Boereninspan en Meubilaire
Goederen.
Op Maandag den 19 Februari 1877,
PUBLIEK VERKOOPEN:
een netten Inboedel.
OPENBARE VERKOOPINC
op Maandag den 22 Januari 1877,
1 VAAMHOUT en SPAANDERS
6000 Olmen-Mutsaards,
KOFFIEHUIS en AFSPANNING,
J. J. Prins.
Waterpenningen.
Calamileusen Polder BORSSELE.
Van Prinster er, jhr. mr. ,T. W. Van Loon en baron
Mackay werden haar ontnomen, terwijl haar nieuwe
en jeugdige leidsman, dr. Kuijper, voortdurend on
gesteld was. Voor die partij was het afgeloopen
jaar zeer ongelukkig. Maar ook ons land verloor in
die afgestorvenen eerlijke, trouwe zonen, van wie
vriend en vijand zal moeten getuigen, dat zij bij
hun leven, naar hunne opvatting, steeds het goede
hebben nagejaagd. Bovendien wijzen wij op man
nen als dr. J. P. Heije, de volksdichter bij uitne
mendheid, hem, aan wien o. a. de Maatschappij tot
bevordering van Toonkunst veel verloor; op een
als ds. O. G. Heldring, de philantroop, wiens wer
ken getuigden van eenemenschlievendheid, zoo goed,
zoo verheven, dat ieder dien man moet betreuren
en op een jhr. mr. J. Be Bosch Kemper, die zich
een waar volksvriend steeds toonde, en wiens gan-
sche leven een strijd was voor de beginselen van
waarheid en vooruitgang. Maar dan komen wij van
zelf in meer beperkten kring, dan herinneren
wij ons den slag, die onze Provincie trof, op het
verlies, dat de Zeeuwen leden door den dood van
mr. B. W. graaf Van Lijnden, commissaris des
Konings in deze Provincie.
'tWas geen wonder, dat velen behoefte gevoel
den, om een gedenkteeken op zijn graf te plaatsen,
als sprekend en blijvend getuigenis van de achting,
dié de Zeeuwen hem toedragen. Zijn opvolger,
jhr. W. Six, is nog te kort werkzaam, om nu reeds
met zekerheid te zeggen, of wij in hem een man
hebben gevonden, wiens hart warm klopt voor
Zeeland's welvaart en belangen. Met vreugde en
ingenomenheid zijn wij hem tegemoet getreden,
en wij hebben nog niet éen reden, om met hem
de toekomst niet vroolijk tegen te gaan. De
lijn Vlissingen— Sheerness was dat jaar gelukkiger
dan het vorige, en het was of 1876 een keerpunt
bracht in het leven van deze onderneming, die
voor Zeeland van zulk een groot belang is. - De
vorstelijke ondersteuning, door Prins Hendrik haar
verleend, geeft ons moed, dat zij steeds zij 't
dan ook langzaam zal toenemen in bloei.
Minder gelukkig was Middelburg, dat met zijn
droogdok het jaar uitging in zeer natten toestand.
Hiervoor staan wij als niet deskundigen
stilwij kunnen slechts hopen, dat het eenmaal
droog mag worden. Toch was er in Zeeland's hoofd
stad meer levendigheid door de scheepvaart, die
menig schip te aanschouwen gaf, dat daar nog
zelden werd begroet.
En hoe was de toestand op Noord- en Zuid-
Beveland, hoe was deze te Goes?
De Bevelandsche landbouwers hebben zeker geen
reden van klagen over het afgeloopen jaar. Som
mige menschen beweren, dat de boeren altijd klagen;
dat er reden tot ontevredenheid kan gezocht wor
den, is zeker, maar wanneer de landbouwers het
goede, dat hun in 1876 werd geschonken, eens opwo
gen tegen het slechte, dat zij ondervonden, dan ge
il ooven wjj dat zij stof tot dankbaarheid zouden hebben.
Wel deed zich in de laatste dagen van het jaar een
treurig ongeval te 's-Heer Arendskerke voor, maar wij
willen hopen, dat door krachtige maatregelen die
ziekte zal worden tegengehouden. Doch nog een
ander verschijnsel is in 1876 door ons waargeno
men onder den landbouwstanddat ons teleur
stelde. Er heerschce nog te veel onverschilligheid.
De landbouwlezingen ondervonden niet die onder
steuning, welke zij zoozeer verdienen, en die haar dan
ook in Schouwen en op andere plaatsen ten deel
valt. De landbouwtentoonstelling te Colijnsplaat
had veel drukker bezet en bezocht kunnen geweest
zijn. Voor zijn eigen belangenvoor de belan
gen van den stand, die voor de maatschappij van
zoo ontzaglijk veel nut is, den landbouwstand,
moest ieder landbouwer, als hij zijn werk met toe
wijding verricht, als hij hart heeft voor zijn vak,
nooit achterwege willen blijven, wanneer er iets te
leeren, iets te zien is. 1876! wij hopen, dat gij
dien ouden geest met u hebt genomen in het graf!
en dat verder in den nieuwen tijdkring iedere
landbouwer een voordeelig jaar moge hebben,
mits hij toone dit waard te zijn door lust en ijver
om te leeren!
En ten slotte: hoe was het in onze stad Goes?
Beweert niet, dat wij uit minachting tot het laatst
wachten, met daarop een blik te slaan en haar niet
de eerste plaats in ons blad toekennen. Neen, niest
heugt best" zegt een spreekwoord, en daarom zij
in dit overzicht aan Goes het laatste woord gewijd.
Zijn wij tevreden over hetgeen het afgeloopen jaar
in het algemeen ons bracht? Och, er zijn vele licht
punten aan te wijzen, maar ook donkere stippen.
Onder de eerste behoort vooral de opening der Mid
delbare School voor meisjes, eene gewichtige ge
beurtenis voor onze gemeente. Daarvan is de ver
meerdering van het intellectueele deel der bevol
king een gevolg. De Ambachtsschool mocht zich
ook verheugen in meerderen steun, en wacht slechts
op bevrijding van de banden, waarin zij nu nog is
gekneld, teneinde meerdere vruchten te kunnen af
werpen. Tot de verbouwing van het gasthuis werd
besloten, wat zeker voor de stad niet van belang
is ontbloot, omdat het een fraaier en doelmatiger
gebouw ons zal schenken. In de raadzaal heerschte
vaak eene bewonderenswaardige kalmte; zelfs bij
de quaestie van het onderwijs waren de vroeger
zoo hevige tegenstanders tot inschikkelijkheid ge
neigd. Wanneer dit voortkomt uit de overtuiging,
dat oppositie daartegen noch doel treft, noch edel
js, dan mogen wij ons daarover verheugen.
De begrooting gaf tot geene belangrijke discus-
siën aanleidinghet was of men zich wilde wach
ten over groote quaestiën te spreken, met het oog
op ,dö verkiezingen, die in 1877 voor de deur
staan. Slechts éen plaats in den raad moest in
het afgeloopen jaar worden vervuld door het be
danken van den heer G. H. Kakebeeke. Werd
eerst de heer W. Be Liefde gekozen, later, toen deze
bedankte, werd bij herstemming de heer B. Van
Asperen Vervenne de uitverkorene. Hoe wij over
die keuze denken, hebben wij in die dagen eerlijk
en openhartig blootgelegd. Tot nutoe heeft de
heer Vervenne onze verwachting in geen enkel
opzicht beschaamd. Als wethouder kwam de heer
J. G. Be Witt Hamer, wiens plaats in het "dage-
lijksch bestuur als 't ware was aangewezen. Ver
der bracht dit jaar ons eigen aangifte bij den
hoofdelijken omslag, een maatregel, waarmee wij
onze instemming ten volle kunnen betuigen.
Maar wat het ons niet bracht, en wat wij zoo
gaarne hadden gewenscht, is meer handel, meer
vertier in onze gemeente. Daaraan is behoefte,
vooral nu de meekrap-handel niet meer schijnt
te zullen herleven. Had 1876 dat ons geschonken,
wij zouden dankbaar zijn. De donkere wolken,
die zich geruimen tijd boven onze hoofden samen
pakten, zijn weer voorbijgedreven, maar het gevaar
is nog niet geheel geweken. Wij bedoelen de op
heffing onzer rechtbank. Toch hadden wij liever
eene beslissing gezien, dan nog langer in de on
zekerheid te leven, die ons omgeeft. Met waar
digheid en ernst is door ons allen gestreden voor
de goede zaak; maar nog steeds leven wij in
de zelfde spanning, waarin wij in het begin van
1876 verkeerden. Toch blijven wij op een gunstigen
uitslag hopen.
De tentoonstelling van de Maatschappij tot be
vordering van Landbouw en Veeteelt in Zeeland,
die in Januari in onze stad plaats had, om ver
volgens naar Philadelphia te worden gezonden, mag
zeker hier niet onvermeld blijven. Evenmin mogen
wij zwijgen over de beweging in het belang der
weezenverpleging, waardoor de laatste dagen zich
kenmerkten. Vooral ter wille der menschlie-
vendheid moge spoedig blijken, dat in 1876 een
krachtige stoot is gegeven aan de verbetering van
het lot der arme weezen. Dat zou dan een goed
einde van het jaar zijn geweest.
Men ziet dus, dat 1876 veel gemeen heeft met
zijne voorgangers, waar het getuige was van veel
goeds en van veel kwaads. Veel bleef nog onafgedaan,
waarvan wij dit jaar het einde gaarne zagen, maar
ook veel werd ons geschonken, waarvoor wij dank
baar moeten zijn.
AU V b.KTElNTlËN.
Ondertrouwd
A. I. MEERBURG SNARENBERG,
beroepen predikant te Biervliet,
met
P, L. Van dek SCHEER.
Utrecht, Januari 1877.
Ondertrouwd
J. D. OOSTHOEK
met
D. P. De WITTE.
Goes, 6 Januari 1877.
Algemeene kennisgeving.
Geen Receptie.
Wij betuigen onzen hartelijken dank
voor de vele bewijzen van deelneming, bij het
overlijden van ons geliefd zoontje ondervonden.
Ook in het bijzonder aan de leerlingen der
Hoogere Burgerschool, die zoo liefderijk hem
de laatste eer hebben bewezen.
Goes, L. F, GEILL.
5 Januari 1877.J. E GEILL -Denijs.
Het Bestuur der Vereeniging ,/Help u
Zeiven" betuigt bij deze zijn hartelijken dank
aan dat der Vereeniging voor Volksbelangen
voor het bewijs van belangstelling, betoond bij
gelegenheid der feestelijke herdenking van het
lOjarig bestaan zijner Vereeniging, op Donder
dag 4 Januari.
Goes, 5 Januari 1877.
Namens het Bestuur,
I A. De BESTE, Voorzitter.
M. J. Van HOUTEN, Secret.
des morgens 10 uur, te Heinkenszand, op het
hoefje, bewoond bij Erven Adriaan Van
den r>ries. zal de Notaris mr. L1EBERT
jfft Een Inspan van drie tgtasHfc
CkiSs- PAARDEN, drie KOEIEN, Jjlgi.
RUND, KALF, SCHAAP,
VARKENS enzoovoorts, WAGENS, KARREN,
PLOEGEN enzoovoorts in evenredigheid. Verder
des voormiddags te 11 uren, ten verzoeke van
J. Mallear, koopman te s-Eeerenhoekvan:
een groote partij
benevens
gelegen bij de hofstede, bewoond door J. Vlas
man aldaar. PR UMERS.
Daar ik mij verpligt Gevoel om
Nogmaals terug te komen op het
vlpr schrijven in uw Geeerde Corand van
den 21 december. Aan Gaande een timmermans
baas te O. D. P. daar dit niets was dan waar
heid zoo beroep ik mij nogmaalsdat hij het
voriege Jaar een Corwij bij mij heeft Gedaan
van 425 Gulden, waar van hij mij 3 jaar cor-
died voor Gaf, maar daar heb ik Geen Gebruik
van Gemaakt want toen zijn werk 12 Juni
klaar was betaalde ik hem 14 Juni 231 Gulden
en de rest eer het Jaar ten einde was waarvan
ik cwietan ie kan toonen en nu ik weer eenig
werk heb laaten doen zoude hij durve zegge
dat ik zijn Geld Gebruikte om een andere tim
merman te betale, in dien men zoo anwoorde
wil, dan moet men Gegrond handwoorden, maar
voor al geen af Grijzende leugensdaar zijn
mijn stukken te zuiver voor, die ik aan ieder
kan late zienmaar men weet wel waar de
knoop zit, hij had vast op dit werk Gereekend
Maar dat viel tege, om reede dat hij met F. S.
schol 160 Gulden op de 350 toen voelde ik
mij Gedwonge om het F S te verGunne het
Geen ik tot heden toe nog schuldig ben is
de som van 33 Gulden 82 cent van het zetten
van een varkenshok waar ieder om lacht zelf
zijn besste vrienden, daar ik al de mattrieale
zelf heb voor aan Gekogt uit Gezondert een
Paar Planken en eeniege steenen sPijkeren en
Arbijders loon durf hij mij twee maanden voor
Nieujaar zijn reekening over te Geve aan de
atviecaat dat ik met heede bezweere kan, dat
er over Geen betalen is Gesproken om dat het
werk er te Gering voor was veel minder om
uitstel uitstel. Neen vriend daar heb ik voor
Gezorgtik dagt waarlijk niet dat Je Je zoo
belaglijk aan zoude stellen daar het nu Pas tijd
is om reekeningen uit te brengen en mij al reeds
2 maanden Geleden over GeGeve in handen van
de atviecaat, en ik ben Nog niet driftig Geweest
voor die 33 Gulden 82 cent maar Nu is het
Nieuw Jaar Als ik uw nu Niet betale kon, dan
Zouw ik zeeker mijn Goude ketting verkoopen
als ik er een had om uw te betaleD, dat zouw
ik op mij zelve toe Passé helpt uw zei ven zoo
als het spreekwoort is.
liever als bij vrienden en bekende te loopen om
een Paar hondert Gulden te leen waar mede
ik welligt een ander eer mede zouw rove wat
een Ban Croet AanGaad, daar Ben ik nog niet
voor bevreest daar ik Alle mijne koopmans op
durf roepe. dat ik nog nooijt geen wissel on
betaalt terug heb moete zende Nog veel minder
uit stel moeten vrage nog veel minder dan uw
D P maar Als men Er niet om Geeft, df men
waar heid of Grijsselijke leugens zegt daar kan
men zig niet voor wagten
geGroed dan nu ho besste vriend
Gij hebt uw Geld aan mij verdiend
Uw was voor mij reets veel te duur
voor dat Geld zet ik een schuur
F J SMOLDERS
VERHUISD van de Magdalenastraat naar de
Groote Kade, It no. 33.
Wed. J B. SIMOENS-Hofkens,
die zich bij voortduring aanbeveelt tot het
maken van DA MES-COST I) MES en
wat verder tot het vak behoort.
rOtiSBSt* De ondergeteekende, zijn van ouds
bekend
genaamd „DE PRINS VAN ORANJE", aan den
heer J. J. JPBINS in koop overgedaan heb
bende, bedankt zijne geëerde begunstigers voor
de klandizie, zoovele jaren in ruime mate ge
noten, en beveelt zijn opvolger minzaam in de
zelfde gunst aan.
E. Besnijen.
De ondergeteekende, zich houdende
aan bovenstaande advertentie, neemt
beleefd de vrijheid, zich in de gunst van het
geëerde publiek aantebevelen, belovende eene
nette en vriendelijke bediening.
Tot ontvangst van bovenstaande zal zitdag
gehouden worden in het gemeentehuis te Bors-
sele op Maandag 15 Januari 1877, van
's morgens 10 Va 12 uren.
De Ontvanger-Griffier
PRUMERS.