BUITENLAND. VAN HET 00RL0GST00NEEL.. Aan de kiezers van Krabbendijke! C. C. WELLEMAN. Iets over het délroqueereii der oeslers. in zijne woning gevonden. Het lijk verkeerde reed» in vergevorderden staat van ontbinding. De buren hadden den man wel sedert een dag of tien gemist, maar waren niet op de gedachte gekomen in zijne woning een onderzoek in te stellen. Uit Leeuwarden wordt gemeld, dat Dinsdag de Lange Pijp, tengevolge van den des nachts plaats gehad hebbenden brand,eene ware ruïne vertoonde. Er zijn geheel verbrand drie kramen, een zeer groote met byouterieën, parfumerieën enz., een met oud porselein en een inet koek- en banket bakkerswaren. Een kraam met bonbons enz. is gedeel telik verbrand; drie kramen, een met handschoenen, een met galanterieën en een met kinderspeelgoed, werden, om den voortgang van het vuur te beletten, geheel omgehaald. Een paar leden echter bovendien belang rijk door het vuur, zoodat ook hier de schade uroot is. Nog in een paar kramen, een met optische voorwer pen enz. en één met glaswerk, die vlak tegenover de eerste kraam stonden, waarin de brand ontstond, werd veel vernield en ook door water bedorven. Men zegt, dat slechts de goederen van de groote kraam en van de koekkraam waren geassureerd, doch lang niet voor het bedrag der geleden schade. Een 40tal rijksdaalders, die in zakje waren bewaard, werden teruggevonden tot één stuk versmolten. In de herberg op het Rero- brandtsplein te Amsterdam zijn by den inval der politie waarvan wij reeds melding maakten 16 jongelie den gearresteerd wegens hazardspeleen hunner, uit een bedstede op den zolder te voorschijn gehaald, moet in zes dagen tijds meer dan 1000 hebben verdob beld. Dezer dagen werd te Ruhrort, in Pruisen, uit een schip eene partij gerst gelost. Al de werklieden, die hiertoe gebezigd waren, werden ziek en leden aan een puistachtigen uitslag. Evenzoo ging het te Witten en andere plaatsen, alwaar eene hoeveelheid van die zelfde lading was aangebracht. Volgens een bericht uit Bochum heeft de apotheker Ilartmann de gerst microscopisch onderzocht en een vreemde soort van maden er in ontdekt. De „Fall Mall Gai." van 23 Juli bevat een vrij uitvoerig artikel over de Utrechtsche en Leidsche protesten tegen de annexatie van de Transvaal. Het blad maakt geen melding van prof. Vreedés Appel a 1' opinion publique en noemt de annexatie een „pijnlijke noodwendigheid." In den toon van het artikel schemert niet onduidelijk zekere wrevel door over het oordeel, dat de daad van Sir Theophilus Shepstone heeft uitgelokt, en blijkbaar heeft men het hoog noodig geacht, met het oog op de aanstaande beslissing van het Parlement, er tegen op te komen. FRANKRIJK. Is het waar, wat de correspondent van de Times uit Rome meldt, dan heeft de graaf Fan Chamhord aan den paus een brief geschreven over de aanstaande verkiezingen, om het va- ticaan Ie bewegen de conservatieven in hun geheel niet langer te ondersteunen, daar alleen de Bonapartisten met den buit zullen weg- loopen. Hij hoopt, dat de paus zijnen invloed op de Fransche katholieken zal gebruiken om hen te doen beseffen de verplichting, die op hen rust, namelijk de candidatuur te be vorderen van de mannen zijner partij. De correspondent voegt er bij, dat op dezen brief nog niet geantwoord is, maar men gelooide, dat een met het pauselijk hof verbonden aan zienlijk persoon naar Frankrijk en Engeland zal gaan, om, in overleg met den zoon van Napoleon III, te trachten de monarchale par tijen tot overeenstemming te brengen wat de naderende verkiezing betreft, en haar te doen besluiten de dynastieke vraagstukken tot 1880 te verschuiven. De verkiezingen zijn uitgeschreven tegen den 14 October, tenzij de omstandigheden het noodig mochten maken de kiezers vroeger op te roepen. Zonderlinge bepaling! Zou het ka binet van Mac Mahon vrees beginnen te koe steren Hoe het zij, men beweert, dat Fi ank rijk in het oog van verschillende mogend heden zijn recht verloren heeft om in de ge wichtige zakendie Europa ziet gebeuren zijne stem te doen hooren dewijl het eene regeering heeft, geheel in strijd met de eischen van een constitutioneel stelsel. BELGIË. Jl. Zaterdag werd te Brussel de vestiging van het Koninkrijk, vóór 46 jaren, herdacht met een plechtig Te Deum, waarbij tegenwoor dig waren de Koning en de Koningin, benevens de Duitsche Kroonprins, die met zijn gezin te Ostende de baden gebruikt en ter bijwo ning van de godsdienstoefening was overge komen. De Koning, door deze oplettendheid zeer gevleid, betuigde daarvoor zijne erkente lijkheid, waarop de Kroonprins antwoordde, dat hij een bewijs heeft willen geven èn van Duitschlands sympathie voor België, èn van zijne persoonlijke genegenheid voor het vor stelijk huis van dat land. De namen der groote politieke partijen zijn thans voor het eerst in eene wet genoemd. Het officiëele model-stembriefje, gevoegd bij de kieswet van 9 Juli, en dat, te beginnen met October a. s gebruikt zal moeten worden bij de verkiezing voor de Kamer, is verdeeld in drie kolommen, met de algemeene aanduiding: Candidaten. Boven de eerste kolom staat: libe ralen, boven de tweedeIcalholielcen, en boven de derde niets, want deze is bestemd voor de «onafhankelijke" candidaten. ITALIË. Het proces der dochter van wijlen kardinaal Antonelli, die hare aanspraken op de nalaten schap doet gelden, is in vollen gang. Ter te rechtzitting van jl. Zaterdag verlangden de advocaten der verweerders nadrukkelijke ken nis te krijgen van den naam der moeder van de eischeres. Advocaat Trajani antwoordde namens gravin Lambertinidat, indien deze openbaarmaking noodig zou zijn, hij zich aan de beslissing der rechtbank zou onderwerpen, maar in dat geval op zijne tegenstanders al de verantwoordelijkheid zou doen rusten van de onaangename gevolgen, welke zijne verkla ring zou kunnen hebben. De bewijzen waren echter voorhanden, dat de kardinaal, om de eischeres op te voeden en te doen onderwijzen, meer dan twee millioen francs hee't uitgegeven. De advocaat was een vol uur aan het woord. Welsprekend trachtte hij vooral aan te toonen, dat de doopregisters onder het pauselijk re- geeringsstelsel niet hadden de wettelijke kracht en waarde van de registers van den Burge lijken stand onder het tegenwoordig bewind. Te Rome zelf en op het Vaticaan is men over tuigd van de waarheid van het beweren der eischeres. Bij de rechtbank is eene tweede memorie ingediend om te bewijzen, dat de kardinaal nooit heeft opgehouden de gravin met vaderlijke zorg te behandelen. OOSTER8CHE QUAESTIE. Opnieuw schijnt de zaak van het Oosten van het oorlogsveld naar de zalen en bureaux der diplomatie verplaatst te zullen worden. Namik-pacha zou namelijk met eene. vredelie vende zending van den Sultan naar den Czaar belast worden en hiervan zou mededeeling geschieden aan de mogendheden, die de Con ferentie te Konstantinopel bijwoonden. Deze tactiek van de Ottomanische regeering zal waarschijnlijk gelukken, want de tusschen- komst der mogendheden is misschien in de gegeven omstandigheden toch maar een quaestie van tijd. Oostenrijk en Engeland zijn nog onzijdig en verzekeren nóg, dat zij onzijdig zullen blijven, maar er is geen waarborg dat niet plotseling een ommekeer in de gevoelens van de kabinetten van Weenen en Londen eene onvermijdelijke noodzakelijkheid wordt. VEREENIGDE STATEN. Omtrent de werkstakingen van het spoor wegpersoneel luiden de berichten gunstiger. Op sommige lijnen loopen de treinen weêr. De meeting te New-York ten voordeele dei- werkstakers werd door 10,000 man bijge woond en is rustig afgeloopen Te Pittsburg is, dank zij de militaire maatregelen, de orde geheel hersteld Toch blijven de werkstakers hun eischen volhouden. De Russen hebben hunne krachtige poging, om Plewna ten zuiden van Nicopolis te ver meesteren, zien mislukken door een nog krach tiger tegenstand van den vijand. De neder laag, die de Russen hier leden, was, luidens de officiëele berichten van Russische zijde, zeer bloedig zij verloren p. m. 1950 man, en daaronder een vijftigtal officieren. r De Russen moeten ook bij den aanval op een redoute van Silist.ria het hoofd gestooten hebben. De Rumeniers zijn toch den Donau over gegaan. De vierde divisie, onder generaal Man, trok bij Nicopolis de rivier over om evenwel spoedig terug te keeren naai den overkant, verzekeren sommige berichten Aan de geruchten, dat de Porte den vrede wenscht, wordt al minder geloof geslagen. Integendeel zou Turkije thans besloten zijn den oorlog tot het uiterste door te zetten. Nieuwe groote aankoopen van wapenen zijn geschied. Ingezonden Stukbeu. HOEDEKENSKERKE, 26 Juli 1877- Mynheer de Redacteur Door uw waarlijk vereerend schrijven ben ik nog volstrekt niet overtuigd, dat mijn ambt van predikant mij in den weg zou staan bij de bekleeding van het voor zitterschap eecer politieke kiesvereeniging. Wat is een voorzitter? Een primus in ttr pares, de eerste onder gelijken, die belast is met het handhaven der orde, en met de overige bestuurders de genomen he sluiten ten uitvoer brengt. Mag ik geen voorzitter zijn, dan wordt het lidmaatschap al even bedenkelijk, en zie ik mij genoodzaakt., buiten de vereeniging staande, blin delings hare besluiten te volgen, of zonder haar mijn eigen weg te volgen. Maar dan heeft het kiesrecht (stel dat ik kiezer was) voor mij niet de minste waarde meer en daarmee zou eigenlijk al mijn invloed op de politiek verloren gaan. Met maatschappelijke zaken zou ik mij slechts ter sluiks mogen bemoeien, want ik zou elk oogenblik met de politiek in aanraking komen en dus maar beter doen, mij eenvoudig in een klooster op te slui'en, waarin ik voorloopig nog geen lust heb. Neen,- mijnheer de Redacteur! zoo vat ik mijne taak niet op; ik leef te midden van de groote maatschappij, met de volle bewustheid van myne burgerrechten en plichten, zij 't ook in een klein, bekrompen, nederig kringetje. Met de meest mogelijke belangstelling tracht ik op de hoogte te zijn van alles, wat op godsdienstig, zedelijk, politiek, maatschappelijk gebied van waarde kan zijn voor dat kringetje. En waar 't anderen aan den moed der overtuiging ontbreekt, daar kunt gy mij vin den, niet alleen als voorlichter, maar ook als voorganger. Wil men mij in de kerk niet hooren, dan klop ik even by u aan en heb ik over gebrek aan belangstelling niet te klagen. Gij hebt er meer last van dan ik, als ik, in verschillend gewaad, telkens door u aan het publiek wordt voorgesteld. 't Is hier een bijzondere toestand. Het slapende l'ro- testantsche Hoedekenskerke wordt onverwacht overval len door het wakende Katholieke Kwadeudamrae. De „Wachter op Sions muren" had zijn signaal bijtijds doen hooren, maar men luisterde niet. Het zwaartepunt der vereenigde gemeenten dreigde naar elders verpffatst te worden Kwadendamme had zijn bijzondere R. K. school, en als men het secretariaat der burgerlijke gemeente opdroeg aau den onderwijzer dier school, zouden de kerkelijke lasten zeer worden verlicht. Wat zou er worden van ons neutraal onder wijs? Zou men het niet wenschelijk gaan achten, een R. K. als burgemeester aan het hoofd onzer gemeente te hebben enz. enz. „Zoo'n vaart zou 'tniet loopen", hoor ik u zeggen, „enkelen zouden er toch tegen zijn Wel mogelijk, maar wij willen en zullen hun de verzoeking sparen. Als ik mijne gemeente goed ken, komt de naam van J. Be Schipper Dinsdag zegevierend uit de stembus. Daarna zullen wij zien, wat wij van hem en de meer derheid in den raad hebben te wachten. De kiesveree niging bestaat, ik zal haar voorzitter blijven, wat men er ook van zegge, en te zamen zullen wij een wakend oog houden op alle handelingen van deu gemeenteraad. Hoogachtend, Uw Dw. Dienaar, W. TE GEMPT. Op het voornaamste punt van ons betoog blijft de heer Te Gempt het antwoord steeds schuldig, nl. of hij, aan het hoofd van den strijd staande, door zijn ambt niet menig Katholiek weerhoudt voor het onderwijs te helpen strijden, waarvoor hij zich in de bres stelt, en of 't niet te betreuren is, dat de godsdienst-quaeslie een leuze is geworden, om el kander de over'inning te bevechten, waardoor de be staande klove steeds wijder worden zal, en de strijd meer en meer een bedenkelijker karakter zal verkrij gen. Op zijn schrijven nog dit tot besluit: Er is een groot verschil lusschen zich in een klooster op te sluiten en zich aan het hoofd te plaatsen van eene kiesvereeniging, die daarenboven nog een zuiver godsdienstige kleur aangenomen heeft, wat op politiek gebied zooveel mogelijk vermeden moest worden. Zoo weinigen kunnen zijn persoon van den predikant onderscheiden. Wat helpt de naam van die veree niging Eendracht maakt machtals men aan de andere zijde de grootste twistappel opwerpt, die er in de wereld is, nl. den godsdienst, waardoor de grootste tweedracht wordt gezaaid? Welke de bij zondere wensehen der Katholieken te Kwadendamme zijn weten wij niet, maar zij hebben, nu de Protes tanten voor hun geloof opkomen, 't zelfde recht om de belangen van het hunne voor te staan. En dat strekt te meer tot bewijs voor het gevaarlijke van hetgeen door ons wordt bestreden, omdat nu tot in de kleinste kleinigheden het geloof op den voorgrond zal treden. Is J. De Schipper een voorstander van goed neu traal onderwijs, een man met milde gevoelens ten opzichte van den vooruitgang bezield, dan wensehen jvy niet den heer Te Gempt zijne overwinning bij de stembus, en dan roepen wij allen, die dit gevoe- leu deelen, dringend op, Maandag te stemmen, doch wij doen dit niet omdat hij Protestant is. En is die overwinning door de kiesvereeniging behaald, dat dan hare leden bij het houden van een wakend oog op alle handelingen van den gemeenteraad zich niet te veel door hunne Trotestanlsche gevoelens laten bestu ren, maar alleen de daden der leden toetsen aan de beginselen van ware humaniteit, die de menschen niet naar hun geloof op kerkelijk gebied doet beoor- deelen, maar naar hunne handelingen tegenover het maatschappelijk geluk van den groolen of kleinen kring, waarin zij zijn geplaatst. (Rld Mijnheer de Redacteur Schrijver dezes, te Hoedekenskerke goed bekend, gevoelt zich opgewekt ook een cent in 't zakje te werpen over de twisten, welke die gemeente be roeren. Als man des vredes betreurt hij zeer de oneenig- heden, in die gemeente beerschende, en hij wil zijne overtuiging niet verbergen, dat de strijd in 't eerst slechts personen betrof, maar nu ontaardt is in een kamp tusschen de twee deelen der ge meente Hoedekenskerke en Kwadendamme. De eerste stoot is gegeven door een zjjns inziens on staatkundige daad, de niet-herkiezing van Jan Walraven als lid van 't Burgerlijk Armbestuur, waarop die heer onmiddellijk zijn ontslag nam als lid van den raad. Waaraan 's mans niet-herkie zing is toe te schrijven, is steller dezes onbekend. Maar ook aan de andere zijde is gezondigd. Waarom een man als M. De liegt niet herkozen als lid van den raad, een man, die een der ver dienstelijkste en ontwikkeldste raadsleden was, een man, die eene reeks van 14 jaren met de meeste zorg en toewijding de belangen der ge meente behartigde? Wie is genegen hierop een eerlijk en afdoend antwoord te geven Moest De Regt boete doen voor zijne uitgebrachte stem in zake de niet-herkiezing van J. Walraven als lid van 't I'urgerl. Armbest.? Of zou men hier te deuken hebben aan zijne betrekking als Dijk graaf? Voorts, Mijnheer de Redacteur, heeft in uwe beantwoording van den heer Te Gempt de vol gende zinsnede bijzonder de aandacht van steller dezes getrokken. »Wij weten het bij ondervin ding, hier in Goes opgedaan, hoe er voor het onderwijs van menig katholiek veel meer steun is te wachten dan van vele protestanten." Maar hierover later. A., 27 Juli 1877.B. C. De ondergeteekende acht het beneden zich, om op de insinuatiën, door den heer Nierstrasz, pre dikant, in de Nieuwe Goessehe Courant tegen hem geuit, te antwoorden. Alleen wenscht hij zijn medekiezers opmerkzaam te maken op zijne ken nisgeving, die, reeds voor hij iets van dat inge zonden stuk wist, aan den veldwachter ter aanplak king was gegeven, dat hij bij de herstemming voor raadslid niet in aanmerking wenscht te komen. Hij noodigt hen, die hun stem op hem wenschten uit te brengen uit, dit a. s. Maandag te doen op B. Den Exter Van den Brink. M. d. Rt In het nommer der Nieuwe Goessehe Courant van heden komt een ingezonden stuk voor van den heer J. Nierstrasz, predikant te Krabbendijke, dat getuigt, hoe ook ten platten lande de strijd voor wat men meent goed recht te zijn, de partijen kan verblinden. Het betreft de van-onwaarde-verklaring door het stembureau te Krabbendijke bij de jongste verkiezing van leden voor deu gemeenteraad van 16 stembriefjes, waarop eenvoudig stond A. De Kok. llewyl twee per sonen van dien naam in de gemeente aanwezig waren, een landbouwer en een daglooner, was de persoon na tuurlijk niet duidelijk aangewezen, en het stembureau, dat eerst alle stemmen aan den landbouwer had toe gekend, waardoor deze met 20 stemmen was verkozen, kwam, daarop door een in de zaal aanwezigen kiezer attent gemaakt, op zijne uitspraak terug en verklaarde 15 briefjes van onwaarde. Dit had tengevolge, dat er du eene herstemming moet plaats hebben tusschen C. C. Wellernan, het aftredend lid, die 17 en B. Den Exter Van den Brink, die 9 stemmen bekwam. Uit het geheele stuk spreekt een kwalijk verborgen spijt, dat de toeieg is mislukt, om C. C. Welleman te weren uit den Raad en De Kok erin te brengen De heer Nierstrasz had met de zijuen hij spreekt van wij candidaten gesteld, en na met elkander de kiezerslijst eens te hebben nagegaan, meenden zij zich van eenen voor hun goeden uitslag wel te mogen verzekerd houden. Eu toen zij nu vernamen (het zijn de eigen woorden van den heer N.) dat er eene herstemming plaats hebben moest, en dat wel juist tusschen de twee bovengenoemde mannen, toen deed hun dit niet alleen zeer veel leed, maar zij zagen elkander aan met een gezicht, waarop duidelijk de vraag te lezen stond: zouden wij ons dan nu zoo vergist en zoo buiten den waard gerekend hebben Het verraadt in mijn oog geen diep inzicht, als men zich zoo teleurgesteld gevoelt over de gevolgen eener opmerking, die bij ieder voor de hand lag. De heer N. meende zeker te zijn van de overwinning zijner partij, maar had verzuimd op de eventuali teiten, die zich bij de stembus kunnen voordoen, en op ae bepalingen der kieswet acht te geven. Als liet waar is, dat niemand den daglooner ADe Rok, maar allen den landbouwer bedoelden, waarom waren er dan vijf briefjes, die wel duidelijk den landbouwer aanwezen? De insinuatiën, die in het stuk van den heer N. voorkomen, verdienen niet gelezen, veel minder weder- legd te worden. Maar als men de overigen mag beoordeelen naar die, waarbij de heer N. verklaart, „dat het protest van Va» den Brink geen ander doel had, dan om door dit middel zelf nog een kansje te hebben, Achtbare heer te worden," dan zijn zij van niet veel waarde. Ik mag hier de verklaring neder- schrijven, dat B. Den Exter van den Brink geenszins lust heeft om weer zitting te nemen in den Raad, en iutegendeel verzocht buiten aanmerking te blyven. Waarom wil de heer N. niet, dat het mandaat aan C. C. Welleman worde vernieuwd Is bet, omdat deze den heer A. in de vergaderingen van kerkeraad en kerkvoogdij onder de oogen durft te zien, en zich o. a. sterk heeft gekant tegen het verlangen van den heer N. om het reglement op de kerkvoogdij zoo te wijzigen, dat de predikant president van dat college kon zijn? Is het, omdat W, te weinig ondergeschikt heid betoout en het openbaar onderwijs voorstaat? Ik weet het niet, maar geloof, dat de heer N. beter zou doen, zich minder met zaken te bemoeien, die niet met kerk en kerkelyke armenzorg in verband staan. De opmerking van V, d. Brink omtrent de stem briefjes was zeer juist en het eenige wat in het stem bureau is af te keuren, zou kunnen zijn, dat het niet dadelijk bij de opening der briefjes deu naam van A. De Kok van onwaarde verklaarde. Maar, beter ten halve gekeerd, dan ten hiele gedwaald; het is niet te veroordeelen, dat het stembureau, nog vóór bet pro ces-verbaal gesloten werd, terugkwam op zijne beslis sing. Ware aan A. De Kok, landbouwer, een af schrift van het proces-verbaal toegezonden, hij zou toch niet als lid van den Baad kunnen zijn toegela ten, maar de verkiezing zou zeker vernietigd zijn ge worden. De heer N, leze, voor hij een oordeel velt, de verschillende administratieve beslissingen omtrent art. 61 der kieswet en hij zal gewis een ander ge voelen omhelzen. M. d. R.u bij voorbaat dank zeggende voor de plaats, aan dit stukje in uw blad verleend, herhaal ik, dat B. Den Exter van den Brink niet in aanmer king wenscht te komen voor de verkiezing tot raadslid. Goes, 27 Juli 1877.H. De enorme hooge oesterprijzen hebben, wel is waar, een gunstigen invloed uitgeoefend om de kunstmatige oestercultuur op de Ooster-Schelde tot eenen belang rijken tak van nationale iudustrie te verheffen; maar haar bloei en bestaan zyn in gevaar, zoo lang door meerdere productie geen grooter getal maatoesters aan de markt zal gebracht worden. De tot nutoe verkregene resultaten zijn mijns inziens noch bevredigend, noch geruststellend; zij zijn de gevolgen van de verkeerde aangenomene gewoonte, welke algemeen wordt toegepast en gevolgd om het broed op 6 maanden leeftijd, vroeg in het voorjaar, te détroqueeren. De Franschen daarentegen zijn gewoon het broed af te steken na den groei van het 2de seisoen. De inwerking, die het oeBterbroedje by die bewerking ondergaat, geschiedt bijgevolg bij ons onder de meest ongunstige en in Frankrijk onder de meest gunstige omstandigheden. Welk een verschil tus schen een oestertje van 6 maanden leeftijd, met een teer broos weefsel, zonder eenig weerstandsvermogen en een meer ontwikkelden oester van 12 a 15 maan- digen leeftijd die, door zyn reeds stevig gevormde

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1877 | | pagina 2