1878. N°. 97.
Zaterdag 17 Augustus.
65
ste
OFFICIEELS MEDEDEELINGEN.
(iOEseii
De aitgave dezer Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en Vrijdagavond,
uitgezonderd op feestdagen.
Prijs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, 1.75.
Afzonderlijke nommers 5 ct., met bijblad 10 ct.
COURANT.
Gewone advertentiën worden a 10 ct. per regel geplaatst.
Geboorte- huwelijks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen van 18 regels a 1.—.
Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels bedragende en contant betaald, 20 ct.
Bjj directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend.
Agenten voor het buitenland zijn: G. L. DAUBE Co., te Parijs, A. STEINER en HAASENSTEIN "VOGLER, te Hamburg.
In ons land vervoege men zich voor Rotterdam aan het Algemeen Advertentiebureau van NIJGH VAN DITMAR, en verder bij alle boekverkoopers en postdirecteuren.
De BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES
doen te wefen, dat door den Raad der Gemeente in
zijne vergadering van den 22 Aug. 1878 is vastgesteld
de volgende
VER O R DEN IN G op de Algemeene Be
graafplaats en het Begraven van Lijken
te Goes.
I. Van de algemeene begraafïlaats.
Art. 1. De burgerlijke begraafplaats der gemeente
is bestemd 'tot algemeene begraafplaats.
Art. 2. Zij wordt met inachtneming van art. 19 der
wet van 10 April 1869 (Staatsblad no. 65) verdeeld in
vijf afdeelingen. als:
le en 2e Afdeeling. Tot verkrijging van het recht
tot begraven, met uitsluiting van anderen.
3e Afdeeling. Tot begraving van lijken zonder be
voegdheid tot het verkrijgen van recht tot begraven
met uitsluiting van anderen.
4e Afdeeling. Tot begraving van onvermogenden.
5e Afdeeling. Tot berging van beenderen enz. bij
het ruimen van graven, ingevolge art. 23 der wet.
De ligging der afdeelingen is als volgt
le Afd, Zal beginnen aan de oostzijde van de zoo
genaamde nieuwe begraafplaats westop over eene lengte
van 24 meters tot aan de eerste haag.
2e Afd. Westwaartsop tusschen de eerste en tweede
haag over eene lengte van 45,4 meters,
3e Afd, Van de tweede haag tot aan het einde, zijnde
eene lengte van 82.3 meters, en tot aanvulling van
deze: een gedeelte der oude begraafplaats, oostwaarts
van de eerste afdeeling over eene lengte van 40 meters
tot aan den tegenwoordigen ingang der begraafplaats.
4e Afd. Oostwaarts van den ingang der begraafplaats
over eene lengte van 40 meters.
5e Afd. Van .de scheiding der 4e afdeeling tot aan
het oostelijke einde over eene lengte van 8.5 meter.
In ieder dezer afdeelingen zullen afzonderlijke vak
ken aangewezen en afgescheiden worden, om op de
aanvrage der besturen van kerkelijke gezindten tot
begraving van de lijken der leden dier gezindten te
kunnen dienen.
Art. 3, Alle graven moeten genummerd zijn.
Iedere afdeeling heeft haar doorloopend nummer,
welk nummer wordt aangeduid door houten paaltjes
aan het hoofdeinde van het graf.
Art. 4. De grafkelders moeten eene diepte hebben
van minstens 2 meters; zij moeten gemetseld worden
van harde steen, en gesloten met houten of ijzeren
deuren, alles ter goedkeuring van burgemeester en
wethouders.
Art. 5. De graven in de eerste en tweede afdeeling
kunnen ten allen tijde op verzoek van den rechtheb
bende of de rechthebbenden in kelders worden veranderd.
Art 6. Het maken van graven in de derde en vierde
afdeeling geschiedt in geregelde volgorde, zoodat geen
nieuwe rij wordt aangebroken voor dat de oude geheel
is gevuld.
Art. 7. Behalve in grafkelders mogen niet meer dan
2 kiBten boven elkander geplaatst worden, altijd met
tusschenvoeging van minstens 0,3 meters.
Art. 8. Bij vorst kunnen de lijken, voor de eerste
en tweede afdeeling bestemd, tijdelijk in een aangewe.
zen gedeelte van de derde afdeeling begraven worden.
Burgemeester en Wethouders geven daartoe verlof.
Art. 9. Gedenkteekenen, kruisen en zerken mogen
in de eerste en tweede afdeelingen geplaatst en gelegd
worden, mits met inachtneming van de voorschriften
door burgemeester en wethouders te geven.
Eveneens mogen daar, onder dezelfde bepalingen,
graftuinen aangelegd of boomen en andere gewassen
geplant worden.
Art. 10. De begraafplaats mag door iedereen vrij
bezocht worden, mits zich aanmeldende bij den bewaarder
en op den tijd als bij dit art. wordt bepaald, te weten
gedurende de maanden April tot en met September,
van des morgens negen tot des avonds zeven uren, en
gedurende de overige maanden van des morgens tien
tot des namiddags vier uren.
Art. ll. Het begraven in kisten met schuine deksels
is verboden.
Art. 12. Geen graf mag ter begraving gemaakt, of
na de begraving van het lijk geopend worden, dan door
de grafdelvers, en met inachtneming van art. 12 der
wet van 10 April 1869 (Staatsblad no 65.)
II. Van het begraven van lijken.
Art. 18. Zonder schriftelijke vergunning of lastgeving
van burgemeesler en wethouders mag op geen der
begraafplaatsen in deze gemeente begraven wo-cfen dan
gedurende de maanden April tot en met September
van des voormiddags 7 tot des middags 12 uren en
gedurende'de andere maanden van des voormiddags
9 tot des namiddags 1 ure.
Art. 14, Het bewijs van verlof tot begraving moet,
spoedvereischende gevallen uitgezonderd, minstens drie
uren voor het tijdstip der begraving bij den grafdelver
bezorgd zijn.
Art. 15. Het vervoer van lijken naar de begraaf
plaatsen kan geschieden in eene lijkkoets of lijkwagen
of op eene draagbaar.
Als lijkkoets of lijkwagen mogen geene rijtuigen
gebezigd worden, die ook dienen tot vervoer van per
sonen, dan met vergunning van burgemeester en wet
houders.
Art. 16. De lijken, die met eene lijkkoets worden
vervoerd, met uitzondering van die van kinderen be
neden de nier jaren, zullen aan den ingang van de be
graafplaats op een daar aanwezige draagbaar worden
geplaatst en naar het graf gedragen.
Art. 17- Tot bediening der draagbaar zullen moe
ten gebezigd worden, onverschillig of het lijk van het
sterfhuis of slechts van den ingang der begraafplaats
gedragen wordt:
a. voor lijken van personen boven de twaalf jaren
niet minder dan acht dragers
b. voor lijken van kinderen beneden de twaalf jaren
niet minder dan vier dragers.
Lijken van kinderen beneden vier jaren kunnen door
een of twee personen in een draagband vervoerd worden.
Art. 18. Lijken, die op kosten van de gemeente be
graven worden, boven vier jaren, moeten altijd op een
draagbaar vervoerd worden, waartoe naar onderschei
ding van den ouderdom in bet vorig artikel een ge.
noegzaam aantal lijkdragers beschikbaar zullen zijn.
Lijken van onvermogenden beneden vier jaren wor
den gedragen als in het vorig artikel ten opzichte van
meervermogenden is bepaald.
Art. 19. Wanneer iemand aan eene besmettelijke
ziekte overleden is, moeten de door burgemeester en
wethouders in overleg met den geneesheer der gemeente
in het belang der openbare gezondheid en tot het te.
gengaan van de verspreiding der besmetting voorge
schreven maatregelen, worden opgevolgd door de per-
nenin art. 1 der wet van 10 April 1869 (Staatsblad
no. 65) aangewezen als verplicht tot de zorg voor de
begraving, en in de daar vermelde volgorde.
Art. 20. Geene graven mogen geruimd worden dan
met toestemming van burgemeester en wethouders en
met inachtneming van de door hun college te dier
zake te geven voorschriften.
III. Strafbepalingen.
Art. 21. Overtredingen van de bepalingen dezer
verordening worden, voorzoover daartegen niet bij
wet, algemeene maatregelen van inwendig bestuur of
wettelijke verordeningen straf ia bedreigd, gestraft
als volgt
Het maken van kelders in strijd met de voorschriften
bedoeld in art. 4, of het plaatsen daarin van meerdere
lijken dan waarvoor recht is verkregen, met eene geld.
boete van f 10,—.
Het plaatsen van gedenkteekenen enz of het
maken van tuinen enz. zonder verlof en niet met
inachtnemigg der gegevene voorschriften be
doeld in art. 9, met eene boete van - 8,
De overtreding van art. 10 met eene geld
boete van - 3f
Die van art. 11 met een boete van - 5,
Die van art. 12 met eene boete van - 25,
Het begraven van lijken op andere uren dan
is vermeld in art. 13, zonder dat daartoe ver
gunning is verleend, met eene boete van 10,
Het niet bezorgen van het verlof tot begra
ven op den in art. 14 vermelden tijd, met eene
boete van- i(
De overtreding van de tweede zinsnede van
art. 15 met eene boete van- 5,—
De overtreding van art. 16 met eene boete van 3,
Het bezigen van een minder getal dragers
dan is vermeld in art. 17, met eene boete van - 3,
Het niet behoorlijk naleven van de maatre
gelen in art. 19 bedoeld, met eene geldboete
van10,- tot -25,—
iv. overgangs bepaling.
Art 22. Deze verordening treedt in werking met
den dag der afkondiging.
Zijnde deze verordening aan de Gedeputeerde Staten
van Zeeland, volgens hun bericht van den 2 Augustus
1878 no. 3468/19 in afschrift medegedeeld.
En is hiervan afkondiging geschied waar het behoort,
den 16 Augustus 1878.
De Burgemeester en Wethouders voornoemd,
M. P. BLAAUBEEN.
De Secretaris,
HARTMAN.
i—
De opbrengst der middelen (hoofdsom en opcenten)
over Juli 1878 heeft bedragen f 7,590,186.53tegen
f6,054,494.85 in hetzelfde tijdvak van 1877.
De raming voor éen maand is f 7,865,735.62, die
voor 1878 alzoo f 94,388,828.
Opbrengst over de zeven eerste maanden van 1878
f 52,721,389.92, tegen f 52,356,609.13 over Jan./Juli 1877.
Oost-Indië. Ingetrokken de detach, bij het dep. der
marine van den opzichter le kl, P. Eleribaas, met be
paling dat hij bij zijn korps teruggevoerd en te Rembang
werkzaam gesteld zal worden.
Benoemd tot gezagvoerder C. J. A. Somer, die ge
plaatst is aan boord van het communicatievaartuig
Maria Gerarda; tot In comm. op het res. kant. te
Batavia de ambt. op non act. O. K. Van der Meer
Mohr, laatstel. 2e comm. op het voormalig ass. res.
kantoor te Benkoelen.
Overgeplaatst bij het 4e bat. de le luit. J. J. De
Graaff van het 12e bat.
I
GOES, 16 Augustus 1878.
In de Donderdag gehouden vergadering
van de vereeniging l)e Ambachtsschool" alhier
is besloten tot het bouwen van een school
lokaal, groot genoeg om er ook desgevorderd
een smederij in te vestigen. Daarvoor is aan
het bestuur een krediet geopend van ƒ5000,
terwijl aan den Raad der gemeente grond zal
worden gevraagd.
Dinsdag a. s. zal alhier de tweede paar
denmarkt in dit jaar plaats hebben. Tot het
honden daarvan werd eerst onlangs besloten,
en de medewerking der Bevelandsche land
bouwers zal zeker wel door de commissie in
de eerste plaats worden gevraagd om die
markt hier voorgoed gevestigd te krijgen.
Wij voegen bij hun wensch onze opwekking
tot die landbouwers, om toch vooral door in
zendingen en door hunne tegenwoordigheid die
goede zaak te steunen. Zulk een markt is
voor een gansch gewest, voor onze paarden
fokkerij, voor het financieel belang der land
bouwers van te groot gewicht, om daaromtrent
onverschillig te wezen.
Op de a. s. kermis alhier worden, behalve
eenige kramen, verwacht: Harte met zgn
theater gymnastique; Schram met de Minerva,
Bos met een kleinen jongeling; Hoornstra met
den stier Cesar; Carcasson, bggenaamd Simson;
E. Van Waveren met de vrouwelijke Simson;
Kinsbergen met zijn lachspiegel; Genoskie met
zijn panorama; Louwerse met zijn vélocipède-
tent, en Huiskes met een zelfde tent.
Ifeiiilccnszaud. Donderdag 11. genoot
de heer P. Aenstoots, R. C. Priester en Pastoor
in deze gemeente, het voorrecht zgn 25jarig
jubilé te vieren in tegenwoordigheid van een
aantal familieleden, vrienden en bekenden uit
deze en andere gemeenten.
De jabiiaris gedacht daarbp in ruime mate
de armen zjjner kerk en die van de Neder-
duitsch-IIervormden.
De brievengaarder J. Krijger, te Hans-
weert, is 1.1. Woensdag als zoodanig uit 's rijks
dienst ontslagen, terwjjl de tijdelijke waarne
ming dier betrekking is opgedragen aan den
heer J. Poleij, aldaar.
Om te worden benoemd tot havenmeester
te Breskens staat op de nominatie de heer
J. Spruijt, hulp-sluismeester aan het kanaal van
Zuid-Beveland, te Hansweert.
Het Gemeentebestuur van Bergen-op-Zoom
beproeft het verkoopen van onrjjp ooft door
strenge verbodsbepalingen te keer te gaan.
Tot lid van den Gemeenteraad aldaar is met
262 van de 417 uitgebrachte stemmen gekozen
de heer Ant. Asselbergs (cler.)
Blijkens het voorloopig verslag is het
aanhangig wetsontwerp betrekkelijk de medi
sche examens over 't algemeen gunstig in de
afdeelingen der Tweede Kamer ontvangen.
Met betrekking tot het te Parjjs gehou
den postcongres verneemt de Amst. Ct. het
volgende
„Het nieuwe postverdrag berust in hoofdzaak
op de grondbeginselen der vroeger te Bern
gesloten overeenkomst. De thans bestaande
postvereeniging omvat alle geciviliseerde lan
den, over een uitgestrektheid van 1,300,000
vierk. mijlen met circa 750 millioen inwoners.
Deze nieuwe wereld-postconventie zal 1 April
1879 in werking treden."
Aan het Utr. Dagbl. wordt, in strjjd met
het bericht uit het Vaderland en andere omtrent
reorganisatiën loopende geruchten, van door
gaans goed onderrichte zjjdj medegedeeld, dat
er vooreerst vanwege het M. v. O. nog geen
reorganisatiën behoeven gewacht te worden,
en er vooreerst noch van traktementsverhoo-
ging der offic. van infanterie en cavalerie noch
van reorganisatie van den geneeskundigen dienst
sprake is.
Uit 's-Bage meldt men aan hetzelfde
blad, dat de Minister van binnenl. zaken eene
regeling der bezoldigingen van de ambtenaren
ter provinciale griffiën heeft ontworpen en het
betrekkelijk koninkl. besluit eerstdaags in het
Staatsblad zal verschijnen, terwijl op de ont-
werp-staatsbegrooting voor 1879 een belangrijk
hooger cijfer daarvoor is uitgetrokken.
Het Nationaal huldeblijk, dat, zooals men
weet, bestaan zal uit twee fonteinen op het
voorplein van het paleis van prins Hendrik te
Soestdgk, behoort, volgens de eischen aan de
meedingende kunstenaars gesteldop zinne
beeldige en artistieke wijze het denkbeeld van
een nationaal blijk van hulde nit te drukken.
Aan den voet moet elke fontein een middel
lijn hebben van minstens 10 meter, en zjj kun
nen vervaardigd worden van natuurlijke steen,
brons of eene andere bouwstof. Beide fonteinen,
waarvan de te kiezen vorm aan den ontwerper
overgelaten wordt, zullen in hoofdvorm dezelfde
en in overeenstemming moeten zijn met de
omgeving. Vanwege de hoofdcommissie zal da
aanbesteding ondershands geschieden van de
steenen fundamentenmetselwerken en het
krachtig werkend stoomwerktuig dat de fontei
nen drijven zal. De kosten daarvan zijn op
ƒ25000 geraamd. Die der fonteinen zullen het
bedrag van 35000 niet mogen overtreffen.
De prijsantwoorden behooren voor of op den
30 September ingezonden te zijn. Prins Hendrik
zal daarna zelf, volgens eene voordracht van
de commissieuit de ingekomen ontwerpen
eene keuze doen.
Verder zal de prijsvraag met da teekening
van het grondvlak aanstaanden Maandag den
19 Aug. aan het bureau Ileerengracht, hoek
Spiegelstraat, te Amsterdam, op franco aan
vrage verkrijgbaar zjjn.
Wij vestigen er de aandacht der plaatse
lijke comraiesiën in Nederland op, dat op den
20 Augustus a. s. de ontvangst gesloten wordt
van de naamljjsteu der deelnemers aan het
geschenk, aangezien anders het album van de
namen der schenkers niet tjjdig genoeg kan
gereed zgn, om te worden aangeboden bjj de
komst van Z. K. H. in Nederland.
De Staats-courant behelst het programma
van het ceremonieel, dat zal worden in acht
genomen bij de aankomst van HH. KK. HH.
prins en prinses Hendrik der Nederlanden,
binnen het Koninkrijk en in de Residentie.
Z. K. H. prins Hendrik en H. K. H.
prinses Marie van Pruisen zulfen op 5 Sep
tember e. k. in Den Haag de verschillende
huwelijksgeschenken in ontvangst nemen, die
door de Nederlandsche natie het vorstelijk echt
paar zjjn toegedacht. HH. KK. HH. zullen
geen officieel bezoek brengen aan de hoofdstad.
De Berlijnsche dagbladen melden, dat Z. M.
de Koning der Nederlanden ter bijwoning van
het huwelijksfeest den 22sten dezer te Berlijn
zal aankomen. Buitendien is tot nogtoe aan-
zegging ontvangen van de aankomst der vol
gende vorstelijke personen;
Prins Frederik der Nederlanden; de Groot
hertog en Groothertogin van Saksen-Weimar,
benevens de Erfgroothertog met zijne gemalin
en prinses Elisabeth de Erfgroothertogen van
Mecklenburg-Strelitz en Oldenburg, ieder met
zjjne gemalin; voorts de Hertog van Con-
raught, onder geleide van den luitenant-kolonel
sir Howard Elphinstone en kapitein Egerton.
In een bericht van de Duitsche bladen
is medegedeeld, dat prinses Maria dagelijks
vanwege den vorstelijken bruidegom een bouquet
uit Parijs ontvangt. Het Vaderland verneemt
nu, dat de prachtige bloemruikers niet uit de
Fransche hoofdstad, maar uit de tuinen van
het lustslot te Soestdjjk naar de vorstelijke
bruid worden gezonden.
Zgn onze informatiën juist, zegt de Amst.
Ct.dan is hetgeen dezer dagen in enkele
Duitsche bladen werd gemeld aangaande hu
welijksplannen van vorstelijke personen, te Wei-
mar, allervoorbarigst, ja wellicht geheel uit de
lucht gegrepen.
In de deze week te Amsterdam gehouden
vergadering der Maatschappij tot Nut van 't Al
gemeen bleek nog, dat van de 17 antwoorden,
ingekomen op de uitgeschreven prijsvraag over
de beste wjjze van armverzorgingniet éan
door de commissie van beoordeeling de be
kroning is waardig geoordeeld. Op voorstel
van het hoofdbestuur werd besloten deze prijs-