1878. N°. 132. Donderdag 7 November. Voorpostengevechten op parlemen tair gebied. OFFICIËELE MMLINfiEN. GOES, 6 November 1878. GOESCHE De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag-, Wosnsdag- en Vbjjdagavond, uitgezonderd op feestdagen. Prijs per kwartaal, zoo binnen als bniten Goes, 1.75. Afzonderlijke nommers 5 et., met bijblad 10 et. COURANT. Gewone advertentiën worden a 10 ct. per regel geplaatst*. Geboorte- huwelijks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende dankbetuigingen Tan 1—8 regels a 1.—, Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels bedragende en contant betaald, 20 ct, Bjj directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prjjs slechts tweemaal berekend. Agenten voor het buitenland zijn: A. STEINER en HAASENSTEIN VOGLER, te Hamburg. In ons land vervoege men zich voor Rotterdam aan het Algemeen Advertentiebureau van NIJGH VAN DITMAR, en verder bij alle boekverkoopers en postdirecteuren. Maildienst. Het vertrek der Fransche pakketbooten van St. Nazaire naar Colon Aspinwall zal, te reke nen van de maand November, een dag vroeger dan voorheen namelijk den 6 van elke maand, plaats vinden. De verzending der brievenmalen uit Neder land voor Paramaribo over Frankrijk, en ver der met de bovenbedoelde pakketbooten, wordt dientengevolge mede een dag vervroegd. De tijd der begrootingen is weer in 't land, en de stilte, die in de vergaderzalen onzer re spectieve vertegenwoordiging op dit oogenblik heerscbt, zal weldra worden afgebroken door langdurige beraadslagingen. Het is de gewone jaarlijksche campagnedie voor de deur staat, en waarbij 't nooit mist of het komt tot een treffen. De groene tafel, dienende als bolwerk voor hunne excellentiën, wordt bestormd met lastige vragers, waaronder sommigen, die haar stormenderhand zouden willen innemen. Het zondenregister van de ministers wordt bij zulk eene gelegenheid opengeslagen; met een blik op het verleden spreekt men over hun be leid in 't algemeenen meestal niet in vleien- den zinwant als men iets tot lof zou te zeggen hebbendan zwijgt men meestal bij de alge- meene beraadslagingen. En vervolgens vraagt men om verbetering voor de toekomst; drukt men de hoop uitdat de ministers de gegeven wenken zullen opvolgen of bezweert men hen, op vaak aandoenlijke wijzeons land toch niet ten verderve te voeren. Die tijd van beweging hier en kalmte daar, van bevredigde wenschen of onbevredigde ver langens, van goed- en afkeuring, die tijd van wandelingen op 't gebied van onze staathuis houding breekt zeer spoedig aan. De voorpos ten-gevechten hebben reeds plaats. Hoe kalm 't ook in de zalen der Eerste en Tweede Kamer moge zijn, in die, waar de af- deelingen vergaderen, is men drukker bezig. Koloniën heeft een beurt gehad, en de Minister heeft zijne begrooting gewijzigd. Thans is het departement van Binnenlandse ie Zaken aan de beurt. In 't voorloopig verslag daarover nu komen zulk een aantal grieven voor, zoo'n massa drin gende op- en aanmerkingen, dat menig onbe kende op dat gebied een storm zou vreezen, die onzen premier zou doen neerstorten van zijn zetel. Nu leert de ervaring gelukkig, dat die voorloopige verslagen hoogst zelden eene zuivere afspiegeling leveren van hetgeen er in de kamer zal voorvallen. Wij hebben dit gezien bij de behandeling der nieuwe wet op de rechterlijke indeeling; toen gaf 't voorloopig verslag menigeen moed, dat de rechtbanken en kantongerechten niet zouden vallen en bij de discussiën bleek maar al te zeer, hoe veel instemming 's Ministers be leid in dezen vond. Nu beweren de oppositie bladen wel, hoe de Minister op steeds volgzame leden kan rekenen, en dat daarom geen vrees voor botsing behoeft te bestaan, maar zulk een redeneering bewijst niets, dan dat er aan die zijde nog altijd misnoegen bestaat over de een dracht en samenwerking, waarvan in hoofdza ken de liberale partij in de kamer thans blijken geeft, en hoe men van dien kant nog gaarne dit ministerie zag vallen, om de vrienden weer op 't kussen te krijgen. 't Spreekt van zelf, dat in vele zaken de liberalen niet eenstemmig kunnen denkener zullen altijd nog quaestiën overblijven, waarbij de meeningen uiteenloopen, zonder dat dit da delijk tot een vredebreuk aanleiding behoeft te geven. Niet alle vraagstukken behoeven, zoo als vroeger meer dan éénmaal is gebeurd, oor zaak van verwijdering te wezen, niet de liberale partij tot werkeloosheid te dwingen. Ook dit voorloopig verslag heeft voor ons niets dat tot ongerustheid behoeft te stemmen; de tegenpartij zal wel spreken van onbevredigde wenschen, doch in geen geval er eenig bewijs uit kunnen halen waaruit blijken zou, dat het algemeen beleid van den Minister den steun der meerderheid mist. Op dat punt is het voor postengevecht van zeer goedaardig karakter, en heeft 't meer van een spiegelgevecht dan van een ernstig gemeenden strijd. Er waren slechts eenige leden, die met een enkel woord herin nerden aan de grieven tegen Zijn Excellentie in zake het onderwijs. Welke die leden waren, behoeft hier zeker niet te worden gezegd. De nieuwe wet wenschten vele leden dit jaar reeds in werking te zien, en zij drongen er dus op aan, dat de Minister daartoe zou meewerken, en op de begrootiug meer zou bren gen tot voorbereiding dier invoering, ten aan zien van vermeerdering van onderwijskracht, den bouw en de inrichting van schoollokalen dan nu was geschied. Zeer terecht wezen ande ren op de inderdaad velerlei voorbereidende maatregelen, die voor de inwerkingtreding noodig zijn. Hoe gaarne ook wij de nieuwe wet spoedig zagen toegepast, men dient te bedenken, dat eene reorganisatie, als die daaruit zal voortvloeien, veel tijd moet kosten. De eisch tot grondwetsherziening kwam ook in dit verslag weer op den voorgrond, vooral met 't oog op eene hervorming van ons kiesrecht, maar tevens ook in verband met andere vraag stukken. Thans, nu het nieuwe wetboek van strafrecht in 't verschiet is, zal zeker die wensch nog wel eenigeu tijd onvervuld blijven, hoe wenschelijk zulk eene herziening ook moge zijn. In 't zelfde wetboek zal volgens sommige leden voorzien worden tegen vervalsching van levensmiddelen, hoewel anderen op die voor ziening bij den Minister van Binnenlandsche Zaken aandrongen. Ons dunkt, zij behoort be ter bij zijn collega van Justitie thuis. Iemand van waarlijk liberale beginselen zal 't zeker niet ongemotiveerd vinden, dat in het bewuste verslag ook aangedrongen werd op zoodanige wijziging der wet op het begraven van lijken, dat lijkverbranding mogelijk wordt. Is 't niet treurig, dat zulk eene wijziging, die zoo geheel voor zichzelven spreekt, wier niet-in-'t le ven-roepen recht en billijkheid in een vrij land reeds lang wraken, dat zulk een wijziging nog zoo dikwijls verzocht moet worden vóór zij wordt aangebracht Is dat onze vrijheid, waarop men zoo gaarne zich laat voorstaan Helaas 't lang zaam maar zekerhoe goed ook in sommige omstandigheden houdt toch in ons land ook vele goede zaken tegen. Waarom zou men hen, die daartoe willen overgaan, tegenwerken Wijl zij verlangen, dat op andere wijze met hun stof felijk overschot worde gehandeld, dan thans al gemeen in gebruik is Door hen in dit op zicht vrij te laten benadeelt men toch anderen niet. Slechts bekrompen opvatting kan daarin belemmering doen eischen. De opheffing van de afdeeling statistiek aan het departement van Binnenlandsche Zaken werd zeer betreurd. In eene afzonderlijke nota heeft de heer Goeman Borgesius zijne bedenkingen tegen die opheffing nader ontwikkeld. Geen wonder voorzeker, dat de medewerker van de Vragen des tijds, waarin onlangs zulk een warm pleidooi voor het behoud van een statistisch bureau voorkwam, en tevens de vroegere levens loop van dat departement werd iu herinnering gebracht, zich voor die zaak bijzonder in de bres stelde. En is 't niet te betreuren, dat voor zulk een belangrijke quaestie de Minister zoo weinig sympathie toonde? Bewijst de statistiek niet onschatbare diensten aan allen, die ze niet beschouwen als eene dorre opsomming van cijfers maar als eene nuttige bron van kennis voor het heden en de toekomst? Men kan daaruit gegevens putten, zoo noodig op velerlei gebied. Thans zal men in vele zaken op staathuishoudkundig ter rein in 't duister rondtasten. De Minister wil wel is waar de werkzaamheden der statistiek opdragen aan de verschillende afdeelingen van zijn departement, maar daardoor zal de zoo noodige eenheid worden gemist en naar ons inzien eene stiefmoederlijke bediening haar deel zijn. Het idee van 's Minister's voorganger, om de gemeente besturen daarmee te belasten en aan groote gemeenten daarvoor subsidiën toe te staan, werd ook nog opgehaald, maar zal zeker door ieder, die weet hoe ook uit kleine gemeenten in dezen zoovele gegevens moeten worden geput en hoe weinig zorg men daar voor dergelijke zaken draagt, wanneer er geene afzonderlijke controle bestaat, wel heftig bestreden worden. Ook op inkrimping voor de uitgaven ten behoeve van kunsten en wetenschappen en van het hooger onderwijs werd aangedrongen. Jammer, dat sommigen die bezuiniging ook op" de rijkslandbouwschool wilden toepassen. Wezenlijk, voor landbouwonderwijs wordt nog lang niet te veel gedaan, evenmin als voor den landbouw zeiven. 's Ministers plannen op dit punt blijven daarom gehandhaafd; hij zelf zal ze wel krachtig weten te verdedigen en door andere leden daarin wel flink gesteund worden. Oost-Indie. Benoemd tot voorz. van den landraad te Soerabaja de voorz. van den landraad te Samarang mr. J. C. Mulock Houwer. Geplaat9t in de res. Benkoelen de ben. asp. contr. A. P- Van Heinse. Wjj ontvingen, als lid van het depar tement Goes der Maatschappij tot Nut van 't Algemeen, een exemplaar van den catalogus der departementale bibliotheek. Dat die weer herdrukt moest worden, is in onze oogen een gunstig teeken, want het bewijst hoofdzake lijk hoe 't aantal boekeu weêr is vermeerderd. En die vermeerdering mag nu ook wel eene verrijking heeten. De bijgekomen werken zijn van gnnstig bekende schrijvers en schrijfsters. Wij vinden onder hen MarlittDe Veer, Cre- mer en Frederika Bremer, terwijl de geheele bibliotheek thans nit 800 nommers bestaat, waarin een ieder van zijne gading vinden kan. Voor hen, die 't niet weten, vermelden wij hier, dat men kosteloos van die bibliotheek gebruik kan maken, waartoe men zich Zaterdag's van zes tot half zeven uur moet begeven naar het lokaal boven de beurs alhier. Aan kinderen beneden de 16 jaar worden geene boeken af gegeven, terwijl wjj ten slotte opmerkzaam maken op de twee navolgende bepalingen Wie zijne boeken 's weeks na de aangifte niet terugbezorgtwordt, zonder aanzien des persoons, voor éene week van de lezing uit gesloten. Den lezer, die een boek zóódanig verwaar loosd heeft, dat de verdere afgifte daarvan moet gestaakt worden, wordt de verdere lezing ontzegd. Ons dunkt dat, nu de lange avonden weêr begonnen zijn, voor velen zulk eene inrichting eene welkome gelegenheid kan genoemd wor den om den tijd nuttig en aangenaam door te brengen. Door afwezigheid van den schrjjver moeten wij ditmaal het overzicht van den stand der koersen achterwege laten. Donderdag 21 November zal er te BORS- SELE en Woensdag den 27 dezer maand te YERSEKE eene verkiezing plaats hebben voor een lid van den raad. Verleden week zijn twee ingezetenen uit Borssele wegens overtreding] der wet op de jacht en visscherij veroordeeld, niettegenstaande zij kort na de opmaking van het proces-ver baal op machtiging van den officier van justi tie vrijwillig boete hadden betaald. Zij verzuimden evenwel dequitantie overeen komstig art. 51 der wet binnen den bepaal den tijd aan den officier te vertoonen. De zelfregistreerende peilschaal te Bath» die sedert hare plaatsiag voor eenige jaren nog niet aan het doel had beautwoord, geeft nu, na de laatste herstelling die zij ondergaau heeft, den juisten stand van het water aan. (M. Ct.) Naar men aan het R. N. meldt, kan aan het voornemen, om het garnizoen te Mid delburg met éen compagnie te vermeerderen, door gebrek aan localiteit geen gevolg worden gegeven. Naar aanleiding van het bericht, dat te Veere de pokken opnieuw zjjn uitgebroken, schrijft de heer A. Geill, geneesheer aldaar, in de M. Ct., dat sedert 27 September jl. ander maal éen geval van Varioloides (gewijzigde pokken) is voorgekomen. Dat de ziekte niet van dien belangrijken aard is, zoo als men lich telijk bjj het lezen van dat bericht vermoeden zou, bljjkt onder anderen, dat sedert het ontstaan der ziekte (18 Aug. jl.) binnen de kom dier ge meente thans vier huisgezinnen, en buiten de kom insgelijks vier huisgezinnen door Varioloides (ge wijzigde pokken) zijn aangetastdat de gezond heidstoestand der lijders niets te wenschen overlaat, en de ziekte, éen enkel geval uitge zonderd, zich uitsluitend tot den kinderlijken leeftjjd bepaalt. De memorie van antwoord op het voorloo pig verslag der Tweede Kamer over ds Indi sche begrooting is verschenen. Die begrooting heeft thans de volgende wijzigingen ondergaan In afwachting van de nieuwe wet tot regeling der financiëeïe verhouding, die waarschjjnljjk nog vóór het openbaar debat zal inkomen, is de voorgestelde bijdrage van 4 millioen weg genomen. Uok de overschotten van vorige diensten zijn voorloopig vervallen, in afwachting van eene afzonderlijke regeling. De raming der tin-opbrengst is met ƒ435049 en die der in voerrechten met zes ton verminderd. De ove rige ramingen, waaronder ook die voor Atjeh, zijn met gerustheid gehandhaafd. Die van den koffieverkoop is zelfs tot 800,000 picols verhoogd. De daaruit voortvloeiende meerdere kosten van vervoer enz. worden ruim gedekt door de la gere raming der vrachtprijzen, welke berekend zjjn op ƒ20 per last. De begrooting sluit nu met een tekort van ƒ8,830,637. De middelen zijn ƒ2,476,802 en de uitgaven ƒ6,264,074 hooger geraamd dan voor 1878. Tengevolge vaD de nieuwe regeling zullen daarbjj nog et telijke millioenen voor bijdragen komen. Door den Koning is vrijstelling verleend van het recht van zegel en registratie voor de getuigschriften van goed zedelijk gedrag door de hoofden der gemeentebesturen af te geven aan personen, die tot leeraar aan een gymna sium wenschen benoemd te worden. Z. M. de Koning heeft het verlangen te kennen gegeven, eene opgave te ontvangen van de namen en woonplaatsen der hoofddirec teuren, presidenten of voorzitters van de besturen der voornaamste weeshuizen in het geheele Rijk. De Minister van Binnenlandsche Zaken heeft de Commissarissen des Konings in de provin ciën verzocht, hem zoo spoedig mogelijk in staat te stellen aan den wensch des Konings te voldoen. Z. M. de Koning heeft benoemd tot HD. kamerheer in buitengewonen dienst mr. D. A. graaf Van Limburg Stirumrechter in de arrondissements-rechtbank te Utrecht. Da zitting van den Landdag der vorsten dommen Waldeck en Pyrmont is door den Lande3-Director Von Sommelsfeld geopend met eene rede, waarin hij namens den vorst des lands mededeeling heeft gedaan van de ver loving van Prinses Emma met Z. M. den Koning der Nederlanden, >in de overtuiging

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1878 | | pagina 1