1880. N°. 93.
Zaterdag 7 Augustus.
6?
IF'a.teritreoih.t.
OFFICIEELE AIËDEHEELIVGEiV.
Eeu gewettigde prikkel?
ste
GOESCHI!
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en Vrijdagavond
uitgezonderd op feestdagen.
Prijs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, 1.76.
Afzo iderlijke nomwer» 6 ct. met bijblad lJ ct
courant.
Gewone ad verten tien worden a 10 ct. per regel geplaatst
Geboorte huwelijks- en doodberichten en dc daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen fan 1—8 regels a
Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels bedragende en contant betaald, 20 ct.
By directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prjjs slechts tweemaal berekend.
Agenten yoor het buitenland zijn: A. 8TEINER en HAASENSTEIN VOGLER, te Hamburg.
In ons land vervoege men zich voor Rotterdam aan het Algemeen Advertentiebureau van NIJGH YAN DITMAR en verder bij alle boekverkoopers en postdirecteuren.
Och, bleven velen in onz; dagen maar lang
kinderen, vol kinderlijke gevoelens, en laat het
ook zijn nu en dan met die kinderachtigheden,
welke dien leeftijd zoo eigen zijn
Ilildebrand's schildering heeft, Goddank! nog
niets van haar kracht verloren, en de zaligheden
van den jongenskiel zijn nog even onvervalscht
te genieten en worden gelukkig ook nog ge
noten als voorheen.
Zoo'n ferme jongen met linnen pak en linnen
pet, met oogen vol vuur en zakken vol van alles,
wat een jongenshart trektwie ziet hem niet
gaarne en wie kan hem aanschouwen zonder
hem te benijden
En een meisje, blozend en frischvol on
deugende wildheid, waarvoor moeders zoo bang
zijn, vol schalk8ehe fleemerij, waarmee zij vader's
hart kunnen stelen, met zoo'n koketterij die
oude vrijsters zoo gaarne en spoedig nesterigheid
noemen, maar die zooveel anderen inneemt, wie
slaat ze niet met welgevallen gade
Zoo ongedwongen, zoo vrij, zoo vroolijk, zoo
aardig ze te zien dartelen en spelen is een zeld
zaam genotrijk schouwspel voor hen, die liefde
gevoelen en hart bezitten voor het opkomende
geslacht.
Maar wie ze goed wil leeren kennen sla ze
vooral ongemerkt gade, zoo in hun eigen doen
en handelen, in hunne vrijheid en ongedwon
genheid. Licht ontdekt men een verkeerd trekje,
maar het moet al zeer erg wezen, wil het uw
gausche genot bederven. Zijn die stoutigheden
wel degelijk ernstig, men haaste zich ze te ver
beteren langs een weg, die moeielijk in het
algemeen is aantegeveu, maar zich wijzigt naar
de eigenaardigheden van het persoontje, wien
het geldt.
Elk kind vereiseht afzonderlijk studie. Is het
dan wonder, dat door gebrek aan tijd, door
veelheid van bemoeiingen door den drang der
dagelijksche zorgen en beslommeringen aan die
studie zoo weinig wordt gedaan en er dienten
gevolge zooveel wordt bedorven
Maar wie aan elk zijner kinderen wil en kan
wijden die zorgen, welke zij vereischeu, wachte
zich voor wat Lavater een der gevaarlijkste
vrome zonden in de opvoeding noemtde al
te angstvallige zorgvuldigheidom geen enkel
foutje bij eeu kind onopgemerkt te laten voor
bijgaan, de overdreven waakzaamheid, die hem
nimmer vrijheid laat elke onbezonnenheid
wil voorkomen iedere karakteristieke onderne
ming verhindert.
Zie, die overdreven zorg bederft eveneens
veel. Wanneer men kinderen te veel bindt, hun
geen oogenblik vrijheid gunt, steeds met een al
te waakzaam, al te zorgzaam oog achtervolgt
en niets dan vrees koestert dat een slechte trek
onopgemerkt blijve, dan maakt men van hen
zoo licht deftige persoontjes, die zich wringen
in een toilet, dat voor hen niet is gemaakt.
En de hemel beware ons voor zulke oude
mannetjes en vrouwtjes! Neen, hij schenke ons
met zooveel goede garen kinderen met ondeu
gende streken, maar geen slechte harten, kin
deren, die juist iu hun kinderlijk doen eu zeggen
wel eens ons oog of oor minder aangenaam
aandoen. Dan kunnen en zullen wij ze bestraffen
te strenger naarmate het eene herhaling geldt; maar
laat ons oppassen er geen gluipers van te maken,
door ze steeds te doen krommen onder onze al
te groote zorgzaamheid, en ze te willen bevei
ligen onder onze al te liefderijke hoede.
Kinderen moeten kinderen blijven, die vrij
en ongedwongen zich bewegen kunnen en on
gemerkt, om daardoor te kunnen laten zien wat
er in hun hart en hoofd omgaat.
Wil men speeltuinen oprichtenwij vinden
ze goed wanneer men daarmee slechts bedoelt
goede en veilige gelegenheden te openen die
in groote steden zoo moeielijk op den publieken
weg gevonden kunnen worden. Maar wil men
in die tuinen alles reglementeeren, de kinderen
langs kunstmatigen weg daarheen lokken om
ze reglementair te leeren spelen, en volgens
vaste regelen zich te leeren vermaken, dan zal
de ervaring ons duidelijk doen zien dat inen
op weg is de natuur te verkrachten.
Een hoop zand met wat water is menig kind
liever dan de schoonste tuin met de heerlijkste
speeltuigen. Wat het in den laatste niet doet,
zal het wel bij hst eerste verkrijgen het zal
daar kindergenot smaken.
Eu zoo blijft het natuurlijk vrij, zooals wij
het zoo gaarne zoo lang mogelijk houden. Want
helaas! iu den tegenwoordigen tijd trekken zij
toch al zoo spoedig die kinderkleederen uit, en
verloochenen vanzelf al reeds zoo haastig die
kindernatuur.
Wij, die nog zoo vaak met heimwee terug
denken aan dien gulden kindertijd, wij herin
neren het ons toch ook nog levendig dat wij hun
kerden naar liet oogenblik, dat onze kiel verdron
gen werd door een buis, en voor een opvolgerfje
werd bestemd, dat een lange jurk de kortere
verving.
Naar het grootere jaagden wij, zonder nog te
begrijpen dat het lioogere daarmee gepaard moest
gaan. Trouwens, wat wisten wij toen van den
ernst des levens Die doet zich spoedig genoeg,
soms al te spoedig gevoelen, en maakt ons het
ontwaken uit den zoeten droom van onbezorgd
heid, vrijheid en ongedwongenheid toch al akelig
genoeg.
Het hoogere was voor ons een onbegrijpelijk
woordwij wilden alleen groot schijnen, en
wezenlijk, dit hebben velen nog uit hunne kin
derjaren overgehouden. Wij wilden groote men-
schen zijn in manieren en in kleeren en die
ziekte is aanstekelijk niet alleen, maar wordt
steeds erger.
Wat slaan wij de handen in elkaar, wanneer
wij zooveel jongens, pas nog als kinderen ons
voorgesteld, heeren zien geworden en die aardige
meisjes dames met al de preutsche nuffigheid,
zoo dooiend voor naïveteit en lieftalligheid.
Dan is de verzuchting „och waren zij nog
kinderen gebleven l" zoo vaak oprecht en ge
wettigd, want de zucht tot het groote, die allen
bezielt, wordt voor zoovelen een stap op den
weg van verregaande pedanterie of onverdra-
gelijke naaperij.
Wanneer de lagere scholen zijn afgeloopen
en men tot de middelbare is genaderd dan
behoeft men niet lang te zoeken naar voorbeelden
van zulke uitersten. Hier begiut vaak die weg,
waarop zulke stappen worden gezet, omdat men
zich dan zoo gaarne wil haasten al het kin
derlijke atteschudden. En waarvoor Voor
eene denkbeeldige grootheid.
Doch wij, groote menschen, doen zoo dikwijls
hetzelfde, en zullen wij de jongeren daarom dan
hard vallen Het is niet goed wie zal dat
ontkennen Maar wij zeiven hebben de middelen
in ons bereik om de gevaarlijke zijde dier ijdel-
heid weg te nemen.
Wij wachten ons ervoor om door uitbun-
öigen lof aan het adres der jongelui die ijdel-
heid te voeden. Zoo menig jongmensch werd
bedorven voor zijn volgend leven omdat hij
bedwelmd werd door de overdreven loftuitingen,
die van alle kanten hem werden toegebracht.
Hij was 'een genie in het oog van hen, die
zijn dagelijkschen kriog vormden, en die niet
moede werden hem dit te zeggen of te doen
begrijpen. Maar toen hij buiten dien kring werd
geplaatst, bleek het hem spoedig dat men van
zijne genialiteit niet gediend bliefde, dat hij
onder dé genieën een heei, heel klein rolletje
vervulde of in het geheel niet thuis behoorde
en, verwend door de vroegere hulde, werd hij
terneergeslagen en verloor hij alle aansporing
om nog te trachten datgene te verkrijgen, wat
hem een wezenlijk genie kon doen zijn.
En men had dit tevens kunnen voorkomen
door hem, in plaats van hem te bewierooken,
te spreken over het hooge dat het groote, waar
naar hij jaagt, eischt. Hij geraakt dan wei op
een leeftijd om daarvan iets te begrijpen, en
den ernst ervan eenigszins te vatten.
En dat hoogere wordt niet bereikt door hem zich
zei ven te leeren overschatten, maar wel door hem
voorbeelden te laten zien van anderen, die nog
verder zijn. Is het dan geen gewettigde prik
kel, om den naijver ouder de leerlingen op te
wekken P Kan ook dit dan geen middel wezen
om pedanterie, door slechte bewonderaars op
gewekt, tegen te gaan?
Ous dunkt ja. Er zijn toch al genoeg on
bezonnen ouders niet onbezonnen uit slecht
heid, inaar uit overdreven liefde, die slecht kan
worden en nabestaanden die mild zijn met
de wierookkwast, dat er wel eens zulk een middel
mag gebezigd worden om den wierookwalm ter
neer te slaan.
En of die prikkel goed werkt Wij weten
dit uit ervaring, als wij denken aan de lagere
scholen, wanneer andere leerlingen verder zijn
en kunnen deelnemeti aan schoolfeesten. Het
is waar, de lust tot feesten speelt een rol, maar
men telle de macht der eerzucht ook niet gering.
Zoo is het inet de examens die in het open
baar worden gehouden, zoo is liet met de open
lijke bekendmakingen van den uitslag der over-
gangs-examens aau de hoogere burgerscholen.
Allen oefenen een gevvettigden invloed uit om
ijdeltuiten binnen de perken te houden en niet-
ijveiigen, gedreven door den prikkel van den
naijver, tot ijver aan te sporen.
Wij h bben reeds eenigen tijd gemeend een
en ander in liet midden te moeten brengen ter
verdediging van het Goesche college van bur
gemeester en wethouders.
Het Rolterdamsch Nieuwsblad maakte onlangs
ons dagtlijkseh bestuur een verwijt van zijne
publicatie der overgangs-examens aan de in
richtingen voor middelbaar onderwijs.
Wij zijn het met de redactie van dat blad
eens, waar zij opkomt tegen overdreven titula
tuur, waardoor zooals zij door een voorbeeld
uit Goriucliem aanhaalt de jongelui te veel
in de hoogte worden gestoken. Zij zal uit het
bovenstaande begrijpen, hoe wij ook alle over
dreven loftuitingen of ophemelingen ten sterkste
afkeuren, omdat zij de hoofden op hol brengen,
maar dit kan niet van de bewuste publicatie
gelden.
De uitslag dier examens wordt toch in het
openbaar bekend gemaakt iu de scholen; de
betrokken leerlingen weten reeds voldoende hoe
het met hen zeiven staat, e.i in eene kleine
gemeente is dit toch reeds spoedig genoeg publiek
domein geworden. Zij moge dan onnoodig kun
nen heeten, schadelijk achten wij die publiek-
making niet, want de bijzonderheden omtrent
het voorwaardelijke of den graad, waarmee de
leerlingen overgingen, kan voor velen van het
publiek een vingerwijzing wezen om voorzich
tig te zijn met hunne bewondering.
Naijver zal het opwekken, dat is mogelijk,
maar dit is juist een gunstige zi jde van dezen maat
regel. En de voorbeelden van droefgeestigheid
of moedeloosheid bij de leerlingen, die achter
bleven,zijn waarlijk zoovele niet om daarvoordien
prikkel weg te nemen, en zullen door het nalaten
der publiciteit in iedergeval toch niet verminderen.
Men zou dan vele belooningen, alle school
feesten tevens kunnen achterwege houden.
Neen, ook aan den anderen kant is overdrijving
mogelijkzich daarvoor te wachten is zeker
even gewenscht in het belang van het groote
doel, dat wij beoogden met liet schrijven van
bovenstaandehet vormen van flinke jongens
en meisjes, degelijke mannen en vrouwen.
En hieraan denke vooral de redactie van het
Rotterdamsche blad, dat de bedoelde publicatie
in ieder geval meewerken kan om bij het publiek
de belangstelling gaande te houden aan inrich
tingen van onderwijs, die van zulk onschatbaar
nut zijn ook ter bereiking van dat doel.
De BURGEMEESTER, van GOE3 brengt bij deze
ter kennis van een ieder, wiea het aanga it, dat het
primitief derde gedeelte kohier vaa h ;t PATENT
RECHT voor deze gemeeute, voor het dienstj lar 1880
1881, op heden ter invordering is gesteld in handen
van den ontvanger dier belastingen binnen deze ge
meente en ieder verplicht is zijnen aanslag ten ge
stelde tijde te voldoen.
Goes, den 6 Augustus 1880.
De Burgemeester voornoemd.
J. De WITT HAMER.
De Minister van Binnenlandacho Zaken brengt ter
algemeene kennis.- a dat in Sept. of Oct. e. k. gelegenheid
zal worden gegeven tot het leveren van voldoende
bewijzen van genoegzame voorbereiding tot de beoe
fening der natuurkundige wetenschappen, om te worden
toegelaten tot het eerste natuurkundige examen;
b. dat in den loop van Sept., Oct., Aiov. en Dec. e k.
gelegenheid zal worden gegeven tot het afleggen van
de pract. examens van arts en tandmeesteren
c. dat in September of October e. k. gelegenheid zal
worden gegeven tot het afliggen van de practische
examens van apotheker.
Voor een en ander zie men verder de Staatscou
rant van Vrijdag 6 Aug.
Benoemd tot adjudant bij het korps de le luite
nant G. J Van Deinse van het 3e regiment infanterie,
en tot instructeur bij den wetenschappelijken cursus
van het instructie-bataljon de 2e luitenant L. A. H.
Anemaet, van het 6j regimeut inlauterie.
GOES, 6 Augustus 1380.
Gedeputeerde Staten van Zeeland hebben
in de plaats van den oulangs overleden a Ijunct-
commies H. De Jongh tot eersten klerk, chef
van het bureau van expeditie ter provinciale
griffie, benoemd den heer J. Goelhils. Tot bui
tengewoon beambte ie benoemd de heer J. Ph.
llmer. Aan eenige ambtenaren ter griffie is
verhooging hunner jaarwedde toegekend.
Wijl de heer 1. D. Fransen Van de Putle
tot lid der Eerste Kamer is gekozen, moet er
ter vervulling zijner p'aate iu de Tweede Ka
mer eene verkiezing plaats hebben in het hoofd
kiesdistrict Hoorn, die is bepaald op Dinsdag
31 Augustus e. k., en da herstemming, zoo
noodig, den 14 September.
Het nieuwe gebouw der Kwieksdiool voor
Zeevaart te Amsterdam i3 Donderdag plechtig
ingewijd in tegenwoordigheid v-iu de Ministers
van Binnenl. Zaken eu va i Waterstaat, den
Commissaris des Konings in Noord-Holland,
het dagelijkseh bestuur van Amsterdam en vele
andere voorname persenen. De heer Hartsnh,
president-commissaris, schetste in eene rede de
geschiedenis en het liedea der school. De vice-
admiraal Fabius voerde n t-neas de oud kwee-
kelingen het woord.
KERKELIJKE ZAKEN ONDERWIJS.
Pater Beclcx, het hoofd der Jezuïetenorde, heeft
dezer dagen den 50en gedeukdag van zjjn wjjdiog
als geestelijke gevierd.
Te Vlissiugcn is benoemd lot hoofdo iderwjjzar
aan de school voor Cariatelyk Nationaal onderwijs
de heer II. Merckem, vroegst onderwijzer te Culem-
borg en Deventer, laatstelijk in particuliere betrek
king. (M. Ct.)
De vijftiende algemeens vergadering der Ver-
eenigiug vau leeraren aan inrichtingen van midd-ltiaar
onderwijs zal worden gehou leu op 27, 23 en 29
Augustus 1880, te Amsterdam.
Da punten van behandeling voor de algematne ver
gadering zijn de volgende:
1. Over da weuscbeljjkheid en mogelijkheid van
het brengen van meer gelijkvormigheid in de pro
gramma's der II. B. Scholen. (Praead ies van dr.
F. Gr. Ccronemrn.)
2. De toelatingsexamens tot de H. B. Scholen.
(Praead«ies van di Commissie uit het Noordir-depar-
tement
3. De wet tot regeling van het onderwjjs aan de
Koninklijke Militaire Academie met haren invloed op
het middelbaar onderwijs, (Praeadvies van den heer
J. Van Dam Pan Isselt.)
4. Het weiiBchelyke tn uitvoerbare van classicaal
teekenonderwys op de middelbire school. (Iu te lei-
d n door den heer K. Bes).