1882. N°. 112. Donderdag 21 September. 69stc jaargang. 5) mi:\<;ixvvb:bu;. Hoogstens vijf woorden! GOESCHK De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag, Woensdag en Vrijdagavond uitgezonderd op feestdagen. Prijs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, 1,75. Afzonderlijke nonnners 5 ct., met bijblad 10 ct. Agent voor het buiten!: nd- A. STEINER, te Hamburg. In ons land vervoege men zich: voor Rotterdam aan het Algemeen Advertentiebureau van NIJGH VAN DITMAR, en verder bij alle Boekverkoopers en Postdirecteuren. COURANT. De prijs der gewone advertentiën is van 15 regels 50 ct., elke regel meer 10 ets. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Geboorte-, huwelijks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende dankbetuigingen worden van 18 regels a f 1,berekend. Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald, 20 ets Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cents per regel. Wie zich (ogen 1 October op <lit blad aboniieert, ontvangt de nom inees van 12 September II. at' kos teloos. Mededeelingen op verschillend gebied. GOES, 20 SEPTEMBER 1882. J. 3. Den Boer is hedenmorgen in den ouder dom van ongeveer 65 jaar overleden. Bijna een ieder in Goes kende den meesterknecht der drukkerij van de firma F. Kleeuwens Zoonmet al zijne eigenaardigheden in manieren en spreken. Zijn heengaan werd reeds geruimen tijd tegemoet- gezien. Zijn lichaam was verzwaktinen kon het bij den dag aan hem bemerken, dat zijn gestel werd ondermijnd. En toch het was zijn werkwaaraan hij, bij elke periode van beterschaphoe gering ookzich wéér krampachtig vasthield. Hij wilde werken zoolang hij kon. Doch de ziekte behield de bovenhand, en onze wensch, geschreven in ons nommer van 2 Dec. 1879, bij gelegenheid van zijn wy/ïig-jarig jubilé als meesterknechtdoor hem den 29 Nov. van dat jaar gevierd, dat hij nog vele jaren met dezelfde opgeruimdheid mocht blijven werken in den kringwaarin hij nuttig en noodig was, is niet vervuld. Wij weten dat wij schrijven uit naam van zijn patroon, wanneer wij hier zijn overlijden met leedwe zen maar tevens met waardeering van den overledene bekend maken. Boer was een ijverig, trouw man voor zijne patroons; hij had, het is waar, zoo zijne eigene ideeën, maar nooit zag hij het belang van zijn patroons over 't hoofd. Het is dan ook genoeg gebleken, hoezeer zij hem waardeerden, bij alle gelegenheden en gedenkdagen van zijn veeljarigen dienst. Als straks zijn lijk naar de laatste rustplaats wordt gebracht, dan kan men verzekerd wezen dat zijne na gedachtenis steeds zal blijven voortleven, en niets kar. voor het toekomende meer spreken dan de eere-me- talen, hem door zijne patroons en ook door de Maat schappij tot Nut van 't algemeen geschonken. Ook wij brengen een eerbiedig woord van hulde, namens eigenaren en redactie der Goesche Courant. Boer heeft ook steeds aan de belangen daarvan, naar zijn vermogen, meegewerkt. Maar wij gedenken hem tevens als goed vader en mensch. Hij deed alles, hij deed veel, wel eens te veel, voor zich en de zijnen. En nu moge hij als mensch ook zijne gebreken ge had hebben; toch getuigen wij met ingenomenheid, op grond van den omgang, dien wij met hem hadden Boer was op zijn manier een vrijzinnig man, en dat kwam bij hem uit het hart. Zijne beschouwingen en het was een eigenaardig genoegen hem nu en dan die te hooren blootleggen waren geen uit het hoofd geleerd lesjehij wist zich zeer goed rekenschap te geven van zijne meening, en daaruit bleek voldoende dat hij zich op een waarlijk vrij en zelfstandig stand punt bewoog. Bij velen zal zeker de eigenaardige persoonlijkheid van Den Boer met zoovele goede zijdendie haar kenmerkten, niet licht ujt het geheugen gaan Novelle naar het Hoogduitsch van C. F. Liebetreu, door H. J. G. H. Weldra kwam zij. Het kokette hoedje stond haar toch zoo aardig en de voetjes trippelden zoo net over het kiezelzand van den weg bij het dragen der reis- tasch, dat Herman zich haastte, haar deze aftenemen. «De kastelein heeft me vergund eenige rozen te plukken" riep zij vergenoegd»hij zal er zich over verwonderen hoe vlug ik dat kan «Mag ik u helpen «Gaarne; zie, dien hoogen tak daar, buig dien eens wat omlaag." Herman deed het; zijn schouder raakte den haren aan. «Waarom weet ik nu ook niets te zeggen zuchtte hij bij zich zeiven. Van den eenen struik naar den anderen ijlde zij, tot zij een prachtig bouquet bij elkaar had. «Hoe laat is het «Twintig minuten voor tienen." «Dan is het meer dan tijdLaat ons gaan 1" «Nu heb ik nog acht-en-dertig minutenzeide Herman op gedrukten toon. «En ik geen seconde meer of minderlachte zij, zijn toon nabootsende. «Maar nu voorwaarts, want, Nu onze Koning noch de Rcgeering officiëel iets gedaan heeft om een bewijs van waardeering aan mevrouw Bosboom Toussaint te schenken ei' worden wel veel minder verdienstelijke personen om veel nie tiger zaken gehuldigd, betuigt liet Handelsblad daar over zijn leedwezen en schrijft daarbij deze ware woorden «Het is schoon voor zijn volk de wapenen te voeren, het is eervol voor het land te sneuvelen, doch stellig even schoon en eervol is het voor de taal, de tra ditie, de kunst van zulk volk nederig en onzelfzuch tig gedurende een lang leven te denken en te werken, het al de krachter. van een grooten geest, een edel hart wijdende. «Het is niet ter wille van groote letterkundigen en kunstenaars, dat we het betreuren, dat ze in ons land zoo zelden openlijk geëerd worden. Zij worden hekend en beroemd door hun talent, en niemand krijgt het in het hoofd te vragen of b.v. De GenestetPot gieter, Vosmaer, Schimmel ooit openlijk door Kroon en Regeering geëerd zijn. Doch voor de opvoeding van een volk, dat van handel leeft en rijkdom licht als het hoogste eert, is het goed dat zij, die eervolle onderscheidingen te begeven hebben, toonen, dat ze een groote kunstenares en edele vrouw weten te hul digen en waardeeren. Dit is bij deze gelegenheid niet geschied, en wij kunnen der Regeering mededeelen, dat het leedwezen hierover zeer algemeen is, te oor- deelen naar hetgeen ons dienaangaande ter oore is gekomen." Vele bladen schenken hun aandacht aan de tirade in de troonde omtrent Grondwets-herziening,'en drukken hunne verbazing erover uit dat het Ministerie zoo plotseling van de iiwenschelij kheid van Grondwets-her- ziening" overtuigd is geworden. Als men nu de be wuste zinsnede, luidende: Het is mijn voornemen een onderzoek te doen instellen omtrent de vraagvan welke bepalingen der Grondwet herziening raadzaam is, dan vinden wij haar zoo niets-zeggénd dat wij met opzet zeer weinig aandacht eraan hebben geschonken. Met de Midd. Gt. begrijpen wij niet hoe men aan die mededeeling der Regeering de beteekenis hechten kan, dat zij zelve van de noodzakelijkheid eener grond- wets-herziening doordrongen zou zijn. In het schoonste geval stellen wij ons voor dat de Regeering aan een uitgedrukt verlangen in dien geest eens heeft willen tegemoetkomen door een onderzoek te doen instellen, teneinde met het rapport daarvan later misschien een pleidooi in haar geest te voeren om toch niet de Grondwet te herzien. Maar voor het oogenblik geeft zij, zooals de Midd. Ct. dat terecht zegt, de quaestie over aan een dispuut-college, en vóór het daarvan terug is zal het de vraag wezen, of dit Ministerie nog wel aan het bewind is. In dien tusschentijd zijn de vragers naar Grondwets herziening met een zoet lijntje in slaap gewiegd. Goes zal weldra eene nieuwe schouwburgzaal rijk zijn. In het koffiehuis »De Prins van Oranje", eigenaar de heer II. J. Molhoekheeft thans 'eene groote verbouwing plaats, waardoor eene zeer goede zaal tot stand wordt gebracht. In die zaal nu wordt een tooneel gereed gemaakt van behoorlijken omvang, terwijl het geheel zoowel voor publiek als voor tooneelisten uiterst gerieflijk zal wor den ingericht. Het decoratief wordt vervaardigd door den heer P. 1. Wirtzte Antwerpen, die, volgens oordeel van mijnheer de dokter, als wij te laat komen, zult ge uw leven lang mijn boos gezicht niet vergeten." «Dat vergeet ik toch nietzuchtte hij. Zij verlieten het huis, nadat Herman den waard op zijn eerbiedigen groet nog een vèrklinkend: «Ik ben zeer tevreden geweest, kastelein. Adieu!" indeooren gebulderd had. Eene poos gingen zij zwijgend naast elkander. «Mejuffrouw!" zei Herman eindelijk, »nu hebben we nog zes-en-twintig minuten Zij zweeg en bekeek hare bloemen. «Het doet mij zoo leed, dat de schoone oogenblik- ken, die wij te zamen hebben doorgebracht, zoo snel hun einde naderen voor altijd!" Zij zweeg nog steeds en stak haar neusje diep in de rozen. Herman begon opnieuw: «Gij zwijgt zoo geheel, hebt ge dan volstrekt geen woord van afscheid voor mij Geen antwoord. Het lieve hoofdje boog zich op de borst. «Nog enkele minuten", ging hij voort, «en wij zitten met vreemde menschen in de coupéaan het doel onzer reize loopen onze wegen uiteen. Zal ik de ge legenheid hebben u weertezien? Kunt ge mij geen middel aanwijzen, waardoor ik in uw huis, in het huis uws vaders, kan komen? Slechts eene korte spanne tijds heb ik het geluk u te kennenmaar dit geluk zal ik in alle eeuwigheid niet vergeten! Een gevoel heeft zich van mij meester gemaakt de tijd dringt, een deskundige, alle waarborgen levert voor eene zeer goede uitvoering, volgens de nieuwere eischen. Een eil ander zal den 2 November gereed wezen, terwijl dan eene voorstelling wordt verwacht van de afdeeling Rotterdam der Koninklijke vereeniging «Het Neder- landscli tooneel". Deze afdeeling is voorloopig voor twee voorstellinaren geëngageerd, terwijl over meerdere voorstellingen, door die vereeniging te gevende onderhandelingen nog worden gevoerd. Bohssele. Vrijdag G Oct. zal alhier eene verkie zing plaatshebben voor een lid voor den Raad. Vlissingen. Hedenmorgen arriveerde alhier de Lord Mayor van Londen met gevolg, per mailboot Prins Hendrik, van de Maatschappij Zeeland. Verwelkomd door den Directeur-Generaal van de Maatschappij tot Exploitatie van Staatsspoorwegen, den heer Vrolik, verliet de Lord Major per extra-trein te 7.10 Vlissingen. Bij het van boord gaan bood de heer Vrolik de dames van den Lord Mayor twee prachtige bouquetten, in de nationale kleuren, aan, terwijl het muziekkorps van de stedelijke schutterij te Middelburg het Engelsche volkslied speelde. Een overdekte gang van kleeden en houtwerk was opgericht van de mailboot af tot aan de overdekte hal ter beschutting van de hooge reizigers voor mo gelijke regenbuien. De Maatschappij «Zeeland", de Maatschappij tot Exploitatie van Staatsspoorwegen, benevens de Ilollandsche Spoorwegmaatschappij ston den den reizigers vrij vervoer toe op hunne lijnen, ter wijl ook de beide laatstgenoemde maatschappijen hunne salonrijtuigen aan de hooge personen afstonden. Benoemd tot gezworen van den Willem IH-polder J. F. Vereeckentot lid van het bestuur van het waterschap voor de uitwatering door de Sluis in de Piet J. J. Van Weel. Aan boord van Zr. Ms. wachtschip te Willems oord wordt met 26 September a. s. geplaatst de luit. ter zee 2e kl. B. Brutel de la Bivière. Te rekenen van I October a. s. wordt de le luit.- kwartierm Versélewel De Witt Hamer, van het 6e reg. inf, eervol ontheven van zijn detacheering op het bureau van den hoofd-intendant van het leger en overgeplaatst hij het Ie reg. veld-art. De lotelingen, die in dit jaar zijn ingelijfd bij de bereden korpsen en na hunne inlijving tot nadere oproeping met verlof zijn gezonden, zullen op Dinsdag den 3 October aanstaande in werkelijken dienst wor den gesteld, teneinde te worden gekleed en geoetend. De commissie, belast in 1882/83 met het afnemen van de praktische examens van arts en tandmeester, zal zitting houden op 25 Sept. a. s. en volgende dagen, te Amsterdam. In de St.-Ct. is opgenomen het verslag aan den Koning betrekkelijk den dienst der Rijks-postspaar bank in Nederland over 1881. De postboden, wien bij de invoering van de wet op den postpakketdienst het vervoer van pakjes op straffe van schorsing of ontslag werd verboden, hebben daardoor natuurl.jk een niet onaanzienlijken bijslag op hun bezoldiging moeten derven. Naar het Dagbl uit goede bron verneemt, worden door het hoofdbestuur der posterijen nu maatregelen genomen om de hoegroot heid van dat geldelijk verlies te onderzoeken. Zeer ik kan niet wachten, ik moet het zeggen eene ge waarwording, die ik nog nimmer gekend heb. Gaarne zou ik haar bij den naam noemenmaar het woord waagt zich niet over mijne lippen! Zijt gij boos op mij O, zie me toch aan, laat mij in uwe oogen lezen, zie mij toch eene enkele maal aan lieve Gretha Toen zij haar naam van zijne lippen hoorde, richtte zij het hoofd omhoog; hare wangen gloeiden, maar van onder hare lange wimpers richtte zich langzaam haar blik op hem, zoo mild en lief en vertrouwelijk als geen woorden kunnen weergeven. Zwijgend nam zij de schoonste rozeknop uit den ruiker en reikte ze hem over. Het geluk had ook hem stom gemaakt. Hij greep de roos, vervolgens hare zachte hand en liet die niet meer los. Hij legde haar arm in den zijnen en zij stond het toe. De halte Bernthal was maar al te spoedig bereikt. Tegelijk zagen zij om naar de plaats, waar hij Gretha gezegd had. Een dorre, zandige heide lag vóór hen; alleen heidebloemen en bremstruiken groeiden daar en in de weinige dorre en spichtige grashalmen suisde de wind. Lenzaam en dor, en toch was het Herman, alsof zij door den schoonsten en heerlijksten bloemen hof hadden gewandeld. Wat zou zij wel denken De stoomfluit klonk in de verte, de trein naderde; kuchend en steuaendknarsend en dreunend hield hij halt. «Wien bezoekt ge in Wiesendorf?" vroeg Gretha waarschijnlijk zal dus vergoeding volgen. Dit zou niets .meer dan billijk zijn. Na wijziging der statuten is tot directeur der Amsterdamsche rijtuigvereeniging benoemd de heer J. 11'. Van Houten Willems te Middelburg. De 3e all. der Dageraad bevatHet Congres te ParijsLicht- en Schaduwbeelden door 3. Hobbel- De oorsprong der godsdienstige denkbeelden, door dr. II. Hartogh Heijs Van Zouteveen Darwin en het Darwinisme (slot), door Jos. Sijmes; De Dageraad II, door dr. lik De VriesDe Vrije Gemeente (slot) door II. C. J. KrijtheDe toeneming der bevolking in Frankrij k door C. V. GerritsenBemoediging door W. MengDe Dageraad in de Nederlandsche Vereeniging te Parijsdoor dr. H. C.' Muller y Ge- loovige Dokters, door II. F, A. P.; Berichten en Mededeelingen. Kerkelijke Zaken en Onderwijs. Bedankt voor het beroep naar Herveld door Dr. Van Gheel Gildemeester te Dalfsen. De aartsbisschop van Utrecht, msgr. A. J. Schaep- man, adsistent-bisschop bij den pauselijken troon, rid der der orde van den Nederlandsehen Leeuw, Metro- politiaan der kerkelijke provincie der Nederlanden, is Dinsdagmorgen aan eene langdurige ziekte en na het herhaald ontvangen der laatste II. Sacramenten, zacht en kalm overleden. Zijn dood is een gevoelig en treffend verlies voor de Katholieke kerk in o»s land. De overledene begon zijn geestelijke loophaan in zijn geboorteplaats Zwolle. Z jn uitgebreide kennis deed hem reeds daar spoedig de aandacht trekken van zijn voorganger in het hooge ambt, wat hij later tot zijn dood bekleedde, den aartsbisschop Zwijzen. Zijn beminnelijk karakter, dat zoowel onder zijne ambtsbroeders als de geestelijkheid in het algemeen spreekwoordelijk was geworden, maakte hem ook zeer verdraagzaam jegens andersdenkenden. Hij bezat veel kunstzin en bevorderde, waar hij kon, vooral de beeldende kunsten. Het aartsbisschoppelijk museum, bestemd voor kerkelijke oudheden te Utrecht, onder zijn bestuur opgericht, werd sedert aanmerkelijk door hem uitgebieid, en bevat vele gedenkwaardige stukken door zijn toedoen bijeengebracht. llij bereikte den ouderdom van ongeveer 63 jaren en sedert 1868 bekleedde hij den aartsbisschoppelijken zetel. Aan W. J. Wendel, Ph. Rank Lz. en L. A. E. Van der Ley, resp. dir. en onderwijzers aan de Rijks kweekschool voor ond. te Middelburg, is vergunning verleend deze betrekking tegelijkertijd te bekleeden met die van leeraar aan den cursus voor adspirant- hoofdonderwijzers aldaar. De totaal-opgave der collecte voor de scholen met den Bijbel bedraagt dit jaar f79.875.69, bijeenge bracht door 425 comité's. Nog eene lijst van nage komen giften is te wachten. Aan den Minister van Binnenl. Zaken is door de Ned. Oper.b. onderwijz. en Hoofdonderw. Veree niging het verzoek gericht, om er bij de heeren Dis- tricts-schoolopzieners op aan te dringen, dat deze bij de vergelijkende examens meer letten op de praktische snel, terwijl ze haar arm uit den zijnen nam. «Mijn vriend, den assessor Fölmer!" «Die bezoekt mijn vader vaak", zeide zij lachend, «hij staat zeer goed bij dezen aangeschreven. Wan neer ge mij hedenmiddag omstreeks vier uur in den tuin voor onze villa dicht bij de groote fontein onder het loof ziet zitten, kom dan binnen; dan zal ik mijn vriendelijken beschermer aan mijn vader voorstellen." «Zou dat gaan?" riep Herman aangenaam verrast uit. «Zou papa's eenig dochtertje niet alles vermogen zeide zij schelms, hem nog eenmaal de hand reikend. De deur werd geopend. Vijf personen zaten reeds in de coupéTot schande van Herman moeten wij verklaren, dat hij ze liefst alle vijf zou vergiftigd heb ben, zoo veel had hij nog onder vier oogen te vertellen. Men spreekt zoo vaak van pensees de l'escalier, ge dachten, die na het vertrek den bezoeker te laat in vallen, men moest liever van pensées après la décla- ration spreken; die komen nog wel duizendmaal vaker te laat dan gene. Een onoplosbaar raadsel is toch het vrouwenhart Daar zat nu die betooverende figuur; zij keek zoo go- laten, zoo gevoelloos naar de voorbijsnellende bootnen alsof er niets voorgevallen ware! Wie zou thans in dat kalm voor zich heen ziende oog dien blik gezocht hebben, dien zij Herman had geschonken? Daar zat zij onverschillig aan haar handschoenen te plukken en geen trek van haar gelaat verried, of haar hart juichte of niet. (Slot volgt.)

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1882 | | pagina 1