1874. N°. 154. Donderdag 31 December. 613te jaargang.
Nieuwjaars-annonces
BlNNENLAiMDSCHE BERICHTEN.
GOESCHE
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag, Woensdag
en Vbijdag avonduitgezonderd op feestdagen.
Prijs per kwartaal zoo binnen als buiten Goes ƒ1,75.
Afzonderlijke nommers 5 c., met bijblad 10 c.
COURANT.
Gewone advertentiën worden a 10 c. per regel geplaatst
Geboorte-, huwelijks- en doodberichten en de daarop be
trekking hebbende dankbetuigingen van 1—8 regels a 1,—
Dienst-aanbiedingen, niet meer dan 4 regels bedragende
en contant betaald, 20 c.
voor het nummer van a. s. Vrijdag,
dat op Nieuwjaarsmorgen verschijnt,
worden a 40 cents van 1 tot 8 regels
geplaatst en hunnen tot Donderdag
avond 8 uur worden ingezonden.
De Uitgevers.
GOES, den 30 December 1874.
In de Landbouw-courant van 28 dezer komen
een tweetal belangrijke stukken voor, waarin door twee
verschillende personen wordt aangetoond, dat het ver
bouwen van meekrap niet langer met voordeel kan
geschieden. De eene schrijver, de heer T>. Breebaart,
landbouwer in den polder Waard en Groot (Noord-
Holland), waar de grond als de meest geschikte voor
de meekrap cultuur kan worden beschouwd, cijfert uit,
dat hij op een gemiddelden oogst van 4500 kilo racijn
per hectare, verkocht tegen 12 de 50 kilo, na attrek
van alle onkosten, niet meer verdienen kan dan 213,89
voor drie jaar (of drie oogsten). I)ie winst kan de
landbouwer met het minste gewas behalen, maar niet
zelden maakt hij driemaal zooveel. Wat nu het ge
bruik van kunstmeststoffen aangaatwaarop door
scheikundigen en industrieelen zoozeer wordt aange
drongen, meent de heer B. dat men door dat middel
slechts een oogst zou kunnen bekomen van 675 per
hectare in de twee jaren, waarvan dan moeten afge
trokken worden de kosten der kunstmatige bemesting;
over welke de wetenschap het nog lang niet eens is.
Het andere stuk is daarom vooral belangrijk, de
wijl het uitgaat van -den beer M. H. Salomonson,
die'den 9en Mei een brief tot de Maatschappij van
Nijverheid richtte, waarin hij betoogde, dat de cul
tuur van meekrap hier te lande nog niet als hope
loos te beschouwen is De heer S. bericht thans,
tot zijn leedwezen, dat hij de concurrentie van de
meekrap tegen de kunstmatige alizarine niet meer
als mogelijk beschouwt. Sedert Mei toch is de pro
ductie dezer laatste steeds verbeterd en toegenomen;
de afzet van meekrap en de daaruit vervaardigde
fabrikaten wordt daarentegen steeds moeilijkeren
door onderlinge concurrentie is de prijs sedert Mei
minstens 15 pet. gedaald. De heer S. gelooft, dat
deze daling nog zal toenemen, daar alle fabrieken
die in exploitatie zijn, nog niet even goed werken.
Hij is ten volle overtuigd, dat de meekrap-cultuur
misschien nog eenigen tijd een ziekelijk bestaan zal
voortsleepen, met tusschenpoozen van opflikkering
door meer vraag, (zooals in den laatsten tijd eenige
orders uit Amerika op garancine, waardoor ook de
firma Salomonson bij uitzondering weder veel mee
krap gekocht heeft), doch dat zij gaandeweg zal uit
teren. Hij deelt dit gevoelen mede aan hen, die
zich met meekrap-cultuur bezighouden, teneinde te
voorkomen dat zijn vroeger bekend geworden schrij
ven aan de Maatschappij van Nijverheid eene mis
leiding tengevolge mocht hebben.
Aan het slot van zijn brief zegt de heer Salomonson,
dat er vooral in de cultuurprovinciën nog mannen ge
vonden worden die gunstiger over de meekrap-cultuur
denken, doch dat bij meermalen, echter altijd te ver
geefs, naar goeae gronden voor die meening gevraagd
heeft. (M. Ct.)
Z. M. de Koning heeft ten behoeve van
de weduwen en weezen der slachtoffers van
het ongeluk op de Maas aan den Burgemees
ter van Rotterdam ƒ150 doen toekomen, en
Z. K. H. Prins Frederik heeft tot dat doel
100 geschonken.
De heer Edzard Grefe, directeur der Har
monie alhier, heeft voor de benoeming te Breda
bedankt.
Bij de besteding voor de levering van
het benoodigde brood in het Gasthuis alhier,
voor de eerste drie maanden van 1875, is het
fijn tarwebrood aangenomen voor 13| cent,
het kropbrood voor cent, en het rund- en
kalfsvleesch voor 82 centalles per kilo.
De Nieuwjaarscollecte te Krabóendijke
heeft opgebracht 450,04, en die te Kloetinge
ƒ457,65.
Men schrijft ons uit Kruiningen:
De alhier bestaande vrouwenvereeniging Ge
zelligheid en Hulpbetoon" hield 11. Woensdag,
23 December, in de vergadering van het Depar
tement Krabbendijke der Maatschappij tot Nut
van 't Algemeen de eenige dagen geleden ge
annonceerde verloting van voorwerpen van
kunst en smaak.
Daar de opbrengst der verloting tot een
liefdadig doel bestemd was, waren door vele
personen van wjid en zijd geschenken als
prijzen aangeboden. Met smaak op eene tafel
uitgestald, leverden de circa 90 prijzen een
waarlijk schoon gezicht op. De verloting liep
tot ieders genoegen in de beste orde af. Daar
ook houders van loten tegenwoordig mochten
zijn en velen van deze vergunning gebruik maak
ten, was de zaal vrij goed bezet.
Na afloop der verloting bleven de leden en
hunne dames r.og eenigen tijd in aangename
stemming bijeen.
De president der vergadering en het hoofd
der gemeente brachten een woord van warmen
dank aan de dames, die door haar toedoen zoo
veel tot het genoegen van den avond hadden
bijgebracht.
Voor de alzoo bijeengebrachte gelden had
de vrouwenvereeniging kleederen aangekocht,
welke door haar op tweeden Kerstdag in de
consistoriekamer aan 45 behoeftige huisgezin
nen werden uitgedeeld.
Waar zulk e n edel doel het streven der nog
jeugdige vereeniging is, heeft zij op de sympathie
van alle weidenkenden aanspraak.
De Minister van Binuenlandsche Zaken
heeft voor het jaar 1875 benoemd tot secre
taris bij den Geneeskundigen raad voor Zee
land, dr. J. F. Berdenis Van Berlekomte
Middelburg.
Met het oog op de buitengewone be
hoefte aan manschappen voor het Oost-Indisch
leger zal er van wege het Departement van
Oorlog een proef worden genomen om, door
het uitzenden van geschikte onderofficieren
als wervers op het platteland, het getal der
zich voor gemeld leger aanmeldende vrijwilli
gers te vermeerdereu.
De Minister van Oorlog heeft vastge
steld de Algemeene bepalingen en tarieven der
prijzen voor het per stoomboot vervoeren van mi
litairen enz., in te gaan met 1 Januari 1875,
en tevens Ier kennis gebracht van de mi
litaire autoriteiten, dat met gezegden datum
alle thans bestaande overeenkomsten voor het
per stoomboot vervoeren van militairen als
vervallen moeten worden beschouwd.
Z. M. heeft met 1 Maart 1875 het getal
van de thans bestaande directiën der reg. en
dom. van acht tot zes teruggebracht; dienten
gevolge bepaald, dat er, te rektènen van dat
tijdstip, zullen zijn de navolgende zes dir. der
reg. en dom., te weten éene: 1. voor de prov.
Zuidholland2. voor de prov Noordholland
en Utrecht; 3. voor de prov. Gelderland en
Overijsel; 4. voor de prov. Friesland, Gro
ningen en Drente; 5 voor de provincie Zee
land en het derde arrondiss. (arrondiss. Breda)
en het vierde kanton van het arrondiss. (het
kanton Beusden) der prov. Noordbrabant; 6.
voor het hertogdom Limburg en het eerste
en tweede arrondiss. der prov. Noordbrabant
(de arrondiss. 's-Hertogenbosch en Eindhoven),
met uitzondering van het vierde kanton van
het eerste arrondiss. dier prov. (het kanton
Heusden); en heeft benoemd tot directeur der
reg. en dom. voor de provincie Zeeland en
het derde arrondissement (het arrondissement
Breda) en het vierde kanton van het eerste
arrondissement (het k nton Htusden) der prov.
Noordbrabant, standplaats Middelburg, de heer
E. 11. F. W. Matthon, thans directeur der reg.
en dom. voor de prov. Zeeland.
De directie der Middelburgsche Stoom
vaartmaatschappij heeft bekend gemaakt, dat
de dienst tusscheu Middelburg en Rotterdam
wegens ijsgang tot nadere aankondiging is
gestaakt.
Men meldt uit Ylissingen, 29 December:
Al de lichtschepen der Schelde zijn opge
nomen. Er is ijs tot Walsoorden; daarbene
den is de rivier vrij van ijs.
En uit WemeldingeDe stoombooten Te
legraaf en Rotterdam zijn van hier opgestoomd.
De schroefboot Rotterdam echter is ten gevolge
van den ijsgang te Stavenisse weder geretour
neerd. De Ooster-Schelde is vol drijt'ijs.
Naar wij vernemen, zal aan generaal
Van Swieten in de maand Januari te Amster
dam de gouden beker worden uitgereikt. Vad.)
Zekere Kloppersdie op den eersten
Kerstdag in de Bierstraat te 's-Hage zijn zie
ken broeder te lijf wilde, doch bij die gele
genheid zelf een wonde in den hals ontving,
is naar men verneemt reeds overleden.
De Ver-eniging ter bevordering van volks
gezondheid te Leeuwarden heeft eene waarschu
wing aan de ingezetenen gericht, die Ook in
ruimeren kring bekendheid verdient. In ziekte
verschijnselen, bij een kind waargenomen, heeft
zij aanleiding gevonden tot het scheikundig
onderzoek van caoutchouc-raondstukjes en zuig-
buizen voor kinder-zuigflesschen, alsmede van
eaoutchouc-borstspenen (tepelhoedjes). Dat on
derzoek heeft geleid tot de volgende resultaten
1°. Er zijn voortdurend hier caoutchouc-mond-
stukjes in gebrui die eene belangrijke hoe
veelheid zink bevatten. Een der mondstukjes
bevatte de aanzienlijke hoeveelheid van onge
veer 75 pCt. zinkwit. 2°. Hetzelfde is van
toepassing op de caoutchoue-zuigbuizen en dito
borstspenen. Onder de eerstgenoemde komen
ook lood houdende voor. 3°. Het gebruik dezer
zink- en loodbevattende voorwerpen is gevaarlijk
te achten, daar gemakkelijk van het metaal in
oplossing kan komen, zooals opzettelijk genomen
proeven hebben geleerd. 4°. Alleen die voor
werpen verdienen vertrouwen, die blauw, grijs
of zwart gekleurd, van een naad voorzien, dui
delijk dwars, overlangs of schuins gestreept en
zeer veerkrachtig zijn. Zij moeten op water
drijven, na er door drukking de lucht uit te
hebben verwijderd, zoodat deze als belletjes ont
weken is. Is de lucht niet voldoende verwij
derd, dan drijven ook de mondstukjes enz., die
schadelijke bestanddeelen bevatten. Deze water
proef worde, als afdoend middel, nimmer ver
zuimd. (iV. R. Ct.)
Uit eene correspondentie uit Essen (Rijn
provincie) die door den Moniteur des Intéréts
matériels is openbaar gemaakt, blijkt, dat de
onlangs in Nederlandseh Limburg ontdekte ko-
lenlagen vrij wat grooter beteekenis hebben dan
de Limburgsche bladen wel deden onderstellen.
Terwijl deze alleen het bestaan van locale kolen-
lagen deden vermoeden, hebben de boringen
daarentegen het positief bewijs der stelling ge-
leverd, dat het kolenbekken der Ruhr zich over
1 Nederlandseh Limburg tot Luik uitstrekt, zooals
reeds 20 jaren geleden werd beweerd. Omtrent