BIJVOEGSEL
GOESCHE COULANT.
DONDERDAG
11 NOVEMBER 1880.
No. 154.
OPENBARE VERGADERING
van den
BAADdergemeente GOES
op VRIJDAG den 5 November 1880,
des avonds te 7 uren,
(Vertolg.l
De post art. 10, Jaarwedde der onderwijzers voor
iet lager onderwijskomt in behandeling.
De heer dr. CallenfeU acht de jaarwedden der
hoofden en der onderwijzers van de scholen voldoende,
dewijl zij zoovee! bij vakjes hebben.
De heer mr. De Jonge van Ellemeet zou eene ver-
boogiog der jaarwedden van de onderwijzers wenschen.
Tijdens spr. secretaris eener gemeente was, heeft hij
veel omgang gehad met de onderwijzers en nu wil
hij niet spreken over de vtrhooging der jaarwedden
van de hoofdonderwijzers, maar een lans breken voor
die der ouderwijzers. Als de financiën der gemeente
niet toelaten eene algeheele herziening der jaarwedden
van het onderwijzend personeel te bewerkstelligen,
dan moeten de jaarwedden der onderwijzers daarop
eene uitzondering maken. De onderwijzers mosten
de hoofden der schoUn by ontstentenis vervangen en
waar nu de hoofdonderwijzers eene onafhankelijke
positie moeten hebben, moeten zij dit evenzeer. Da
onderwijzer zal dikwy's als hoofd der school moeten
Optreden, hij kan daartoe althans altijd geroepen wor
den, en daarom geldt voor bem hetzelfde, als wat
voor het hoofd der school gevorderd wordt. Om
voor een voldoend traktement de belooning voor hij-
vakjes in aanmerking te brengen, acht spr. niet billyk.
Spr. zou bijna wenschen, dat het den onderwijzer
verboden werd bgvakjes te hebben, zooals bijv. voor
zanger in eene kerkelijke gemeeate. Maar er is iets
anders. Als men zich plaatst op het standpunt dsr
nieuwe wet op het lager onderwijs, dan zal men moe
ten erkennen, dat verhooging der jaarwedde noodza
kelijk is. In die wet wordt het minimum der jaar
wedde bepaald voor het hoofd der school op ƒ700,
terwijl de hulponderwijzer hier geniet 6G0. Men
heeft dus niet zulk een grooten afstand gewild als
bier bestaat van ƒ1100 voor het hoofd en ƒ700
voor den onderwijzer. Er is nog iets anders. De
commies ter secretarie geniet 700 en de onderwijzer
eveneens 700. De eerste, nut hoeveel werkzaam
heden hij belast zij, is toch niet de man van studie
evenals de onderwijzer. Spr. zon daarom eene ver
hooging van de jaarwedde der onderwijzers wensche-
lijk achten. Hij moet opmerkeo, dat zij maar 100
meer hebben dan de hulponderwijzer, die pas zijne
akte als zoodanig verkregen heeft. En nu zijn de
onderwijzers reeds 4, 9, 11 en 13 jaren in deze
gemeente werkzaam. Spr. no°mt de onderwijzers raan-
nem van studie, en waar de advocaten en geneeskundigen
betaald worden voor hun werk, tengevolge hunner
studie, wenecht hij ook de onderwijzers in billijkheid
gesalarieerd te zien, want allen werken om geld te
verdienen.
De heer Den Boer verklaart het geheel eens te
zijn met burg. en wetb. De onderwijzer weet op welke
jaarwedde hij benoemd is. Hij behoeft er geen bijbaan
tjes op na te houden, en als hij des Zondags voor
zanger is bij eene kerkelijke gemeente, weluu, des
Zondags behoeft hy geen onderwijs te geven en dit
schaadt dus niet aan zijne betrekking.
De heer dr. Caller fels zegt, dat de heer De Jonge
van Ellemeet wat ver van hem afzit en hij hem niet
goed verstaan heeft, ook omdat hy wat zacht spreekt,
maar dat spr. meentdat hij gesproken heeft van
advocaten en geneeskundigen, die geen menschen vari
studie zijn. Daavtegea komt spr. op, ook al laat hij
zich zelf, als geneeskundige, er buiten.
De heer mr. Be Jonge van Ellemeet verklaart
bedoeld te hebben, dat men den onderwijzer wel eens
pleegt te behandelen als den advocaat eo den genees
kundige, dien men voor ieder advies betaalt.
De heer dr. C'allenfels herneemt, dat de heer De
Jonge van Ellemeet het deed voorkomen alsof de
onderwijzers gestudeerde personen zijn, met wegcijfe
ring van de advocaten en geneeskundigen.
De heer Massee wil ook een lans breken voor de
onderwijzers. De hoofdonderwijzers genieten ƒ1100,
plus vrije woning, dus ƒ1300, terwyl v*len van hen
onderscheidene bijvakken hebben. Voor een van drzea
klimt do inkomst zelfs tot ƒ2000. De onderwijzer
geuiet 700 en niets meer. Een van hen heeft 60
als voorzanger en een ander 150 als adsisteut-
leeraar aan de Burger-Avondschool, maar de twee
anderen hebben niets meer dau hunne jaarwedde. Als
men nu goed nagaat, dan heeft de onderwijzer gelijke
inkomsten als de arbeider op de kade. Dan hebben
de onderwijzers nog meerdere lasten, zooals bijdrage
voor het pensioenfonds en lidmaatschap van het on-
derwijzersgezelschap. Wat blijft er dan over? Dan
is de concurrentie ook niet te verwerpen. Sp". heeft
enkele nummers voor zich van een advertentieblad
van het onderwijs, en daarin vindt by oproepingen
voor de betrekking van hulponderwijzer ad ƒ600 eu
meer, met onderscheidene voordeelen. Spr. wil niet
optreden voor de hoofdonderwijzers, maar wel voor de
onderwyzers, die 13, 12, 10 en 4 jaren dienst heb-
hebben, getrouwd ziju en huisgezinnen hebben.
De heer Ben Boer verklaart niet vóór verhoo/ing
dsr jaarwedden van de onderwijzers te zijn. Heeft
de een gelegenheid voor het leeraarschap van de
Burger-Avondschool, de andere kan les geven en de
derde is geattacheerd aan de Goesche Courant.
De heer Pilaar zegt, op dit ooaenblik, nu wy op
het standpunt der invoering van de üieuwe wet op
het onderwys zijn, tegen elke verhooging van jaar
wedde voor het onderwijzend personeel te wezen.
De \oorzitter deelt nog mede, dat het burg. en
wetb. grieft, dat zij, roet het oog op de financiën der
gemeente,geen vermeerdering der traktementen van ver
schillende ambtenaren kunnen voorstellen. Maar al
konden zij dit doen, dan zouden de onderwyz?is voor
zeker niet in aanmerking komen. Spr. herinnert zich
nog, hoe de jaarwedde van al de hulponderwijzers
400 bedroeg. Dit is vervolgens gebracht op 500
en later heeft men eene regeling io het leven ge
roepen, waarbij 600, 650 en ƒ700 werd toege
kend. Spr. wil niemand beschu Idigen, maar het geelt
toch stof tot denken, dat terwijl de Staten-Generaai
30% van da kosten van het ouderwijs uit'a rijks kas
"als vergoeding aan de gemeeuie toestaan, door ver
schillende onderwijzers aanvragen om verbooging hun
ner jaarwedde gedaan worden. Het is aleof men meent,
dat een gedeelte dier vergoeding ten hunnen bate
moet worden aangewend. Al de argumenten, door
de onderwijzers aangevoerd, gelden ook voor de hulp
onderwijzers, en worden genen verhoogd ia hun sa
laris, daa behoort ook aan dezen een hooger traktement
ts worden toegekend.
De aanvrage der ouderwijzers wordt nu in om
vraag gebracht en verworpen met 9 stemmen. Voor
de heeren Massee en mr. I)e Jonge van Ellemeet.
Het voorstel van burg. en weth., om afwijzend te
beschikken op het adres van de hoofdonderwijzers,
wordt in omvraag gebrscht en aangenomen met al-
gemeene stemmeu.
De heer mr. Be Jonge van Ellemeet zegt, het nog niet
eens te zyn met het door burg. en weth. aangevoerde
omtrent het behoud d r kweekelingen bij de scholen.
De Voorzitter wijst op art, 8 der nieuwe wet.
De heer mr. De Jonge van Ellemeet verzoekt, dat
er zooveel mogelyk op gelet wordt, dat de kweeke-
lingen nooit als weeldeartikel aau de scholen verbon-
deu blijven.
De Voorzitter zegt, dat aan school C een kweeke-
ling is, die eerlang vertrekt tn alleen nog gebleven
is, omdat de hulponderwijzer ziek is en de hoofd
onderwijzer, wegens ziekte in zyn gezin, de school
niet bezoeken mag. School B telt zooveel leerlingen,
dat, als er nog éen bijkomt, weereen hulponderwijzer be-
noodigd is de kweekelingen aau die school zijo dus
ook geen weeldeartikelen.
De post van Janwedde voor onderwijzers 13375
wordt zonder stemming aangenomen.
Bij art. 16, Jaarwedde der drukkersrapporteert de
fin. commissie
„Het hier geraamde bedrag is uitgetrokken als vroe
gere jaren. De Memorie van Toelichting bevat geene
enkele mededeeling in verband met de toezegging bij
de behandeling der vorige begrooting gedaan, althans
met het uitzicht, toen door uw college gegevpn, op eene
herziening der eenheidsprijzen en het denkbeeld om
daar*au de quaestie van aanbesteding der drukwerken
afhaukelijk te stellen. Wy kunnen dus ten aanzien
vui dit artikel slechts tot eene voorwaardelijke goed
keuring adviseeren, in afwachting van de regeling die
zal blijken het metst met de belangen der gemeente
en met de billijkheid te strooken."
Burg. en wetb. antwoorden daarop:
„Tengevolge van een, naar aanleiding der bespreking
van d zen po3t bij de bshand-ling der begrooting van
bet loopende jaar, plaats gehad hebbend onderzoek,
stellen burg. en weth. voor de jaarwedde der druk
kers onveranderd te laten. De winst toch, die door
de levering van het papier gemaakt wordt, kan gerust
op 300 gesteld worden, hetgeen Daar de meening
van burg. eu weth. de bezoldigiug voldoende doet zijn.
Naar hunne overtuiging zou rene aanbesteding van het
drukwerk bij gemis van coe currentie veel kans aan
bieden om ten nadetle der gemeentekas uittevaDen
terwij! aan de uitvo;ring zoovele bezwaren zijn ver
bonden, dat zij geen vrijheid vioden om ten deze tot
het doen eener aanbesteding te adviseereD."
De heer mr. Be Jonge van Ellemeet zegt met ge-
no°gen te constatee^eD, dat er dan ook gene nden is,
om de jaarwedde, d^r drukkers te verhoogen. Boven
dien kan bet drukke sschap der gemeente genoemd
wordei eene reclame voor de drukkers, dewijl zij de
gemeenten ten plattenlande ook van htt benoodigde
drukwerk kan voorzien.
De post wordt onveranderd goedgekeurd.
Bij art. 22, Jaarwedde der vaste arbeidersrapporteert
de fin. comm.
„Wij hebbeu de eer ten aanzien van dit artikel te
adviseeren tot tene verhoogiug van 50, bedoeleude
ds vermeerdering van de jaarwedde van ieder der vaste
arbeiders met een bedrag van 25. De verheoging
komt ors niet onbillijk voor en de krachten der ge
meente niet te boven te gaan."