1877. N°. 106.
Zaterdag 8 September.
64ste Jaargang'
BURGER-AVONDSCHOOL.
Middelbaar Onderwijs.
VERORDENING, regelende de Loting
en Jaarlijksche Aanwijzing der Man
schappen tot bediening van de Brand
spuiten in de gemeente Goes.
OFFICIEELE MEDEDEELEVGEN.
GOESGHE
De uitgave dezur Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en Vrijdagavond,
uitgezonderd op feestdagen.
Prijs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, 1.75.
Afzonderlijke nommers 5 ct., met bijblad 10 ct.
COURANT.
Gewone advertentiën worden a 10 ct. per regel geplaatst.
Geboorte- huwelijks- eu doodberichten en de daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen van 18 regels a .1.
f Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels bedragende *en contant Jbetaald, 20 ct.
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend.
Agenten voor het buitenland zijn: G. L. DAUBE Co., te Parijs. A. STEINER en HAASENSTEIN VOGLER, te Hamburg.
In ons land vervoege men zich voor Rotterdam aan het Algemeen Advertentiebureau van NIJGH VAN DITMAR, en verder bij alle boekverkoopers en postdirecteuren.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES
brengen ter kennis van belanghebbenden, dat het toe-
latings-examen voor de Burger Avondschool zal ge
houden worden in het lokaal der inrichting op ZATER
DAG den 8 SEPTEMBER, des voormiddags te 9 uren.
Goes, den 7 September 1877.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
M. P. BLAAUBEEN.
De Secretaris,
HARTMAN.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES
brengen ter openbare kennis, dat als leerlingen tot de
inrichtingen voor Middelbaar Onderwijs zijn toegelaten:
TOT DE SCHOOL VOOR MEISJES:
A. M. C. Bolland. A. M. Van Dijk.
A. C. Meijers.
allen in de eerste klasse.
TOT DE HOOGEKE BURGERSCHOOLVOOR JONGENS:
In de voorbereidingsklasse
C. De Witt Hamer. J. G. J. Kakebeeke.
J. Risseeuw. M. Van der Weele.
C. De Vos. M. J. Overweel.
A. F. Bosdijk. A. M. M. De Witte.
In de eerste klasse
P. Bruggeman. M. C. Koole
In de derde klasse:
A. A. Van der Feltz.
Voorts, dat de uitslag der gehouden herexamens voor
de leerlingen der Hoogere Burgerschool voor jongens
is geweest, dat zijn bevorderd
Tot de eerste klasse:
J. Koert. I J. Matthijssen.
H. J. Hannink. J. P. M. De Wijs.
P. C. Johannissen. W. C. Van Campen.
Tot de tweede klasse:
3. M C. Vermande.
Tot de derde klasse:
J. C. M. Hartman. I K. A. Fait.
E. F. Moll. I C. D. Bolier.
Tot de vierde klasse:
3. Van der Hoek. I A. J. Van Heel.
H. Van Gorsel. L. J. W. Overtvelt.
Goes, den 7 September 1877.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
M. P. BLAAUBEEN.
De Secretaris,
HARTMAN.
De BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES
doen te weten, dat door den Raad der gemeente in
zijne vergadering van den 17 Augustus 1877 is vastge
steld de volgende
Art. 1. Elk jaar, in de eerste helft der maand Septem-
der, zullen de mannelijke ingezetenen, welke op den
eersten Januari hun 30e levensjaar zijn ingetreden,
zonder onderscheid of zij verraeenen mochten al of niet
tot de vrijgestelden of uitgeslotenen te behooren, door
de zorg van het dagclijksch bestuur voor den dienst bij
de brandweer worden ingeschreven.
Art. 2 Gelijke inschrijving zal plaats hebben van de
mannelijke ingezetenen, die sedert de inschrijving van
het vorige jaar in de gemeente zijn komen wonen, en hun
30e levensjaar volbracht, doch hun 55e nog niet bereikt
zullen hebben.
Deze worden ingeschreven in het register van het jaar,
waartoe zij behooren.
Art. 3. Aan het hoofd van het inschrijvingsregister
voor hetloopende jaar worden gebracht de vrijwilligers,
zoowel die reeds in dienst zijn, als die zich daartoe
voor het eerst hebben aangegeven.
Art. 4. De inschrijvings-registers worden gedurende
de laatste helft van September ter lezing gelegd, waarvan,
zoo bij publicatie, als bij afzonderlijke kennisgeving,
aan de belanghebbenden mededeeling geschiedt. Tege
lijkertijd worden zij met opgaaf van plaats, dag en uur
tot de loting opgeroepen.
Art. 5. Zij, die beweren dat hun leeftijd niet overeen
komt met dien op de inschrijvings-registers vermeld,
zijn verplicht gedurende de ter-visie-ligging van het
inschrijvings-register daarvan bewijs over te brengen.
Bij gebreke daarvan wordt de inschrijving voor geldig
gehouden en gehandhaafd.
Art. 6. In de eerste helft der maand October, op den
tijd, ten minste acht dagen te voren door Burgemeester
en Wethouders openlijk daartoe aantekondigen, zal er
over de ingeschrevenen eene loting gehouden worden tot
aanwijzing van hunne plaats op het register van inlijving.
Art. 7. Alvoiens tot de loting overtegaan, zal de bur
gemeester aan de tegenwoordig zijnde belanghebbenden
afvragen, of er personen zijn, die nog op het register zou
den behooren gebracht of daarvan weggelaten te worden,
waaraan alsdan, zoo mogelijk dadelijk zal worden voldaan.
Art. 8. De burgemeester zal vervolgens de belang
hebbenden herinneren, dat zij, die verlangen den dienst
niet in persoon waartenemen, een plaatsvervanger kun
nen stellen of hunnen dienst afkoopen en dat de bewijzen,
tot het bekomen van vrijstelling, binnen acht dagen ter
secretarie der gemeente moeten worden ingediend.
Art. 9. Het getal ingeschrevenen van het loopende
jaar nauwkeurig opgenomen zijnde, wordt een gelijk ge
tal genommerde biljetten genomen en van die nommers
zoo vele der eerst op elkander volgende afgehouden, als er
vrijwilligers zijn.
De overige nummers worden in een koker of ring ge
rold en in een glazen bus of molen geworpen en onder-
cengemengd.
Art. 10 Nadat de ingeschrevenen van het loopende
jnar hebben geloot, zal eene naloting worden gehouden
over hen, die in de registers van vroegere jaren zijn in
geschreven, welke zullen loten uit de nummers van het
jaar hunner inschrijving met de letters a. en b, teneinde
hunne plaats tusschen de dienstplichtigen van het jaar,
waartoe zij behooren, te erlangen.
Art. 11. De belanghebbenden trekken in persoon hun
nummer en geven op of, en zoo ja, welke reden van vrij
stelling zij vermeenen te hebben, hetgeen op de inschrij
vings-registers wordt aangeteekend
Voor de afwezigen wordt door den burgemeester geloot.
Deze kunnen hunne redenen van vrijstelling binnen
acht dagen daarna nog opgeven ot doen opgeven,ter
gemeente secretarie.
De na dien tijd ingediende reclames worden voor
het eerstvolgende jaar niet meer aangenomen.
Art 12. In het register wordt opgeteekend het trek
kingsnummer van den geloot hebbende, en nadat alle
ingeschrevenen op deze wijze een nummer hebben beko
men, wordt het register door burgemeester en wet
houders geleekend.
Art. 13. Tot het staven der vrijstelling, bepaald in
art. 36 litt. h. van het reglement op het brandwezen
in deze gemeente, wordt vereischt een certificaat, door
den geneesheer of heelmeester der gemeente aigegeven.
Art. 14. De beoordeeling der reden van vrijstelling
geschiedt door eene commissie van vijf leden, waarvan
de burgemeester lid en voorzitter is."
De overige leden bestaan uit twee raadsleden,door den
burgemeester en twee leden uit de branddirectie, door
deze aantewijzen.
Art. 15. Deze commissie houdt daartoe eene verga
dering in de tweede helft der maand October en teekent
hare uitspraak in de daarvoor bestemde kolom van het
register op. Zij sluit en teekent het register en zendt
het terstond aan burgemeester en wethpuders.
Art. 16. Burgemeester en wethouders geven van die
uitspraak binnen aebt dagen aan de reclamanten schrif
telijk kennis.
Art. 17. Zij, die in de uitspraak d r commissie niet
berusten, kunnen zich binnen acht dagen in beroep be
geven bij den raad, die in de laatste helit der maand
November uitspraak doet, na zoo noodig, het advies van
deskundigen te hebben ingewonnen.
Art. 18. Daarna worden de dienstplichtigen op het
register van inlijving overgebracht, en wel: eerst de
vrijwilligers, daarna de lotelingen van het loopende jaar,
vervolgens die van het vorige en zoo voortgaande tot de
oudsten toe, allen naar hun getrokken lotingsnummer.
Art. 19. Aan dj 400 eerstgeplaatste dienstplichtigen
wordt daarvan kennis gegeven, met bepaling van dag en
uur, voor den 15 December, waarop de afkoop moet be
wezen of plaatsvervanging toegelaten zijn.
Art. 20. Het bewijs van afkoop bestaat in eene verkla
ring van den gemeente-ontvanger, dat de bepaalde som
ten zijnen kantore is gestort.
Plaatsvervanging wordt toegelaten op vertoon van
schriftelijke overeenkomst.
Art. 21. Tot plaatsvervanger worden geene andeicn
toegelaten dan dip, overeenkomstig art. 4 der verorde
ning regelende de persoonlijke diensten der ingezetenen,
den vereischten leeftijd bezitten en, volgens overteleggen
certificaat van een geneesheer, gezond en sterk van
gestel zijn.
Art. 22. Indien de plaatsvervanger binnen het jaar
van de indienststelling de gemeente metterwoon verlaat,
of zonder wettige redenen bij brand of oefening twee
maal achtereen ontbreekt, zal hij (behalve de op hem
toegepaste straf) worden ontslagen en den gesubstitu
eerde worden aangezegd, binnen eene maand een an
deren plaatsvervanger aan te bieden of den dienst verder
in persoon waartenemen.
Art. 23. Boven het hierboven bepaalde getal van 400
manschappen zullen nog 40 daarnavolgenden worden
aangewezen, om uit hen deinden loop des jaars ontstane
vacatures te vervullen.
Art. 25. De lijst, alzoo opgemaakt zijnde, wordt
gezonden aan de directie van de brandweer, om de in
deeling te doen.
Art. 25 Jaarlijks zullen, op den 31 December, zij,
wier diensttijd verstreken is, worden ontslagen, tenzij
zij het verlangen om te blijven dienen hebben kenbaar
gemaakt. Deleden der directie van de brandweer worden
niet dan op verzoek ontslagen.
Zij, die door lichaamsgebreken of om eenige andere re
den in de termen van vrijstelling zijn gekomen, worden,
nadat de bewijzen daarvan door de commissie bedoeld in
art. 14 zijn onderzocht en in orde bevonden, dadelijk door
burgemeester en wethouders ontheven van den dienst.
Art. 26. Deze personen, alsmede diegenen welke ver
trokken of overleden zijn, of om eene ot andere wettige
reden niet meer tot de manschappen der brandweer be
hooren, worden vervangen op de wijze, in deze verorde
ning bepaald.
Art. 27. Bijaldien uit de loting van eenig jaar geen
voldoend aantal manschappen tot aanvulling mocht kun
nen gevonden worden, zullen de tekortkomenden uit de
reserve van het vorigjaar volgens art. 23 worden opge
roepen, te beginnen met de jongsten.
Zijnde deze verordening aan de Gedeputeerde Staten
van Zeeland in afschrift medegedeeld.
En is hiervan afkondiging geschied, waar het behoort,
den 29 Augustus 1877.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
M. P. BLAAUBEEN.
De Secretaris,
H A R T M A N.
II.
De geschiedenis der commune is algemeen be
kend. Nauwelijks bevrijd vrn den oorlog met
een buitenlandsehen vijand werd Frankrijk ter
prooi aan een burgerkrijg. Aan dien vree-
selijken toestand wist ook Thiers paal en perk
te stellen Door zijne krachtige maatregelen
onderdrukte hij de commune, en voorzeker was
het geen onverdiende eer, die hem den 31 Au
gustus 1871 tebeurtvieltoen hij den titel van
president der republiek verwierf, maar tevens
werd bepaald dat hij die waardigheid zou ver
vullen zoolang de Nationale Vergadering zou be
staan. Welk een vertrouwen hij inboezemde,
bleek uit de wijze waarop de leening van drie
milliard, die. hij uitschreef, werd volteekend.
Voor veertienmaal liet bedrag, dat noodig was,
werd ingeschreven. Frankrijk keerde onder
zijn bestuur lot kalmte terug, handel en nij
verheid herleefden; en terwijl de overwinnaar van
1870 tot heden toe nog niet is bekomen van
de gevolgen van dien krijg, was de overwon
nene reeds spoedig weer in staat van herleving
eu bloei. En dat had Frankrijk te danken aan
Thiers! Doch ook hij had in de kanier zijne
vijanden. De monarchalen hadden wel meege
holpen hem tot president te verkiezendoch
natuurlijk met heimelijke bedoeling om te ge-
legenertijd zijn plaats te doen innemen door hun
uitverkorene. Maar even vurig royalist als
Thiers was ten tijde van zijn koning Louis Phi
lippe, even groot voorstander was hij geworden
van de republiek. Niet omdat hij zelf thans aan
liet hoofd was geplaatst want het is bekend,
dat hij menigmaal, wanneer hij tegenstand vond
in de kamer, op het punt stond zijne waardig
heid neer te leggen inaar hij was republikein
geworden in de overtuiging, dat eene krachtige
republiek eene weldaad voor zijn land was.
ii/ie Republiek", zoo zeiae hij, „is de staatsvorm,
die ons het minst verdeeltEn hij had gelijk.
Bij de vele pretendenten naar Frankrijks troon
is het zeker, dat elk zijn aanhang heeft, en de
partijen daardoor scherp tegenover elkaar moeten
staan. Maar is er eenmaal een president aan het
hoofd, die krachtig zijne rechten handhaaft, dan
moeten de eiseheu verstommen door zoovele
verschil'ende elementen gedaan Het was de
uiting van zijne innige overtuiging, die Thiers tot
zulk eene verklaring aanspoorde.
De ervaring had lietn geleerd zoo te spreken,
de ervaring had hein gezegd, dat slechts langs
ditn weg zijn vaderland gelukkig worden kon
En dat gaf hem moed om in November 18 72
een boodschap bij de kamer in te dienen,
waarin hij op de noodzakelijkheid wees om de
republiek voor goed tot Frankrijks staatsvorm
te verheffen. ,De republiek bestaat, zij is het
wettig gouvernement van het land. Iets anders
te willen zou zooveel zijn, als eene nieuwe revo
lutie te willen en wel de verschrikkelijkste van
alle. Laat ons de republiek proclameeren, zonder
eenigeu tijd te verliezen."
Dit waren de woorden, waarmee hij in die
boodschap voor zijn doel uitkwam. Maar er waren
te veel personen, die wel wat anders wilden al
was het nog zoo verschrikkelijk, mits zij hun
doel slechts bereiktende monarchalen wilden
den kleinen man, die zooveel voor zijn land
deed, niet gelooven, en in geen geval hunne
eischen laten varen. Er ontstond eene coalitie
tusschen de verschillende fractien van konings-
en keizersgezinden, oin Thiers te doen vallen.
Den 24 Mei 1873 werd in de Nationale Ver
gadering een motie aangenomen, waarhij den
president te kennen gegeven werd, dat hij een
ministerie moest vormen uit ^conservatieve" be-
standdeelen. Wat men daaronder verstond, kan
het tegenwoordige ministerie in Frankrijk ons
leeren, en Thiers bedankte voor zulk eene schande.
Hij nam zijn ontslag, en sinds dien tijd leefde
hij rustig, doch niet vergeten.
In 1876 ontving hij verschillende aanbiedingen
voor candidatures voor kamer en senaat. Hij
nam slechts die voor Belfort aap, omdat hii terecht
begreep hoe het aanbod, van die zijde gedaan,
een bewijs van dankbaarheid was. Hij toch was
de bewerker, dat Belfort bij het vredestractaat
met Duitechland bij Frankrijk was gebleven, en
haar wilde hij dus in den senaat vertegenwoor
digen. Spoedig daarop nam hij in de kamer
zitting als afgevaardigde voor Parijs, welke stad
hij meer dan veertig jaar had vertegenwoordigd.
Toch sprak hij, die vroeger een der vurigste
redenaars was geweest hij hield in 1831 o a.
een redevoering in het parlement, die vier uren
duurde en met aandacht zoowel door vriend
als door vijand werd aangehoord in de laatste
jaren zeer weinig Hoe Thiers gezien en bemind
was bij het Fransche volk, hebben de laatste
gebeurtenissen nog bewezen. Toen zijn opvolger
zijn taak op zulk eene ongehoorde wijze vol
bracht als den 16 Mei gebeurde, waren aller
oogen op Thiers gevestigd; toen Mac-Mahon
uitging om zich aan de Franschen te vertoonen,
weigerde men geld te geven voor eene luisterrijke
ontvangst; doch toen de kleine Thiers in allen
eenvoud een ongezocht bezoek bij een vriend
aflegde, haastten allen zich oin hem te overstelpen
met hartelijke bewijzen van liefde en achting.
De eenvoudigste werkman rustte niet vóór hij
hem de hand had gedrukt, en overal waar de
ex-president zich slechts vertoonde, juichte het
dankbare volk hein toe. En bij zijn lijk treurt
het grootste deel van de Fransche natie. De
kiezers van het 9e arrondissement te Parijs,
waarvoor hij zitting had, verzochten op hunne
kosten hem te mogen begraven.
En was Thiers in zijn land geëerd, niet min
der achtte men hem als schrijver en staatsman
in het buitenland hoog. Aan alle Europeesche
hoven eerbiedigde men Thiers, omdat hij in oogen-
blikken van gevaar zulke ondubbelzinnige blij
ken van bezadigdheid, bekwaamheid en beproefde
vaderlandsliefde heeft gegeven. In Duitschland
worden door de bladen de grootste bewijzen
van waardeering gegeven van den man, die
het volle vertrouwen van Von Bismarck genoot,
en terecht zegt de Nationale ZeitungThiers
is niet slechts aan zijne natie ontvallen op het
oogenblik, dat zij hem het minst kon missen,
neen, zijn dood is tevens een zware slag voor
de zaak der kalme, vredelievende ontwikkeling
van Europa."
Nu op dit oogenblik was Thiers onmisbaar.
In den grooten verkiezingsstrijd, d'ie op het punt
staat gestreden te worden, zou hij de aanvoer
der van de republikeinen zijn geweest. Het
optreden van Mac Mahon na zijn aftreden gaf
reeds op zich zelf stof tot ernstige bezorgdheid
op grond van de motieven, waarom Thiers was
gevallen, maar de latere daden van den tegen-
woordigen president geven nog ineer redenen
tot vrees. Mogen echter, bezield door de kracht,
die van Thiers uitging en als hulde aan zijne
nagedachtenis, de republikeinen krachtig aan
eengesloten blijven, en hem, die zij hun libera-
teur noemen, een eerezuil oprichten, door aan
de republiek de overwinning te verschaffen Dan
zijn wij niet bevreesd voor den toestand van
Europa.
Met ongeduld zien wij de naaste toekomst
voor Frankrijk tegemoet.
Z. M. heeft tot voorzitter van de Eerste Kamer
gedurende het zittingsjaar 1877/1878 beroemd mr. J. A.
G. baron De Vos van Steenwijk, lid der Kamer.
Bij Kon. besluit i9 pensioen verleend ten laste van
den staat aan J. Van den Bosch, gewezen lioofdonder-
wijzer te Tholen, ten bedrage van f 614.
De commissie, belast met het examineeren van
hen, die eene altte van bevoegdheid als arts of als
tandmeester wenschen te verkrijgen, of hunne vroeger
verkregen bevoegdheid verder wenschen uit te brei
den, zal zitting houden op Woensdag 12 September
e. k. en volgende dagen te Utrecht.