Dinsdag 31 Juli.
34s'" Jaargang.
Be Arrondisweiits-rechtbank te Middelburg,
Een goede Vangst.
GEMEENTE-REKENING.
Vertrek der brievenmail naar Oosl-fadië.
OFFICIEELS MEDEDEELINGEN.
BINNENLAND.
GOESCHE
Ue uijgave duzur Uoumiit geschiedt Maasüag-, Woensdag- en Vrijdagavond,
uitgezonderd op feestdagen.
Prijs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, 1.75.
Afzonderlijke nommers 5 et., met bijblad 10 et.
COURANT.
Gewone advertentiën worden a 10 ct. per regel geplaatst.
Geboorte-, huwelijks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen van 18 regels a 1.
Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels .bedragende en contant betaald, 20 ct.
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend.
Agenten voor het buitenland zijn: G. L. DAUBE Co., te Parijs. A. STEINER en HAASENSTEIN VOGLER, te Hamburg.
In ons land vervoege men zich voor Rotterdam aan bet Algemeen Advertentiebureau van NIJGH VAN DITMAR, en verder bij alle boekverkoopers en postdirecteuren.
PATENTRECHT.
De BURGEMEESTER VAN GOES brengt bij deze
ter kennis van een ieder, wien het aangaat:
dat de kohieren van het PATENTRECHT Primitief
2de en 3degedeelte voor deze gemeente, voor het dienst
jaar 1877—1878, op heden ter invordering zijn gesteld in
handen van den ontvanger dier belastingen, binnen deze
Semeente, en ieder verplicht is zijn aanslag ten gestel-
en tijde te voldoen.
Goes, den 28 Juli 1877.
De Burgemeester voornoemd,
if. P. BLAAUBEEN.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES
brengen ter openbare kennis, dat de REKENING en
VERANTWOORDING van de INKOMSTEN en UIT.
GA VEN dezer gemeente, over het dienstjaar 1876, aan
den gemeenteraad overgelegd en voor een ieder ter
secretarie der gemeente ter lezing gelegd is terwijl
afschrift daarvan, tegen betaling der kosten, aldaar
verkrijgbaar wordt gesteld. Alles ter voldoening aan
het bepaalde bij art. 219 der gemeentewet.
Goes, den 30 Juli 1877.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
M. P. BLAAUBEEN.
De Secretaris,
HARTMAN.
Gelet op artikel 27 van het reglement Ibetreffende
de wijze van eedsaflegging der onderscheidene rechter
lijke ambtenaren enz., goedgekeurd bij Koninklijk besluit
van 14 September 183S, (Staatsblad no. 36) art. 8 van het
Koninklijk besluit dd. 29 April 1877, (Staatsblad no. 90),
Bepaalt
de gewone zittingen worden gehouden
1°. die der Eerste Kamer: des Maansdags te 107?
uren in raadkamer, ter behandeling van verzoek
schriften, requisitoiren en verdere bij de Recht
bank ingekomen stukken
des Woensdags te 10'/3 urenter beëediging,
ter behandeling van burgerlijke-, handels- en
registratie-zaken, en gerechtelijke verkoopingen,
en daarna in raadkamer ter behandeling van
verzoekschriften en requisitoiren;
2°. die der Tweede Kamer: des Maandags, Vrijdags
en zoo noodig ook des Zaterdagstelkens te tien
uren, ter behandeling van strafzaken en van ad
ministratie-zaken
23. des Dinsdags te tien uren zullen de zaken in kort
geding voor den President behandeld worden.
Aldus vastgesteld in de algemeene vergadering van
den 31 Mei 1877.
(Get.) A. VAN REIGERSBERG VERSLUIJS,
President
(Get.) J. DE FREMERIJ, Griffier'
Goedgekeurd bij beschikking van den 21 Juni 1877
no. 118.
De Minister van Justitie,
(Get.) VAN LIJNDEN VAN SANDENBURG.
Voor eensluidend afschrift,
De Griffier der Arrondissements-recbtbank te Mid
delburg,
J. DE FREMERIJ.
Vin TRIEST, 1 Aug., 1.'s middags.
Via BRINDISI, 3 Aug., 9.20 's morgens.
Via NIEUWEDIEP, 10 Aug., 1,'smiddags.
Via MARSEILLE, 10 Aug., 9.20's morgens.
Via NAPELS, 19 Aug. 5.45 's avonds.
De Fransche pakketbooten doen Riouw, Banka
en Palembang niet aan.
M;enQ"©l"w©r3sL.
Eene Spaansche novelle ,naar de Fransche ver
taling in de Revue des deux Mondesin het
Nederlandsch overgezet door V. d. P.
(Slot.)
Don Jaime kwam dan ook terug, en zoo
hij haar reeds in gedachten had bemind, be
hoefde de baron Carmela slechts te zien, om
smoorlijk verliefd op haar te worden.
Damien ging middelerwijl met zijn handwerk
voort. Evenwel, sedert baron De Mequinenza
op het kasteel was teruggekeerd, werd hij
onrustiger, de jaloezie maakte zich van hem
meester; hoe diep ook bij hem, evenals bij al
zijn familieleden, de eerbied geworteld was,
dien hij aan zijn heer en meester was ver
schuldigd, hij kon niet nalaten te denken, dat
don Jaime wel verliefd was op zijn vrouw,
en dat er tusschen het kasteel en de hut
Benoemd tot dijkgraaf van den Anna-Frisopoldei',
gemeente Wissekerke, J. L. Marcusse Mz.; en tot ge
zworen in den Noord-Kraaiertpolder, gemeente 's-Heer
Arendakerke, De Jager.
Mr. B. Ort, ambt. van het openb. min. bij de kan
tongerechten in het arrondissement Middelburg, stand
plaats Ter Neuzen, zal voortaan Middelburg tot stand
plaats hebben.
De Minister van Financiën maakt bekend, dat ter
benoeming van hoogstens 25 adspirant-landraeters van
het kadaster iu de maand September e. k. te 's-Gra-
venhage een examen zal worden gehouden.
De milicien-verlofgangers der lichting van 1874,
behoorende tot het le, 2e, 4e, 5e, 7e, en 8e reg. infan
terie, en die vun het le, 2e, 3e en 4e reg. huzaren,
alsmede die van de beide compagnieën hospitaal soldaten,
zullen den 4n der volgende maand bij die korpsen in
activiteit optreden en den 7n September a. s. weder
in het genot van onbepaald verlol gesteld worden.
Van 30 Aug. tot 1 September worden door de
veldbataljons van het 8ste regiment infanterie eenige
practische oefeningen in den velddienst gehouden, tot
welk einde door die troepen, gedurende eenige dagen, in
de provincie Gelderland een bivak zal worden betrokken.
GOES, 30 Juli 1877.
De heer J. De Jongh, die oulaugs met
gunstig gevolg examen voor veearts heeft af
gelegd, is thans, ua een tweede examen, be
vorderd tot paardenarts 3e klasse bij het Oost-
Indische leger.
Met ingenomenheid lazen wjj in Het
Vaderland eene correspondentie uit Brussel
over het aldaar gehouden concours, waaraan
ook de Harmonie van Kruiuingen deelnam.
Het zal zeker ook voor de Kruiningenaars en
voor allen, die dit korps kennen en waar-
deeren, even aangenaam wezen als het ons
was, om te lezen Ook Eendracht maakt macht,
van Kruiningen, kweet zich voortreffelijk. Niet
velen zouden zulk een fiksck orkest in een
Zeeuwsch dorpje gaan zoeken. Vooral een fan-
taisie uit Webers Freischütz werd uitmuntend
vertolkt. Ook dat korps g<f een bewijs van
beleefdheid, dat blijkens de toejuichingen zeer
werd gewaardeerd. Het besloot met een huts
pot der volksliederen van Nederland en België."
's-Heereiilioelt. Als eene bijzonderheid
omtrent belangstelling in oud porselein ver
dient vermelding, dat onlangs bij een ingezetene
alhier een schotel, voorzien van het wapen
onzer provincie, is aangekocht voor de som
van f 100.
De benoeming tot geneesheer te Bath en
Rilland is door den heer O. li. J. Steenberg,
thans als zoodanig werkzaam te den Bommel,
aangenomeD. MCt.)
Voor de betrekking van hoofdopzichter
van het Ambacht de Vier Noorder Koggen
(N. Holland) is een viertal opgemaakt, waarop
als no. 2 voorkomt de heer L. Kuiler, van
Borssele.
veel minder afstand was dan tusschen de hut
en de vallei, vooral met 't oog op de reeds
vermelde kleine brug. Ook Damien had toen
onder voorwendsel, dat hij aan zijn rechter
been last van rheumatiek had, een kleinen
jongen aangenomen om de visch in de buurt
te verkoopen en verliet zelfs de hut slechts in
zeer zeldzame gevallen, en altijd voor zeer
korten tijd.
Om de waarheid te zeggen, zijn vrees was
zoo geheel ongegrond niet.
Don Jaime en Carmelita hadden reeds, zooals
men tegenwoordig zeggen zou, genoeg de taal
der oogen gesproken, zij waren smoorlijk op
elkaar verliefd, wat zeer natuurlijk is tusschen
lieden, die elkander wel zien maar niet spreken.
De platonische liefde werd hun te zwaar,
de verfoeielijke afstand, die kleine brug, was
zoo gemakkelijk af te leggen, en zij wachtten
met angst het oogenblik af, waarop Damien
afwezig zou zijn, om dan een samenkomst te
hebben.
Vrjjdag moet op het goed van baron
Van Lijnden ouder Koudekerke een insect zijn
gevangen, hetwelk voor eeu aardappel-kever
wordt gehouden. Het is naar Middelburg ge
bracht om door deskuudigeu te worden on
derzocht. Bjj deu burgemeester vau Amster
dam is ook reeds door eeu paar personen
aangifte gedaan van het vinden van colorado-ke-
vers, dat echter bij onderzoek inlandsche tor
ren waren, éen ongeveer 10 maal zoo groot
als het aardappelloof-etend-kevertje. Dit is
nog niet zoo erg als hetgeen te Grave werd
verhaaldnamelijkdat er aldaar een was
geschoten Fad.)
Vrijdag is een soldaat van het garni
zoen te Vlissingen in den waarnemingspost
door een op het ijzer van de schijf afstuitenden
kogel in de lies getroffen. De gewonde is
buiten onmiddellijk gevaar.
Het Russische oorlogsstoomkoi vet. Bogatyr,
dat de vorige week in de haven van Vlissingen
heeft gelegen, is Zaterdag weder naar zee ver
trokken. liet was sedert geruimen tijd uit-
landig en kwam laatst van Brest. Omtrent
zijne bestemming lieten de officieren zich weinig
uitzij wachttenzoo verzekerden zij op
instructies. Bljjkeus nader bericht moet het
doel slechts geweest zijn eenige kleine her
stellingen te doen en een hoeveelheid steen
kolen in te nemen.
Met betrekking tot het verblijf van dat schip
te Vlissingen lazen wij in de Midd. Ct. nog
het volgende„Dat de herinnering aan de Hol-
landsche zeelieden en scheepsbouwmeesters,
aan wie de Russische marine haar ontstaan
veischuldig l is, nog niet is uitgestorven, blijkt
uit vele Russische zeetermen. Marsera, bramra,
bezaansmast, kruiszeil, bootsman, stuurman, al
deze woorden vindt men bij hen onveranderd
terug De Hollandsche admiraal Kruijs, een
hunner eerste bevelhebbers en de vriend van
czaar Peter den Groote, de overleveriog zegt
zelfs daf de Russische oorlogsvlag, het blauwe
kruis op een wit veld, aan hem haar oorsprong
dankt, doch hiervan willen de Russische offi
cieren niet veel weten, is bij hen nog even
goed bekend als onze Trompen en De Ruiters.
^Onaangenaam klonk ons, tegenover die her
inneringen, de vraag in de ooren, door een der
officieren in het Fransch, dat zij uitmuntend
spreken, gedaan: „Tegenwoordig hebt gij
g en oorlogsschepen meer, niet waar?" En toen
wij hem vertelden, dat eene geheele vloot nog
de Nederlandsche vlag doet waaien over zeeën
en koloniën, op wier bezit zelfs de Russische
alleenheerscher trotsch zou mogen zijn, en dat
in 't Nieuwediep gepantserde schepen, naar het
allerlaatste model, gereed liggen om den Neder-
landschen bodem te verdedigen, toen was de
wedervraag: „Hoe komt het dan, dat hier te
Vlissingen niets ligt dan een kleine gepant-
Dat alles, zij hadden 't elkaar reeds door
teekens te kennen gegeven.
Het was een heerlijke Mei-avond, eene ver
rukkelijke avond zelfs. De beide echtgenooten
zaten voor de deur der hut en aanschouwden
daar de laatste stralen der ondergaande zon.
De zon, die toen, een anderhalve eeuw geleden,
onderging, is dezelfde die gij allen kent Ik be
hoef u haar dus niet te beschrijven. Ik wil al
leen opmerken, dat zij op dieri avond achter de
bergen onderging, zoo langzaam en statig,
alsof zij besloten was voor eeuwig onder te
blijven.
Het was éen dier verheven oogenblikken,
waarop het schijnt, alsof de tijd stil slaat;
éen dier feestgetijden in het heelal, waarvan
de geschiedenis nooit iets vermeldt, éen van
die prachtige en plechtige dagen, waarop men
onwillekeurig tot de gedachte komt, dat de
aarde voor het eerst ten toppunt van schoon
heid is gestegen en dat het verleden voor haar
slechts een tijdperk van verjonging is geweest,
serde kanonneerboot?"
„Inderdaad, hoe komt dat? Als men eene
haven bezit als die van Vlissingen, waar de
zwaarste oorlogsschepen ieder oogenblik kunnen
binnenvallen, dan zou ook eeu behoorlijk oorlogs
schip als men ze toch heeft beter figuur
maken om de eer der vlag op te houden dan
het zeemonster, dat nu in de Vlissingsche haven
verscholen ligt."
Naar de Midd. Ct. verneemt, is het plan
van een kanaal van Vlissingen naar Venlo
ook ter beoordeeling aan de Vlissingsche kamer
van koophandel en fabrieken toegezonden, en
deze heeft besloten, daarop te berichtendat,
vermits aan eene communicatie te water, zij
die ook in concurrentie met den spoorweg,
voor het handelsverkeer altijd belangrijke voor
deden verbonden zijn, het haar voorkomt dat
de verwezenlijking van het plan wenscheljjk
is; dat zij, althans zoolang haar geen nadere
gegevens bekend zijn, noch over de financiëele,
noch over de technische bezwaren, die aan het
plan verbonden zjjn, kan oordeelen, en alleen
vermeent te moeten opmerken, dat de reeds
bestaande waterwerken, voor zooveel Zeeland
betreft, de kosten zeer zouden verminderen.
De heer Henry Havard is Vrijdagmiddag
met zjjn reisgezel, baron Constant Rebecquein
een tjalk van Dordrecht vertrokken, om een
langdurigen kruistocht door Zeeland te doen.
Bjj beschikking van den Minister van
Binnenl. ZakeD zijn de vrachtprijzen voor het
vervoer per spoorweg van reizigers en bagage
tusschen Amsterdam en Breda, Bergen op Zoom,
Goe3, Middelburg en Vlissingen via Utrecht
gelijkgesteld met die via Rotterdam. Daar de
uren van vertrek ea aankomst van en in ge
noemde steden voor beide routes dezelfde zjjn,
is het nu voor de reizigers onverschillig, of zjj
van den Rjjn- of den Holl. spoorweg voor be
doeld verkeer gebruik maken.
Blijkens het jaarverslag van het Neder
landsch gasthuis voor oogljjders, te Utrecht,
zjjn in die inrichting in 1876 1786 Ijjders
behandeld en 358 verpleegd (in het gasthuis
zelf opgenomen). Uit Zeeland waren 50 be
handelden en 40 verpleegden afkomstig. De
inrichting beantwoordde volkomen aan haar doel.
Bljjkens het thans verschenen 33e jaar
verslag der Nederl. vereeniging tot afschaffing
van sterken drank is het drankverbruik in
de jongste 25 jaren zoozeer toegenomen, dat
het in 1876 drieëntachtig percent meer bedroeg
dan in 1852. Het aantal verbruikte hectoliters be
droeg in genoemde jaren respectieveljjk 378,298
en 206,138, makende een verschil van 172,160
hectoliters.
't Is zeker een treurig verschjjnsel dat een
vereeniging, wier bedoeling zoo goed is, zoo
weinig succes op haar streven heeft.
terwijl de toekomst slechts verval en ouder
dom zal opleveren, die haar in 't niet zal doen
verzinken.
Met verrukking aanschouwden Carmela en
Damien die zon, wier laatste stralen den ho
rizon met een tooverachtige tint kleurden.
Hoe onbeschaafd en ruw hun aard ook was,
beiden gevoelden toen, zeker als een gevolg
van de overspanning, waarin zij verkeerden,
dat het ondergaan der zon op dien avond hun
niet zoo onverschillig kon zijn als vroeger 't
geval was geweest; en al mocht hun beperkt
verstand hen niet in staat stellen zich reken
schap te geven van hetgeen zij ondervonden,
noch hun doen begrijpen wat dat somber voor
gevoel toch wel kon wezen, dat zich van hen
meester maakte, toch vermeerderde hun angst,
naarmate de zon dieper zonk; zij zwegen, om
dat zij meenden hun gedachten te verraden,
en durfden zelfs hun oogen niet opslaan.
Tusschen de beide schuldigen, tusschen de
vrouw, die over het verraad nadacht en den