Kerkelijke Zaken en Onderwijs. Landbouw en Veeteelt Rechtzaken. Buitenlandsch Overzicht. Gemengde Berichten. Zooals men Weet, nemen in Duitschland de zoo genaamde svacantie-kolonies" meer en meer in aantal toe. Die vacantie-kolonies hebben ten doel arme, zwakke schoolkinderen gedurende de drie- of vier- weeksche zomervacantie uit de enge, bedompte stegen en sloppen der groote steden naar een gezonde streek te verplaatsen, waar frissche lucht, gezond voedsel, vrije spelen en flinke wandeltochten aan het lichaam sterkte en nieuwe kracht moeten geven. De heer H. Van Kalken heeft dezen zomer met die kolonies van nabij kennis gemaakt en geeft van hetgeen hij zag in het Volksblad een kort verslag. Te Dresden zijnde, zag hij 324 jongens en meisjes uit de volksscholen van Dresden naar de kolonies afreizen. De kinderen waren in 21 groepen verdeeld, die, ieder met een on derwijzer, naar verschillende plaatsen in Saksisch Zwit serland vertrokken. Zij waren geheel reisvaardig, eenvoudig maar zindelijk gekleed, blijken gevende van opgetogen vreugde, gepakt en gezakt, en daarbij ston den de gelukkige moeders, dankbaar voor de weldaad die baar kinderen te beurt viel. Eenige dagen later reisde de heer v. K. naar Gottleuba om te zien, op welke wijze de kinderen hun tijd doorbrachten. Daar vond hij een groep van 15 jongens in een der netste herbergen. De indruk, dien de kolonie op hem maakte, was zeer gunstig. De jongens ontvingen viermaal daags gezond en krachtig voedsel en brachten den tijd door met wandelingen of spelen en springen in de open lucht. Bij slecht weer speelden zij in de zaal, of maakten zij gebruik van de boeken, die uit de schoolbibliotheek waren meegenomen. Huiswerk werd niet gemaakt; de kin deren hielden alleen hun reisboek bij, waarin zij de lotgevallen gedurende hun verblijf verhalen. Met het oog op de mogelijkheid, dat men ook hier te lande een proef zal willen nemen, is het niet on belangrijk te vernemen, op welke wijze het noodige geld wordt bijeengebracht. Dat er vrij wat geld voor noodig is, spreekt vanzelf. De kinderen hebben alleen te zorgen voor handdoek en zeepal het overige wordt hun kosteloos verstrekt. Ieder kind kost ongeveer 70 cent per dag. Al die gelden nu worden door parti culiere giften bijeengebracht, terwijl de zaak onder bijzondere bescherming van de een of andere veree- niging staat. Te Dresden b. v. weet de «Gemeinnützihe Verein" ongeveer 8000 gulden 'sjaars voor de ko loniën bijeen te brengen. (Vad.) Beroepen naai Schore en Vlake ds. H. Kou- denburg, te Erichem. Omtrent de houding, die de Christ. Geref. Kerk heeft aintenemèn tegenover de in de Vereenigde Sta ten van Noord-Amerika bestaande «Dutch Reformed Church", vroeg Noord-Brabant in een der zittingen van de Synode: «Zou het niet noodzakelijk zijn, onze betrekking met de «Reformed Church in Amerika te herziendewijl deze blijkbaar Vrijmetselaars duldt Zeeland stelde voor: «De Synode spreke zich uit over de gemeenschap met buitenlandsche kerkenwelke leeraars en leden dulden, die zich bij geheime genoot schappen hebben aangesloten, en welke kerken daar enboven vervolgen wie daartegen in verzet komen." Utrecht verlangt: «De Synode spreke, indien moge lijk, uit, of zij de «Dutch Reformed Church" in Noord- Amerika, die Vrijmetselaars in haar midden duldt, nog langer als zuster-kerk kan erkennen." Onder de besprekingen vernam mendat bij een kerkelijke vergadering in Noord-Amerika, die uit nog geen honderd leden bestond, er 65 Vrijmetselaars waren. In deze voor de Synode belangrijke zaak is veel gesprokeno. a. door den Zeeuwschen afgevaardigde jhr. J L. De Jonge, voormalig lid der Tweede Kamer, die als zijn meening opgaf, dat de Christ. Geref. Kerk dezulkendie met het Trinitarisch geloof gebroken hebben, niet als hare leden beschouwen mag. (H. Ct.) Wemeldinge. Op de voordracht van onderwijzer aan de openb. school alhier waren geplaatst de heeren F. J. Bruggeman en B. Beneker, resp. onder w. te Ter Neuzen en Nieuw-Beierland, waaruit Dinsdagavond eerstgenoemde, die tijdelijk militair is, door den gemeen teraad is benoemd. De directeur der Polytechnische School te Delft maakt bekend, dat hij tot inschrijving voor den cursus ■18821883 zitting zal houden in het gebouw der instelling, op Maandag, Dinsdag en Woensdag 4, 5 en 6 September, van 9 tot 12 en van 1 tot 3 uren. De lessen vangen aan Donderdag 7 September. De 2de toelatings-examens voor de verschillende afdeelingen der Rijks-landbouwschool te Wageningen zullen plaatshebben op Maandag 4 en Dinsdag 5 Sep tember. Aangiften worden uiterlijk ultimo Augustus ingewacht bij den directeur, den heer C. J. M. Jong- kindt Coninck. De nieuwe cursus 1882/83 begint op Woensdag 6 September. Uit Grave wordt aan de «Maas- en Roerbode" gemeld, dat 1 October aldaar een instituut voor Ka tholieke blinde meisjes zal geopend worden. De Zusters zorgen niet alleen voor een godsdienstige opvoeding der meisjes, maar zullen ook in verschil lende vakken van het lager onderwijs onderricht geven, alsook door het aanleeren van muziek en zangals mede van allerlei nuttige handwerken, zooveel moge lijk trachten, dat de kweekelingen voor de toekomst in haar- eigen onderhoud kunnen voorzien. Het insti tuut staat onder bescherming van Mgr. A. Godschalk, Bisschop van 's-Bosch. Belanghebbenden hebben zich te vervoegen bij de overste van het Liefde-Gesticht te Grave. Tot het verkrijgen eener akte van bekwaamheid als onderwijzer of onderwijzeres hebben zich bij de commissie voor de najaarsexamens in Noord-Brabant 102 candidaten aangegeven, van welke 41 mannelijke en 61 vrouwelijke. De examens zullen 4 Sept. e. k. beginnen. Op het machinale dorschen van granen, meer nog bij haver dan bij tarwe, rogge en gerst, valt dit af te keuren, dat zoovele korrels beschadigd worden en daardoor niet zelden hun kiemkracht verliezen. Een buitenlandsch blad mapkt hierop den landbouwenden stand opmerkzaam; onze boeren mogen er wel eens de proef van nemen; misschien heeft het dit gevolg, dat de machines er doelmatiger door worden. (R. N.) Naar aanleiding van het gevoerd strafproces tegen L. J. J. Roland leest men het volgende in een brief uit de hofstad aan de «Arnh. Ct." In de vorige week werd door ons Gerechtshof een aanklacht behandeld wegens moord, diefstal en brand stichting; de procureur-generaal betoogt dat de schuld van den terechtstaanden persoon door drieënzestig ge tuigen ten helderste bewezen is en noemt zijne ontken- tenis onzinnig en betreurenswaardigook de voorzitter van het Hof wijst den man op het onhoudbare van zijne ontkentenis, en acht dagen later verklaart het Hof de schuld niet bewezen en spreekt den beschul digde vrijWie, gelijk ik, de behandelde zaak alleen uit de dagbladverslagen kende, moet zonderling door dit bericht verrast zijn, en onwillekeurig de vraag voelen opkomen, of het hoogste crimineele rechtscollege voor Zuid-Holland en Zeeland wel voldoende waarborgen aanbiedt voor de veiligheid van persoon en goed en voor de handhaving der wet. Mijne bezwaren en twijfe lingen werden terstondweggenomendoorde inlichtingen, mij door een advocaat, die de zaak gevolgd had, gegeven, en voor den goeden naam van het Hof' stel ik gaarne die heil en rust aanbrengende inlichtingen ter beschik king van andere ongerusten. Naar het oordeel van mijn zegsman was de beschuldigde volkomen terecht vrijgesproken, en bestond er voor hem, dien de over drijvende oratorie van den openbaren aanklager koud liet, niet slechts twijfel aan 's mans schuld, maar veeleer twijfel aan het gezond verstand van hem of hen, die op grond van zeer zwakke argumenten de schuld staande hielden. Wie ter terechtzitting den beschuldigde aanzag, vernam wie en wat de verslagene was en onder welke omstandigheden de moord moest gepleegd zijn, zou voegde hij er bij terstond de bank der be schuldigden hebben opengezet, en den man ongehinderd laten vertrekken. Hij was een klein, nietig, zwak per soon; de verslagene volgens de getuigen een krachtig oud man, die in de worsteling, aan den moord voor afgaande, dezen aanvaller wel zou hebben afgeslagen daarbij was de vermoorde niet, zooals de akte van beschuldiging het deed voorkomen, een menschenhater die afgezonderd leefde en niemand iets in den weg legde, maar een algemeen om zijne verdorvenheid en onzedelijkheid veracht persoon, die met tal van slechte lieden niet te noemen betrekkingen had, welke maar al te dikwijls aanleiding tot bloedige twisten gaven. Dit alles was in de instructie en ter terechtzitting aan den dag gekomen, en mijn advocaat duidde aan de dagbladen hun onvolledig en verkeerd aangelegd verslag niet minder euvel dan aan den procureur-generaal zijne eenzijdige overdrijving. Gelukkig, was de uitroep waar mede hij eindigde, gelukkig dat wij niet met eene jury zijn opgescheept! Bij «en college als ons Hof helpen al die kunstjes zoomin den procurenr-generaal als den advocaat, maar bij eene jury hangt het leven of de vrijheid van een mensch maar al te dikwijls af van de vatbaarheid voor indrukken, den graad van gevoeligheid, het gestel, de spijsvertering, ja van het humeur van twaalf fatsoenlijke en onbesproken, maar niet juridisch ontwikkelde lieden. Nu Engeland toont met kracht te handelen en voorloopig voldoende troepen heeft om zich te doen gelden, krijgt de Khedive ook weer meer moed. Hij heeft zelf het voorzitterschap van een nieuw ministerie, dat hij heeft gevormd, aanvaard, zegt dat hij het op perbevel over de troepen heeft op zich genomen en hij heeft den vroegeren gouverneur van Port-Saïd weer in eere hersteld. Verder heeft hij in een nieuw decreet den Egypti- schen overheden bevolen onvoorwaardelijke gehoor zaamheid aan generaal Wolseley, die, zegt hij, geko men is om orde en rust in het land te herstellen. Wij zullen onze lezers niet geregeld den veldtocht doen meemaken. De opsomming van namen van plaatsen, die de Engelschen bezet hebbenis vermoeiend en heeft weinig practisch nut, zoolang er niet een be slissende slag plaatsheeft. Wij bepalen ons tot de mededeeling, dat de Engel- sche troepen in de gevechten, die zij leverden, over wonnen. Van Arabi-bey hoort men weinig zekers. Men zegt dat een sterke stam van Arabieren weer gereed is zich bij hem aantesluiten. De telegraafkabel tusschen Cairo en Konstantinopel is door de Engelschen afgesneden. Eenige Engelschen werden te Port-Saïd door zonne steken getroffen, en in de woning van den Franschen consul welwillend verzorgd. De eensgezindheid onder de leden 'der Bonapartis- tische partij in Frankrijk is sedert de laatste groote vergadering, welke zij in de vorige week hebben ge houden, er niet op verbeterd. Zooals wij in ons vorig overzicht mededeelden was op deze vergadering Prins Victor Bonaparte als Keizer van Frankrijk geprocla meerd; zij waren dus daarbij den vader, Jéröme Na poleon, voorbijgegaan. Een tegendemonstratiedoor de aanhangers van Jéröme ondernomen, mislukte wel is waar, doch daarentegen zijn op verschillende plaat sen in de departementen Bonapartistische vergaderingen gehouden, waarin verklaard werd dat niemand anders dan Prins Jéröme de toekomstige Keizer van Frank rijk was. In Ierland blijft de toestand treurig. Eenige be richten onder de buitenlandsche gemengde houden onze lezers daarvan op de hoogte. Moorden zijn, blijkt daaruit, weer aan de orde van den dag. Dit gaf Z. H. Paus Leo aanleiding om nog eens aan de Iersche bisschoppen te schrijven, hoe het hem van harte leed doet, dat de rust in het ongelukkige land nog niet is hersteld en dat nog voortdurend moorden gepleegd worden. Hij prijst de bisschoppen, dat ze zich in hunne jongste bijeenkomst met deze zaak hebben bezig gfehouden, en veroordeelt de geheime genootschappen, die de misdaden plegen. Het is de plicht van den priester, zegt Z. II., mede te werken tot handhaving der openbare orde, al is het ook te wenschen, dat de Engelsche Regeering recht moge doen wedervaren aan de billijke eischen van het Iersche volk. Als een bijzonderheid kan gemeld worden, dat bij den landbouwer J. Tolhoek, onder Hoedekenskerke, een kalkoen van 1 jaar oud sedert 20 Maart 100 eieren heeft gelegd en nog steeds voortgaat met leggen. Aan een hoofd, niet ver van de oostelijke door vaart in het havenfront te Amsterdam, kwam Zon dagochtend een schip met pruimen aan. Van heinde en ver waren de venters toegestroomd, die aan het hoofd het schip opwachtten, begeerig om een deel van de waar in te slaan. Eenige concurrenten echter, die over meer kapitaal konden beschikken, waren hun vóór geweest en hadden de geheele lading op gekocht, die zij nu tegen het dubbele van den ge wonen prijs van de hand wilden zetten. Dat was den venters wat al te kras; de hoofden werden bij elkaar gestoken, en men was 't er spoedig over eens, dat men dit schandelijk overvragen der speculanten niet beter kon betaald zetten, dan door in 't geheel niets van hen te koopen. En om hun wraakoefening vol komen te maken, trokken de samenzweerders handig partij van de Zondagswet. Zij herinnerden zich op eens, dat die wet het drijven van handel op de open bare straat des Zondags verbiedt, en de politie kon moeielijk voor hen onderdoen in eerbied voor 'slands wet, en waakte er voor, dat dien dag geen enkele pruim uit het schip werd vervoerd. Het kwaad strafte hier dus zichzelf. Toen Maandagmorgen de gelegen heid om te verkoopen weder open was, was er na tuurlijk geen sprake meer van de hooge prijzen, die den vorigen dag waren geëischt, en moesten de op- koopers integendeel er toe besluiten de in qualiteit vrij wat verminderde waar beneden den marktprijs van de hand te doen. -Zaterdag is op het stationsplein van den Rijn spoorweg (Weesperpoort) te Amsterdam eene vrouw, die met twee kinderen de rails van den stoomtram overstak, overreden en kort daarop aan de bekomen verwondingen gestorven. De kinderen bleven ongedeerd. Ook de toestand van mej. Brackdie bij het spoorwegongeluk te Vogelenzang ernstige beenbreuken bekwam, baart nog steeds veel zorg. Te 's-Gravenhage is Zondag een man in dron kenschap doodgebleven. Zijn zorgzame vrouw was even uit om nog wat jenever te halen. Zaterdagnacht is op den Ouden Scheveningschen weg het volgend geheimzinnig tafereel vertoond. Een rijtuig met bezoekers en bezoeksters van Pulls' Fête de nuit werd, van het Victoria-theather stadwaarts keerendeachterop gereden door een ander rijtuig waarin zich een heer en dame bevonden, die den koet sier duchtig aanspoorden het eerste intehalen. Toen dit bijna was geschied zou uit het laatstvolgende rij tuig een voorwerp naar het andere zijn geworpen, waarop een knal volgde die op een revolverschot ge leek. Den koetsier werd gelast onmiddellijk om te keeren. Later werd deze aan het tolhuis door de politie, die van het gebeurde was onderricht, aange houden en kon hij de daders aanwijzen. Deze, door de politie in verhoor genomen, verzekerde een stuk klein ontplofbaar vuurwerk in het rijtuig te hebben geworpen. De autoriteit onderzoekt in hoever dit beweren geloof verdient en in deze zaak ook wellicht een aanslag uit minnennijd in het spel is. Het heeft Maandagnacht en ook Dinsdagochtend op de Scheveningsche kust hard gestormd. De vis- schers, die zijn aangekomen, hadden echler zeemans- weder. De zee liep dien ochtend zóo hoog, dat de tenten aan het badhuis moesten worden weggenomen, wilde men ze niet zien wegspoelen. Zeebaden werden vol strekt niet gegeven. De wegen langs het strand liggen vol zand, zoodat zij bijna onbegaanbaar zijn. Een der schuiten had het dien morgen hard in de branding te verantwoorden, doch bereikte gelukkig het strand. De badgasten vertoonen zich niet aan zee het is er niet uit te hcuden. Volgens het «Handelsblad" is de «millioenen-juf- frouw" (Jannetje Struyk) Maandagnacht, om 12 uren, te Rotterdam in hechtenis genomen, nadat door den rechter-commissaris, in tegenwoordigheid van den offi cier van justitie bij de rechtbank te Rotterdam, het getuigenverhoor had plaats gehad. Dat verhoor was reeds des morgens te II uren aangevangen. Bij het vernemen, dat zij voorloopig in hechtenis zou blijven, betoonde de anders onverschillige dame zich ten hoogste ontroerd. Doordien de machinist van trein 29 Maandag avond te Utrecht te laat remde, schoot de van Am sterdam komende sneltrein te ver door en kwam dien tengevolge met volle vaart tegen een paar ledige rij tuigen aan. Deze werden door den schok een eind- weegs de lijn opgestuwd en van de locomotief werden de bufferkanonnen verbrijzeld. De reizigers waren na tuurlijk niet weinig verschrikt, doch ongelukken vonden niet plaats. Alleen kreeg een klein kinddoor den schok van de bank vallende, een buil aan het hoofd. Machinist en stoker werden onmiddellijk geschorst. Uit het kamp bij Millingen schrijft men van Maandag: «Alweer een dag is de begrijpelijke zucht, die menige bewoner onzer «linnen stad" uit, als het avondschot een einde heeft gemaakt aan alles, behalve aan den regen. Waarlijk, men zou, thans het kamp ziende en in gedachten het vergelijkende met die van vroeger tijd, niet zeggen, dat bijkans 3000 officieren en minderen die ledige bataljons- en compagniesstra ten bevolken. Vaak ziet men niet veel meer dan de ijverige koks onder hunne keukenafdakenen de schildwachten met «fameus krijgshaftige gymnastieke passen" vóór hun romaneske rieten schilderhuizen op en neer loopen. Heden is aan de troepen een extra potje bereid, bestaande uk een dubbel rantsoen spek en erwtensoep; een en ander voor rekening en op last van Z. M. detl Koning. Z. M. heeft eergisteren, zooals u reeds gemeld werd, eene revue gehouden, waarbij, zooals de soldaten dat noemen, «de splinters er afvlogen." Met een aplomb en vuur, die men bij menigeen onzer jonge officieren tevergeefs zou zoeken, trad Z. M. telkens vóór de troep en ontnam het commando aan hen, die comman deerden, wanneer dit verkeerd of te krachteloos ge schiedde. Ook bracht Z. M. eene billijker verdeeling in de wachtdiensten der officieren, door ook de artillerie officieren hierin te doen deelen. (N. R. Cf.) In het militair hospitaal te Breda bevond zich onlangs een plaatsvervanger voor de nationale militie, die, naar men zegt omdat hij heimwee had, in geen twaalf dagen eenig voedsel heeft willen gebruiken. Dezer dagen op zijn verzoek naar het R. K. gasthuis overgebracht, moet hij zijn schade ingehaald hebben en op dit oogenblik weer een betrekkelijk goede ge zondheid genieten, ofschoon vermoed wordtdat zijn hersenen gekrenkt zijn. (N. R. Ct.) In een tuin te Eindhoven is eene roode kool gewonnen, die een omvang heeft van 1 meter 20 cen timeter en ongeveer 55 pond weegt. In het begin van Augustus des vorigen jaars is de klerk V. van het goederenbureau der Staatsspoor wegen te Venloo eensklaps verdwenen, zonder terug te keeren. Men heeft toen uit de boeken ontdekt, dat er een te was van f 1400. Eerst nu heeft hier omtrent een gerechtelijk onderzoek plaats. V. houdt zich in het buitenland op. In Haulerwijk bestaat reeds een sekte der Mor monen, tenminste de godsdienstige richting dier ge meente komt in vele opzichten met die der Mormonen overeen, wat betreft de gebruiken. Tot leeraar is beroepen een zekere V. d. S., vrachtrijder op Gorre- dijk. Zijn eerwaarde wil alleen aan de roeping gehoor geven, wanneer de gemeente hem vergunt de vracht- rijderij met zijn ezelkar te blijven aanhouden. Een en ander zal hoogstwaarschijnlijk wel in verband staan met de verdiensten, die aan het ambt van leeraar aldaar verbonden zijn. De overeenkomst schijnt nog niet getroffen te zijn, 't is ook minder gebruikelijk hier te lande twee zulke ambten te comhineeren. (Fr. Ct.) De verzameling wordt aanbevolen van een soort voorwerpen, die gewoonlijk, als zonder waarde, worden weggeworpen. Een zaadhandelaar vestigt er de aan dacht op, dat voor pitten van appelen en peren natuurlijk niet dooreengemengd jaarlijks groote sommen worden betaald. Nu er eenmaal op gewezen is, zou het ons niet verwonderen, wanneer ook het denkbeeld zelf ontkiemde, zegt de Arnh. Ct. Ijzingwekkend zijn de bijzonderheden, die de berichtgever der Daily News te Dublin meedeelt om trent den vijfvoudigen moord in Mulaghadruma, in het district Connemare. Het district, een der onherbergzaamste in het wes telijke Iersche bergland, was in twee jaren tijds het tooneel van reeds drie andere agrarische moorden, van Lord Mountmorres, toen, in December jl-, van de deorwaarders Huddy, vader en zoon, en later nog van een jonkman Gibbons, die weggelokt en doodgeslagen werd. Deze vierde misdaad nu overtreft al de vorige in de gruwelijkheid. In eene ellendige hut aan den oever van het Lough Mask woonde het huisgezin Joyce, bestaande uit den man, John Joyce, de vrouw Bridget Joyce, eene tach tigjarige moeder, eene zeventienjarige dochter, en twee knapen, Michael en Patrick, van 44 en II jaren. Vrijdagochtend vond men die allen, op de beide knapen na, vermoord. Michael is sedert aan zijne wonden bezweken, Patrick schijnt te zullen herstellen. John Joyce lag op den grond met gekneusden schedel en twee geweerkogels in het lijf. Hoofd en aangezicht van Bridget Joyce waren door slagen tot in het on kenbare misvormd. In de aangrenzende kamer sliepen de grootmoeder en de drie kinderen in éen bed. Lui- dens het verhaal van den kleinen Patrick werd eerst de grootmoeder doodgeslagen, de knaap werd wakker door haar geschreeuw, vervolgens zag hij dat een an dere man zijne zuster sloeg, daarna kreeg hij zelf op het hoofd een slag, die hem bewusteloos maakte. Bij het aanbreken van den dag kroop de andere knaap Michael, die een kogel achter het oor had gekregen en een anderen in de maag, naar de keuken om wat water te drinken. Hij zag zijnen vader dood liggen. Zijne moeder echter zieltoogde toen nog. Eene vreeselijke bijzonderheid is de volgende. Toen de politie, door de buren geroepen, de hut binnendrong, vond zij de twee huishonden van Joyce op het bed, bezig het lijk der grootmoeder te verslinden. Eender armen was reeds geheel afgeknaagd. Met de grootste moeite werden die beesten verjaagd. Zij werden kort daarop razend, zoodat men ze moest afmaken. Patrick Joyce verzekert dat de moordenaars drie in getal waren, en dat zij hunne aangezichten hadden zwart gemaakt. Men zoekt de aanleiding tot ditzelfs in Ierland schier ongeëvenaarde, gruwelstuk hierin, dat John Joyce vermoedelijk bekend was met de bedrijvers der vroe gere moordenen misschien gedreigd had te zullen klappen. Men ziet inmiddels, dat het veemgerecht in Ierland zich om al de bills van den heer Gladstone en zijn parlement hoegenaamd niet bekreunt. De moordenaars van de familie Joyce zullen evenmin ontdekt worden als die van het Phoenix-park. Zij zijn veilig door de stilzwijgendheid der bevolking, die deels niet wil, deels niet durft tegen hen betuigen. Zoolang deze toestand duurt, heeft men te Londen goed wetten maken. Toch zijn 13 personen gearresteerd. Te Haccourt (tusschen Maastricht en Luik) verloor Maandag 11. iemand een zijner zonen, tenge volge van een slag van een paard, terwijl twee dagen later een andere zoon, bij het invaren van den oogst, zoodanig door een disselboom werd gekwetst, dat men mede voor zijn behoud vreest. Door een inwoner van Brussel zou een afdoend middel tegen zeeziekte zijn gevonden. De 't meest daaraan onderhevige personen zouden thans gerust op

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1882 | | pagina 2