1878. N°. 92.
Dinsdag 6 Augustus.
65ste Jaargang.
Bg d i ree te opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend.
Agenten voor het buitenland zijn: G. L. DAUBE Co., te Parijs. A. STEENER en HAASENSTEIN VOGLER, te Hamburg.
In ons land vervoege men zich voor Rotterdam aan het Algemeen Advertentiebureau van NIJGH VAN DITMAR, en verder bij alle boekverkoopers en postdirecteuren.
OPROEPING van VERLOFGANGERS.
WILLEM VAN DE VELDE;
PIETER GOOSSEN;
JABOB ROOSE;
JOHANNES' BRAND;
GOMMERT VAN AST;
ADRIAAN JACOBUS VAN AKEN;
ADRIAAN NONNEKES;
WILLEM DE KEIJZER;
LAURÜS OELE;
MATTHEUS DE WITTE;
JOHANNES ANTHONIE DE WITTE;
HUBRECHT JOHANNES PIETER VISSER;
PETRUS BERNARDUS NOTEBOOM eu
ARIJ VAN HOORN,
Vertrek der brievenmail naar Oosl-Indië.
Via NIEUWEDIEP, 23 Aug., 6.10 's avonds.
504.179 onder teekenaars.
OFFICIEELE MEDEDEELINGEN.
GOES, 5 Augustus 1878.
GOESCHË
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en Vrijdagavond,
uitgezonderd op feestdagen.
Prijs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, 1.75.
Afzonderlijke nommers 5 et., met bijblad 10 et.
Gewone advertentiën worden a 10 ct. per regel geplaatst.
Geboorte- huwelijks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen van 18 regels a 1.
Dienstaanbiedingen, niet meer dan 1 regels bedragende en contant betaald, 30 ct.
DE BURGEMEESTER VAN GOES,
gezien hebbende de circulaire van den heer Commissaris
des Konings van den 7 Juni 1878, A no. 3308en9Jnli
1878 A no. 2698, 3de aid. (Prov. bladen nos. 59 en 69)
volgens welke, tengevolge van de door Z. M. den
Koning gegevene bevelen, de milicien-verlofgangers
der lichting 1875, behoorende tot het 3de Regiment
Infanterie, het lste Regiment Veldartillerie en ae 1ste
corap. Hosp. Soldaten voor herhalingsoefeningen ONDER
DE WAPENEN MOETEN KOMEN, geelt daarvan aan
de belanghebbenden kennis en roept op:
om tegenwoordig te zijn bij hunne korpsen te MID
DELBURG, VLISSINGEN, UTRECHT en AMSTERDAM,
op Woensdag den 7 Augustus en Vrijdag den 23 Augus
tus aanstaande, des namiddags voor 4 uren, zullende zij
zich rechtstreeks derwaarts moeten begeven.
Wordende den verlofganger indachtig gemaakt, dat
hij, die niet aan de oproeping voldoet, als deserteur
wordt behandeld en dat hij, die niet op den bestemden
tijd onder de wapenen komt, of niet voortdurend aan
de oeiening deelneemt, of wel achterlijk blijft in het
aanleeren van den wapenhandel, zooveel langer onder
de wapenen zal gehouden worden als de Commandant
noodig acht.
Goes, den 3 Augustus 1878.
De Burgemeester voornoemd,
M. P. BLAAUBEEN.
Via MARSEILLE, 9 Aug., 8.45 's morgeus.
Via NAPELS, 11 Aug., 6.10 's avonds.
Via BRINDISI, 16 Aug. 8.45 's morgens.
De Fransche pakketbooten doen Riouw, Banka
en Palembang niet aan.
De verzending der brievenmalen naar Padang
en Batavia met het stoomschip Kingston van
de Rotterdamsche Lloyd, aanvankelijk op deu
Slen Juli bepaald, is tot 7 Augustus a. s. uit
gesteld.
De gedrukte stukken eu monsters van koop
waren behooren uiterlijk in den avond van den
6en Augustus, en de brieven den daarop vol
genden dag, des morgens vóór 12 uren, te Rot
terdam aangekomen te zijn.
Een belangrijk cijfer voorzeker!
Voegen wij daarbij de Katholieken, die door
hunne handteekening bij de Eerste Kamer te
kennen gavendat het verwerpen der wet hun
wensch zou zijn, en wier aantal volgens de laatste
opgaaf op 160.759 wordt geschat, dan staat
daar vóór ons eene groote machtdie zich ver
zet tegen hetgeen jaren lang is gewenschtver
betering van ons volksonderwijs.
Is die groote macht ook sterkt
Die vraag is van onze zijde zeker geoorloofd,
nu die macht oprukt tegen ons streven, tegen ons
werkenom ontwikkeling en beschaving voort te
planten langs den weg van algemeene menschen-
liefde in tegenstelling van haar pogen, om slechts
kerkelijk-eenzijdige ontwikkeling te bevorde
ren of om alles tegentegaan wat de vrije
ontwikkeling des geestes waarop alle menschen
aanspraak kunnen maken, in de hand kan werken.
Vóór wij die vraag beantwoorden kunnen,
dienen wij in 't kort nategaan, waaraan die
beweging haar ontstaan heeft te danken en van
wien zij is uitgegaan.
De Katholieke kerk zal zich natuurlijk altijd
blijven verzetten tegen eiken maatregel, die op
dat gebied door een liberaal bestuur wordt
voorgesteld. Zoolang zij niet zeker is, dat haar
macht daarbij wordt erkend, zoolang zij de
toongeefster daarbij niet is, kan men van haar
niet anders verwachten.
Die kerk wenscht niet het brood des levens
verstandsontwikkeling zoo algemeen ver
spreid te zien. Slechts eenige uitverkorenen,
voornamelijk onder de geestelijkheid, mogen toe
geven aan den lust om zich zooveel mogelijk te
bekwamenmaar toch wijst zij altijd nog de rich
ting aan, waarin men zich dient te bewegen. Er
zijn veel knappe, éminente mannen voortgekomen
uit die kerk; maar de kerk wist, dat zij op
hen rekenen kon, en was er nu en dan een
afvallige, hij kreeg een sterke macht tegenover
zich, dat wist de kerk ook. Deed zij verder op
dat gebied een concessie, zjj deed 't nooit zonder
een doel en zonder vooruitzicht van zelve daar
mee later eenig voordeel te behalen. De heer-
schende geest in die kerk mocht hier en daar
worden tegengewerkt door geloofsgenooten zei
ven, in ons land wordt maar al te zeer be
wezen dat hij nog heerschtwaar mildere
beginselen, door haar vroeger gehuldigd, thans
worden bestreden. Dat hij zelf meer en meer
doordringt bewijst de onafhankelijke houding
der geloofsgenooten bij gelegenheden, waar zij
vroeger een bondgenoot zochten.
Dat er nu uit die kerk een protest tegen de
nieuwe wet op het lager onderwijs zou opgaan,
was te verwachten; zij zou haar aard verloo
chend hebben, wanneer zij gezwegen had. Dat,
waar de kerk eischt, hare aanhangers gereed zijn
aan haar eiseh te voldoen, is algemeen bekend.
Zoodra de geestelijkheid spreekt, volgen deleeken
en zoo viel 't gemakkelijk zulk een macht te
organiseeren als thans geplaatst wordt tegenover
de nieuwe wet. Het bevel behoefde slechts ge
geven te worden, om te worden opgevolgd.
In de Protestantsche kerk is de toestand
eensdeels dezelfde.
Heeft zij haar ontstaan te danken aan de zucht
om zich te ontdoen van dwang, door de Katho
lieke kerk uitgeoefend en te jagen naar vrijheid
van denken, door die kerk onderdrukt, helaas
diezelfde protestantsche kerk bleef haar oorsprong
zoo weinig getrouw, diezelfde kerk spon een net
van stelsels en stellingen, zoo schoon verzonnen,
dat zij hare aanhangers er in verwarde vóór zij
recht begrepen, dat zij eigenlijk voor de Heiligen
van vleesch en bloed of van steen, die hunne
voorouders eenmaal afzwoeren, papieren beelden
in de plaats kregen, terwijl zij daarvoor nog veel
meer bogen dan een goed Katholiek voor de
zijne. En men lachte nog medelijdend om die
zelfde Roomschen
Toen waren er in diezelfde kerk die het ge
vaar ontdekten, dat daardoor het vrije denken
opnieuw bedreigde. Zij verzett'en er zich tegen,
en het gelukte hun eenigen tijd de macht in han
den te krijgen, en onder den naam van moderne
partij gezag uit te oefenen.
Dit duurde evenwel niet lang. Langs een
J
omweg, door een reorganisatie te bewerkstelligen
in het kerkelijk kiesstelsel, wist de oude partij
zich weer meester te maken van de colleges,
door wie de kerk moest worden geregeerd, en
begon men opnieuw te heersclien op eene wijze,
die maar al te zeer de overtuiging moest schen
ken, dat een kerk en het vrije denken onver-
eenigbaar zijn.
Er had groote scheuring plaats en zij die
prijs stelden op het laatste, ontliepen de muren,
waar het hun te benauwd en te eng was geworden.
Maar die afvalligen zagen ook spoedig in welk
gehalte van personen den schepter thans zwaai
den zij bemerkten, dat er een organisatie op
touw was gezetom de mannen van talent te
weren, om de gansche hervormde kerk op een
leest te schoeien, zooals die, waaruit zij oor
spronkelijk was ontstaan. De geestelijkheid
moest weer ten troon geholpen worden dat
begreep zij zelve 't besten hoe ontwikkelder
de leeken werden, hoe minder dat mogelijk
was. Vooral was dat 't geval, toen die geeste
lijken in hun eigen gemakzucht een prikkel
vonden om zich op het gebied der wetenschap
niet te verheffen, waarbij zij dan ook een treurig
contrast leverde met hunne katholieke collega's,
die op dat gebied en op dat der kunst zich
vaak uitstekend betoonen.
Bij den adel vond diezelfde geestelijkheid
grootendeels steun, wijl ook deze voor zijn pres
tige belang erbij had, dat de kerk eerbied leeren
zou aan zijn gezag, en niet te veel het verstand
zou leeren stellen boven oude rechten, waar
voor men niets had gedaan. In bijredenen, die
tevens daartoe meewerkten, zullen wij ons niet
verdiepen. Hoe heftiger men nu op kerkelijk
gebied er naar streefde steun te zoeken bij de
massa, die onontwikkeld en spoedig te misleiden
is, hoe krachtiger aan de andere zijde werd
beproefd een bolwerk op te werpen om den
staat te beveiligen voor datzelfde beginsel dat
binnen de wanden der kerk werd gehuldigd.
Geen wonder, dat die partijen sterk tegenover
elkander staan De kerk wil nog den staat be-
heerschen, en de laatste wil dat gezag niet.
Welk is nu het beste middel, om dat doel te
bereiken? Onderwijs. En dat dit zoo is, bewijst
de tegenstand, die elke verbetering ervan onder
vindt van die heeren geestelijken. Hoe meer en
beter dat immers wordt, hoe minder invloed en
macht zij kunnen uitoefenen. Daarom onder
schoonklinkende leuze de menigte, waarop men
invloed uitoefent, en die zoo goed meegewerkt
heeft om hun in de kerk de macht te verschaffen,
ook gebruikt daarbuitenEn dat men toen tot
een groot cijfer kwam, was niet te verwonderen.
Wanneer men van die 304,179 inteekenaren
aftrekt de heeren dominees met familiën en dienst
baren, die voor zichzelven grootendeels pleiten,
de heeren kerkeraadsleden persoonlijk met hun
aanhang, hen, die belang hebben bij de kerk,
omdat zij er een of ander aan verdienen, de
duizenden en nog eens duizenden, die misleid
werden door verkeerde verzekeringen en op
helderingen, dan blijven er zoo weinig over,
die waarlijk met ernst en overtuiging meenen,
dat hetgeen zij vragen goed en mogelijk is.
En terwijl wij hun recht om te vragen erken
nen, blijven wij volhouden, dat hun aantal ge
ring is in verhouding van zoovelen, die tegen
over hen staan.
Wij erkennen, dat die macht van driemaal
honderdduizend sterk is wat aantal, maar, naar
aanleiding van het voorgaande, gering wat ont
wikkeling betreft.
En wij vreezen haar juist daarom des te
meer, ter wille van het werk der algemeene
menschenliefde. Wij zijn bevreesd voor haar,
zooals wij indertijd bang waren voor het volk,
dat in Rotterdam eens opgehitst werd door ver
keerde leidersen toen tot ernstige uitersten
overging. Toen vernielde men veel aan gebou
wen en straten onder die onderteekenaars zijn
er zoovelen, die, door godsdiensthaat gedreven,
zoo oneindig meer zouden vernielen aan het ge
bouw der humaniteit. Men ontziet zich immers
nu reeds niet om den Koning, voor wien men
zegt eerbied te koesteren, les te geven in het
geen hij moet doen, door hem eene geschie
denis te overhandigen, van het onderwijs in
Nederland in de laatste jaren en hem zoo zijn
taak voor te schrijven.
Nog een stap verder, en ds. Van Son te Am
sterdam gaf er reeds teekenen van bij een bid
stond dien hij hield, men zal overgaan tot an
dere middelen. Zoo werkt men ter eere van zich
zeiven! En juist omdat de volgelingen zoo
moeielijk kunnen oordeelen, zoo licht te bewe
gen zijn, heeft het cijfer hierboven zoo iets treu
rig welsprekends voor ons. Welk een ruim
veld nog, om werkzaam te zijn voor de mannen
van het goed neutraal onderwijs!
Daarom niet geaarzeld, waar op dat gebied
nog zooveel te verbeteren valt! Al bekennen
wij dan nu nog dat de macht, tegen ons gericht,
sterk is, eenmaal zal zij verslagen worden door
dat eenige middel, waartegen zij zelve zich nu,
verblind en misleid, blijft verzetten Vele mede
helpers aan die groote beweging zijn gelijk aan
zoo meuigen kranke, die zich verzet tegen het
innemen van een middel, dat hem genezen moet.
En zoo lang hij daarin niet wordt tegenge
werkt, is genezing onmogelijk.
De lotelingen voor de lichting van 1878. die bij
de bereden korpsen zijn ingedeeld, moeten den lsteh
October a. s. in werkelijken dienst worden gesteld.
De examens ter verkrijging van akten van be
kwaamheid voor het middelbaar onderwijs voor dit
jaar zullen in den loop der maand October a. s. wor
den afgenomen. Aanmelding voor 20 Aug. a. s. aan
het Dep. vau Binn. Zaken.
Z. M, heeft benoemd, met ingang van 1 Augustus
jl., tot sluismeester aan het kanaal van Walcheren
M. Kramerthans sluismeester aan het kanaal van
Zuid-BevelaDd; tot sluismeester bij het kanaal van Zuid-
Beveland G J. Bruker, thans hulp.sluismeester aan het
kanaal van Walcheren tot hulpsluismeester aan het
kanaal van Walcheren Owoehand, scheepsgezag-
voerder te Middelburg.
De Minister van Koloniën maakt bekend, dat het
voornemen bestaat, om twee Nederlandsche jongelieden,
die den leeftijd van 22 jaren niet hebben overichreden
en die in het bezit zijn van eind-diploma eener H.
B. S. met 5jarigen cursus, te doen opleiden tot tech
nische ambtenaren voor het boschwezen in Nedcrl.
Indië, volgens voorwaarden omschreven in de Staats
courant van Zaterdag.
Zaterdagmiddag, .ongeveer half drie, ge
raakten de paarden van L. R., gespannen voor
een wagen, waarin vier dames waren gezeten,
bij de 's Heer Hendrikskinderenbarrière op hol.
Een der paarden, pas aangekocht, hoewel het een
zeer mak dier moet zijn, schrikte door het
blaffen van een hond. Door het breken van
de leidsels had de koetsier bovendien de paar
den niet meer in bedwang, en was het voor
hem onmogelijk iets te doen tot afwending
van het gevaar. Bij de hofstede van De Dreu,
op den dijk, sloegen wagen en paarden van
de hoogte en wel zoo, dat de dames allen en
éen der paarden onder het rjjtuig terecht kwa
men het andere paard liep verder den dijk
op. Twee der dames V. d. P. zijn betrekkelijk
ernstig verwond en twee anderen minder. Het
rijtuig is geheel gebroken. De koetsier kwam
er met den schrik af. De heer V. H', die
juist uit de stad naar huis reed, bracht de
dames met zijn rijtuig naar hare woning.
Wederom zijn verleden week alhier verschei
dene diefstallen ontdekt, door eene boerendienst-
meid,zekere N. F., gepleegd in dienstbaarheid. Op
aangifte aan den brig. maj. tit. De Leeuw van
den waarschijnlijken diefstal eener beurs met geld
kwam deze ijverige dienaar der wet op 't spoor
van de andere diefstallen, doch de daderes bleef
ontkennen de beurs gestolen te hebben.
®s-IIeer Arenclskerke. Verleden week
heeft bij den arbeider Geene in den Onden-
Kraaiertpokler een brutale diefstal plaats gehad
van verschillende voorwerpen bestaande in
geld, kleeren, koralen met gouden slotje enz.
Het moet gebeurd zijn in den voormiddag.
Toen de ontstolene 's middags van den arbeid
thuis kwam, vond hij zijn kastje geopend, spo
ren dragende van inbraak en ontvreemding van
zijne beste bezittingen. Verleden jaar is om
streeks denzelfden tijd in die woning diefstal
gepleegd. Zij staat dan ook op zekeren af
stand ver verwijderd van andere gehouwen.
NiemveAorp. Volgens eene aangeplakte
publicatie moeten den 7 Augustus weder eenige
verlofgangers onder de wapenen komen. Dit
zal vermoedelijk ook wel in andere gemeenten
het geval zijn. In zekeren zin is dit voor
elkander eenige troost, maar ieder voor zich
zal toch wel het onaangename, ja deemoedige
daarvan ondervinden, juist omdat het in den
kostbaarsten tijd, midden in den oogst, plaats
heeft. Het ware te weuschen, dat daarin ver
andering werd gebracht in navolging van het
militaire Duitschland, waar de beste krachten,