszins bekend is, weet welke lastige for maliteiten er moeten worden inacht genomen voor het goed verzonden kan worden. Wij missen nu een wenk der commissie om daarin vereenvoudiging te brengenspoedigergemakkelijker en eenvoudiger wijze van behandeling van vrachtgoederen zou zeker ook in het belang der betrokken maatschappijen wezen, en wij gronden vooral ons oordeel daaromtrent op een schrijven, dat nog niet lang geleden in het Nieuws van den Dag voorkwam en onderteekend was met de initialen van een bekend handelaar aan de Zaanstreek. Ook hij was door de enquête-commissie gehoord en deelde nog als zijn gevoelen meê, dat het invoeren van die noodige veranderingen den handel zou bewegen om minder van de scheepvaart en rneer van den spoor dienst gebruik te maken. Behalve verder een paar aanwijzingen omtrent derde klasse rijtuigen, die de commissie gaarne in alle trei nen op voldoende wijze zag vertegenwoordigd, en de controle der plaatskaartjes, zien wij omtrent de vei ligheid van het publiek alleen deze opmerking gemaakt «Wil men iets doen in het belang der veiligheid van het publiek in de treinen, dan zoude de Commissie intrekking van het voorschrift, dat de conducteurs gedurende den loop van den trein niet dan in bij zondere gevallen buitenom van het eene rijtuig naar het andere mogen gaan, in overweging wenschen te geven, onder voorwaarde dat voor het aanwezig zijn van eene voldoende ruimte langs de rails over den geheelen weg zorgvuldig worde gewaakt". Deze gemaakte opmerking nu trok onze aandacht, in de eerste plaats omdat zij de eenige is die iets bevat omtrent de veiligheid, wat in onze oogen zeer schraal mag heeten, maar vooral omdat wij dit mid del erger dan de kwaal achten. Wie de halsbrekende toeren der conducteurs op de loopplanken onder het rijden wel eens heeft gade ge slagen, zal zeker met ons dankbaar wezen dat er een streng verbod daartegen in het leven is geroepen. De commissie wil nu echter dat verbod weer opheffen en het ondergeschikt personeel gevaar voor ongelukken doen loopen. Is het resultaat van het onderzoek dan zoo luttel op het punt van de veiligheid der reizigers, dat er geen ander middel dan juist dit overschoot 1 Is het onuitvoerbaar om eene verbindiug tusschen alle coupé's met den machinist te verkrijgen, terwijl er strenge straf bepaald worde tegen ieder die noo- deloos van zulk een alarmsein gebruik maakt Een machinist te bereiken zal toch evenzeer door het publiek op de eene of andere wijze moeten ge schieden als een conducteur; in ieder geval achten wij opheffing van het bewuste, door ons aangegeven ver bod ongewenscht. Die mindere zorgzaamheid op dit punt tegenover het ondergeschikt personeel steekt wel zonderling af bij de groote zorg, die de gansche commissie aan den dag legt voor het zielenheil en de rust van dat personeel. Terwijl sommige aanwijzingen der commissie uit gaan van eene meerderheid of een minderheid, lezen wij dat de commissie meent erop te mogen aandringen dat het spoorwegpersoneel steeds op onbekrompen wijze in de gelegenheid zal worden gesteld om des Zondags zijne godsdienstplichten te vervullen, en dat daaraan door het Staatstoezicht streng de hand zal worden gehouden. Voorts oordeelt zij, dat aan de spoorwegbeambten zooveel doenlijk een geregelde rust dag behoort te worden verzekerd, waartoe zoo noodig het gewone personeel der spoorwegondernemingen eenige uitbreiding zoude kunnen ondergaan, de be- stelkantoren des Zondags zouden behooren te worden gesloten, en de Zondagen althans niet geregeld zou den moeten worden bestemd voor het doen r ijden van extra-personentreinen tegen verminderd tarief. Een harer leden wenscht dat men in dit opzicht nog verder ga, door niet alleen het doen rijden van extra personentreinen, maar ook het goederenvervoer in den meest uitgebreiden zin op de Zondagen te verbieden, en voorts, op het voorbeeld van hetgeen in sommige deelen van Groot-Brittannië en Noord-Amerika ge schiedt, ook het personenvervoer met gewone treinen des Zondags binnen vrij enge grenzen te beperken. Men bemerkt hieruit den geest der heeren Oorver Hooft, Heydenrijck en Fabius, maar hoe leden als de heeren Tak, Dee Vos Van Steenwijk, Kool en Mees daarmede hebben kunnen instemmen is ons onbegrijpe lijk, en wij schreven hierover reeds in het begin van dit jaar: er is een streven om ook van die Zondags beweging een agitatie-middel te maken. Wat heeft de Staat met de bevordering van de gelegenheid tot waarneming der godsdienstplichten toch te maken? En zoo hij zich daarin wil mengen, waarom trekt hij zich dan ook niet de belangen der Israëlieten, der Katholieken aan? Een rustdag wij hebben jaren geleden daarop reeds aangedrongen en ook vermeerdering van personeel als middel aangegeven. Men zou dan ieder beambte een dag per week kunnen vrijgeven, hetzij den Zondag of een anderen. Er is toch in de week tegenwoordig ook gelegenheid voldoende om ter kerke te gaan. Maar waarom zoovelen van het publiek zouden moeten verstoken) worden om des Zondags, den eenigen dag, waarop zij eens een uitstapje kunnen doen, op goed- koope wijze van den trein gebruik te maken is ons een raadsel. Naar ons inzien zijn goedkoope treinen op Zondag veel te weinig aan de ordezij zouden bevordelijk kunnen wezen om velen den dag beter te doen doorbrengen dan in herbergen en op minder goede wijze dan door een eenvoudig uitstapje. Dit punt had de enquête-commissie gerust onaan geroerd kunnen latener waren wel belangrijker zaken te regelen geweest. Dat drijven ten opzichte van die Zondagsrust geeft tot allerlei zonderlinge voorstellen aanleiding, waarvan als vanzelf grove onbillijkheden liet gevolg moeten zijn. Als bewijs het volgende. Wij stellen echter nog eens op den voorgrond, dat wij allen ambtenaren gaarne de noodige rust en ontspanningstijd gunnen, doch dat het ons onverschillig voorkomt of zij die genieten op Zondag, Maandag of Zaterdag. In de Arnhemsche Courant nu wil een inzender, om aan de telegrafisten en postbeambten des Zondags rust te ver schaffen, het tarief der dien dag te verzenden tele grammen en brieven verdrievoudigen I Vooraf schrijft hij dat de Israëlieten, welke op hun sabbathdag allen handel ten strengste vermijden, liet verlies van dien dag schijnen te willen inhalen, do. r op de rustdagen der Christenen zooveel te handelen als mogelijk is, en nu geeft hij, nog wel met inacht neming van liet «recht voor allen", het bovenstaande middel aan. Wij zouden nu met beroep op dezelfde schoone leuze willen voorstellen, dat des Zaterdags de Christenen en op Roomsch-Katholieke feestdagen de Protestanten en Israëlieten ook driemaal zooveel port betalen. Zijn voorstel is echter een natuurlijk gevolg van den weg, dien men met dat drijven naar Zondagsrust en Zondagsheiliging meer en meer inslaat. Het is of de kerk nog steeds de eerste machtheb bende en gebiedster moet wezen, en wij achten dit een bedenkelijk verschijnsel. Wij gunnen ieder de verlangde kerkgangen per Zondag, maar een ander, die liefst dan een tochtje wil maken wijl zijn overige bezigheden in de week dit niet toelaten, zouden wij dit ook niet gaarne ont houden, integendeel hem daartoe zelfs volgaarne eene goedkoope gelegenheid geven. Iemand, die op Zondag zaken wil doen, is in onze oogen niets minder dan een die ter kerk gaat. En waar nu de S ta.it aan spoorwegdirectien regelen wil stellen, zich het monopolie van telegraafdienst en pos terijen toeeigent, daar is het zijn plicht om aan al die eischen zijner burgers tegemoet te komen. Doch evenzeer is het zijn plicht voor de ondergeschikten van die direction en van ziehzelven te waken dat zij een behoorlijken rustdag hebben, doch nooit ten koste van den dienst, op welken dag der week ook. Er is dan slechts éen middelvermeerdering van personeel. Nu wij toch over den Zondag schrijven een enkel woord ten slotte naar aanleiding van het door den heer Massee gesprokene in de laatste raadsvergadering over hetgeen op Zondagavond in de Kerkstraat te Goes voorvalt. Hij wilde geer) meerder licht in die straat en heeft de werken duisternis liever in de hoofd straat dan op den wal". Onze jongste wethouder ging daarin met hem mee en verklaarde, «dat burg. en wet'n. zorgen voor de veiligheid en vrijheid der wegen en straten, maar niet mogen medewerken tot verplaatsing der bedoelde tooneelen naar eene eenzame wijk der stad." Aldus luidt het verslag in ons nommer van 2 Nov. Wij zijn evenzeer overtuigd van de goede bedoeling dier heeren als wij zeker zijn dat wij met lien die schandalen betreuren, maar wilde men de theorie van den heer Massee volgen, dan zou men tot de conclusie moeten komen, dat men beter doet schandalen in zijn eigen huis toetelaten dan door de bedrijvers ervan te verjagen hun de gelegenheid te geven elders die te plegen. Voor zulk eene theorie zijn wij zeer huiverig; zij klinkt op het eerste geluid wel fraai, doch de praktijk zou or.s, meenen we, wel spoedig van gedachten doen veranderen. In ieder geval, stel dat men als particulier persoon aldus handelt, een gemeentebestuur is niet tot zulke theorieën geroepen. Dat kan niet als zede- meester optreden; daartoe zijn anderen geroepen. Dat moet voor de veiligheid en voor het vrije verkeer in de straten waken, de heer Van Swinderen zegt dit terecht. Het moet zorgen, dat ook iedere fatsoen lijke vrouw daar met gerustheid op elk uur van den dag kan doorgaan, en nu is er naar ons inzien voor de politieleen beter hulpmiddel daartoe dan goed licht. Als het bestuur de theorie van den heer Massee volgde, zou het geen maatregel tegen dergelijke too neelen moeten nemen, omdat het beter is ze hier te hebben dan te Kloetinge, waar men er misschien minder op let. Aan ouders, geestelijken, hoofden van gezinnen te genover hunne dienstbaren de taak om in dezen zedelijken invloed uitteoefenen; de burgerlijke overheid wake dat de eene burger den anderen niet hindere in zijne vrije bewegingen op eene publieke plaats. En dit Iaat in de bewuste straat op de Zondag avonden te wenschen over. Mededeelingen op verschillend gebied. GOES, 8 NOVEMBER 1882. Aan II. C. J. Dominicus is machtiging verleend tot het gelijktijdig bekleeden der betrekkingen van sub-ontv. der acc. van het kantoor Hansweert en secr. der gem. Schore en Vlake, en is hem tevens vergund zijn woonplaats te Ivruiningen te houden. Zondag was het 55 jaar geleden, dat de oudste geneesheer te Zierikzeedr. 11. Goemanste Leiden promoveerde. Nog steeds is hij met lust en ijver in zijne betrekking werkzaam. Benoemd tot ln klerk ter provinciale griffie de heer A. Hammacher, te Groede. Bij Kon. besluit is benoemd tot ontvanger der directe belastingen te Vianen H. C. Koster, thans te Breskens. Op het adres der Maatschappij tot bevordering der oestercultuur, te Bergen-op-Zoom, aan Ged. Staten van Noord-Brabanttot verwerping van de overeen komst betreffende de kanalisatie van «de Zoomis afwijzend beschikt. De Minister van Financiën, de heer Van Lijnden, is Maandagavond, nagenoeg hersteld, in zijn woning te 's-Hage teruggekeerd, maar werd Dinsdag nog ver plicht zijn kamer te houden. Het zeer uitvoerig voorloopig verslag over de ontwerpen van wet tot regeling der nationale militie en schutterijen is voltooid, wat de algemeene beschou wingen met de antwoorden der betrokken Ministers betreft. Aan de vaststelling der onderdeelen wordt nog gearbeid. Omtrent de overdracht van het kasteel «Soest- dijk" en daarbij behoorende bezittingen aan Z. M. den koning verneemt de Arnii. Ct.dat die overdracht is geschied tegen verzekering door Z. M. van eene aanzienlijke lijfrente aan H. K. H. prinses Hendrik der Nederlanden, met het recht om het bedrag daar van zoowel in het binnen- als in het buitenland te genieten, zullende de jaarrente ook worden uitbetaald bij een eventueel tweede huwelijk van de prinses. De gemeenteraad van 's-Gravenhage heeft op verzoek van den Prins van Oranje besloten te verda gen de beslissing omtrent het nieuwe aanbod van den Prins om aan Z. K. II. het paleis aan den Kneuterdijk over te dragen voor f227,000. Naar aanleiding van de ook in ons vorig no. opge nomen verklaring van den heer Heldt voegen de hoog leeraren Van Boneval Faure, Buijs en Van der Hoeven hem in de »N. R. Ct." van gisteren het volgende toe «Gij durft zegg n zeker te weten, dat het boekje, waarop wij ons oordeel grondden, valsch is. «Welnu, wij verklaren dat gij u niet ontziet deze uwe wetenschap uit te spreken, zonder dat gij het boekje hebt gezien. Dat boekje is sedert ons onderzoek altijd onder ons blijven berusten. Het heeft, gelijk wij in ons laatste schrijven te kennen gaven, steeds ter be schikking van belangstellenden gelegen en ligt daar nog. Niemand, ook niet de heer Heldt, heeft ons de inzage van dat boekje gevraagd. «Mocht de heer Heldt zijne bewering van valschheid volhouden, dan is hij als een goed burger verplicht de justitie daarmede in kennis te stellen." Kerkelijke Zaken en Onderwijs. 's-Heer Abts- en Sinoutskerke. Maandag is, ten gevolge van het bedanken van ds. Barger, met algemeene stemmen tot predikant beroepen de heer L. A. F. Creu'/berg, te Oosterland. Yerseke. Alhier circuleert ter teekening een adres aan den kerkeraad der Ned. Herv. Gem.behel zende het verzoek om tot predikant te beroepen ds. II. Vermaas te Numansdorp, den 22en Mei 1881 van hier naar laatstgenoemde gemeente vertrokken. Reeds 12 maal heeft men sedert zijn vertrek te vergeefs een beroep uitgebracht; men koestert eenige hoop, dat dit 13e niet ijdel zou zijn De kerkeraad zou in den geest van een zeer groot deel der gemeente handelen door bedoeld verzoek in te willigen, want ds. Ver maas heeft èn als mensch èn als leeraar over het al gemeen een hoogst gunstigen indruk achtergelaten. In de classis Middelburg, die bestaat uit 21 gemeenten met 30 predikanten, zijn thans niet minder dan 10 vacatures. Die te Zoutelande duurt reeds 13 jaar, te Biggekerke 9 en te Arnemuiden 8 jaar. Ds. 3. Goedbloed, te Axel, heeft bedankt voor het beroep naar de Chr. Geref. gem. (afd. St. Domus- straat) te Zierikzee. Dr. J. II. Gunning jr., predikant bij de Ned. Ilerv. gemeente te 's-Hage, heeft zijne benoeming tot kerkelijk hoogleeraar aan de Gemeente-Universiteit te Amsterdam aangenomen. Ds. B. Van Schelven te Haarlem is thans ook beroepen te Amsterdam.

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1882 | | pagina 1