Berchta en Mathilda,
N°.
Jaargang.
Bij deze coui'aut behoort een Bijvoegsel.
Iets over sparen.
Mengelwerk.
een verhaal uit de dagen der eerste
Evangelieprediking in Zeeland,
D. MOOJEN.
OmiEELE WEMUWN.
GOES, 12 APRIL 1878.
ADVERTENTIES
13
GOESCHE
Pe uitgave dezer Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en Vrijdagavond,
uitgezonderd op feestdagen.
Prijs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, 1.75.
Afzonderlijke nommers 5 ct,, met bijblad 10 et.
COURANT.
Gewone ad verten tiën worden a 10 ct. per regel geplaatst.
Geboorte- huwelijks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen van 18 regels a 1.
Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels bedragende en contant betaald, 20 ct.
Bg directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend.
Agenten voor het buitenland zijn: G. L. DAUBE Co., te Parijs. A. STEINER en HAASENSTEIN VOCLER, te Hamburg.
In ons land vervoege men zich voor Rotterdam aan het Algemeen Advertentiebureau van NIJGH VAN DITMAR, en verder bij alle boekverkoopers en postdirecteuren.
i.
Reeds geruimen tijd is de quaestie van het
School-spaarbankwezen in ons land aan de orde.
Ook in de te Goes bestaande vereeniging Volks
belang" werd indertijd daarover gesproken, maar
de verdere bespreking van dat punt om bijzon
dere redenen o. a. de geringe belangstelling
der leden, waaraan meer vereenigingen ziek
zijn geheel achterwege gelaten. En toch
verdient die quaestie wel nadere overweging,
daar toch de grondslag voor het sparen in het
volgend leven zeker wel bij het kind gelegd
dient te worden. Daarmede moet men dus
aanvangen, ook met beoordeelen, en de Eco
nomist van Februari gaf ons aanleiding hierop
de aandacht eens te vestigen. Een der groot
ste voorstanders en propagateurs van het spaar
bankwezen in Frankrijk heeft in het Journal des
Débata een overzicht gegeven van de uiterst
merkwaardige vorderingen, welke het school-
tpaarbankwezen heeft gemaakt.
Uit een overzicht van het onderwerp, zoowel
in Frankrijk als in de meest-gevorderde nabu
rige landen, door genoemden heer aan het be
stuur der „Société des institutions de prévoyanee"
gegeven, heeft de Economist eenige belangrijke
gegevens genomen, die wel zeer de aandacht
waard zijn van allen, die in dit belangrijk
vraagstuk belang stellen. Wij lezen daarom
trent het volgende:
vAan het eind van 187 6, dus twee jaar na
de eerste pogingen om de schoolspaarbanken
in Frankrijk ingang te doen vinden, was deze
instelling in negen-en-zestig departementen van
Frankrijk en in de drie departementen van
Algerië ingevoerd. In zes departementen had
men spaarbanken op al de lagere scholen. In
de tweeëntwintig departementen, waar ze het
meest verbreid waren, telde men er 4997. Een
getal van 189519 leerlingen spaarde, en onder
deze waren er 127811, die het tot een eigen
spaarbankboekje hadden gebracht. De geheele
som aldus, in sommige streken zelfs bij //centimes"
vergaard, en aan de groote spaarbanken over
gemaakt om op afzonderlijke boekjes voor
eiken leerling ingeschreven te worden, bedroeg
1,297,512 francs. De toen meest gevorderde
departementen telden 3650 schoolspaarbanken;
door
IV.
«Ziet," ging Barlof met verheffing van stem
voort, terwijl hij zijn bliksemende oogen naar de
ondergaande zon richtte, wier stralen juist op dat
oogenblik verduisterd werden door een voorbij
drijvende wolk, «Wodan vertoornt zich reeds, omdat
gij het waagt hier te komen op deze heilige plaats
en op dezen aag, die hem gewijd is."
«Maar ik heb de goden niet afgezworen," sprak
Sigyna.
«Gij hebt toch de ellendige Franken in uw
huis ontvangen, hun kruisbeeld gekust en uw
door hen laten wasschen," hernam Barlof.
De vrouw gaf hierop geen antwoord maar zeide
«reeds twee dagen ligt mijn kleine Wolfard te
krimpen van pijn en
«Welnu,viel Barlof haar met bitteren spot
in de rede, «bid dan nu tot uwen gekruisten God,
dat hij uw kind geneze."
Het volk rondom den boom lachte, maar Barlof
maakte met de rechterband een afwijkend gebaar,
waarop het gelach ophield.
De vrouw zag met een blik, waarin verontwaar
diging, deemoed en fierheid om den voorrang stre
den, naar de lachenden. Een oogenblik scheen
73686 leerlingen hadden het tot een eigen spaar
bankboekje gebracht en hadden aldus 768,029
fr. bespaard.
Deze cijfers zien op het eind van 1876.
Sedert elf maanden zijn ze zeer toegenomen,
vooral na de heropening der scholen in 1877,
toen verscheidene schoolspaarbanken ingevoerd
zijn. De spaarbank van Bordeaux gaf in 1874
het voorbeeld. Op den 3ln December 1876
telde zij 5300 leerlingen van 85 scholen met
een eigen spaarbankboekje en die 62100 fr.
bespaard hadden. In November 1877 telt zij
6115 leerlingen van 110 scholen met spaarbanken
voorzien, en die 91957 fr. bespaard hebben.
De spaarbank van Nantes telde den 31 n
December 1876 2167 leerlingen aan 65 scho
len, die een eigen spaarbankboekje en een som
van 29051 fr. bezaten. Den 30n November 1877
was het getal scholieren tot 3 83 7 gestegen.
Het bespaarde geld bedroeg 60971 fr. en 79
seholen waren van spaarbanken voorzien.
Terwijl de gemakkelijke en zekere werking
van de schoolspaarbanken en de opleidende
invloed, dien zij hebben, niet over het hoofd
wordt gezien, vestigen de offieiëele rapporten
van Engeland en Italië, even als de verslagen
der Frausclie spaarbanken, de opmerkzaamheid
nog op een ander feit, dat men vooral in Frank
rijk, maar ook elders waar geregelde school
spaarbanken zijn, heeft waargenomen. Het feit
is, dat de leerlingen die sparen, zonder het zelf
te weten, een krachtige propaganda uitoefenen
op hunne omgeving, hunne ouders en betrek
kingen door middel van het spaarbankboekje,
dat zij mede naar huis brengen. Uit boekje is
volkomen gelijk aan het gewone spaarbank
boekje, en zij, die nu leerlingen zijn, kunnen
het gedurende hun geheele leven blijven ge
bruiken. Dit boekje nu toont aan de ouders
hoe de spaarbanken in hun werk gaan, en het
voordeel dat zij aanbieden wordt hun „tastbaar"
(zooals de heer Stella, een vroegere minister van
Italië uitdrukte). „„Aldus ingelicht, begrijpen de
ouders" zegt het Italiaansche verslag „dat zij
hetzelfde als hunne kinderen en beter zouden
kunnen doen, en zij ook nemen een spaarbank
boekje/^
In Juni e. k. zal gelegenheid worden gegeven tot
het afleggen der examens ter verkrijging van diplomate
voor het eerste natuurkundig examen en het natuur
kundig examen voor hulp-apothekers, het tweede
het, alsof de verontwaardiging en fierheid de over
hand zouden behouden; dat zij haar meerderheid
als vrouw van een Adeling, meesteres op een hoeve,
tegen de lachers, meerendeels eigenhoorigen, wilde
toonen. Zij deed een paar schreden naar de lachers
en zei«hoe, ellendige liten durft gij maar
een klagende toon van haar kind bracht haar tot
deemoed en angst terug. Zij viel op de knieën,
leidde haar jongske voor zich op de bruine eiken
bladeren, strekte de handen smeekend uit naai
den grijze en riep opnieuw: „O, Barlof! heb
medelijden met mijn kleinen Wolfard. Vergeef
mij, zoo ik ooit aan de macht van onze goden
heb kunnen twijfelen."
De arme moeder was op dit oogenblik bekla
genswaardig. Wat had bet haar gekost, om dezen
vernederenden gang te doen! Zij, de vrouw van
eenj Adeling, die meer dan éen aandeel in dit
zelfde woud bezat, zij moest zich hier vernederen
ten aanschonwe van een menigte eigenhoorigen
En na deze vernedering nog niet eens haar doel
bereiken
Ziet, het was nu meer dan twee dagen, dat haar
kleine Wolfard kreet van pijn en dat zijn aan
vallig gezichtje door stuiptrekkingen verwrongen
werd. Bij den eersten aanval, dien het kind kreeg,
had zij hulp en genezing trachten te verkrijgen
door te bidden tot den God der Franken, tot Jezus,
dien Adélard, de christenprediker, haar had ver
kondigd als machtig boven allen, die door zijn dood
aan een kruishout alle kwaad, alle menschelijk
leed, ja zelfs den dood had overwonnen.
Deze God, bad zij gedacht, zou wel machtig ge
noeg zijn om haar kind te herstellen en van den
boozen ase, die in den kleine scheen gevaren, te
natuurkundig examen, of van akten van bevoegdheid
als hulp-apo'hpker, in art. 16 vermeid; terwijl in Juli
e. k. gelegenheid zal gegeven worden lot het afleggen
van het veeaitsenijkundig examen, ter verkrijging van
het diploma van veearts. Men zie verder de Staats-courant
van 12 dezer.
Dit jaar kunnen vier jongelingen na afgelegd
examen als scheepklerk worden aangesteld.
De jongelingen die tot dit examen, hetwelk in de
maand Augustus zal plaats hebben, wenschen te worden
toegelaten, moeten zijn Nederlanders, en op den len
Januari 1878 den ouderdom van 15 jaren hebben bereikt,
doch mogen hun 18e jaar nog niet zijn ingetreden. De
vereischten zijn in de Staats-courant omschreven.
Oost Indiê. Benoemd in betGouv. van Sumatra's west.
kust, tot griffier bij den rapat te Fort van der Cappellen,
de griffier bij den rapat te Poeloe Tello, J. C. Van
len Brink.
Overgeplaatst: Aan boord van Z. M. fregat Zeeland,
de luit t. z. 2de kl. C. Mol van Z. M. st. Bataviaaan
boord van Z. M. st. Borneo, de adelb. lste kl. R. O.
Verschoor van Z. M. st. Zeelandaan boord van Z. M
st. Curacao, de luit. t. z 2e kl. J. Van den Bosch; bij het
garn. te Tjiltajap, de offiicier van gez. 2de kl. K.Ross,
te Willem I.
Als aanvulling op een vroeger bericht
melden wij, dat de telegrafist A. P. Verhoeffl
en de klerk J. II. Timmermans met 1 Mei
verplaatst worden van Goes respectievelijk
naar Amsterdam en 's-Hertogenbosch, en ver
vangen door de telegrafisten J. Van Boven,
van Amsterdam, en li.J. H. Hulsman, van
Hengelo (Overijsel).
Maandaga. s., desavonds te5 uren, zalin de
schouwburgzaal alhier door het Comité tot wering
van schoolverzuim de jaarljjksche uitreiking der
priemiën en belooningen weer plaats hebben.
De uitnoodiging tot bijwoning ervan, die het
Comité tot allen richt, msg zeker overbodig hee-
ten, waar steeds velen van die gelegenheid
gebruik maken. Van onze zijde achten wjj dan
ook eeae bloote mededeeling voldoende.
Woensdagavond is P. B., koopman alhier,
op zjjne terugreis van 's-Heerenhoek van den
wagen gevallen, zoodat hij aan hoofd en beenen
eenige kneuzingen bekwam Zjjn toestand is
niettegenstaande men zjjn dood reeds heeft
gemeld volstrekt niet ernstig.
In eene Woensdag gehouden vergadering
van het departement Middelburg der Maat
schappij tot Nut van 't Algemeen is aan C.
Vergouw de zilveren medaille der Maatschappij,
benevens een vereerend getuigschrift, uitgereikt
voor zjjnen 50jarigen dienst op de werf der
Commercie-Ciunpagnie te dier stede.
verlossen. Zij bad het houten kruisje genomen, dat
Adélard baar gegeven bad, het op 't gelaat van
haar kind gelegd, driemaal het teeken des kruises
gemaakt, zooals Adélard haar had geleerd te doen.
Te vergeefs: haar kind was niet beter geworden.
En nu begon zij in haar ongeduld en vrees aan de
macht des gekruisten te twijfelen.
«Zou 't wel waar zijn, dat Christus alle schik
godinnen, die den levensdraad der menschen af
snijden, heeft onderworpen, en zouden zij wel op
zijn bevel haar kind in 't leven moeten laten?
«Zou de goede Hulda, de kuische en liefelijke
vrouw van den machtigen Wodanzou Hulda
in wie zij van haar kindsheid af had leeren ge-
looven als de beschermster van het huisgezin, niet
machtiger zijn?
«Maar Adélard had haar immers gezegd,dat Wodan,
Hulda, Freyer, Donar en alle goden, asen en schik
godinnen niet zoo machtig waren als Christus en
Zijne Heiligen. Doch vrouw Berchta, Barlof en alle
bloedmannen verzekerden het tegendeel. En had
zij zelve nog onlangs Donar in zijn wagen niet
door de lucht hooren rijden, had zij het geluid van
zijn mjolner niet gehoord, zija keilen in vurige
stralen door de lucht zien schieten
«En had verleden jaar na die lange droogte, op
hun gebed bij den heiligen eik, Freyer hun geen
verkwikkenden regen geschonken?
«Had zij zelve dan nu nog onlangs in den donkeren
najaarsavond de asen niet in vurige tongen hoven
het water in de beek zien zweven
«Neen, neen, de Frank had ongelijk. Er was geen
Christus en zoo hij er ware, hij was niet zoo
machtig als de goden! Hun zou zij bidden! «Nog
een dag, dan is het de dag aan Wodan gewijd,
Van de Oesterbank in, die Woensdag te
Bergen-op-Zoom verpacht werden, hebben 70
perceelen nog geen f 7000 opgebracht. Het
vorige jaar bedroeg de pacht daarvan ruim
ƒ23,500. De overige perceelen zouden gisteren
verpacht worden.
De som, noodig tot het plaatsen van een
eenvoudig gedenkteeken op het graf van den
bekenden landbouwkundige Staring te Lochem
is genoegzaam door belangstellenden bijeen
gebracht. Vooral onder de Zeeuwsche land-
houwers vond men vele inschrijvers.
Zie verder het bijvoegsel.
Getrouwd
JACOBUS WESTERWIJK BOSDIJK
met
JOSINA GIPS.
Dordrecht, 11 April 18 78.
Voorspoedig bevallen van een ZOON
S. G. Van LOGHEM--Db Bruijn.
Amsterdam, 10 April 187 8.
Heden overleed in den ouderdom van
ruim 73 jaar, na kortstondige ongesteldheid,
onze geliefdo moeder en behuwdtnoeder mevrouw
J. A. BEVIERweduwe van den heer J. De
Fouw Wz.
Goes, 12 April 1878.
T. M. DE FOUW.
A. S. DE FOUW.
W. MOLIJN—De Fouw.
D. M. MOLIJN.
J. A. BEVIER DE FOUW.
S A. I. DE FOUW.
Eenige kennisgeving.
De heer en mevrouw J. WESTERWIJK
BOSDIJKGIPS betuigen hun hartelijken dank
voor de vele bewijzen van belangstellingbij
hun huwelijk ondervonden.
Dordrecht, 11 April 1878.
Voor de talrijke bewijzen van deelne
ming, die wij van hier en elders ontvingen, in
het smartelijk verlies onzer geliefde HENRIETTE
ENGELINA, betuigen wij onzen hartelijken dank.
Goes, 12 April 1878.
Wed. P. VAN HIELE
en familie.
Woensdag, dan ga ik naar 't woud van Guzala,
naar den heiligen eik." Zoo sprak de beangste vrouw.
«Ik zal zelf mijn kleinen lieveling met den geest
van den machtigen God in aanraking brengen als
Hij door de takken en bladeren ruischt."
Maar als de bloedman Barlof, of enkele van
haar buren of eigenhoorigen daar ook zijn Die
weten immers dat zij den Frankischen christen
huisvesting heeft verleend, en dat zij zich ter
kwader uur door den Frank heeft laten doopen
O, zij weet het, zij zal dan smadelijk terug
gewezen worden 1 Schande en bespotting zal haar
deel zijn; zoo niet erger. En, als wellicht binnen
weinige dagen Fulko, haar man en echtgenoot, de
vader van haar lieveling, uit het land der Fran
ken terugkeert en alles verneemt dan
«O, Hulda! liefelijke godin, gij die over echt en
trouwe waakt, red mij van den toom van mijn
Heer 1 Red mijn kind En de arme vrouw en
moeder had in radeloozen angst de handen ge
wrongen, eu was half bewusteloos naast haar
schreienden Wolfard neergezegen.
Zoo had Machteld, haar trouwe dienstbode, haar
gevonden. Deze had haar gloeiend hoofd met koud
water gewasscben, waardoor zij weder was bij
gekomen. Toen had zij met Machteld overlegd,
wat haar te doen stond en beiden waren over
eengekomen dat vrouw Sigyna morgen den tocht
naar den heiligen eik zou wagen. En als Barlof
zich daar bevond en haar terug wees, zou zij
Christus, den God der Franken, die toch niet hel
pen konvoor altijd afzwerenden toorn van.
Wodan en Hulda trachten te verbidden en haar
kind door den heiligen eik laten glijden.