1881. N°. 123.
Dinsdag 18 October.
68ste jaargang.
ONZE THE0D00R.
Personeele Belasting.
BRANDWEER.
UITLOTING VAM OBLIGATIEM.
GOES, 17 OCTOBER 1881.
Mededeelingen op verschillend gebied.
IHIiNGIlLWËRIi.
Rechtzaken.
GOESCHU
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag, Woensdag en Vrijdagavond,
uitgezonderd op feestdagen.
Prijs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, f 1,75.
Afzonderlijke nommers 5 ct., met bijblad 10 ct.
Agent voor bet buitenland: A. STEINER, te Hamburg.
In ons land vervoege men zich: voor Rotterdam aan het Algemeen Advertentiebureau
van NIJGH VAN DITMAR, en verder bij alle Boekverkoopers en Postdirecteuren.
COURANT.
De prijs der gewone advertentiën is van 15 regels 50 et., elke regel meer 10 ets.
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts
tweemaal berekend.
Geboorte-, huwelijks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen worden van 18 regels a f 1,berekend.
Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald, 20 ct.
Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cents per regel.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES
herinneren de ingezetenen aan de bepalingen van artt. 27 en
42 der wet van 20 Maart 1833 (Staatsblad no. 4) omtrent
de SUPPLETOIRE AANGIFTE voor de PERSONEELE
BELASTING, volgens welke een ieder, die door uitbreiding,
vermeerdering, verwisseling of liet aanschaffen van belasting-
voorwerpen der grondslagen van het personeel komt te vallen
ouder de toepassiug van een nieuwen of verhoogden aanslag
in den loop des dienstjaars verplicht is, alvorens en naar gelang
der omstaudigheden en op de boete, bij artt. 35 en 39 vast
gesteld, tot bet iudieuen van behoorlijke aangifte deswege, iu-
voege als bij art. 30 der wet is voorgeschreven, kunnende
daarvoor een biljet ter invulling bij den heer ontvanger der
belasting worden afgehaald.
Goes, den 15 October 1881.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. G. DE WITT HAMER.
De Secretaris,
HARTMAN.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS vau GOES
herinneren hiermede aan de belanghebbenden, dat de commissie
tot onderzoek en beoordeeling der reclames en redenen van
vrijstelling voor den dienst der brandweer hare zitting zal
houden ten raadhuize op Donderdag den 20 October a. s., des
middags te 12 uren, en dat zij, die niet voor de commissie
verschijnen, worden geacht geene redenen van vrijstelling te
hebben en voor den dienst zullen worden aangewezen.
Goes, den 10 October 1881.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. G. DE WITT HAMER.
De Secretaris,
HARTMAN.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES
brengen ter kennis van belanghebbenden, dat de lijst van de
ter uitloting en aflossing aangegeven OBLIGATIEN,ter laste
dier gemeente, ingevolge art 4 van het plan tot aflossing der
gevestigde schulden, den 11 April 1853 door den gemeenteraad
gearresteerd, opgemaakt is en ter secretarie gedurende de laatste
helft dezer maand ter visie zal liggen.
Zullende de uitloting ingevolge art. 5 van evengemeld plan,
in het openbaar, ten overstaan van Burgemeester en Wethou
ders geschieden ten raadhuize, op Zaterdag den 5 November
1881, des namiddags te een uur.
Goes, den 15 October 1881.
Burgemeester en Wethouders vosrnoemd,
J. G. DE WITT HAMER.
De Secretaris,
HARTMAN.
Bij besluit van den Minister van Financiën dd.
12 Oct. is tot concierge van het kantoor derhypho-
theken en het kadaster te Goes benoemd de heer Joh.
Sinketuinman te Goes.
Met ingang van 1 Nov. is tot schrijver of adjunct-
cipier aan de gevangenis alhier benoemd de heer
J. L. Van der Lijkethans cipier in het huis van
arrest te Zierikzee.
Yerseke. De 2e oesterheurs op Vrijdag II. was
zeer slecht bezocht, misschien door het woeste weder.
Het comité van oesterhelang te Bergen-op-Zoom,
zoo gretig om aan te kondigen dat door zijne be
moeiing de oesterheurs te1 Yerseke zóu geopend worden,
Schets uit het Italiaansch van Enrico Castelnuovo.
Vertaald naar de Duitsche overzetting.
De morgenschemering drong door de luiken, en toen
ik voor het venster ging staan zag ik, dat de lucht
langzamerhand een purperkleur kreeg. Kort bij zessen
werd Adèle wakker en zeide mij haastig, toen zij zag
dat ik naast haar bed stond:
«Zijt gij hier Robert? Hoe laat is het?"
»Bij zessen,"
»Zoo? Zijt ge zoo vroeg opgestaan? Er is toch
niets voorgevallen? Theodoor
«Theodoor heeft den gehëelen nacht doorgeslapen en
slaapt nog als een engel", gaf ik ten antwoord, ter
wijl ik aan de deur van de naaste kamer luisterde.
«Maar dan begrijp ik nietHoe komt ge nu
al hier?"
«Hoegaat het je?" vroeg ik, zonder op haar vraag
te letten.
«Ik Ja, zoo Wacht nu herinner ik mij
gisteravond een duizeling Nu is alles weer
beterDaarom hadt ge niet noodig zoo vroeg
optestaan."
«Ik ben niet opgestaan", zeide ik beschroomd.
«Niet? Waar waart ge dan? Zijt ge uit geweest?"
schitterde, evenals op den eersten beursdag, door zijne
afwezigheid.
Inmiddels heeft zich het alhier bestaande comité
van oesterhelang de zaak aangetrokken om de beurs-
noteering geregeld bekend te maken.
Die noteering was Vrijdag als volgt
Groote oesters gezocht, maar niet aangeboden. Twij
felaars aangeboden voor f 45, veel te hoog gehouden
naar prijs en qualiteit. Een klusje vond koopers voor
f 30. Zaailingen voor f 6,50 a f 7,50 gevraagd,
doch weinig verkocht. Pannen met oesterbroed van
-1881 voorhanden, doch vonden geen koopers. Groote
vaten (leege) voor f 0,70 a f 0,75 gedaan, kleinere
f 0,60 a f 0,65 gehouden, alles franco magazijn.
In het jaar 1885 loopt de termijn van verpachting
der Yerseksche oesterbank ten einde.
Met het oog daarop en op eenige andere zaken is
door 'negen belanghebbenden, waaronder de heer P.
Sandee als president en de heer I. Hage als secretaris
van het comité ter bevordering der belangen van
oestercultiveurs alhier, ten vorigen jare een request
aan den Minister van Financiën gericht, waarin zij
verzoeken
le. dat de aanstaande verpachting dier bank vóór
primo April 1882 plaatshebbe
2e. dat dan de verpachtingstermijn worde bepaald
op 30 jaren, met bevoegdheid der pachters om het
gepachte met elke 3 of 5 jaren los te laten
3e. dat de perceelen op de zoogenaamde «Platte
bank", nu ongeveer 50 H. A. groot, dan mogen worden
gesplitst in stukken van ongeveer 12% H. A., opdat
die kleinere perceelen beter in handen van kleine on
dernemers zouden kunnen komen
4o. dat het tevoetgaan over de perceelen, toegestaan
bij de verpachting van 1870, tot zekere afmetingen
moge worden beperkt;
en 5o. dat verder nog in het belang der surveil
lance moge worden bepaald
a. dat er niet gevischt mag worden vroeger dan
éen uur vóór zonsopgang en later dan éen uur na
zonsondergang
b. dat ieder, die vischbedrijf met vaartuigen uit
oefent, van zonsonder- tot zonsopgang goed zichtbaar
licht moet ophebben, behalve erkende wakers en sur
veillanten, die daarvan door het vischbestuur zouden
kunnen worden vrijgesteld en het schriftelijk bewijs
daarvan steeds bij zich moeten hebben.
De Minister heeft hierop den 11 dezer geantwoord
dat de verpachting der Yerseksche oesterbank in
het voorjaar van 1882 zal worden beproefd, maar de
pacht slechts dan gegund zal worden, wanneer gebleken
is dat de vervroegde verpachting geen nadeeligen in
vloed op de pachtprijzen heeft gehad;
dat hij, evenals de adressanten, gestemd is voor een
langeren pachttermijn, maar eerst besluiten zal bij de
regeling der pacht-voorwaarden;
dat de voorgestelde splitsing van de perceelen dei-
Platte bank in overweging zal worden genomen,
en dat, bij de aanstaande herziening van het regle
ment op het bevisschen der Schelde en Zeeuwsche
stroomen, van hunne wenken zooveel noodig gebruik
zal worden gemaakt.
Het vergunningsrecht tot uitoefening van den
kleinhandel in sterkedrank is bepaald te 's-Heer Arends-
kerke en te Heinkenszand op f 20te Wolfaarts-
«Ik was hier."
«Wat? Den geheelen nacht?"
Ik gaf geen antwoord, maar mijn stilzwijgen zeide
meer dan een geheel boekdeel.
«O Robert!" riep zij uit volle borst, en zij zag mij
aan met een onbeschrijfelijken blik.
Nu kon ik mij niet langer inhouden. Ik wierp mij
naast het bed op de knieën en zeide haar onder bittere
tranen alles, wat mij sedert lang op liet hart had ge
legen. De eigen woorden ben ik vergeten, maar ik
weet wel, dat ik haar al mijn schuld, al mijne zonden
beleed. Daarbij gaf ik haar allerlei lieve namen. Ik
noemde haar mijn engel, mijn schat, de redster van
'ons kind, kortom een vrouw, die een veel heter man
waard was dan ik.
Zij deed al het mogelijke om mij tot bedaren te
brengen.
«Neen Robert", zeide zij, «ge hebt ongelijk. Ook
ik heb schuld. Ik was koel en trotsch; ik geloofde,
dat het streed met de waardigheid van een vrouw
om al de liefde te bekennen, die men in het harte
draagt. Ach, het ongeluk van onzen Theodoor zal
ons beiden hebben gebéterd. Wij zullen elkander an
ders en beter beminnen dan voorheen, en in onze innige
liefde de verzoening vinden voor alles wat wij hebben
misdaan 1"
Zij, de reine, sprak over iets wat zij misdaan had
«Ge wilt alzoo den berouwvollen zondaar niet van
u stooten?" vroeg ik hartstochtelijk. De scheiding,
waarvan wij gesproken hebben
Zij liet mij niet uitspreken. Zij richtte zich in hare
dijk op f25 en te Hontenisse op f 10 voor elke f100
huurwaarde of gedeelte daarvan.
De Minister van Financien brengt, naar aan
leiding van art. 7 der wet van den 28 Juni 11. (St.hl.
no. 105), ter kennis van belanghebbenden, dat de
kadastrale metingstukken betrekkelijk de gemeente
lijke indeeling van de Ooster-Schelde en andere Zeeuw
sche stroomen aan de bewaringen van de hypotheken
en het kadaster te Middelburg, Goes en Zierikzee goed
gekeurd zijn ingekomen, en dat mitsdien de driemaan-
delijksehe termijn, binnen welken de bij voormeld
wetsartikel bedoelde verklaringen en suppletoire bor
derellen aan genoemde kantoren moeten zijn ingele
verd, ingaat met de dagteekening der Staatscourant,
waarin deze aankondiging is opgenomen.
Naar het griffierschap der Tweede Kamer heeft
ook nog gesolliciteerd de heer jhr. mr. A. R. P. Van
Kinschot, griffier bij de rechtbank en lid van den ge
meenteraad te Zierikzee.
De examens voor de betrekking van commies
en surnumerair bij het vak der posterijen zullen 7
November aanvangen. Tot leden der examen-commissie
zijn benoemd de heeren P. Hofstede, hoofddirecteur
der posterijenI. I. Hoffegnies, inspecteur der poste
rijen bij het Dep. van Waterstaat; jhr. L. C. Van
der Feltz, inspecteur der posterijen te Arnhem B. I.
llerweyer, directeur van het spoorwegpostkantoor te
AmsterdamW. I. Van Gorkom, schoolopziener te
GoesA. Van Poeteren, commies hij het Dep. van
Waterstaat; C. A. Hofman, hoofdonderwijzer te 's-Hage.
Den 28 November zal te 's-Gravenhage aan het
Departement van Financiën het examen plaatshebben
voor surnumerair der directe belastingen, invoerrech
ten en accijnzen. De commissie tot het afnemen van
dat examen bestaat uit de heeren: dr. G. Oorthuijs,
hoofd-inspecteur van genoemde middelen, dr. A. T.
Van Aken, districts-schoolopziener, beiden te 's-Gra
venhage, IF. Van Gorkom, districts-schoolopziener
te Goes, J. B. Storij Van Blokland, controleur der
invoerrechten en accijnzen te Amsterdam, P. II. W.
Ligtenbergcontroleur der belastingen te Amsterdam
en A. O. J. Schindler, controleur der directe belas
tingen, invoerrechten en accijnzen te Leiden.
- In de Rij kspostspaarbank is van I tot 10 Oct.
jl. meer ingelegd dan terugbetaald ruim f 33,840.
- De Minister van Oorlog heeft bepaald, dat de
miliciens der infanterie van de lichting 1881 weder
met twee maanden verlof kunnen vertrekken, indien
zij voldoende geoefend en onmisbaar zijn voorde brood
winning van huisgenooten. Dit laatste moet blijken
uit een verklaring van den burgemeester hunner ge
meente.
De afdeelingen van de Tweede Kamer hebben
nog benoemd tot rapporteurs
voor hoofdstuk VI der staatsbegrooting voor 1882
(Departement van Marine) de heeren RombachIHrks,
LieftinckWichers en Koolvoor hoofdstuk VII B
(Departement van Financiën) de heeren Van Nispen
tot Sevenaer, Bastert, Schaepman, Van Blom en
De Bruyn.
Mejuff. C. Verhulst is, met ingang van 10
Nov. a. s., geplaatst als klerk op het post- en tele
graafkantoor te Hengelo (O.)
kussens op en omhelsde mij met hare zachte armen;
hare lange haren vielen mij over het gezicht en over
de schouders; zij mengde hare tranen met de mijne,
terwijl zij met bewogen stem uitriep:
«Ach Robert, Robert; wat hebben wij de laatste
maand geleden!"
De eerste stralen der morgenzon vielen op het tapijt
een vroolijk helder licht bescheen het vertrek. De
vogeltjes buiten begroetten luid jubelend den lente
morgen, en er was lente in mijn hart.
Sinds dien morgen is een lange reeks van jaren
voorbijgegaan. Theodoor draagt zijn kunstbeen met
vrij veel gemak. Hij is goed gegroeid, beeft een prettig
uiterlijk, is vroolijk, verstandig, vlijtig en heeft een
goed hart. In de school is hij altijd de eerste. Zijn
kameraden houden veel van hem, zijn leermeesters
hebben veel met hem op en in een vlaag van eigen
waarde placht hij vaak te zeggen: »Ik kan alles
worden, alleen geen soldaat." Dit i§ de eenige toe
speling op zijn ongeluk, die wij ooit van hem gehoord
hebben.
Theodoor heeft jongere broertjes en zusjes, frisch,
gezond en goed van lijf en leden. Men kan begrijpen
hoeveel Adèle en ik van die vroolijke snaakjes houden;
dit is wel het beste bewijs van onze hernieuwde vriend
schap. En toch, als wij op den steenen voorvloer van
ons huis den eigenaardigen stap hooren van onzen The
odoor, dan doorstraalt ons een gevoel van innige liefde
en teederheid; het doortintelt ons als een electrische
stroom, en wij gevoelen ons nauwer en nauwer ver-
Door professor Harling is thans een open brief
gericht aan een oud-lid van het Transvaal-onafhan-
kelijkheids-comité te Londen, waarin hij de volgens
hem zeer rechtmatige grieven toelicht, welke de Boe
ren tegen de conventie inbrengen. Het gaat toch
volgens den schrijver niet aan, dezen lieden, van wie
men ten onrechte als onbeschaafde kolonisten spreekt,
zaken, als godsdienstvrijheid, afschaffing der slavernij,
vrijheid van reizen en gelijkheid voor de wet van
alle inwoners in eene conventie voor te schryven,
daar men zeer goed weet dat dit alles sinds jaar en
dag bestaat. Dat is beleedigend voor de Boeren, ter
wijl de veel te groote macht, aan den Ëngelschen resi
dent toegekend, hen maar al te duidelijk het Britsche
wantrouwen doet gevoelen. De heer Harting drukt
den wensch uit, dat deze toelichting moge leiden
tot een juister beoordeeling der thans nog hangende
quaestie en dat daardoor de weg voor een duurzamen
vrede worde gevonden.
Er heeft zich te Groningen een vereeniging ge--
vormd, »het Doorgangshuis" genaamd, met het doel^,
om verwaarloosde of gevallen meisjes te helpen en
haar het leven in de maatschappij mogelijk te maken.
Rechtspersoonlijkheid is door de vereeniging aange
vraagd, en inmiddels reeds een huis met grooten tuin
aangekocht.
De thans definitief vastgestelde reisroute van
Sarah Bernhardt in ons land is de volgende
Maandag 24 Oct. Doelen, te Rotterdam, Marguerite
Gauthier 25, Amsterdam, idem 26, 's-Gravenhage,
idem27, Amsterdam, Hernani28, Arnhem, Gau
thier29, te 's-Hage, Hernani34, Utrecht, Gau
thier. De artiste vertrekt daarop naar Weenen, waar
zij 2 Nov. optreedt.
Naar men uit Luxemburg aan Het Vaderland
meldt, heeft Z. M. de Koning-Groothertog geweigerd
in de tegenwoordige omstandigheden het ontslag van
het ministerie-Dn Blochausen te aanvaarden.
Arrondissements-rechtbank te Middelburg.
Door de rechtbank zijn Zaterdag 15 October ge
wezen de volgende vonnissen in zaken, behandeld
8 October te voren, tegen:
lo. W. F. H. V., 23 jr., koffiehuishouder te Goès,
wegens mishandeling veroordeeld tot 15 dagen cell,
gev.straf en 8 boete, subs. 15 dagen cell, gev.straf c. e.
2o. M. W., 27 jr., molenaar te Wilhelminadorp,
beschuldigd van verwonding door onvoorzichtigheid.
Vrijgesproken.
3o. P. A. M., 12 jr., te Kattendijke, wegéns be-
driegelijke oplichting veroordeeld tot 21 dagen cell,
gev.straf c. e.
4o. P. S., 37 jr., smid te Viissingéh, wegens diefstal
in dienstbaarheid veroordeeld tót 2 maanden cell,
gev.straf c. e.
5o. A. G., 32 jr., huisVr'. van J. G., herbergierster
te Ter Neuzen, wegens hoon veroordeeld .tot 8 boete,
subs. 3 dagen gev.straf c. e.
6o. A. De W., 67 jr., rondzwervende te Sas van
Gent, wegens misbruik van vertrouwen veroordeeld
tot 8 dagen cell, gev.straf c. e.
7o. P. S., 62 jr., werkman te Hoofdplaat, wegens
mondelinge bedreiging met moord onder voorwaarde
veroordeeld tot 8 dagen ceil, gev.straf c. .e.
bonden. Wij doen alle mogelijke moeite oln den knaap
niet boven de anderen voor te trekken, maar Arthur,
de slimste van de rest, laat zich wel eens ontvallen:
«Ja, Theodoor heeft natuurlijk weer gelijk." Onze
eerstgeborene beantwoordt met geheel zijn hart de
grenzenlooze liefde zijner ouders. Misschien houdt hij
nog een klein beetje meer van zijn moeder. Maar
hoe kan het anders? De indrukken der kinderjaren
zijn onuitwischbaar. Zijn moeder vergoodde hem al,
toen ik nog met zekere trotsche goedhartigheid op
hem neerzag; en wie heeft hij zijn lang ziekbed ge
waakt, wie verstond het hem toe te lachen als het
hart van droefheid bloedde?
In zoo'n sfeer van liefde en genegenheid had Adèle
hare teruggetrokkenheid, die zoo geheel den indruk
gaf van koelheid en onbeduidendheid, volmaakt afge
legd. Onder mijn vrienden is er niet éen, die niet de
helderheid en de zekerheid van haar oordcel naar
waarde weet te schatten, en wanneer wij met eenige
van mijne beste kennissen in gezelschap zijn, dan laat
men bijna bij alle debatten aan haar liet laatste woord
en dat woord is altijd zoo juist en zoo 'rechtvaardig.
Ik ben zeven-en-dertig jaar oud, zij dertig, en wij
beminnen elkaar als in onze bruidsdagen, of, in ons
geval beter gezegd, veel inniger dan in die dagen. En
wanneer ik er dan aan denk, dat wij voornemens
waren, om van elkander te scheiden! Waarachtig,
onze Theodoor zal nooit kunnen begrijpen, wat voor
wonder zijn heen bewerkt heeft.
EINDE.