1874. N°. 79. Dinsdag 7 Juli. 61st! jaargang. OPROEPING VAN VERLOFGANGERS. HOOFDELIJKE OMSLAG. PERSOONLIJKE DIENSTEN. Vertrek der brievenmail naar Oost-Indie B1NNENLANDSCHE BERICHTEN. (iOESCHE De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag, Woensdag en Vrijdag avond, uitgezonderd op feestdagen. Prijs per kwartaal zoo binnen als buiten Goes f 1,75. Afzonderlijke nommers 5 c. met bijblad 10 c. COURANT. Gewone advertentiën worden a 10 c. per regel geplaatst. Geboorte-, huwelijks- en doodberichten en de daarop be trekking hebbende dankbetuigingen van 1—8 regels a 1,- Dienst-aanbiedingen, niet meer dan 4 regels bedragende en contant betaald 20 c. De BURGEMEESTER van GOES, gezien hebbende de circulaire van den heer Commis saris de3 Ilonings van den 80 Juni jl., A No. 3025/1, 3de afdeeling, volgens welke, tengevolge van de door Z. Al. den Koning gegevene bevelen, de miliciens-verlofgangers der lichtingen van 1870 en 1871, behoorende tot de lste en 2de regementen vesting-ariillerie en het korps Pontonniers, in den wapenhandel zullen geoefend wor den; geeft daarvan den belanghebbenden kennis en roept op: MARTIN US DE JONGEMARINES SCHRIJVER en CORNELIS ORANJE, wier garni zoensplaats is Utrechtom tegenwoordig te zijn bij hun korps op Donderdag den MG Juli aanstaande des namiddags vóór 1 uren, zullende zij zich rechtstreeks derwaarts moeten begeven. Wordende den verlofgangers indachtig gemaakt: dat hij, die niet aan de oproeping voldoet, als deserteur wordt behandeld, en dat hij, die niet op den bestemden tijd onder de wapenen komt of niet voortdurend aan de oefening deelneemt, of wel achterlijk blijft in het aanleeren van den wapenhandel, zooveel langer onder de wapenen zal gehouden worden als de commandant noodig acht. Goes, den 4 Juli 1874. De Burgemeester voornoemd, M. P. BLAAUBEEN. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES brengen bij deze ter kennis van een ieder, wien het aangaat, dat zij voorloopig hebben vastgesteld hst eerste Suppletoire kohier van dsn ESoot'Relijiien Omslag voor deze gemeente over den jare 1874, en dat genoemde kohieren ter lezing zullen liggen ter secretarie dezer gemeente van Maandag- den 6 Juli tot en met Maandag den 20 Juli, van des voormiddags negen tot des namiddags twee ure, alsmede dat ieder aangeslagene binnen dien tijd tegen zijnen aanslag bij den raad bezwaren kan indienen op ongezegeld papier. Goes, den 4 Juli 1874. Burgemeester en Wethouders voornoemd, M. P. BLAAUBEEN. De Secretaris, HARTMAN. De BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES doen te weten, dat door den raad dier gemeente, in zijne vergadering van den 16 Juni jl. eenige wijzigingen zijn gebracht in de "Verordening-, regelende de gevallen, waarin persoonlijke diensten van de ingezetenen tijdelijk kunnen worden gevorderd, alsmede den aard en duur dier diensten, en dat die verordening thans luidt als volgt: Art. 1. De gevallen, waarin de ingezetenen tot het doen van persoonlijke diensten kunnen worden geroepen, zijn: a. voorkoming en blussching van brand b. handhaving der orde, wanneer die op ern stige wijze is verstoord. Art. 2. Ieder mannelijk ingezeten en ook hij, die gedurende meer dan drie maanden in de gemeente tijdelijk verblijf heeft gehad en zijn 30® levensjaar volbracht, maar zijn 45® nog niet voleindigd heeft, is tot vervulling der diensten, in het vorig artikel, lett. a vermeld, verplicht. Behoorlijk bewezen ziekte, hinderende lichaams gebreken en wettige reden van afwezigheid ver- schoonen van deze diensten. Art. 3. leder door Burgemeester en Wethou ders bij de middelen tot brandweer aangewezene, is verplicht zijnen dienst te verleenen bij de be proeving dier middelen of bij de oefeningen in de behandeling derzelve, echter niet langer dan drie achtereenvolgende uren en niet meer dan viermaal 's jaars. Art. 4. Plaatsvervanging of afkoop dezer diensten worden toegelaten. De vereischten van een plaatsvervanger zijn dat de als zoodanig gestelde den bepaalden leeftijd en geene lichaamsgebreken heeft. Art. 5. Voor de diensten, in liet vorig artikel bedoeld, wordt als afkoop betaald ƒ5.'s jaars, zulks ten kantore van den gemeente-Ontvanger, binnen veertien dagen na de toelating van afkoop. Art. 6. Burgemeester en Wethouders zorgen of doen zorgen, dat de taak van hen, die hunne dienstplichtigheid hebben afgekocht, voor rekening der gemeente verricht wordt, en niet komt tot bezwaar van hen, die niet afkochten. Art. 7. Wanneer de handhaving der openbare orde zulks onvermijdelijk vordert, zal ieder in gezeten zijne diensten, bij art. 1 lett. b bedoeld, verleenen, zoo dikwerf en zoo lang, als dit door de daartoe bevoegde macht noodig geoordeeld zal worden. Art. 8. Nadere voorschriften omtrent den bij zonderen plicht op de tot de persoonlijke diensten geroepenen rustende, omtrent de verdeeling en vervulling der taak en de wijze van oproeping, zullen worden gegeven. a. Bij eene verordening op de brandweer. b. Bij tijdelijke voorschriften, door den Bur gemeester aftekondigen, wanneer de openbare orde verstoord wordt, overeenkomstig art. 184 tot en met 187 der wet van 29 Juni 1851 (Staatsblad no. 85). Zijnde deze verordening aan de Gedeputeerde Staten van Zeeland, in afschrift, medegedeeld. En is hiervan afkondiging geschied, waar het behoort, den 6 Juli 1874. De Burgemeester en Wethouders voornoemd, M. P. BLAAUBEEN. De Secretaris, HARTMAN. POSTEEIJEN. Via MARSEILLE, 9 Juli 1874, per trein van 6,22 des avonds. GOES, den 6 Juli 1874. De gemeenteraad van Apeldoorn heeft naar aanleiding van een adres van eenige da mes, waarbij verzocht werd maatregelen te wil len nemen tegen het mishandelen van dieren, besloten, van 1 Nov. af het doen trekken van wagens door honden niet meer toe te staan. Dat er maatregelen genomen worden tegen het mishandelen van dieren vinden wij uit muntend. Niemand meer dan wij misschien, heeft er een afkeer van, een dier noodeloos te kwellen ol te plagen. Men wachte zich even wel voor overdrijving! Wij willen gaarne aannemen, dat er rijders met hondenkarren gevonden worden, die er geen gewetenszaak van maken, hunne trekdieren te mishandelen. We meenen echter, dat het beter zou zijn zulken dierenbeulen eene boete opteleggen dan eene verordening in het leven te roe pen waarbij het trekken van wagens door honden wordt verboden. Voor menigen klei nen koopman tochwien het houden van paard of ezel te duur uitkomt, is de hond een onmisbaar trekdier geworden, die voor niet al te zware vrachten zeer goed kan worden ge bruikt. Wanneer de gemeenteraad van Apel doorn consequent wil zijn, zal hij ook wel het trekken van wagens door paarden of ezels die nen te verbieden, want we houden het er voor, dat ook deze dieren soms bange oogenblikken te doorstaan hebben. We hopen dan ook, dat het besluit van den Apeldoornschen gemeenteraad weinig navolging moge vinden. Dat er echter van overheids wege strenge bepalingen worden in het leven geroepen tegen het mishandelen van dieren, zouden we eene zeer gewenschte en nuttige zaak achten. De verslaggever van het feest te Zele verzoekt ons te melden, dat tijdens het verblijf der Goesenaars aldaar, de heer J. J, Loobeek, bestuurder der Harmonie alhier, benoemd is tot eerelid der maatsch. van Symphonie en Fanfaren van gemelde plaats. Men schrijft ons uit Wemeldinge, 3 Juli: Ons anders zoo stil en nederig dorp bood heden een ongemeen levendig schouwspel aan. Men vierde namelijk het vijftigjarig huwelijks feest van P. Hoogesteger en H. Van Oosten. Allen betoonden de grootst mogelijke een stemmigheid om dien dag voor de jubilarissen zoo aangenaam mogelijk te maken. Overal wapperde de nationale driekleur en de Wemel- dingsche jongelingsvereeniging had de woning der oude lieden smaakvol met groen en bloemen versierd. Eene commissie van buren begaf zich reeds vroeg naar de woning der oude lieden om hen namens de geheele gemeente te feliciteeren, een compleet stel kleedingstukken aan te bieden en hen, benevens de drie nog in leven zijnde echtparen, die dit jaar hun gouden feest vierden, uit te noodigen een rijtoer mede te maken. Familieomstandigheden belette aan een van hen hieraan gevolg te geven, in wiens plaats nu onze geachte Burgemeester, die verleden jaar zijn gouden bruiloft vieren mocht, medeging. Een trein van 21 rijtuigen zette zich om streeks twaalf uur in beweging en begaf zich over Wilhelminadorp naar Goes, van waar men na eenige oogenblikken oponthoud over Kloe- tiuge en Kapelle de terugreis aannam. Bij hunne komst in de gemeente werd aan de drie echtparen een geschenk aangeboden als blijvende herinnering aan het feest van den dag. Blijkens een later bjj het Departement van Koloniën ontvangen telegram van den Gouverneur-Generaal van Nederlandsch-Indië, zijn in Atehin bij het gevecht van den twintigsten Juni jl. 80 Atchineezen gesneuveld, waaronder twee panglima's. Als een blijk der ongegrondheid van het vooroordeel, hetwelk bij vele landbouwers bestaat tegen het verhuren van hun land voor de beet wortelteelt, uit vrees dat hun akkers door dit product zoodanig uitgemergeld worden, dat zij tot het verbouwen van andere producten in de eerste jaren niet weder geschikt zijn, wordt uit Deventer bericht, dat dezer dagen aldaar eenige perceelen op stam staande gerst, op land van de gemeente, in het vorige jaar nog met beetwortelen bezet, verkocht zijn voor de aan zienlijke som van f 321 per hectare. Onder de vele bijzonderheden, die omtrent de jongste nachtvorst worden gemeld, verdient deze de aandacht: Een landbouwer te G. had in het vroege voorjaar een stuk land met haver bezaaid, welke kort na het uitloopen zooveel door de vorst leed, dat de boer 't land omploegde en er aardappels inpootte, welke echter zoodanig door ongedierte werden uitgevreten, dat hij be sloot om op het zelfde land boekweit te zaaien, 't geen kort daarna weer afvroor. Daarop ploegde de landbouwer nogmaals het land om en pootte er stamboonen in, die ook in den nacht van Zondag op Maandag zijn doodgevroren. (N. Veend. Ct Terwijl uit verschillende plaatsen des lands werd bericht dat de boekweit door de nachtvorsten zeer veel heeft geleden, meldt men uit de provincie Utrecht, dat in de afge- loopen week de boekweit aldaar voor eea

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1874 | | pagina 1