65ste Jaargang.
Middelbaar Onderwijs.
ÖFFICIEELE MEDEDEELI1VGEJV.
GOES, 30 Augustus 1878.
Kunstnieuws.
GOESCHE
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en Vrijdagavond,
uitgezonderd op feestdagen.
Prijs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, 1.75.
Afzonderlijke nommers 5 ct,, met bijblad 10 et.
COURANT.
Gewone advertentiën worden a 10 ct. per regel geplaatst.
Geboorte- huwelijks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen van 1—8 regels a 1.
Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels bedragende en contant betaald, 20 ct,
By directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prjjs slechts tweemaal berekend.
Agenten voor het buitenland zijn: G. L. DAUBE Co., te Parijs. A, STEINEB en HAASENSTEIN VOGLEB, te Hamburg.
In ons land vervoege men zich voor Botterdam aan het Algemeen Advertentiebureau van'NtJGH VAN DITMAB, en verder bij alle boekverlroopers en postdirecteuren.
De BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
GOES doen te weten dat door den Raad dier
gemeente in zijne vergadering van den 14 Au
gustus is vastgesteld de volgende
VERORDENING in het belang der open
bare gezondheid in de gemeente Goes.
Hoofdstuk 1. Fan de levensmiddelen.
(Slot van ons vorig nommer.)
Art. 8. De bakkers en slijters mogen het brood
niet anders rondbrengen dan in gesloten wagens,
karren of bekleede en overdekte manden, waarop
hunne namen met duidelijke letters zijn aangeduid.
Art. 9. Het verkoopen of ten verkoop hebben
van meel, brood, beschuit, koek of gebak, gemengd
met zelfstandigheden, die niet tot voedsel bestemd
zijn, al blijkt het niet, dat zij schadelijk voor de
gezondheid zijn, alsmede het verkoopen of ten verkoop
voorhanden hebben van brood, meel, beschuit, koek
of gebak in bedorven toestand, is verboden.
Art. 10. Op onbepaalde tijden wordt door de zorg
van Burgemeester en Wethouders het meel, brood,
beschuit, koek en gebak, bij slijters of bakkers
voorhanden, aan een scheikundig onderzoek omtrent
de bestanddeelen onderworpen, en de uitslag van
dat onderzoek openbaar gemaakt.
Art. 11. Geen slachtvee mag worden geslacht
dan na te zijn goedgekeurd. Van die goedkeu
ring wordt door den keurmeester een bewijs af
gegeven.
Art. 12. Het slachtvee is na de slachting en
vóór de afhakking aan eeue tweede keuring on
derworpen.
Art. 13. Alle versch, gezouten of gerookt vleesch
of spek, van elders aangevoerd wordende binnen
de Gemeente, is aan keuring omtrent de hoeda
nigheid onderworpen.
Van de goedkeuring wordt door de keurmees
ters een bewijs afgegeven.
Art. 14. Afgekeurd vleesch zal ter plaatse, door
Burgemeester en Wethouders te bepalen, in het
bijzijn van een politie-beambte worden onbruikbaar
gemaakt en in den grond bedolven.
Art. 15. Het is verboden eenen vleesch winkel
te openen of handel in vleesch of spek te drijven
zonder voorafgaande schriftelijke kennisgeving aan
Burgemeester en Wethouders, met aanwijzing van
het huis of ander gebouw, waarin die zal gevestigd
worden.
Art. 16. Goedgekeurd vleesch, later tot bederf
overgegaan, mag niet worden verkocht, uitgestald
of ten verkoop aangeboden.
Art. 17. De slachters zijn verplicht aan de keur
meesters en de ambtenaren van politie, op de eerste
aanvraag, het bewijs van keuring te vertoonen.
Bij weigering of gebreke daarvan wordt het
vleesch of spek gehouden voor niet gekeurd.
Art. 18. Geene keuring kan gevorderd worden
vóór zonsopgang of na zons-ondergang. De wijze
der keuring wordt bepaald bij eene instructie, door
Burgemeester en Wethouders vasttestellen.
Art. 19. Alle versche, gezouten, gerookte of ge
droogde visch, die afgeslagen, rondgevent of ten
verkoop wordt aangeboden, is aan keuring omtrent
de hoedanigheid onderworpen.
Visch, waarvan de keuring wordt geweigerd,
wordt geacht voor de gezondheid schadelijk te zjjn.
Art. 20. Afgekeurde visch zal ter plaatse, door
Burgemeester en Wethouders te bepalen, in het
bijzijn van eenen politie-beambte worden onbruik
baar gemaakt en in den grond bedolven.
Art. 21. Melkverkoopers mogen geene melk langs
de straat vervoeren dan in gesloten vaten of kannen
of in overdekte emmers.
De melk is aan keuring omtrent de hoedanig
heid onderworpen.
Melk, waarvan de keuring aan de keurmeesters
wordt geweigerd, wordt geacht voor de gezond
heid schadelijk te zijn.
Art. 10 is op de melk toepasselijk.
Art. 22. Alle bedorven, voor de gezondheid scha
delijk of daarmede gelijk gestelde eetwaren, alsmede
alle afgekeurd vleesch, visch en melk worden ver
beurd verklaard.
HOOFDSTUK II.
VAN GESTORVEN OP AFGEMAAKT VEE EN HUISDIEREN.
Art. 23. Alle gestorven of ziek afgemaakt vee
moet door de zorg van de eigenaars of bezitters
worden begraven.
Het vee, bedoeld bij de wet van 20 Juli 1870
(Stbl. no. 131) en bij de koninkl. besluiten, ter
uitvoering dier wetis van de bepalingen dezer
verordening uitgesloten.
Art. 24. Voor de toepassing dezer verordening
wordt door vee verstaan: paarden, ezels, hoornvee,
varkens, schapen, geiten, honden en katten.
Art. 25. De begraving moet geschieden binnen
24 uren, nadat het vee is gestorven of afgemaakt
ter plaatse en op de wijze, door den Burgemeester
als hoofd der politie te bepalen.
Art. 26. De eigenaar van vee, hetwelk tenge
volge eener niet besmettelijke ziekte is afgemaakt
of gestorven, wordt van de verplichting tot be
graven door de politie ontheven, wanneer hij door
eene schriftelijke verklaring van een daartoe
bevoegd beambte doet blijken dat het vleesch on
schadelijk is voor de gezondheid.
Art. 27. Het is verboden afgemaakt of gestor
ven, doch nog voor verbruik dienstig vee binnen
de bebouwde kom der gemeente langer dan 24
uren te bewaren, en, buiten de kom, op korteren
afstand dan 30 Meter van eenig bewoond huis of den
openbaren weg.
Art. 28. De bepalingen van dit hoofdstuk zijn
niet toepasselijk op vee, dat in gezonden staat is
afgemaakt, geslacht of door een toeval omgekomen.
Art. 29. Het is verboden huisdieren, met huid
ziekte aangedaan, op den openbaren weg te laten
loopen.
De eigenaars of bezitters dier huisdieren zijn
voor de overtreding van dit verbod verantwoor
delijk.
Art. 30. Gestorven of afgemaakte huisdieren
worden door de eigenaars of bezitters zoo spoe
dig mogelijk op eene geschikte plaats, minstens
50 centimeters onder den grond, begraven.
Art. 31. Het vee en de huisdieren, waarmede
in strijd met de bepalingen van dit hoofdstuk is
gehandeld, wovden verbeurd verklaard.
Art. 32. De eigenaars of bezitters van vee of
huisdieren, welke krachtens de bepalingen van dit
hoofdstuk moeten begraven worden, zijn verplicht
aan de politie, op haar verzoek, aanwijzing te doen
van de plaats waar en de wijze waarop de begra
ving heeft plaats gehad.
Ingeval van weigering wordt de begraving ge
acht niet te zijn geschied,
HOOFDSTUK III.
VAN DRENKELINGEN.
Art. 33. Ieder, die een drenkeling ontdekt, is
verplicht de middelen tot redding, die in zijn
bereik zijn, aan te wenden.
Art. 34. Hij is gehouden van zijne ontdekking
zoo spoedig mogelijk kennis te geven of te doen
geven aan den Burgemeester of aan den Commissaris,
eenen agent of ter wachtkamer van politie, de
hulp in te roepen of te doen inroepen van een
geneeskundige, en, zonder de tegenwoordigheid der
politie af te wachten, te zorgen, dat de drenke
ling zoo spoedig mogelijk worde opgenomen in
eene herberg, zoo die in de nabijheid is, of bij
gebreke daarvan, in eene der naastbij gelegen wo
ningen of gebouwen.
Art. 35. Ieder is gehouden een drenkeling, op
last der politie, in zijn huis te ontvangen.
Art. 36. In de politiewacht wordt eene kist ge
plaatst, voorzien van de noodige geneesmiddelen
voor drenkelingen.
Op de plaatsen, door Burgemeester en Wethou
ders te bepalen en door een uiterlijk teeken aan
te wijzen, worden steeds dreggen of andere doel
matige reddingsmiddelen voorhanden gehouden.
HOOFDSTUK IV.
ALGEMEENE BEPALINGEN.
Art. 37. Aan de ambtenaren, collegiën encom-
missiën, belast met de uitvoering of het toezicht
op de naleving van een of meer voorschriften
dezer verordening, wordt de bevoegdheid verleend
en de last verstrekt, om de woningen der inge
zetenen, huns ondanks, met inachtneming der be
palingen van de wet van 31 Augustus 1853,
(Staatsblad no. 83) binnen te treden en wel voor
die van de artikelen 4, 6, 9, 11, 12, 13, 15, 16,
19 en 35 ten allen tijde en voor die van de ar
tikelen 23,25 en 27 tusschen zons op- en ondergang.
Art. 38. De overtredingen der bepalingen dezer
verordening worden, voor zooveel daartegen niet
bij de wet algemeene maatregelen van. bestuur
of provinciale verordening straf is .bedreigd, ge
straft als volgt:
die van de artikelen 7 en 29 met eene geld
boete van 1tot ƒ5,—;
die van de artikelen 6, 8, 9, 19, 21 le lid en
27 met eene geldboete van ƒ2,tot 10,—;
die van de artikelen 4, le lid, 15, 16, 23 en 30
met eene geldboete van ƒ3,— tot ƒ15,
die van de artikelen 11, 33, 34 en 35 met eene
geldboete van 5,tot 25,
Art. 39. Deze verordening treedt in werking op
den 5den dag na dien harer afkondiging.
Zijnde deze verordening aan de Gedeputeerde
Staten van Zeeland volgens hun bericht van 23
Augustus No. 3806/14 in afschrift medegedeeld.
En is hiervan afkondiging geschied, waar het
behoort, den 27 Augustus 1878.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. A. A. FRANSEN VAN DE PUTTE, L. B.
De Secretaris,
HARTMAN.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES
brengen ter openbare bënnis, dat als leerlingen tot de
HOOGERE BURGERSCHOOL VOOR JONGENS zijn
toegelaten
In de voorbereidingsklasse:
3. M. Bartelse. G. Hoogesteger.
J. Van der Werff. G. W. H. G. W. Van der
J. Adam. Feltz.
W. H. Stokmans. J. G. De Witt Hamer.
A. W. A. Ross. L. M. Van Campen.
A. E. Janssen. W. F. Van Campen.
G. P. Janssen. H. J. Bosboff.
In de eerste klasse:
P. W. Schipper. R. Donkersloot.
S. E. Ramondt. J. H. Hannink.
In de tweede klasse
A. S.s Fransen Van de Putte.
En als toehoorder in de vierde klasse
i. 3. Stokmans.
Goes, den 29 Augustus 1878.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. A. A. FRANSEJ VAN DE PUTTE. L. B.
De Secretaris,
HARTMAN.
Benoemd bij de dd. schutterij te Middelburg tot
lsten luitenant D. N. Appel, thans 2de luitenant.
In een heden alhier gehouden bijeenkomst
is besloten tot het oprichten van eene libe
rale centrale kiesvereeniging. Spoedig zal aan
belangstellenden in de liberale zaak eene circu
laire worden gezonden ter nitnoodiging om
als lid toe te treden.
Op het verzoek van den heer J. M. Pilaar,
notaris alhier, is de Koninklijke bewilliging ver
leend aan de akte van oprichting der naam-
looze vennootschap: „Maatschappij voor Oester
cultuur: Eensgezindheid", te Goes te vestigen,
ten doel hebbende het huren van perceelen, welke
worden uitgegeven door het bestuur der vis-
scherij op de Schelde en Zeeuwsche stroomen,
benevens de exploitatie daarvan, door het be
leggen met pannen of andere voorwerpen, ten
einde de kunstmatige oesterteelt uitteoefenen.
Het fonds der vennootschap zal bestaan uit
ƒ5000, verdeeld in tien aandeelen a ƒ500.
Wemeldinge. Met ingang van 1 Sept.
is tot gemeente-veldwachter alhier benoemd
A. Reinhoudt, op eene vaste jaarwedde van /"300.
Prins en Prinses Hendrik zjjn Donder
dag ons land binnengekomen; zij werden te
Oldenzaal, te Zutphen en op het Loo aller
hartelijkst ontvangen. In ons volgend nommer
hopen wij daarvan een uitvoerig verslag, ook
van hun intocht te 's-Hage, te leveren.
Dinsdagmiddag kwamen te Ylissingen
(haven) per extra-trein een 20tal directeuren
van Nederlandsche, Duitsche, Oosteorijksche en
Hongaarsche spoorwegmaatschappijen aan, die,
als leden van het Vêrein Deutscher Eisenbahn-
Verwaltungen, eene vergadering te Amsterdam
hadden gehouden. Hun bezoek stond in ver
band met het toenemend personen- en goede
renvervoer tusschen het vasteland en Engeland,
via YlissingenQueenborough. Te half zes ver
trokken de heeren, uitgenomen eenigen, die de
reis naar Londen voortzettedenweder per
extra-trein van het havenstation, na de booten
der maatschappij Zeelandhare inrichtingen
voor het laden en lossen en de havenwerken
in oogenschonw genomen te hebben. (M. Ct.)
Van de nieuwbenoemde officieren der
artillerie, gedetacheerd bij de applicatieschool
te Breda, is bij de reorganisatie der regimenten
vesting-artillerie o. a. ingedeeld bij da 1ste afd.
H. B. Moll.
Een Haagsche briefschrijver aan de Zut-
phensche Courant bericht o. a. het volgende
De Min. van Binnenl. Zaken heeft, ondanks
de splitsing van zijn Departement, de handen
vol werk. Veel is er nog te doen voor de
uitvoering van de wet op 't hooger onderwijs,
maar nog oneindig meer met de uitvoering van
de lagere schoolwet. Het zal dan ook wel
een maand of tien duren, voordat de wet in
werking treedt. Dit belet echter niet, dat het
torentje op het Binnenhof reeds thans over
stroomd wordt met sollicitanten voor de be
trekking van districts-schoolopziener, aan welke
betrekking, naar men zegt, een salaris van
ƒ2500 zal verbonden worden.
Ben ik goed ingelichtdan bedraagt het
aantal sollicitanten voor districts-schoolopziener
reeds thans meer dan twee honderd, ofschoon
er toch zeker hoogstens een dertigtal zal wor
den aangesteld.
De Amst. Ct. verneemt, dat Z. M. de
Koning afwijzend beschikt heeft op het verzoek
vau mevr. Brugn, om vermindering van gevan
genisstraf voor haren echtgenoot (voormalig
secretaris der Amsterdamsche Kanaalmaat
schappij).
Onder voorzitterschap van mr. De Vries,
lid van den Raad van State, is in de tréveszaal
te 's-Hage Donderdag de negende vergadering
van de Nederlandsche Juristenvereeniging ge
opend. In zjjn welkomstgroet wees de voor
zitter er op, dat de belangstelling in de ver-
eeniging niet mocht verflauwen, daar nog zoo
vele belemmeringen dienden weggeruimd te
worden, die algeheele herziening onzer wetboe
ken verhinderen.
De Minister vau Justitie was belet de ver
gadering bij te wonen.
Wegens den intocht van Prins en Prinses
Hendrik is besloten Zaterdag geen zitting te
houden, maar het onderwerp van strafrecht te
verdagen tot het volgend jaar.
Daarna werd uitvoerig gediscussieerd over
het onderwerp uit het burgerlijk recht: Het
verhoor op vraagpunten.
Bjj stemming verklaarde men zich met 58
tegen 4 stemmen tegen het behoud van het
verhoor op vraagpunten, in onze wetgeving aan
genomen, en met 52 tegen 8 stemmen vóór
de invoering van het Engelsche stelsel van
Crossexamination.
Het 60jarig feest van het bestaan der
Maatschappij van weldadigheid is Maandag te
Frederiksoord luisterrijk gevierd. Er waren eere
poorten opgericht en andere versieringen aan
gebracht. De 500 kinderen, die de scholen bezoe
ken, werden in rij tuigen naar het Sterrebosch
gevoerd, waar feestredevoeringen werden uitge
sproken. Aan scholieren, die niet hadden
verzuimd, werden geschenken gegeven. De 13
oudste kolonisten kregen een leunstoel. Verschei
dene volksvermakeljjkheden waren georganiseerd
en des avonds werd er geïllumineerd en een
gekostumeerde optocht gehouden. Een groot
aantal belangstellenden in de stichting van
Van den Bosch woonden het feest bij.
Woensdag 11. gaf de vereeniging „Al wat lieflijk
is en wel luidt", op uitaoodiging van de Christelijke
JongelingsvereenigiDg „Ken den Htere in al uwe wegen",
eene openbare zanguitvoering in de Bijzondere school
alhier.
Het was van genoemde jongelings vereeniging zeker
eene niet onaardige afwisseling in haar programma,
dit zanggezelschap uit te noodigen; en de ruime op
komst bewee8ook,datditio den smaak van 't publiek viel.
De zanguitvoering werd voorafgegaan door gebed,
het lezen en het zingen van een psalmvers, onder
welk zingen de zangvereeniging optrad.