BUITENLANDSCH OVERZICHT.
Mededeeliugen op verschillend gebied.
cember en in Februari 1881. Zij zijn toegankelijk
voor een ieder en de entree-prijs, bij inteekening,
ie zoo laag gesteld, dat waarljjk slechts algemeene
deelneming den heer Molhoek het volvoeren van
dit plan mogelijk kan maken.
Niemand zal toch den prijs van ƒ2 voor de drie
concerten met bals voor een heer met een dame
te veel achten. Het is daarom te hopen dat de
ljjsten, die thans in omloop zijn, vooral onder de
burgerij spoedig en ruimschoots deelneming mogen
vinden
De vei-ecniging van liet /uideu
met de Nieuwe Goessclie Courant.
Wij hebben ons mei opzet, om voor ons over
wegende redenen van kieschheid, onthouden van
alle commentaren op het bericht van bovenstaande
vereeniging, die in het nommer van heden ook dooi
de Nieuwe Goessche Courant wordt bevestigd. Zij
geeft als reden daartoe op dat Eendracht macht
maakt. Wat wij echter dachten bij het vernemen
van dit belicht komt zoo geheel overeen met het
geen onze Middelburgsche zuster daarover schrijft,
dat wjj waarlijk de verzoeking niet kunnen weer
staan dit ook in den kring onzer lezers bekend te
maken. De redactie der Middelburgsche Courant
dan schrijft het volgende
n Dezer dagen werd aan 't publiek bekend ge-
maakt dat liet Zuiden en de Nieuwe Goessche
Courant voortaan vereenigd en onder een gemeen-
scbappelijken titel uitgegeven zullen worden.
»nUe relatiën schreef 1let Zuiden die de
N. G Ct. in Zuid-Beveland heeft, blijven, zoowel
als haar bureau, te Goes. De uitgave zal driemaal
's weeks plaats hebbende leiding blijft opge
dragen aan de redactie van Het Zuiden.""
«Waar eigenlijtc het bureau van het blad ge
vestigd zul zijn, of dus Middelburg dan wel Goes
een anti-revolutionair orgaan armer worden zal,
wordt evenmin medegedeeld als eenige aanduiding
omtrent de samenstelling der «redactie," die het
tweehoofdige orgaan leiden zal. tilt laatste be
hoorde trouwens ook vroeger, voor beide bladen,
tot de mysteriën, die aan 't groote publiek niet
geopenbaard worden.
ii L)it een en ander boezemt ons echter weinig
belang in. Van meer beteekenis is het dat hier,
zoo klakkeloos weg, de samensmelting van twee
bladen verkondigd wordt, wier wegen tot dusver
alles behalve in éen lichting liepen. De N. G. Ct.
was het orgaan der triple-alliantie, welke in den
heer Saaijmans Vader baar politiekeu vertegen
woordiger vond. Het Zuiden stootte de katholieken,
zoolang het zonder te groot gevaar voor de stem
bus gebeuren kon, zoo ruw mogelijk van zich af.
De N. G. Ct. bezat zooveel conservatieve sympa
thieën, dat haar hoofdartikelen dikwijls als evan
geliën doof het Huagsche Eagblud werden over
gedrukt. Het Zuiden stond op den linkervleugel
der anti-revolutionairen, beval den heer Wolbers
aan als voorstander der afschaffing van da diens t-
vervanging en was .freetrader in zijn hart. Het
prees den heer Voorhoeve wegers zijne vrijhan
delsbeginselen, nagenoeg op hetzelfde oogenblik dat
de N. G. Ct. de Eotterdamsche anti-revolutionai
ren de les las omdat zij aan de jongste herstem
ming niet deelnamen in een geest welke, ofschoon
thans niet duidelijk uitgesproken, met het oog op
haar hoofdartikel van 27 Juli jl. volstrekt niet
twijfelachtig kon zijn.
nVooitaan zullen al deze tegenstrijdige klanken
zich oplossen in éen akkoord, onder de leiding
der redactie van Het Zuiden. Wil dat zeggen,
dat de triple-alliantie te Goes heeft uitgediend en
de Nieuwe Goessche Courant in 't vervolg voor al
gemeen stemrecht, persoonlijken dienstplicht, vrijen
handel enz., zal gaan ijveren In dat geval mocht
men de bondgenooten van weleer, de katholieken
en de conservatieven, toch wel waarschuwen. Of
beduidt het dat Het Zuiden van karakter gaat
veranderen, zijn nanti-papistiscne" strekking vaar
wel gaat zeggen, de katholieken honing om den
mond gaat smeren en het orgaan gaat worden van
het conservatisme en da aristocratie
«Het laatste zou ons leed doen, want wij koes
teren voor de mannen van Het Zuiden, ondanks
alle verschil in richting, meer sympathie dan voor
de cameleontische richting der N. GCt. Maar-
verwonderen zou het ons niet. Bij zijn ontstaan,
in 1876, werd Het Zuiden aangekondigd als Nieuwe
Middelburgsche Courant. Toen deze combinatie,
cm redenen wélke wij nu niet behoeven aan te
roeren, mislukt was, beproefde men op eigen bee-
nen te gaan. Na vier jaren waggelens keert men
tot het oorspronkelijke plan terug, met verande
ring slechts van den naam. De aanleg tot zelf
standigheid is dus blijkbaar nooit bijzonder groot
geweest. Chassez le naturel, il revient au galop.
«Wat van dit een en ander de juiste waarheid
is, zal de toekomst ons leeren. Maar bet ver
schijnsel mocht niet onopgemerkt blijven, tegen
over eene partij vooral, welke altijd den mond
zoo vol heeft van haar «karakter" en er zich zoo
op laat voorstaan dat zij, van wereldsche en onedele
drijfveer-en vrij, den weg slechts volgt die haat-
door de nhoogere" waarheid, op welker bezit zij
zich verhoovaardigt, wordt voorgeschreven."
VKRFiGSIfilliO
vau Burgemeesters en Secretarissen
IN ZUID- EN NOORD-BEVELAND.
Niet talrijk bezocht was de vergadering van
bovenvermelde vereeniging, die op Donderdag
den 23 Sept in het lokaal der Sociëteit uEens
gezindheid" te Goes gehouden werd, (er waren
22 leden tegenwoordig) maar desniettemin mag
zij belangrijk genoemd worden, om hetgeen er
verha-ideld is.
I. De notulen der laatste bijeenkomst wer
den gelezen en er werd goedgevonden, dat voortaan
geene notulen meer voorgelezen zullen worden,
daar elk der leden een gedrukt verslag van het
verhandelde oDtvangt.
II. Werd mededeelittg gedaan, dat het be
stuur, naar aanleiding van den wensch, ter vorige
vergadering geuit, de statuten aan een ondeizoek
had onderworpen, en nu eene wijziging voorstelde,
o. a. dat de bepaling van den dag der zomer
vergadering aan het bestuur zou worden over
gelaten ei de naam der Vereeniging zou luiden:
Vereeniging ter beoefening van het administratief
recht in Zuid- en Noord-Beveland. De voorge
stelde wijzigingen zullen in het verslag opge
nomen en iu de volgende bijeenkomst aau de
orde gesteld worden.
III. Wordt gelezen eu g ledkeureud voor
mededeeliug aangenomen de brief, waarmede
het bestuur zich tot Zijne Exc. den Minister
van Waterstaat enz. zal wenden, om uog te
trachten eene wet te verkrijg' n tot afkoop van
den eigeudom op het zakelijk recht, dat parti
culieren hebben op wegen of zijkanten vau wegen,
iu openbaar gebruik
IV. Van het bestuur der Vereeniging van
Nederlandsche gemeente-ambtenaren was een schrij-
veu ingekomen, waarin dit het lidmaatschap dier
vtreeniging aanbeveelt. Op voorstel vau het
bestuur werd besloten, dat de vereeniging iu
den persoon van den voorzitter qq. zich voor-
het lidmaatschap zal aangeven.
V. De vraagpunten, ter vorige vergadering
aangehouden, kwamen nu aau de orde.
a. De heer II. J. De Raad had zijn advies,
ol aan gemeeute-ambtenareu hij hunne instruc
tie kan verboden worden huuue gevoelens over
gemeentezaken door de pers te openbaren, niet
ingezoudeu en er werd besloten dit puut vau
de agenda te schrappen.
b. De heer jhr. M. J. De Marees van Swin-
deren gaf zijne meening te kennen over art. 3
der gemeentewet. Hij was van oordeel, dat,
ook ais men burgemeester van de eene, secre
taris eeuer andere eu ontvanger eerier derde
gemeente is, de gemeenten aau elkander moe
ten grenzen, geene meer dan 5000 inwoners mag
tellen eD het gezamenlijk zielental 10000 niet
mag te boven gaan. Wel werd het artikel door
de regeering anders toegepast, maar de spreker-
deed onderzoek naar d n wil van den wetgever,
en deze kon, naar zijn oordeel, geene andere
zijn, dan het verhinden derzelfde voorwaarden
aan het gelijktijdig bekleeden van verschillende
als vau gelijksoortige betrekkingen in verschil
lende gein senten.
Dit gevoelen werd bestreden door de heeren
II. G. Hartman Jz en B. Vermande, die beiden
aanvoerden, dat de wet liet stilzwijgen bewaarde
omtrent voorwaarden voor het bekleeden van
verschillende betrekkingen in verschillende ge
meenten, en op onderscheidene voorbeelden wezen,
waarin de regeering de wet ook zoo opvatte.
Zij erkende wel, dat het niet goed was, maar
men moest niet vragen hoe het behoort te zijn,
maar hoe de wet het voorschrijft.
De heer mr. L. A. Bijbau sprak nog over de
bedoeling van aangrenzende gemeenten en was
van gevoelen, dat bijv. de burg. van Wissekerke
geen burg. van Cats zou kunnen zijn, ook al
was hij burg van Colijnsplaat of Cortgene,
omdat Cats wel aan een van deze laatste grenst,
maar niet aan Wissekerke. Waar de regeering
dit anders toepaste, lette zij, zijnsbedunkens,
meer op den burg. dan op de gemeenten.
c. Het bestuur wees voor de vraag, of de
oproepingsbtief voor een milicien-verlofganger,
die in eene andere gemeente woont, dan waar
voor hij is ingelijfd, om in werkelijken dienst
op te komen, door den burgemeester der woon
plaats, of door dien der gemeente van inlijving,
moet worden uitgereikt, op het voorschrift van
Prov. blad no. 39 van 1880, waarin gezegd
wordt dat de last tot oproeping door den burg.
van de gemeente der inlijving aan dien der ge
meente van inwoning moet worden overgedragen,
maar dat de laatste den milicien-verlofganger
moet oproepen.
VI. Na de pauze, die nu volgde, werden
deze vraagpunten behandeld
a. De heer II. G. Hartman Jz. besprak de
inrichting der gemeente-secretarie ter gemakke
lijke raadpleging van het archief. Het bijhoudeD
van twee registers op de ontvangen, behan
delde en verzonden stukken (een chronologisch
en een alphabetiseh) was naar zijn inzien vol
doende voor de correspondentie. Al de stukken,
betrekkelijk éene zaak, erlangen hetzelfde nom
mer en worden dus in éen pakket verzameld,
waarnaast men dan slechts de notulen der ver
gaderingen, waarin de zaak behandeld werd, en
wier bladzijden ook op de beide registers worden
aangeteekend, behoeft te leggen, om de geheele
geschiedenis in korte oogenblikkeu te leeren
kennen. De registers van militie, schutterij enz.
moesten bij tien- of twintigtallen worden inge
bonden, ook ter besparing van plaatsruimte, ter
wijl overigens alles zoo eenvoudig mogelijk
moest ziju ingericht.
Onderscheidene leden gaven hunne instem
ming met deze wijze van handelen te kennen,
terwijl enkelen verklaarden, dat zij, overeen
komstig de wenken van den adviseurhunne
secretarie reeds zoodanig hadden ingericht.
b. De heer J. Van Damme Cz. beantwoordde
de vraag, of den burgemeester bij plaatselijke
verordening het recht kan outnomen worden
om bij brand bev elen aan de brandmeesters en
spuitgasten te geven, in toestemmenden zin, wat
de gewone dienstregeling betreft, doch ontken
nend, wat buitengewone omstandigheden, zooals
het doen omverhalen van belendende gebouwen
enz aangaat.
e. De H. J. G. Hartman besprak de bepa
lingen die bij verordening omtrent het politie
toezicht op woningen kunnen gemaakt worden
en stelde op den voorgrond, dat de vrijheid
der ingezetenen zoo min mogelijk, en alleen in
het algemeen belang, mag beperkt worden. Des
niettemin kunnen voorschriften gegeven worden,
die deze vrijheid beperken, zoowel van genot
als gebruik der woningen, wanneer die voor
schriften strekken iu liet belang van de open
bare gezondheid (hygiène), de veiligheid en den
welstand langs de wegen en stralen (allignement),
en tot handhaving der verordeningen (binuen-
tredtu van woningen.)
ii. De heer J. Itisseeuw was van oordeel, dat
art. 16 der wet van 22 Mei 1845 (St.bl. no.
22) niet toepasselijk is bij de invordering van
plaatselijke belastingen eensdeels, omdat die
wet voorschriften geett voor de invordering van
nyis-belaslicgen en zij nergens op de invordering
van plaatselijke belastingen is an toepassing
verklaard, anderdeels, omdat in de memorie van
toelichtiug op art. 260 der gemeentewet wel
lerwezen wordt naar de arlt. 13, 19, 21 tot 23
dier wet, maar niet naar art. 16.
Dit gevoelen werd door het bestuur, bij monde
van den heer II. G. Hartman Jz breedvoerig
bestreden. Niet alleen, dat art. 260 der ge
meentewet wel degelijk de regelen ten aanzien
van waarschuwing en aanmaning van den be
lastingschuldige, der inlegering bij en van het
dwangbevel tegen hem, gesteld bij de wet op
de invordering van 's rijks directe belastingen,
geldend maakt voor de invordering der plaatse
lijke belastingen, maar ook werd door hem
op goede gronden aangetoond, dat in de me
morie van toelichting een drukfout is ingeslopen
en gelezen moet worden: „de artt. 13 19, 21
tot 23."
Na eenige repliek van den heer J. Risseeuw
was de bespreking geëindigd.
VII. Thans was aan de orde de bespreking
van het wetsontwerp tot wijziging der artt.
264 266 der gemeentewet, doch werd op
voorstel van het bestuur besloten om, aangezien
vele vroegere gemaakte bedenkingen bij het
ontwerp zijn uit den weg geruimd, geene petitie
aan de Tweede Earner te zenden.
VIII. Vervolgens werd het bestuur gemach
tigd, om namens de vereeniging aan Qed. Staten
te verzoeken, bij de wijziging van het model
der rekening van de gemeente dit zoo in te
richten, dat de uitgaven ook hoofdstuksgewijze
worden getotaliseerd en later deze totalen ver-
zameld.
IX. Een drietal vragen werden in de bus
gevonden en wel
o. Of het ook bekend is, wanneer de ver
goeding van '8 rijks wege voor het werk der
volkstelling aan de gemeentebesturen zal worden
uitgekeerd
Deze vraag vrerd ontkennend beantwoord.
b. Welke werkzaamheden de gemeentebe
sturen jaarlijks te verrichten hebben met be
trekking tot de schutterij
Deze werden in korte trekken medegedeeld
en overigens werd verwezen naar de wet en de
handleiding tot uitvoering van deze.
c. Welke de bedoeling is van art. 90 der
nieuwe wet op het lager onderwijs f
Het antwoord luidde, dat de subsidiëu, die
krachtens het souverein besluit van 20 Maart
1814 (Stbl. no. 39) aan de gemeenten zijn toe
gekend, nog gedurende 10 jaren zullen genoten
worden.
X. Vervolgens werd besloten, zich tot den
Minister van Binn. Zaken te wenden, en de
zustervereenigiugen alsmede de gemeentebesturen
uit te noodigen dit ook te doen, met verzoek,
oin in de toegezegde wetten op de Nat. Mil.
en de schutterij, de bepaling op te nemen, dat
den gemeentebesturen vergoeding zal worden
verstrekt voor de werkzaamheden, tengevolge
van die wetten voor het rijk te verrichten.
XI. Werd de concept-verordening op den
kinderarbeid, ontworpen door de vereeniging van
burg. iu Groningen, in de aandacht der leden
aanbevolen.
De vergadering werd daarna gesloten. Te
4 uren vereenigden zich onderscheidene leden
aan een diner in het Café Hartman, dat uit
muntend mocht heeten en waarbij menige toast
werd uitgebracht.
Het Fransche ministerie is weer in orde, en voor
spellende geesten verkondigen ook reeds dat het niet
lang zal leven.
In plaats van den minister Freycinet is tot minister
van buitenlandschj zaken benoemd de gewezen parti
culiere secretaris van wijlen president Thiers, de heer
Barthelemy Saint-llilaireeen gematigd man, die, nadat
anderen voor de eer hadden bedankt, zich deze benoe
ming heeft laten welgevallen. Minister van openbare
werken is Sadi Carnot, van marine admiraal Clouet
geworden.
De heer Jules Ferry blijft minister van onderwijs en
wordt president van den ministerraad.
De aitreding van den minister Freycinet blijft altijd
nog voor sommigen een slecht teeken met het oog op
de buitenlandsche politiek
Men verzekert daarom dat de eer9te daad van het
nieuwe Kabinet beataa» zal in het uitgeven eener cir
culaire, meldende dat er geene verandering is gekomen
in de vredelievende strekking der buitenlandsche po
litiek en dat, aangezien de binnenlandsche politiek
van het Kabinet dezelfde wezen moet als die van de
meerderheid in het vorige Kabinet, men niet gelooft
dat er aanleiding bestaat tot eene vervroegde bijeen
roeping der Kamers.
Met de overgave van Dulcigno aan de Montenegrijnen
blijft het 6teeds in éen doen. Een bericht zegt en dit
wordt nader bevestigd, dat de Albaneezen den 17en
dezer het garnizoen van Dulcigno hebben veijaagd.
Riza-pacha heeft dus weinig succes van zijn streven
om de Albaneezen tot overgave aan te sporen.
Misschien is dit Turkije zoo heel onaangenaam niet,
al komt dit niet overeen met een nota,gisteren op
nieuw door de Porie aan de gezanten der vreemde
mogendheden ter liand gesteld.
Wij gelooven tenminste niet dat dit dezelfde nota is,
waarover reeds zooveel is geschreven.
DAarin zegt de Por te, dat zij Dulcigno zal afstaan op
de volgende voor waaiden: lo. dat er geen demonstra
tie der vloten meer plaats hebbe voor quaestiën be
treffende Montenegro, Griekenland ofArmenie; 2o.dat
het naleven der beginselen van het natuurlijk en al
gemeen recht gewaarborgd orde met betrekking tot
het geloof, de eer en het leven der mohammedaan6che
en christelijke inwoners van het afgestane grondgebied
3o. dat de grenslijn getrokken worde langs den oost
kant van het meer van Scutari, zoodat bepaaldelijk
Dinosch en Groudaaan Turkije blijven zullen 4o. eene
verbintenis dat er in de toekomst niets meer aan
Montenegro zal behoeven te worden afgestaan. De
nota eindigt met nogmaals te wijzen op de gevolgen
van eene mogelijke demonstratie.
De opperbevelhebber der gezamenlijke vloot, de ad
miraal Seymour, is zelf naar Cettinje vertrokken om de
stellingen der Montenegrijnen op te nemen, en naar
gelang daarvan maatregelen te beramen.
In Zuid'Afrika zijn de Basuto's weêr in opstand
gekomen, waarbij zich anderen hebben aangesloten.
Met hunne aanvallen tegen de Engelschen zijn zij echter
niet gelukkig. 1200 man vielen den post Mohales Hoek
en 5000 Mafeteng aan, doch zij werden beide keeren
teruggeslagen.
Dezer dagen was het juist tien jaren geleden, dat wij
len Koning Victor Emmanuel den tijd gekomen achtte,"
waarop hij Rome tot de hoofdstad van Italië kon ver
heffen. Aan den veranderden staatkundigen toestand
van Frankrijk en vooral aan den val van de Bonapartes
ontleende hij het recht ziju verdrag omtrent de bezet
ting van Rome te mogen verbreken, en in de laatste
dagen van September 1870 rukten zijne soldaten door
een bres de stud der eeuwen binnen. Deze gebeurte
nis nu werd j 1. Maandag te Rome feestelijk lierdacht.
In itatigen optocht trokken de leden van den gemeen
teraad naar het Pantheon, om op het grat van Victor
Emmanuel bloemkransen te leggen, en van daar begaf
zich de stoet, waarbij zich nu eenige ministers en com
missies uit den Raad van State en uit de beide afdee-
lingen der Vertegenwoordiging hadden aangesloten,
naar de zooeven genoemde bres, alwaar door den Syn
dicus van Rome endoor den minister-president Cairoli
redevoeringen werden uitgesproken. Ook aan de ver
oordeelden wegens pers-delicten was gedacht, daar een
groot aantal van dezen vermindering of kw ijtschelding
van straf ontvingen. In de beste orde liep dit feest
ten einde,zoo men althans een weinig beduidende
demonstratie der zoogenaamde nationalisten niet io
aanmerking neemt.
De gemeenteraad van Oost- eu West-Souburg
bei ft vergunning verleend aan dtn beer I. L. Grüber
te Utrecbt, tot bet leggen der rails toor den stoom
tram over het gedeelte weg dier gemeente, liggende
tusschen Middelburg en Vlissingru. Hierdoor is de
vereisebte aansluiting van beide laatstgenoemde ge
meenten verkregen, zoodat alsnu spoedig met de werk
zaamheden kan worden aangevangen.
Aieuwe concurrentie voor Scheveningenl De
badplaats Domburg op Walcheren gaat, als de plan
nen tot uitvoering komen, een schoone toekomst te
g-moet. Naar men meldt, moet door een Belgisch
bankier, die reeds zeven jaren geregeld eiken zomer
■ret zijn familie in die plaats doorbrengt, bet plan
zyn gevormd een leening te sluiten van vjjf miilioen,
teneinde de plaats door een rjj villa's ie omringen.
Een tramweg zou worden aangelegd naar Middelburg
en op die wijze een rustig en geriefelyk zomerverblijf
verkregen worden voor familiëu iu het Zuiden, die
de zeelucht wenscheu te genieten zonder de drukte
van groote badplaatsen te moeteD verdragen. Het
plan is mooi en grootscli genoeg, bjjna zouden wij
zeggen te grooisch om le kunnen slagen. (R. NU.)
Een alleraardigste vtrgissing is dezer dagen ge
maakt. Volgens beticht uil Parys zou er een nieuw
dichtwerk van lictor llugo lerecbynen en wel ouder
den titel van L'ane.
Voor velen was de keuze van zulk een titel door
Victor Hugo een raadsel en sommige bladen verdiep
ten zich al in beecbouwingen, wie toch die ezel wel
zou wezen. Tbans blijkt dat de titel moet zyn l'dme.
Dat een ziel in een ezel overgaat zou nog eenigszius
overeenkomen met een zekere onsterfelykheidsleer, maar
een ezel in een ziei is wel eene zeldzaamheid.
In een klein Bobeemech stadje beeft men den
Bybel gevonden, waarvan Luther gebruik heeft gemaakt
voor zijn Duitsche vertaling van de Schrift. De marges
van de bladzyden zyn vol aanteekeningen van zyn
hand. Volgens een Czeuhisch blad moet die Bybel
vroeger hebben toebehoord aan de Koninklyke Biblio
theek van Dresden, vanwaar zjj is overgegaan in han
den van deu dichter Franz Hoesdg, die bem aan den
tegenwoordigen bezitter moet hebben afgestaan. Men
verzekert, dat prof. Curtius, van de universiteit van
Leipzig, er 15,000 Marken voor biedt.
Nieuto middel tegen inbraak. C. Reinhardt te
Berlyn heeft een eenvoudig middel uitgedaoht om het
iubreken, zelfs het onbemerkt gedruischloos doorsnij
den van gordynen, teilen of dergelyke zwakke afslui
tingen oumogelyk te maken. Hjj bekleedt daartoe
beide zijdeo van eene dunne isoieerende stof, gutta
percha of caoutehoue-stof, desnoods zjjde, met een licht
geleidend weefsel, byv. fjjn metaalgaas, en brengt beide
van elkander geïsoleerde bekleedsels iu verbinding met
de polen eener galvanische battery, verbonden met
een wekker of eenig ander alarm-Bignaal. Zoodra nu