1879. N°. 110.
Donderdag 18 September.
G()sl" Jaargang.
DE PITIÜill,
FEUILLETON
Zij, die zich tegen 1 October op de
Goesche Courant abonneeren, ontvangen
de nommers tot dien tijdte beginnen met
dat, waarin het feuilleton DE PETEMOEI
aanvangtKOSTELOOS.
Ministerie van Waterstaat, Handel
en Nijverheid.
RIJKS-WATERSTAAT.
Aanbesteding
Hoofdelijke Omslag.
Relasting op de Honden.
OFFICIËELE MEI)EI)EEI1\GE\.
GOES, 17 September 1879.
GOESUHE
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en Vrijdagavond,
uitgezonderd op feestdagen.
Prijs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, 1.76.
Afzonderlijke nommers 6 ct., met bijblad 10 ct.
COURANT.
Gewone advertentiën worden a 10 ct. per regel geplaatst,,.
Geboorte- huwelijks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen ran 18 regels a 1.
Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels bedragende en contant betaald, 20 ct.
By directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prjjs slechts tweemaal berekend.
Agenten voor het buitenland zijn: A. STEENER en HAASENSTEIN VOGLER, te Hamburg.
In ons land vervoege men zich voor Rotterdam aan het Algemeen Advertentiebureau van NTJGH VAN DITMAR en verder bij alle boekverkoopers en postdirecteuren.
PROVINCIE ZEELAND.
Op Vrijdag 26 September 1879.,
des voormiddags te 10 uren, zal, onder nadere goed
keuring, door den Commissaris des Konings in de
Srovincie Zeeland, of, bij zijne afwezigheid, door een
er leden van de Gedeputeerde Staten, en in bijzijn
van den Hoofdingenieur van den Waterstaat in het 11e
district, aan het gebouw van het Provinciaal Bestuur
te Middelburg, worden aanbesteed
liet malten en inhangen van een paar Sluis
deuren en uitvoering van Ujbehoorende wer
ken voor bet banaal van Ter Neuzen.
Earning f 5705.)
Deze aanbesteding zal geschieden bij enkele inschrij
ving, volgens f 441 der Algemeene Voorschriften.
Het bestek no. 199 ligt ter lezing aan het gebouw van
het Ministerie van Waterstaat, Handel en Nijverheid, aan
dat van het Provinciaal Bestuur van Zeeland, te Mid
delburg, en is voorts op franco aanvrage, tegen betaling
der kosten, te bekomen bij den boekhandelaar M. Nij-
hoef, Nobelstraat no. 18 te 's.Gravenhage, en door zijne
tusschenkomst in de voornaamste gemeenten des Rijks.
Op 20 en 22 September 1879 worat de noodige aan
wijzing op de plaats gedaan; voorts zijn nadere in
lichtingen te bekomen bij den Hoofdingenieur van
den Waterstaat te Middelburg en bij den Ingenieur
van den Waterstaat te Ter Neuzen.
's-Geavenhage, 23 Augustus 1879.
Voor den Minister,
De Secretaris-Generaal,
BOOGAARD.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES
brengen ter kennis van belanghebbenden, dat het le Sup*
pletoir kohier van den Hoofdelijken Omslag voor 1879
door heeren Gedeputeerde Staten van Zeeland, bij hun
besluit van 12 September jl. no. 39, goedgekeurd en op
heden aan den Ontvanger ter invordering uitgereikt
is, zoodat ieder aangeslagene verplicht is zijn aan-
6)
Naar het Pransch van Geohge Vautier
door J. O. S.
Jan Vineux was niet voldaan, 't geen hem echter
niet verhinderde op den dag, waarop Jacob bjj een
wedstrijd, door eene letterkundige vereeniging uit
geschreven, bekroond werd, eenige flesschen ouden
wjjn te ontkurken. Terwijl buren en vrienden een
vriendschappelijk glas samen dronken, sprak men
natnurljjk over alle bekende luitjes wat zou men
ook in een klein stadje moeten doen, als men zich
niet met zjjn naaste bemoeide? Hebt ge 'tal
gehoord? Mejuffrouw Claudinede dochter van
den dokter, wordt eene rijke erfgenamede broeder
van wijlen vader Perron is gestorven in den vreemde,
nadat hij ongeveer twintig jaar op zjjn erfenis heeft
laten wachten.
Dat is waarik herinner me dat, toen de
dokter met de dochter van den ouden Perron
trouwde, zij reeds als de erfgename bekend stond
al de jongelui maakten baar het hof.
Het schjjnt, dat hij veel meer nalaat dan men
gedacht had. Ge kunt begrijpen hoe mevrouw
Plevier in baar schik isReeds lang loerde zjj
op die erfenis en zij doet alles wat zjj kan, sedert
den dood van den dokter, om een huwelijk tus-
schen juffrouw Claudine en dat uilskuiken haar
oudsten zoon tot stand te brengen.
Ik weet bet, maar men verzekerde mjj dat
de kleine er geen zin in heeftonder ons gezegd,
heeft ze veel van een gevangene tusschen twee
veldwachters.
Mevrouw Pivier is er de vrouw niet naar om
zich door een jong meisje de wet te laten voor-
schrijven, en 't geen zij besloten heeft moet toch
ten laatste altijd gebeuren
slag ten gestelden tijde te voldoen.
Goes, den 16 September 1879-
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. G. DE WITT HAMER.
De Secretaris,
HARTMAN.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES
brengen ter kennis van belanghebbenden, dat het Sup
pletoir kohier der BELASTING OP DE HONDEN over
1879 door heeren Gedeputeerde Staten van Zeekind,
bij hun besluit van den 12 September 1879 no. 40, is
goedgekeurd en op heden aan den gemeente-ontvanger
ter invordering uitgereikt, zoodat ieder aangeslagene
zijn aanslag ten gestelden tijde zal moeten voldoen.
Goes, den 16 September 1879.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. G. De WITT HAMER.
De Secretaris,
HARTMAN.
In November a. s. zal een vergelijkend onderzoek
plaats hebben van adspiranten voor de betrekking van
surnumerair bij het vak der posterijen, waartoe acht
plaatsen ter vervulling worden opengesteld. De St..Ct.
bevat de nadere bijzonderheden.
De atoombootdienst Vlake-Walsoorden
schjjnt reeds bjj den aanvang met moeielijk-
heden te kampen te hebben, voornamelijk wat
betreft de passagiers van Hans weert naar Wals
oorden men verneemt toch, dat de pachter
van het overzetveer HansweertWalsoorden,
overeenkomstig art. 10 van het reglement op
de overzetveeren in Zeeland, Maandag tegen
den gezagvoerder der stoomboot proces-verbaal
heeft laten opmaken wegens het te Hansweert
aan boord nemen en overbrengen naar Wals
oorden van twee reizigers. Zjjn wij wel in
gelicht, dan bestaat bij genoemden pachter het
voornemen e 1 k vervoer van passagiers of goe
deren, ingenomen te Hansweert, bjj proces
verbaal te doen constateeren.
Omtrent den nieuwbenoemden Commis
saris des Konings in onze provincie schrjjft de
Middelburgsche Courant
>Onze bekendheid met den benoemde be-
Niemand merkte de doodeljjke bleekheid van Jacob
op, die stil toehoorde, met neergeslagen oogen trek
kende aan de vlashaartjes, die op zjjn bovenlip een
zwarte schaduw afteekenden, noch de sombere af
getrokkenheid, die hem, gedurende de rest van den
avond, verhinderde aan bet gesprek deel te nemen.
Zjjne zwaarmoedigheid nam de volgende dagen
steeds toe. I)en volgenden Zondag ging bjj niet naai
de groote mis en twee weken achtereen vermeed
hij de straten der stad, maar stelde zich tevreden
met het maken van eenzame wandelingen buiten.
Deze uitingen van Daargeestigheid namen plotse
ling een eindeop een morgen bracht de brieven
besteller hem een brief, waarvan bet adres met
een kleine, nette letter geschreven washij beefde
toen bjj hem <.psnmaakte, las hem en uitte een
kreet van vreugde.
Wat is er vroeg Jan Vineux. Heb je weel
een prijs gekregen
Neen, niets
Hjj liep weg en verliet dien dag zijne kaïner
niet meer, waar men hem driftig heen en weêr
hoorde stappen; toen het donker werd, ging hjj
uit, zonder te willen zeggen waarheen. Deze ge
heimzinnige tochten hadden dikwijls plaats. Jan
Vineux bad het te druk met zjjn herberg om veel
acht te slaan op het doen en laten van het jonge
mensch maar het duurde niet lang of hjj hoorde
er van spreken. In kleine plaatsjes blijft niets
verborgen men fluisterde hem in 't oor dat Jacob
de meeste avonden van de week, tegen den nacht,
rond de fabriek van mevrouw Pivier sloop. De
buren hadden op de loer gelegen om te trachten
achter zjjn geheim te komen, doch 't was hun
niet gelukt; zjj wisten er zooveel van dat zjj vrij
zeker waren, dat bjj op juffrouw Claudine verliefd
was en dat hij met haar geheime bjjeenkomstjes
had. Jan Vineux begon zjjn wenkbrauwen te
fronsen, doch toen hjj er over nadacht, kwam hjj
tot het inzicht dat eenhuweljjk met de erfgename
een beste zaak zou zijn, en dus plaagde hjj er Jacob
paalt zich tot de wetenschap, dat hjj iemand
is van middelbaren leeftijd en aan de hooge-
school te Utrecht in de rechten gestudeerd
heeft, waar hij in 1861 promoveerde op eene
dissertatieOver de deelbaarheid der verbin
tenissen in ons burgerlijk recht. In 1864 ver
scheen nog van zjjne hand een vlugschrift
Ter toelichting van de Luxemburgsche quaestie..
In Juni 1861 trad hg in de diplomatieke loop
baan, door zjjne benoeming tot attaché bjj het
ministerie van bnitenlandsche zaken. Io 1865
werd hg benoemd tot secretaris van het ge
zantschap te Washington, waar de heer Roest
Van Limburg destjjds de waardigheid van bui
tengewoon gezant en gevolmachtigd Minister
bekleedde. In 1866 vinden wjj hem als sec
retaris van legatie te Parjjs, in 1868 als ho
norair raad van legatie te Berljjn. In 1870
verbond de Minister Roest Van Limburg hem
als raad van legatie aan het kabinet van den
Minister vau buitenlandsche zaken. In deze
betrekking bleef hjj, na tot minister-resident
benoemd te zjjn, tot in 1876, toen hjj zjjne
tegenwoordige betrekking te Stokholm aan
vaardde. Op het oogenblik bevindt hjj zich
te 's-Gravenhage; Dinsdag bracht hjj een be
zoek aan Middelburg.
Bihalve de effecten-belasting zullen, naar
wjj vernemen, door de Regeering nog worden
ingetrokken de wetsontwerpen betreffende de
belasting op goederen in de doode hand, de
schatkistpromessen, de regeling eener vaste
bijdrage uit de Indische middelen en dan gene-
ralen staf. Vad.)
De commissie van oppertoezicht en be
heer der kweekschool voor zeevaart te Leiden
zal op Maandag 29 dezer eene keuring hou
den van jongens, die eene verbintenis in 's rjjks
zeedienst wenschen aan te gaan.
Zondagmiddag heeft een deputatie van
Amsterdamsche kiezers den heer mr. Al. II. Go-
defroi een gedenkpenning in brons, zilver en
gond overhandigd, om dat lid der Tweede
Kamer hulde te brengen voor de trouwe ver
vulling van zjjne taak bjjua onafgebroken ge
durende dertig jaren.
mede. Maar deze trok bjj de eerste woorden zijn
neus op en zeide
Juffrouw Claudine beeft een groot fortuin
en ik heb niets.
Dat is geen reden om haar niet te trouwen;
integendeel.
Niet waarals ik er aan denken kan om
juffrouw Claudine te trouwen, zal het toch nooit
zijn voordat ik eene positie in de maatschappij
heb verkregen, die mij recht op haar geeft.
Hij zag er zoo vergramd uit en hij sprak zoo
beslist, dat de herbergier er niet verder op door
ging hij mopperde alleen maar
Trotsch als zijn vader
Nog geen twee weken waren na dit gesprek ver-
loopen of Jacob maakte hem zonder omwegen be
kend, dat hij naar Prijs wilde gaan en trachten
daar een betrekking en naam te verwerven. Hoe
dwaas naar Parijs te gaan om de letterkunde te
beoefenen, terwijl hij zoo gemakkelijk eene nette
betrekking in het stadje kon krijgen. Jan Vineux
zeide eenvoudig tegen zijn nejf, dat hot gekkemans-
werk was maar hij gevoelde zich niet sterk genoeg
om met hem over die zaak te twisten, zoodat hij,
vooral daar er van letterkunde sprake was, opnieuw
den heer llaget in den arm nam. 't Was toch een
vreemde man die stugge professor toen hij van
Parijs hoorde praten begonnen zijne grijze oogen
te glinsterenzijn hand beefde op het papier
waarop hij de goede aanteekeningen zijner leer
lingen noteerde en hij liet er een groote inktvlak
op vallen, 't geen een bewijs was van eene buiten
gewone opgewondenheid.
Parijs herhaalde hij vele keeren Zeg
hem, dat hij groot gelijk heeft.
Jan Vineux koesterde voor geleerden dien eer
bied, waartoe zijne onwetendheid hem verplichtte,
en hij lei zich dus bij dit oordeel neêr. Jacob
vertrok, met een klein koffertje bij zich, waarin zijn
zedig uitzet, een dozijn handschriften, gepakt waren
benevens eene kleine som, door zijn vader nage-
Eigen Haard bevat ia zijn jongste num
mer een levensbeschrijving van mr. W. IJ.
Dullert, met een voortreffelijk gelijkend portret
van den lOjarigen jubilaris als Voorzitter,
tevens 25jarig jubilaris als lid der Tweede
Kamer.
De M latsehappg ter bevordering der Toon -
kunst heeft aan de heeren Dan. De Lange,
H. Bouman II. Collin, Richard Hol, S. De
Lange, A. D. Loman, J. M. Iseb-ee Moens
en Herm. Molkenboer opgedragen haar te ad-
viseeren ten opzichte der meest geschikte mid
delen om het volks-zangonderwgs hier te lande
te verbeteren.
Te dien einde hebben genoemds hearen, om
met den juisten tegenwoordigeu toestand be
kend te worden, eene circulaire gericht aan
verscheidene gemeentebesturen, met het ver
zoek hun aangaande het zangonderwijs in die
gemeente op de hoogte te stellen.
Met het oog op dea voortdurenden ach
teruitgang der goud- en zilver-industrie hier
te lande werd Maandag door een 20.al der
voornaamste fabrikanten in die vakken te
Amsterdam eene vergadering gehouden, teneinde
middelen te beramen om in dezen toestand
verbetering aan te brengen.
Er is besloten tot de benoeming eener com
missie, welke pogingen ia het werk zal stel
len om eene wjjziging te verkrijgen der wet
op den waarborg van 1852. Voorts is be
sloten tot oprichtiug van een nationalen bond
tot verheffing der goud- en zilver-indu3trie.
Zooals men weet, worden in ons land
de afdrukken, door middel vau den hectograaf
verkregen, door de post niet als drukwerk
aaugenomen. Reeds vroeger is deopmsrkiug
gemaakt, dat het weinig steek houdt een
afdruk van geschreven schrift op steen wel,
maar op lijm niet als drukwerk te beschouwen.
Ook in het buitenland heerscht verschil van
gevoelen daaromtrent.
Thans bevat de Belgische Moniteur van den
29 Augustus jl. eene beslissing voor dat land,
waarbij alle afdrukken, verkregen door middel
van papy-, poly-, hecto-, folio-, chromograaf
laten, welke hem in staat stelde gedurende een
maand of wat op hoop van fortuin te leven. Onder
aan de opril stond hij stil en wierp een laatsten
blik op de herberg en hooger op naar de plaats,
waar het groene huis gestaan had hij bracht zijne
handen voor de oogen alsof hij een traan weg
pinkte, daarna nam hij zijn ouden pas aan, ging
links op en verdween in een doolhof van kleine
straatjes.
Wat doet hij riep Suzc, de oude meid, hij
gaat niet naar het station
Jan Vineux knipte ondeugend met de oogen en
zeide
Ik zou me erg moeten vergissen, of hij wacht
hij een fabriek, die ik ken, op het uur van vertrek
van den trein.
III.
Verscheidene jaren waren verloopen en men
hoorde niet meer van Jacob spreken. Jan Vineux
ontving wel in de eerste dagen van iedere maand
een brief met het postmerk Parijs, doch hjj stak
hem geregeld in zjjn zak, zonder iemand te zeggen
wat voor nieuws er in stond, dat hoogstwaarschijn
lijk ver van goed was. Hij vertrok ook op zijn
beurt; hij werd oud, kon de rheumatische aan
vallen moeieljjk meer verduren, die hem beletten
voor zijn zaak het noodige te doen, daar hij den
meesten tijd zijn kamer moest houden. Hij deed
dus de herberg aan Suze, de meid, over, die ge
durende hare harde dienstjaren een goed spaar
potje had weten bijeen te garen, en vertrok. Hij
nam geene groote plaats in hot kleine plaatsje in,
zoodat zijn heengaan niet veel opzien baarde be
halve hij hen die iederen dag in de gelagkamer
een borrel kwamen drinken en een spelletje kwa
men spelen.
In die onbeduidende plaatsjes verandert niets,
noch de huizen, noch de gewoonte, noch de in
woners; de dagen verloopen ongemerkt, zoodat als
Jacob na eene lange afwezigheid teruggekomen
was, hij best had kunnen gelooven dat hij paa