1877. N". 143.
Dinsdag 4 December
Collecte door het R. C. Parochiaal Armbestuur.
Vertrek der brievenmail naar Oosl-lntiië.
EEN BEGROOTINGSPOST.
iimcinKi E MBimnmimm
GOES, 3 DECEMBER 1877.
GOESCHË
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en Vkijdagavond,
uitgezonderd op feestdagen.
Prijs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, 1.75.
Afzonderlijke nommers 5 ct., met bijblad 10 ct.
COURANT.
Gewone advertentiën worden a 10 ct. per regel geplaatst.
Geboorte- huwelijks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen van 18 regels a 1.
Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels bedragende en contant betaald, 20 ct.
By di ree te opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend.
Agenten voor het buitenland zijn: G. L. DAL7BE Co., te Parijs. A. STEINER en HAASENSTEIN VOGLER, te Hamburg.
In ons land vervoege men zich voor Rotterdam aan het Algemeen Advertentiebureau van NIJGII VAN DITMAR, en verder bij alle boekverkoopers en postdirecteuren.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES
brengen ter openbare kennis, dat het R. C. PARO
CHIAAL ARMBESTUUR in deze gemeente het voor
nemen heeft, om op Vonderdag 6 December a. s. aan
de huizen van alle ingezetenen eene A-LCJIG-
J1I :KI\ K COLLECTE te doen ten behoeve
van ile Armen, aan zijne zorg overgelaten.
Burgemeester en Wethouders noodigen een leder uit,
om door ruime giften het genoemde Armbestuur in
staat te stellen aan zijne verplichting te voldoen.
Goes, den 1 December 1877.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
M. P. BLAAUBRKN
De Secretaris,
HARTMAN.
Via BRINDISI, 7 Dec., 9.20 's morgens.
Via N1EUWEDIEP, 14 Dec., 1,'smiddags.
Via MARSEILLE, 14 Dec, 9.20 's morgens
Via NAPELS, 23 Dec., 5.45 's avonds.
De Fransche pakketbooten doen Riouw, Banka
en Palembang niet aan.
i.
Kotten van het college voor landbouw, zoo
luidde het op de begrooting van dit jaar. Kosten
voor de instelling van een adviseertnd college in
zake van land-, boscli-, tuinbouw en veeteelt noemde
de heer Heemskerk 't op zijne begrooting voor
1878. De som, bij beide gelegenheden uitge
trokken, bleef echter dezelfde, n. 1. ƒ1200. Doch
wat zal er nu met dezen post door den Minister
van Waterstaat, Handel en Nijverheid geschieden
Van intrekken hoorden wij nog niets, en 't zou
ons leed doen, wanneer dit geschiedde. Wij
wenschen er daarom nog eens de aandacht op
te vestigen. De heer Heemskerk heeft, teneinde
zijne bedoeling met dit college zeker duidelijker
te maken, den titel eenigszins uitgebreid, en
aangemoedigd door de kleine meerderheid, waar
mee nu bijna een jaar geleden die post werd
verworpen, opnieuw hem voorgedragen. Bij de
verdediging ervan gaf hij in 1876 o. a deze
toeliehting:
„Wat aanleiding heeft gegeven tot dit voorstel
is het volgende. In het Verslag over de be
grooting van 1874 is het denkbeeld geopperd,
om kamers van landbouw in het leven te roepen,
gelijk kamers van koophandel en fabrieken. Die
kamers van landbouw zouden zijn organen van
den landbouw in die zaken, waarin de landbouw
de hulp der Regeering meent te behoeven. Dit
denkbeeld is door mij onderzochtik heb daar
omtrent zeer vele adviezen van bevoegde des
kundigen ingewonnen, en, zoo als de heer Viruly
opmerkte, liepen de gevoelens zeer uiteen. Er
was echter, mijns inziens, meer tegen dan voor;
het bezwaar was voornamelijk de moeielijkheid
om op alle plaatsen geschikte leden en geschikte
kiezers voor de kamers te vinden. Bij de kamer
van koophandel en fabrieken is dat bezwaar zoo
groot niet, daar geeft het patent kiesrecht.
Maar bij die gelegenheid en hier heeft de
heer Viruly niet goed gelezen is het bijna
eenparig de wensch geweest van alle belangheb
benden, dat er mocht worden opgericht een
college van landbouw, niet ongelijk aan dat
voor de zeevisscherijen, om in zaken van den
landbouw op te treden. Ik noemde daar straks
eenige voorbeeldener zijn er meeral wil ik
evenmin als de geachte spreker uit Gorinchem
de vrijheid van den landbouw te kort doen, zoo
zijn er toch takken van bestuur, waarbij de
landbouw betrokken is. Ik noem in de eerste
plaats de statistiek, het onderzoek van den grond
en zijne voortbrengselen; in de tweede plaats,
de wetgeving, voor zoover onderwerpen van
politie betreft.
„Om hier weder een voorbeeld te noemen, het
beschermen van nuttige, en het uitroeien van
schadelijke vogels. Men heeft eenige jaren ge
leden eene oude wet omtrent de rupsennesten
afgeschaft, zonder er echter iets voor in de plaats
te geven. Is die quaestie uit? In de derde
plaats de oeconomische richting der wetgeving
in het algemeen. Ik behoef niet te herinneren,
welken invloed de beslissing van oeconomische
vraagstukken op den toestand van den landbouw
hebben kan. Mij dunkt, hiermede zijn genoeg
onderwerpen aangewezen welke deze commissie,
die bloot adviseerend zal zijn, zal behandelen.
In dezen zin is geadviseerd door de Maatschappij
van Nijverheid, door de Hollandsche, door de
Geldersche en door de Bredasche maatschap
pijen van landbouw en ook door den inspecteur
van middelbaar onderwijs, die met het toezicht
op het landbouwkundig onderwijs belast is."
Onder de verdedigers van zijn voorstel vin
den wij onzen afgevaardigde, die zich beriep
op een schrijven van den heer G. J. Van den
Bosch in den Wilhelininapolder, waarin deze
zijne groote ingenomenheid met het plan betuigde,
en hetn verzocht 't zooveel mogelijk te onder
steunen. De directeur van den polder zag er
geene belemmering in voor den landbouw, zooals
sommige leden zich voorstelden; hij achtte de
vervulling ervan eene ware behoefte en wees
erop „dat in alle Rijken van Europa, waar
de landbouw in een staat van ontwikkeling ver
keerde. gelijke inrichtingen bestonden, waaronder
vooral opmerking verdient Engeland, waar men
anders ongaarne ziet, dat de Regeering zich mengt
in de belangen van het private leven, en wan
neer dit gevonden wordt in een land, waar de
landbouw op dien hoogen trap van ontwikkeling
staat, dan mag dit wel als eene dubbele aan
beveling voor eene zoodanige inrichting ook bij
ons beschouwd worden."
Ernstige bezwaren zijn er naar ons oordeel
tegen dien post niet ingebracht. Hoofdzakelijk
golden die de inrichting van zulk een college
voor landbouw, welke volgens den heer Idzerda
uit te weinig leden zou bestaan. Een dergelijk
motief komt ook ons, evenals den toenmaligen
Minister, van ondergeschikt belang voor en in
geen geval van genoeg kracht om in beginsel
tegen de oprichting van zulk een college te zijn.
Zonderlinger kwam de heer Begram, als tegen
stander, uit den hoek. De landbouw heeft, vol
gens hem, geen behoefte aan ondersteuning, maar
de landbouwers hebben behoefte aan volledige
vrijheid bij de uitoefening van dat bedrijf, en
dat het openbaar gezag er zich zoo weinig mo
gelijk mede bemoeie. Hij was tegen officiëele
bemoeiing van de Regeering met den landbouw.
„Hier heeft men het stelsel van laisser-uller, de
eenige voorwaarde voor den bloei en de ont
wikkeling van den landbouw Wij betwijfelen
of deze afgevaardigde tot die conclusie is ge
komen na vergelijking der resultaten, verkregen
door landbouw en veeteelt in al zijne uitge
breidheid in ons land en in andere landen. In
den laatsten tijd is meer dan eens aan 't licht
gekomen, dat wij waarlijk niet bovenaan staan
op dat gebied. In het bijna afgeloopen jaar
zijn vooral met 't oog op de zuivelbereiding
zaken aan het licht gekomen, die ons waarlijk
niet zulk een hoogen dunk zouden geven van
het laisser-aUer-eteheX, waarvoor de heer Begram
zulk een pleidooi voerde. De mannen in den
Beemster hebben door hun initiatief ter oprich
ting van een school voor zuivelbereiding met
eene zuivelfabriek, en door de motieven, daar
voor door hen aangevoerd, de oogen geopend
voor het gevaar, dat hier dreigt, n.l. de vernie
tiging van Neerland's goeden naam op dat gebied.
De ervaring, op de tentoonstelling te Hamburg
opgedaan, was dan ook niet van de aange
naamste. Integendeel, dr. M. Salverda heeft
niet ten onrechte daarop gewezen, en opge
wekt tot krachtig handelen. Of Nederland nu
op 't gebied van veeteelt een voorbeeld voor
Engeland kan wezen, betwijfelen wijwij ge-
looven wel het tegenovergestelde. De veefokkerij
heeft daar eene. hoogte verkregen, die voor ons
land zeker nog wel geruimen tijd onbereikbaar
zal zijn, zoolang de Hooge Regeering haar
niet, zooals daar, steunt. Neen, het laisser-aller
hier, zooals de heer Begram 't noemt, verdient,
met 't oog daarop, alles behalve ondersteuning.
Maar het voorstel van de Regeering is niet om
de landbouwers te beperken in hunne vrijheid.
Of zou de heer Begram denken, dat de op
richting van zulk een college door alle maat
schappijen van landbouw, door autoriteiten op
landbouwgebied, door personen, wier belangen
bij den landbouw zijn betrokken, zou worden
aanbevolen, wanneer zij er eene bedreiging hun
ner vrijheid inzagen?
En toch, uit de gehouden diseussien op het
28e en het 29e Nederlandsch Landhuishoudkundig
Congre3, te Zierikzee en Heerenveen gehouden,
bleek de warme ingenomenheid van velen met
het oprichten van zulk een college, en in de
Tweede Kamer is 't herhaald, ook de maat
schappijen van landbouw verklaarden er zich
voor. L)och de meeningen verschilden omtrent de
wijze, waarop zulk een college moest zijn samen
gesteld.
Bij ministerieele beschikkng is thans bepaald,
dat hunne funcliën zullen uitoefenen: de commies der
posterijen 2e klasse Fan Ghert te 's-Bosch, de comm.
3e kl. 'Eiclih'dtz te Goes. (Reeds vroeger deelden wij
dit mede.)
Benoemd tot lid in het beet, der waterkeeiing van
dencalamiteusen Willem Annapolder dhr. M. Bruinooge.
De commissie, belast met het afnemen van de
examens van apotheker, volgens art. 9 der wet van
1 Juni 1865, zal zitting houden op Donderdag 6 Dec.
e. k. en volgende dagen te Leiden.
Voor den dienst van het stoomwezen in Ncd.-
Indië wordt verlangd een ingenieur 3e kl. Tot en met
ultimo December a. s. bestaat gelegenheid zich aan te
melden tot het deelnemen aan een vergelijkend examen.
Zie verder de St. Ct. no. 280.
Aan de betrekking is verbonden een traktement van
f 3900 'sjaars. Bij bevordering wordt toegekend: lot
ingenieur der 2e kl. een traktement van 7 6000 'sjaars,
tot ingenieur der eerste klasse een traktement van
f 9000 '8 jaars, en tot hoofdingenieur een traktement
van 12,000 'siaars, als minimum, tot ƒ14,400 als
maximum.
f 1 nrvrnn-.17.-aBw,
's-Heer Arcudskerbe. De Raad dezer
gemeente heeft besloten tot invoering van eene
belasting op de honden.
Nleuwejlorj». Naar men verneemt, worden
ernstige pogingen aangewend tot verbeterde
suatie van den West-Kraaiertpolder door ver
laging van den duiker onder den spoorweg,
terwijl ten aanzien der uitwatering van den
Nieuwen-Kraaiertpolder verleden week moet be
sloten zijn de uitkomsten voor eerstgemelden
polder aftewachten
Kruidingen. LI. Vrijdag gaf het Fan-
farengezelschap „Eendracht maakt Macht", in
het gemeentehuis albier, zijn eerste winter-
concert. Ofschoon de zaal redelijk wel bezet
was, had nog menigeen een plaatsje kannen
vinden, wat hun zeker niet berouwd zou hebben.
De door het Fanfarengezelschap uitgevoerde
nommers voldeden uitstekend. We kunnen
zeggen, dat ze goed bestudeerd waren en flink
uitgevoerd werden. Den heer Oosterlaar, mu
ziekdirecteur te Goes, die zoo welwillend was
de moeilijke taak der directie op zich te nemen,
komt een woord van dank en hulde toe voor
zijne welwillendheid en goede leiding. Het
doet ons alleen leed, dat voor onzen directeur
zoo droevige omstandigheden de oorzaak waren
van onze nadere kennismaking met zijn Goe-
schen collega. Een paar nommers mogen we
niet onvermeld latenze zijn„de Fan-
taisie sur Taucrède met hare lieve airs, »de
Air varié pour bugle" en vooral de Concert
polka, „Hand in Hand die wel de naar-
geestigsten tot vrooljkheid gestemd zou hebben.
Wat ons betreft, we zagen no. 9 gaarne op
elk programma prijkenze is een oude, lieve
bekende. De beide vaudevilles werden flink
en netjes opgevoerd. De onderstelling is niet
gewaagd, dat juist zulke nommers van het
programma aau een groot deel der toeschou
wers zeer welkom zjn. Ook de beide zang
stukjes voldeden goed. Het lieve duo bracht
ieder in verrukking.
Ten slotte onze hartelijke dank aan allen,
die ons dien genoeglijken avond verschaft hebben.
Wemeldinge. Ruim 7 uren riep heden
morgen de brandklok ons buiteu. De ontzet
tende rook aan de lucht dreef ons naar het
kanaal. Daar aangekomen ontdekten wij, dat
het huis van P. Mouthaan, herbergier en ver-
kooper van scheepsvictualiën, teer, pek enz.,
in v0ii9 vlam stond, terwijl door den wind
ook de belendende gebouwen aan 't branden
geraakten. De 2 spuiten van 't dorp en van
't kanaal gaven zeer goed water, en daardoor
hopen wij de belendende huizen te behouden.
Bij het afzenden van dit bericht, 9 uren, is
de rook nog ontzettend, doch gelooft men den
brand meester te zijn. De oorzaak is onbe
kend men zegt, dat op den zolder de brand
is begonnen.
(Wj vernemen nader, dat het huis van P.
Mouthaan geheel is afgebrand. Huis en in
boedel zijn geassureerd bj de Zierikzeesche
b -andwaarborgmaatschappij
Cortgcne, (Zaterdag). De aanbesteding
ten behoeve van den Thoornpolder heeft be
staan in de volgende werken
lo. Het naar binnen overwerken en voor-
loopig voorzien van den afgeschoven d jk, welk
werk is aangenomen door dhr. D. Bolier te Scher-
penisse, voor de som van 44,800.
2o. Het maken van een inlaagdjjk, aange
nomen door denzelfden voor de som van
42,800.
De toestand van den d jk verergert niet, maar
gaat toch ondanks alle maatregelen weinig
vooruit, doordat de afschuiviug nog niet geheel
uitgewerkt is. De polder is dan ook door de
bjwoners geheel ontruimd. Gelukkig, dat het
weer in de laatste dagen gunstig is, want was
de wind uit het Noordwesten gaan waaien, dan
had de doorbraak zeker plaats gehad. Z. Exc.
de Commissaris des Konings bezocht, zoodra
hem het gevaar bekend werd, den bedreigden
polder.
(Zondag.) Door den N. O. wind van dezen
dag is de toestand weer verergerd. Men heeft
heden krachtig doorgewerkten hoewel de
nittevoeren werken pas eergisteren zjn aanbe
steed, zjn thans reeds door den aannemer
materialen en meerder werkvolk van andere
streken aangevoerd.
Het laatste telegraphische be-
richt, heden ontvangen, luidt: toe
stand niet verbeterd.
Zaterdag (1 Dtcwas het 25 jaren ge
leden, dat de eerste rjkstelegraafkantoren, te
Amsterdam, 's-Hage, Rotterdam, Dordrecht en
Breda, werden geopend. Tegenwoordig zjn er
165 zulke kantoren.
Met de verhooging der traktementen van
brievengaarders wordt langzaam voortgegaan.
In 18 f7 is daarvoor ƒ10,000 besteed.
Het Hoofdcomité van het lloode Kruis
heeft besloten wederom 10,000 beschikbaar
te stellen, 5000 te St.-Petersburg en ƒ5000
te Constantinopel. Sedert de laatste opgave is
bj het Boofdcoraité ontvangen 2434.
De Maatschappj van landontginning te
Apeldoorn is bj vonnis van 29 Nov. jl. door
de rechtbank te Zntfen verklaard in staat van
faillissement. Naar de Zutf. Ct. verneemt, is
het actief der Maatschappj ongeveer nihil.
TWEEDE KAMER.
Blijkens de memorie van toelichting heeft de
Minister van Oorlog, zich niet kunnende vereenigen
met de plannen van zijn voorganger betreffende de
wijze van beheer van het krijgswezen, die stuk
ken teruggenomen.
Op de gewone begrooting van oorlog is volgens
den tegenwoordigen Minister te bezuinigen, maar op
het eindcijfer zal dit geen invlosd hebben, omdat
andere uitgaven noodig zijn, o. a. een algemeeue
herziening van traktementen, soldijen, enz.