1880. N°. 44.
Dinsdag 13 April.
67ste Jaargang.
De Oude Jongeheer.
Bij deze courant behoort een bijvoegsel,
Eind-examen Burgeravondschool.
Bergplaats van huiden en vellen.
Belasting op de Honden.
MENGELWERK.
(ISri)KÉ MAUBEKT.)
OFFICIEELE MEDEDEEL1NGEN.
GOES, 12 April 1880.
GOESCHE
1>« aHgave dezer Courant geschiedt Maahdag-, Woensdag- en Vrijdagavond,
uitgezonderd op feestdagen.
Prijs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, 1.76.
Afzonderlijke aommer» 5 ct. met bijblad 10 ct.
COURANT.
Gewone advcitentiën worden f. 10 ct. per regel geplaatst.
Geboorte- huwelijk;-- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen ran 18 regels a ,1.
Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels bedragende en contant betaald, 20 ct.
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prjjs slechts tweemaal berekend.
Agenten voor het buitenland zijn A. STEINER en HAASENSTEIN VOGLER, te Hamburg.
In ons land vervoege men zich voor Rotterdam aan bet Algemeen Advertentiebureau vsft NTJGH VAN DITMAR en verder bij alle boekverkoopers en postdirecteuren.
bevattende het verslag der openbare raadsver
gadering, Vrijdag 11. te Goes gehouden.
Dit bijvoegsel werd Zaterdag reeds in onze
gemeente bezorgd.)
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES
brengen ter openbare kennis, dat het EINL)-LXAMEN
AAN DE BURGERAVviNDSCHOOL zal gehouden wor
den, wat het mondeling gedeelte betreft, op Woensdag
den 14 April, aanvangende des morgens te 9 uren en
dat dit examen door belangstellenden kan worden bij
gewoond.
Goes, den 10 April 1880.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. G. DE WITT HAMER.
De Secretaris,
HART MAN.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES
brengen ter openbare kennis, dat door hun college in
de vergadering van 27 Maart jl. vergunning is verleend
aan M. N. ARENTZ voor de inrichting van eene berg
plaats van huiden en vellen in het perceel wijk E
no. 119 in de Voorstad alhier.
Geschiedende daarvan aankondiging ingevolge art.
8 der wet van 2 Juni 1875 (Stbi. no. 95.)
Goes, den 10 April 1880.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. G. DE WITT HAMER.
De Secretaris.
HARTMAN.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES
brengen ter openbare kennis, dat het voljaars-kohier
der belasting op de honden over 188Ü door den ge
meenteraad in zijne vergadering van gisteren is vast
gesteld, en andermaal gedurende acht dagen, van Maan
dag uen 12 tot en met Maandag den 19 April a. s.,
op de werkdagen ter Secretarie ter visie zal liggen,
kunnende belanghebbenden tegen bunnen aanslag bij
Gedeputeerde Staten in beroep komen met een be
zwaarschrift, op ongezegeld papier geschreven.
Goes, den 10 April 1880.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. G. DE WITT HAMER.
De Secretaris,
hartman.
4)
Naar het Fransch van George Vautier, door
J. O. S.
Men deed zijn best mijne opvoeding te voltooien,
maar ik was vreeselgk onhandig; als Gabriel mij
met mijne linkschheid plaagde, had Margreet steeds
een woordje om mijne onhandigheid te vergoêlijken.
Wel honderd keer achter elkaar had ik eene lomp
heid willen begaan, om haar stem, die mij als
muziek iu de ooien klonk, te hooien, wanneer ze
mijne onhandigheid verontschuldigde.
Aan vertrekken had ik niet gedacht, ware het
niet dat oom Florimont eensklaps binnen was ge
komen hjj had zich ongerust gemaakt, toen
ik op den gewonen bedtijd nog niet terug
wasen kwam mij dus halen. Men was ui
terst beleefd jegens hem, doch hij nam mij meê.
Ik volgde hem met gebogen hoofd, beschaamd op
mjjn leeftijd als een. kwajongen behandeld te wor
den en spijtig dat deze dagwaarop een nieuw
leven zich voor mij geouend bad, voorbij was.
De dagen, die nu volgden, waren nog vervelender
dan vroeger; het huis leek mij somberder toe, de
uren schenen nog langer te duren. Ik zou ten
prooi eener zwaarmoedigheid, welke zich reeds van
mij meester gemaakt had, gebleven zijn, ware het
niet dat ik eenige keeren per dag Margreet aan
haar venster zag. Ik bespiedde haar met eene
koortsachtige drift; iedere maal, dat zij zich ver
toonde, bracht een zonnestraal in het graf, waarvan
de steen, éen oogenblik opgeheven, weêr zwaar op
mij terugviel. Soms overviel mij de dwaze lust
tot zingen, dansen of luidkeels te lachen. Ik ver
geleek mijn leven bij dat mijner nieuwe vrienden
en ik zei tot mezelf, dat ik ook in die opwekkende
vrooljjkheid had kunnen leven en dat ik, als ieder
ander, levenslustig en onbezorgd had kunnen zijn....
Gabriel herhaalde zijne bezoeken en wij vatten
eene ware vrieudschap voor elkander op. Hij had
Z. M. heeft verlof verleend tot het aannemen en
dragen der onderscheidingteekenen van kommandeur
le kl. der orde van de Poolster van Zweden en Noor
wegen en der orde van den Danebrog van Denemar
ken aan jhr. mr. A P. C Van Karnebeek, te Middelburg.
De St. Ct. bevat de statuten van de vereeniging
Zondagsschoolvereeniging Eben Haëzerte Yerseke.
Voor de betrekking van surnumerair bij het vak
der posterijen, waartoe, ter deelneming aan het in de
maand Mei a. s. te houden vergelijkend onderzoek
candidaten worden opgeroepenwaren aanvankelijk
twaalf plaatsen ter vervulling opengesteld.
Met het oog op de behoefte van den dienst wordt
het getal der te vervullen plaatsen op achttien bepaald.
De Commissaris des Konings in Zeeland
heeft zich Zaterdagmorgen naar Yerseke be
geven om zich te doen voorlichten omtrent de
belangen van de oestercultuur en daartoe een
bezoek gebracht aan de oesterputten van ver
schillende eigenaren. Nen A. v. B.op Z.)
Op het door den raad van Ter Neuzen
aan Gedeputeerde Staten van Zeeland ingediend
adres om da provinciale stoomboot, welke des
namiddags te 3 uren uit Vlissingen vertrekt,
in verbinding te brengen met den trein die
te 3 u. 5 m. aldaar aankomt, is afwzend be
schikt. (M. Ct
Middelburg. In de 3e serie der geld-
leening van den polder Walcheren (groot
ƒ165,000), ten bedrage van ƒ55,000, is voor
niet minder dan 1,455,000 ingeschreven. Bij
loting zijn toegewezen aan de heeren: Van
Heel Sr Co te Goes, 11; L. E. Flendrikse, al
hier, 6; P. Akkerman, alhier, 5; L. K. J.
Van Cooth, Amsterdam, 5 J. B. W'esterwoud
Sf Zcon, Amsterdam, 5J. Van der Linde,
Amsterdam, 3; de overige verdeeld met 2 en
1 aandeel over verschillende personen.
Het Vaderl. schrijftHet wetsontwerp
tot verzekering van de uitvoering der school
wet waar blijft toch het Kon. Besluit, waarbij
nu ook, daar zijne studies voleindigd waren, de
school van den heer Ouvrard verlaten. Zijn vroo-
lijk gestel kon zich met mjjne eenzaamheid niet
vereenigenhij vond die ondragelijk en schepte
vermaak in de eigenaardigheden mijner opvoeding
en in het bewustzijn hoeveel hij op mij voorhad.
Hij vertelde mij van zijne genoegens, van de
zaken die hem bijzonder ter harte gingen en zijne
kleine minnaiijtjes j hjj reciteerde verzen van dich
ters, die hem in vuur brachten. Ik kende slechts
de klassieke schrijvers, wier werken de bibliotheek
van oom Florimont versierden hij leende mij de
helft van zijne verzameling en ik bracht al mijn
tijd zoek met die boeken te verslinden, wier in
houd zoo geheel anders tot mij sprak dan die,
waaraan men mij gewend had. Zij wekten gevoe
lens bij mij op, die tot nu toe gesluimerd hadden
en ongekende aandoeningen maakten zich van mij
meester. Ben geheel nieuwe wereld opende zich
voor mij. Het leven, dat mij nog niet anders
bekend was dan gehuld in een donker en somber
waas, in een soort van schemering, vertoonde zich
nu in een hel schitterend licht, dat mij verblindde.
Ik had visioenen, die mij als 't ware bedwelmden; op
den voorgrond stond de liefdeen allerlei dwaasbeden
kwamen in mij op. Een soort noorderlicht verhel
derde plotseling den nacht, waarin men mij gehou
den had. Men merkte al spoedig de verandering
op, die in mij plaats greep. De oude luitjes, met
wie ik woonde, zagen in het leven niets dan het
eenvoudige, doodende proza; eerst verdedigde
ik vol vuur mijne ontboezemingen tegen hun
ne wjjsgeerige levensbeschouwingenmaar oom
Florimont wierp mjjne lievelingstheorieën zon
der eenig medeljjden omver, mij netjes vertellende
dat dichters dweepeis zijn, die alles verkeerd be-
oordeelen, of kwakzalvers, die op de menscheljjke
domheid speculeeren. Hjj zeide mjj in zijne hooge
wjjsheid, dat de genegenheid, miskend als ze altijd
wordt, een soort van bedrog is; dat het dwaas
is grootheid en rechtvaardigheid na te jagen, die
overal te strjjden hebben met kleingeestigheden
en aanhoudende onaangenaamheden; verder dat de
liefde een aardig onderwerp is Voor versjes en
rjjmpjes en dat men er zich voor wachten moet
tie dag der invoering wordt bepaald? is reeds
sinds eenige dagen van den Raad van State
terug en kan dus eerstdaags bij de Tweede
Kamer inkomen.
Nader vernemen wij, dat de traktementen
voor de inspecteurs vullen worden vastgesteld
op f 3500, die voor de districtschoolopzieners
op f 2500.
Naar aanleiding van het verschenen af-
deelings-verslag der Tweede Kamer over de
outwerp-rentebelasting, schrijft het Dagblad het
navolgende, dat zeker niet ongegrond mag
heeten;
Het is een stuk van 43 folio pag. druks.
Wij geven een beknopt overzicht van den
inhoud oudei »Staten-Generaal." Volledig kan
dat niet zijn voor eenige courant, die haar
plaatsruimte voor nog iets anders noodig beeft.
Maar de omvang van het stuk geeft ons recht
om tweeërlei te beweren lo. dat de Tweede
Kamer feitelijk de publiciteit belemmert2o. dat
zij meer en meer gaat werken pour le roi de
Prusse. Het taaiste geduld van ons Neder-
landsch, d i. niet politiek publiek, is er niet
tegen bestand zulke breed uitgeplozen stukken
te doorworstelen, en de overgroots meerder
heid begint er zelfs niet aan. Voor de cou
ranten is 't, zooals wij zeiden, onbegonnen
werk (het stuk zon minstens 24 kolom com-
pressen drnk van het Dagblad beslaan Ergo
bljjft het proza van de Tweede Kamer per slot
van rekening ongelezen. Daarentegen zou een
beknopt, zakeljjk rapport belangstelling vinden.
Waarom hier met en elders well Maar in welk
land neem Engeland, neem België, neem
Frankrijk, neem Duitschland ziet umn dan
ook over eenig wetsontwerp van belang (en
dat nog wel een, welks beginsel meermalen
uitvoerig is behandeld) zulke onleesbare en
ongelezen blijvende folianten verschenen? Waar
vindt men ze ooit vermeld in de groote Euro-
peesche pers van andere landen
En 't ergste nog is: door al die bootnen
als voor den dorschvlegel, die al de smarten en
misleidingen der wereld bjj zich draagt. Toen ik
Gabriel vertelde, waarmede ik te worstelen had,
vierde hjj zijn spotlust bot. Het beviel mij niet
met zoo weinig eerbied te hooren spreken over
hen, die mij als kind aangenomen hadden en voor
wie ik een onbegrensd respect had in mjjne schat
ting daalden daardoor de dichters. Zoo langza
merhand kwam ik tot kalmte; de horizon werd
weder in een nevel gebuid en kreeg zijn grauwe
kleur terug, zooals ik hem altjjd gekend had.
Ik was nu twintig jaar; wat leeftijd en gestalte
betrof een man, maar het leven kende ik ternau
wernood. De lessen, die men mjj in mijn jeugd
gegeven had, hadden die begeerte niet bp mij op
gewekt en ik leefde zeer kalm zonder mij te be
klagen, op de toekomst vertrouwende zonder be
paald eenige hoop te koesteren. Die hoop zou
waarsehijnljjk verwezenlijkt zijn gewordenzoo
Gabriel bjj mij gebleven was, maar Gabriel vertrok
met pak en zak om den Italiaansehen oorlog mede
te maken. Toen de eerste geruchten van den oor
log weèi klonken, kwam hjj, met een glinsterend
oog en een koortsachtigen gloed op de wangen, naar
mij toe en zeide: kom, ga met mjj meê, oude jon
geheer! Wjj komen dan samen in 't zelfde bataljon,
naast elkander
Taute Clarisse slaakte een vreeseljjken gil, toen
ik haar ons plan vertelde; vier-en-twintig uren
achtereen deed zij niets dan snikken en smeekte
mjj haar deze smart op haar ouden dag te besparen.
Oom Florimont sprak er mij met den grootsten ernst
over. Ik pleitte zooveel ik kon, maar mjjne jeug
dige welbespraaktheid stuitte op bem af als op
een rots.
Groote idee's als oorlog en vrijheid vonden geen
ingang meer iu zjjn ongevoelig hart en na getuige
te zjjn geweest van al de grootsch» gebeurtenissen,
die stof hebben gegeven tot krijgszangen en helden
dichten, zag hjj er niets anders in dan de wreedste
misleidingen der menschheid. Zjjne vermaningen
deden mjjn jjver bekoelen; de tranen van tante
Clarisse déden de rest. Ik moet eerlijk zjjn en
zeggen, dat zij mij in den waan brachten dat ik
mjj, zonder dut het nu diiect noodig was. opofferde.
ziet men 't bosch niet eens. Dat wil zeggen,
dat men a dien ondankbaren arbeid, waaraan
zooveel tijd is besteed, te nauwernoid leert
kennen, hoe de opinie van de Kamer is over
de rentebelasting. Wie bekommert zich dan
nog om znlke stukken?"
De staats-commissio tot voorbereiding der
herziening van het Burgerlijk Wetboek is Za
terdag door deu Minister van justitiein 't
gebouw van den Hoogen ltaad, geïnstalleerd.
De N. Rott. Ct. verneemt dat, behalve
de gewone voor- en najaarsopname van het
Zeegat aan den Hoek van Holland, de hydro-
graphisehe werkzaamheden gedurende dit jaar
bestaai zullen in een ondeizoek der banken
in zee, dwars van de zeegaten van Brouwers
haven en Terschelling.
Aan dr. N. B. Donkersloot, sedert 1 April
jl. op zjjn verzoek eervol ontslagen als genees
heer aan het geneeskundig gesticht voor krank
zinnigen te Dordrecht, is door regenten van
genoemd gest'cht een prachtige met zilver ge
monteerde kristallen beker metin'criptie vereerd.
Dr Donkersloot zal zich voortaan wijden aan
de consultieve praktijk in ziels- en zenuw
ziekten en zich te 's-Hage vestigen.
Ter voorkoming van sluikhandel heeft
de Minister van Financiën in Pruisen bepaald,
dat de conlr'óle over 't vervoer van tabak en
tabaksfabricaten in de aan ons land en Bel
gië grenzende districten, tot hiertoe beperkt
tot hoeveelheden van meer dan 50 kilograat,
voortaan tot 10 kilogram zal afdalen.
KERKELIJKE ZAKEN ONDERWIJS.
's-Heeb Hendrikskindere.v. Ds. K,J. Krom, die
ook een beroep naar Valkenswaa-d ontving, heeft dat
naar Hilvarenbeek aangenomen.
Üs 3. G. Geertsema Beckering, bevorens p ed,
te Cats, Kleve sterke en nu laatst te Hippolitushoef
c. a., is den 4 dezer te Hoorn op Terschelling be
vestigd doords. W. J. /Pouters, pred. te Midsland, met
Mare. 16 164, en deed inirede met Matth. 10 32—33.
Na twee dagen been en weêr geslingerd te zjjn
zei ik tot Gabriel vast besloten te zjjn om te
huis te blijven.
Hjj antwoordde niets, maar ik gevoelde dat hij
mij strak aankeek en ik schaamde mij. Hij ver
trok alleen. Ik was gewoon onze buren vaak te
bezoekenmen las er hardop de brieven voor., dia
hij uit Italië zond, waarin bij zijn eerste optreden
in 't regiment beschreef, het gevoel bij :t eerste
schot dat hjj loste, de bedwelming van den strijd,
de vreugde der overwinning. Ik zag in stilte en niet
zonder eenigen spijt hoe Margreet oplettend en
angstig naar het voorlezen dier brieven, die haar
veel belang inboezemden, luisterde. Soms kwam
bet mij voor, alsof bare groote blauwe oogen mij
de reden vroegen, waarom ik mij van die roemvolle
avonturen zoover verwjjderd had gehouden en ik
maakte me dan boos op de kleingeestigheid van
hen, wier raadgevingen mjj teruggehouden hadden
en op mjjne eigene zwakheid. In mjjn slaap werd
ik steeds door dioomen gekweld waarin ik, als een
held uit de oude tijden, geheel in jjzer gedost,
met het zwaard in de hand Margreet bemachtigde,
terwjjl ik de Oosteni jjksche bataljons die haar
verdedigden en die mij om mjjne lafheid bespotten,
uiteendreef.
De oorlog liep ten einde. Gabriel, die na den
slag van Solferino het eerekruis verkregen had,
werd iu garnizoen naar eene stad in 't zuiden
gezouuen zijne brieven werden zeldzamer en zij
vielen van de hoogte der heroïsche poëzie in de.
diepste diepten van liet dagelijksche proza. Men
las ze niet meer voor. Margreet werd opnieuw
met mij, zooals zij altijd geweest was en onze
liefde nam langzaam, geregeld en kalm toe. Ik
kon volstrekt niet meer aan mijne gevoelens twij
felen, noch omtrent de hare in onzekerheid zjjn,
ofschoon nog geene verklaring op den ouderlingen
band, die ons vereenigde, een helder licht Lad ge
worpen. Mijne verlegenheid was oorzaak, dat ik
my met die stille verhouding wonderwel tevreden
stelde. Zoo bleet het verscbeideue jaren ik was
gelukkig iu mijne liefde en verlangde geen ander
geluk. (.nvt VTvo'gd