geval, dat die zich noemende liberalen nog zoo
dom niet zijn en van de gelegenheid weten te
profiteeren. En waarin bestaat nu die schoone ge
legenheid? Luistert:
„De wet op het booger onderwijs treedt juist
heden in werking. Zelfs de oppositie gevoelde,
dat alleen Heemskerk het zoover kon brengen,
dat hij in dit opzicht onmisbaar was voor de
(men wordt verzocht niet te lachen) in werking-
treding. Zooals men ziet heeft men, nu dat tijdstip
aangebroken is, niet lang geaarzeld."
Nu, de heer Heemskerk heeft zijne onmisbaar
heid schitterend bewezen. Men vrage 't slechts
aan Amsterdam en dr. Cosijn. Nog vroolijker
wordt men gestemd, als men leest, dat op het
gebied der defensie de baan geëffend is voor de
opvolgers. De paraplu-circulaire is zeker hier in
het spel.
In ieder geval, een nieuw kabinet kan dan ge
rust op zijn lauweren gaan rusten. Nog grappiger
wordt die onbekende schrijver, als hij ons de ge
heimen ontsluiert, hoe de liberalen aan de tegen
woordige meerderheid in de kamer zijn gekomen.
„Niet het minst door de houding der thans iri
de meerderheid zijnde partij. Ieder zal zich herinne
ren, hoe een deel der „„liberale"" pers het den licht-
geloovigen kiezers diets maakte, dat, wie het toen
reeds zoo populaire kabinet-Heemskerk wilde steunen
eigenlijk hare „liberale" candidaten moest stemmen."
Wat is ons geheugen toch slechtWij herin
neren ons niets van die tactiek en nog veel minder
van de populariteit van het ministerie-i/eemsto'A.
O, grappige wijsgeer! wie zijt gij? Kom te voor
schijn, want zulk een wonder man als gij zijt, dient
men te kennen. Van al die duizenden kiezers,
die hunne stemmen op liberalen uitbrachten, is er
niet éen zoo slim geweest als gij, want zij lieten
zich allen misleiden Maar hoe onverantwoordelijk,
«dat gij daartegen niet vroeger waarschuwdet, en
het land niet zijt rondgegaan, om luide te verkon
digen, dat men werd misleid!
Wij gelooven echter, dat gij dan wel halverwege
uw reis zoudt gestaakt hebben, want dat gij tot
de overtuiging zoudt gekomen zijn een benauwden
droom gehad te hebben. Gelukkig, dat er anderen
zijn, die u wakker kunnen schudden, als gij in
zulk een onaangenamen toestand verkeert. Wij
houden ons aanbevolen, als gij nog eens iets weet,
want wezenlijk uwe droomen vermaken ons. Jam
mer, dat wij u uit dankbaarheid de hand niet
kunnen drukken, want gij volgt het voetspoor uwer
voorgangets van anonimiteit. Wij vermoeden ten
minste, dat wij met een anderen schrijver te doen
hebben, want het trof ons, dat in uw stuk de
stijl veel beter was, en er veel minder fouten in
waren dan in vorige zoogenaamde hoofdartikels.
Verras ons nu ook eens een volgende maal met
eenige nieuwe uitdrukkingen. De oude deden lang
genoeg dienst, en gij kunt daardoor den lof ver
dienen van origineel te zijn geweest.
Naar aanleiding van het woord, dat wjj in ons
blad van Zaterdag tot het Zeeuwsch Dagblad richt
ten, schrijft de redactie van dat blad in haar notnmer
van Woensdag
„Een woord aan de Goesche Courant van ons
kan zeer kort zijn. Aangezien wij ten duidelijkste
verklaard hebben, dat wij niet verantwoordelijk waren
voor het ingezonden stuk van den heer J. begrijpen
wij niet hoe de redactie der G. Ct. zich het recht
heeft durven aanmatigen een zedepreek aan ons
adres te richten, over eene zaak die eigenlijk haar
in 't geheel niet aangaat.
In het opnemen van ingezonden stukken zijn wjj,
wanneer er niet gelasterd wordt, zeer vrijgevig.
Hoewel we het stuk van dhr. J. wat scherp vonden,
hebben wjj er echter niet in gezien wat de Goesche
Ct. er wel in heeft gezien."
Tusschen ons schrijven en haar antwoord ver
liepen dus vier dagen. Trouwens, over zulk een
kernachtige repliek mag men wel eenigen tijd naden
ken. Wij constateeren dus nu, dat de redactie voorde
rubriek ingezonden stukken niet zoozeer op den vorm
let. Als het er slechts eventjes door kan, is zij
vrijgevig voor een ieder. Zij beroept zich op het
schitterend onderschrift, gevoegd bjj het stuk van
den heer Janssenom toch vooral te doen blij
ken, dat zjj ten duidelijkste verklaarde er niet
voor verantwoordeljjk te wezen. Dit behoefde
volstrekt de bedoeling niet te zijn; een ieder
weet, dat voor den inhoud van ingezonden stuk
ken een redactie dit nooit isen bovendien
was die verklaring van hare zijde totaal overbo
dig, omdat steeds boven de ingezonden stukken
staat Buiten verantwoordelijkheid der redactie
Neen, baar onderschrift getuigde van hare verle
genheid; het maakte op ons den indruk, dat zij
ter wille van een mjjnbeer Janssen hare zelfstandig
heid had prjjs gegeven, en hem niet durfde wei
geren, wat zjj anderen wel zou doen. Daartegen
meenden wij haar te moeten waarschuwen, niet uit
bemoeizucb m°.ar voor ons aller eer en uit belang
stelling voor sen blad, dat, hoe verschillend, vooral
vroeger toen het nog Nieuwe Middelburgsche Cou
rant was, onze gevoelens ook waren, altijd in
kiesche vormen was gestoken, en ook aan ingezon
den stukken eischen stelde. Nu de nieuwe redac
tie dit niet doet, nu zjj een polemiek op zulk eene
eigenaardige wjjze voert, nu zjj meer prjjs stelt
op de personeele grove uitvallen van een mjjnbeer
Janssen dan op haar eigen waardigheid, zullen
wjj verder ons wachten met haar in aanraking te
komen.
Dit is dan ten minste het eenige voordeel, dat
voor ons die polemiek heeft opgeleverd.
OFFICIEELE MEDENEELINGEN.
Bij beschikking van 30 Sept is, ingevolge mach
tiging des Konings, de Nederlandsche Hoofdcommissie
voor de internationale tentoonstelling te Philadelphia
in 1876, ontbonden, met ontheffing van haar beheer en
dankbetuiging voor de bewezen diensten.
De Minister van Financiën maakt bekend, dat
voor een kapitaal van tien millioen gulden aan munt
biljetten in omloop is.
Voor den dienst in" Ned.-Indië zullen in den loop
van dit jaar nog benoodigd zijn eenige onderwijzers
der 3e kl., bij voorkeur ongehuwd, in het bezit eener akte
van bekwaamheid als hoofd- of als hulponderwijzer.
Hoofdonderwijzers, beneden den leeftijd van 30 jaren,
en hulponderwijzers, beneden den leeftijd van 24 jaren,
en geneigd zich als onderwijzer der 3e kl. aan 's lands
dienst in Ned.-Indië te vei binden, kunnen zich daartoe
aanmelden bij een op zegel geschreven aan het Dep.
van Koloniën gericht en aan den heer dr. A. T. Van
Aken, inspecteur van het lager onderwijs in Zuid-Hol
land, te 's Gravenhage, franco in te zenden request.
De St. Ct. no. 220 bevat verdere bijzonderheden.
Z. M. heeft tot ridder grootkruis in de orde van den
Nede/landschen leeuw benoemd den Gouverneur-gene
raal van Nederlandsch Indië, mr.J. IF. Van Lansberge
GOES, den 3 October 1877.
Wij ontvingen ter bespreking -, mr. J. A.
Can Gilse: De Oosteesche quaestie en het
hedendaagsche volkenrecht." Plaatsgebrek
belet ons ons gevoelen daarover breeder uiteen
te zetten. Voorloopig vestigen wij de aandacht
op dit belangrijk geschrift.
Men schrijft ons: Dezer dagen wordt
weder de jaarlijksche inspectie op de maten
en gewichten gebouden. In vele gemeenten is
zjj reeds afgeloopen, waar zij een menigte pro
cessen-verbaal heeft opgeleverd wegens on-
herijkte of afgekeurde voorwerpen.
Aangezien de ijk en herijk kosteloos geschie
den en de overtredingen met betrekkelijk hooge
boeten worden gestraft, mag het vreemd heeten,
dat belanghebbenden zoo slordig in deze zaak
te werk gaan.
's-Heer Arendskerke. Dinsdagmid
dag had de persoon van J. B. alhier bet on
geluk met zijn rijtuig in aanraking te komen
met een voertuig, waardoor de veren van zjjn
rjjtuig braken, terwijl de ingezeten L. B. met
zijn cbais is omgeslagen, uelukkig hadden
daarbij geen persoonlijke ongelukken plaats.
't Is opmtrkeljjk, dat dergeljjke onheilen zel
den 's morgens plaats grijpen.
Blijkens de begrooting voor den aanleg
van Staatsspoorwegen voor 1878, die, zooals we
reeds meldden, 12 millioen bedraagt, is voor de lijn
hoosendaalVlissingen uitgetrokken f 269,000,
(verbetering dar marinesluizen en marinehaven
te Vlissingen).
Volgens de toelichting zijn de werken aan
het buitenslnishoofd met de schutkolk aan de
marinehaven te Vlissingen voortgezet, doch zul
len deze vermoedelijk eerst tegen het einde van
het jaar 1878 gereed komen.
Men verneemt, dat de wagendienst, die
zonder stoom of paardenkracht zou oudurno-
nien worden tusschen Steenbergen, Tholen en
Bergen op Zoom, onbepaald is uitgesteld we-
gens belangrijke verbeteringen, die de onder
nemer zal aanbrengen in de mechaniek, waar
door de wagen in beweging moet gebracht
worden. De uitvinding dier verbeteringen is
door hem gedaan slechts enkele dagen voor
dat de proefrit zou gehouden worden.
(N. R. Ct.)
In den Haag loopt bet gerucht van een
huweljjk van den Prins van Oranje met eene
dochter van den voormaligen koning van Han
nover.
Z. K. H. Prins Alexander heeft aan de
commissie voor de oprichting van een gesticht
voor oude visschers op Urk /50 doen toe
komen.
Naar men verneemt, heeft Z. M. de
Koning in de Orde vau de Eikenkroon benoemd
tot officier den heer J. H. Verschoorkapitein
der infanterie, gedetacheerd bij de Koninklijke
militaire Academie.
Maandag was het 50 jaren geleden, dat
de heer mr. Lagemans aan de Staats-courant
is verbonden geweest. De Regeering heeft hem
bij die gelegenheid het ridderkruis van den
Red. Leeuw geschonken.
De stichting van het Spinoza-standbeeld
nadert allengs het oogenblik der verwezenlij
king. De modellen, die aan het comité zijn
ingezonden, worden Vrjjdag en Zaterdag a. s.
tentoongesteld en spoedig mag men dan zeker
de keuze van het beste ontwerp en de uit
voering tegemoet zien.
Eenige. maanden geleden werd door Z. M.
den Koning het besluit genomen om aan de
mindere geëmployeerden en werklieden bij de
verschillende Marinewerven medailles toe te ken
nen voor langdurigen trouwen dienst. Die me
dailles zijn te Amsterdam aangekomen en reeds aan
eenige werklieden aldaar en te Nieuwediep uitge
reikt. De vorm van de medaille is ovaal; voor 34-ja-
gendienst van goud, voor 24 jaren van zilver, voor
12 jaren dienst van brons. Aan de voorzgde be
vindt zich de beeltenis des Konings. De medaille
wordt aan een oranjelint gedragen. Bij de gouden
wordt tevens 100 en bij de zilveren medaille
f 50 als gratificatie geschonken.
Ook de afdeeling sWildervank" van de
kiesvereeniging De Grondwet, in het kiesdistrict
Winschoten, beeft den heer mr. 11. Goeman
Borgenus tot candidaat gesteld voor het lid
maatschap der Tweede Kamer. De afdeeling Win
schoten van Volksonderwijs" heeft besloten de
candidatuur van genoemden heer te ondersteunen.
De afdeeling van „Volksonderwijs" te Stads
kanaal heeft daarentegen air. J. Kerdlk te Delft
candidaat gesteld. Daar de afdeelingen Veendam
en Wildervank ditmaal samengaan, schijnt de
verkiezing van den heer Borgesius vrij zeker.
De plechtige opening van de te Apeldoorn
opgerichte koninklijke hoogere burgerschool, ge
'UaamdPrins Hendrik der Nederlanden, heeft
Maandag plaats gehad en werd bijgewoond door
Z. M. den Koning, vergezeld van Z. K. H. prins
Hendrik, den Minister van Binnenlansche Zaken,
en den Commissaris des Konings in Gelderland.
Men schrijft uit Noord-Brabant aan het
Vad., dat zich te Wessem opnieuw een Ver-
eeniging van Duitsche geestelijke zusters van
Onze Lieve Vrouw heeft gevestigd, die zich
zoo niet uitsluitend, toch in 't bijzonder met
't geven van lager onderwijs zullen bezig
houden.
Te Capelle (Noord-Brabant) heerscht, zoo
wel in de kom der gemeente als daarbuiten,
eene epidemische ziekte van typheusen aard,
waardoor op het oogenblik minstens een vijf
tigtal ljjders zijn aangetast. Gelukkig is de
ziekte niet van de gevaarlijkste soort, zoodat
de gevallen van overlijden betrekkelijk gering
kunnen geacht worden.
REKKELIJKE ZAKEN ONDERWIJS.
1
Io Je avondgodsdienstoefening in de Israëlietiscbe
Kerk van jl. Zaterdag te Goes, werd aan den heer
M J. Cohen, die gedurende de afgeloopen feesten
belangeloos bij de godsdienstoefeningen bad geadsis-
leerd, door het kerkbestuur een kostbaar tallos (bid
kleed) vereerd, met een gepaste toespraak van den
voorzitter, den beer N. Emanuel. (Vad)
Wij betreuren 't, dit bericht uit een Haagsch blad
te moeten overnemen. Waarom werd ons niet me-
dedeeling gedaan van dit voorgevallene? Zoo dik
wijls verzoekt men ons plaatsruimte voor berichten,
en slechts zelden weigeren wjj die.
Wij houden ons bij eenieder in het vervolg aan
bevolen.
Heinkenszand. Beroepen tot predikant bij de
Chr. Geref. gemeente L)s. Chr. S/e/cetee te And ij k.
Dr. A. Kuyper heeft voor zijne benoeming tot
pred. bij de Ned. Herv. gem. te Amsterdam nog
niet beduukt, maar eenig uitstel vau de door hem
te neineu beslissing verzocht. (N. R. Ct.)
Rilland. De l October was voor deze gemeente
een ware feestdag. En geen wonderl)e algemeen
geachte hoofdonderwijzer, de heer P. Wensch, vierde
dien dag zijn vijf en twintigjarig jubileum als on
derwijzer in deze gemeente. Reeds vroeg in den
morgen wapperde de nationale driekleur van vele
woningen, en getuigde reeds bij voorbaat van de
algetueene deelneming in het te vieren feest. Om
streeks half tien stelde de hulponderwijzer de school
kinderen in orde, voorzag hen van vlaggen en maakte
met hen een wandeling over het dorp tot vóór de
woning van den jubilaris. Hier werd door de jeugd,
ten getale van 120, het „Wien Neerlaods bloed", en
het oude, maar aitjjd schoone „Wilhelmus van Nas*
souwen" gezongen. Na door dhr. Wensch en familie
begroet te zijn, begaf de stoet zich naar de in aan
bouw zijnde nieuwe school. Door de werklieden was
een der lokalen opgeruimrL en zooveel mogelijk voor
de ofliciëele ontvangst van den dag ingericht. Nadat
de kinderen, altijd nog voorzien van hunne vlag
gen, in orde geschaard waren, kwamen de burge
meester met een paar leden van den gemeenteraad,
benevens eene oommissie van oud-leerlingen, waarna
een paar leerlingen hun onderwijzer aan zijne woning
gingen afhalen. Zoodra de jubilaris zijn eerste schre
den in het tot ontvangst gereed zijnde lokaal zette,
werd hem door de jeugd een welkomstlied toegezon
gen. Daarna werd hij gecomplimenteerd door den
burgemeester, vervolgens door een zijner oud-leer
lingen, die hem als een aandenken aan dezen dag,
namens vrienden en oud-leerlingeneen prachtige
colis tafel aanbood.
Vervolgens werd de jubilaris door den oudsten
zyner tegenwoordige leerlingen toegesproken op eene
wijze, die allen, daarbij tegenwoordig, met innige
belangstelling vervulde, terwijl hjj zijn geachten on
derwijzer, ook namens zijn medeleerlingen, zes stoe
len met fauteuil aanbood, als een bewijs hunner
erkentelijkheid en hoogachting.
Daarna nam de heer De Feij het woord en sprak
zijn geachten patroon toe, niet alleen als hoofd der
school, maar voornamenlijk als vriend, en bracht bet
feest van heden in verband met het feest, dat hij
den heer Wensch, met vele familieleden, vrienden en
vriendinnen, slechts eeuige dagen geleden had helpen
vieren, n. m. diens zilveren bruiloft.
Na afloop hiervan nam de jubilaris zelve het
woord, bedankte eerst den burgemeester, daarna de
commissie co de schoolkinderen voor hunne door
slaande blijken van erkentelijkheid en belangstelling
en eindelijk ook in krachtige, uit een welwillend
hart voortkomende vriendentaai, zijn hulp- en medeon
derwijzer, den heer De Veij, ta drukte daarbij hoofdza
kelijk zijn wensch uit nog vele jaren diens hulp
en bijstand, en vooral zijne raadgevingen, te mogen
erlangen. Ten slotte werd den jubilaris door zijne
leerlingen een beilweusch toegezongen, die door de
goede eu gepaste uitvoering op alle aanwezigen een
diepen indruk maakte. Hierna verliet de jubilaris,
met den burgemeester, de leden van den Raad enz.
enz. het geïmproviseerde feestlokaal en begaven zich
gezamenlijk naar diens woning terwijl de school
kinderen en eene menigte toegestroomde gemeente-
naren op eenige ververschiugen werden onthaald, wat
echter met de schooljeugd in het eind dezer week
zal worden herhaald, daar tijd en plaats ter zelfder
stond niet best beschikbaar waren.
Na den middag kwamen eenige ambtsbroeders,
behoorende tot het onderwjjzersgezelschap Krabben-
dijke hun feestvierenden collega complimenteeren en
boden hem, bjj monde van de heeren Bakker en
De Feij, als commissie daartoe benoemd, een prachtig,
met zilver gemonteerd inktstel aan, terwjjl een schrij
ven van den heer schoolopziener diens lecdwezeu
uitdrukte, niet bjj de festiviteit tegenwoordig te kun
nen zijn. Al de ouderwijzers, en niet het minst de
jubilaris, betreurden dan ook de afwezigheid van
hun algemeen geachten schoolopziener, maar moesten
zijne redenen alleszins billijken.
De feestvreugde echter, zoo binnen als buiten de
woning van den heer Wensch, duurde evenwel voort,
waartoe vooral de gulle ontvangst van den jubilaris
niet weinig bijdroeg. Jammer, dat bet uur van schei
den reeds te negen uren inviel, daar alle ambtge-
nooten, op éene enkele uitzondering na, weder per
spoor huiswaarts moesten keeren.
Maar spraken wij tot zoover over persoonlijke be
langstelling, ook de schriftelijke mogen wjj niet ver
geten. Van heinde en ver is die den jubilaris dan
ook ruimschoots geworden en onder tal van geluk-
wenscUen, naamkaartjes en briefkaarten mogen wij
vooral niet onvermeld laten, die van den heer
P. liwekkeboom, onderwjjzer te Arnemuiden, die den
heer Wensch op een briefkaart zijne gelukweuschen
aanbood, waarvan de keurige, prachtige en nette cal-
ligrapbische bewerking elks verbazing en verwonde
ring opwekte.
SÈUITElYLAm
FRANKRIJK.
Vóór een paar dagen stapte een persoon
uit de Engelsche boot te Havre aan wal
met een zwaar valies bij zich, dat hij zelf
droeg. Nu laten de tolbeambten in den re
gel het "passagiersgoed" gemakkelijk door.
Zij vragen den reiziger eenvoudig, of er in
zijne bagage ook iets is, dat bij het belas
tingkantoor moet worden aangegeven. Luidt
het antwoord neen, dan laat men den reizi
ger gaan, tenzij zijn uiterlijk verdenking
wekt. Een der tolbeambten nu zag den be
doelden persoon voor een Pruis aan. Vandaar
dat hij een bijzonderen ijver ontwikkelde. De
verzekering, dat het valies niets belastbaars
bevatte, mocht niet baten. De tolbeambte
wilde zelf onderzoeken. De reiziger ziende,
dat tegenstand niet kon baten, verklaarde toen
dat er photographieën in het valies waven.
„Photographieën antwoordde de tolbeambte,
zijn aan een recht onderworpen. Bovendien zijn
er onzedelijke photographieën, en, nog erger,
er zijn staatkundige photographiën. Ik ver
zoek u dus mij naar het tolkantoor te volgen
en daar het valies te openen." De reiziger had
geen keus. Aan liet kantoor gekomen, werd
het valies geopend. Er kwamen eene menigte
photographieën van den keizerlijken prins uit,
zoomede een groot aantal exemplaren eener
proclamatie aan het Fransche volk. Er viel
niets aan te doen, de photographieën en de pro
clamatie moesten in beslag worden genomen.
De tolbeambte had zijn ijver wel willen ver
vloeken want hij begreep, dat hij den Mi
nister De Fourtou een leelijken trek had ge
speeld.
Wie was die reiziger De hertog van Feltre,
Bonapartistiseh candidaat. Hij was van Chisle-
hurst gekomen.
Die ijverige tolbeambte zal zeker wel zijn
straf ondergaan, evenals de adjunct-maire te
Garches, die iemand, welke de portretten van
Napoleon III en zijn zoon colporteerde, in
verzekerde bewaring nemen en door een gen
darme naar Versailles brengen liet. De ijverige
adjunct werd deswege door den prefect ont
slagen.
In Parijs zijn geruchten in omloop over
aftreding van de ministers van justitie en
oorlog, nl. de heeren Be Broglie en Berthaut. Al
daar zou, volgens de Etoile Beige, de zoon van
Napoleon III zijn aangekomen in streng incog
nito. Frankrijk heeft juist nog behoefte aan
zulk een intrigantje.
Meer en meer blijkt de geringe sympathie,
die het manifest van den gewezen president
opwekt.
Uit Toulouse wordt gemeld, dat vele kie
zers aldaar, die het per post ontvingen, het
aan de brievenbestellers teruggaven, na op de
keerzijde van het adres geschreven te hebben
„geweigerd; terug aan den afzender."
Prins Jerome Napoleon heelt zich candidaat
voor de kamer gesteld te Ajaccio met de
herinnering aan de woorden van Napoleon I,
toen deze op St. Helena zijn einde voelde na
deren „binnen vijftig jaren zal Frankrijk re-
publikeinsch wezen." Hij gelooft, dat de Cor-
sicanen hem getrouw zullen blijven en ook
nu, gelijk vroeger, „hem als burger zullen op
beuren, toen de gebeurtenissen als prins hem
getroffen hadden."
Sedert 25 Sept. worden dagelijks ten post
kantore te Parijs, op last van het ministerie,
de buitenlandsche bladen eerst een halven dag
nadat zij zijn ontvangen aan de geadresseerden
bezorgd.
ITALIË.
Kardinaal Riario Sforza, die men voor den
vermoedelijken opvolger van den Paus hield,
is plotseling overleden. Z. H. Pius IX moet
zeer getroffen zijn over diens dood. De over
ledene was vooral in de stad Napels zeer ge
zien, daar hij tijdens het heerschen der cho
lera in 1856 en 1857 zich door zelfopoffe
rende liefde, met verachting van eigen levens-