1874. N°. 73. Dinsdag 23 Juni. 613te jaargang.
op Woensdag den 24 Juni 1874,
MIDDELBAAR ONDERWIJS.
MIDDELBAAR ONDERWIJS.
Vertrek der brievenmail"naar Oost-Indië:
De gevallen Censuswet.
«OESCIIF
COURANT.
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag, Woensdag
en Vrijdag avond, uitgezonderd op feestdagen.
Prijs per kwartaal zoo binnen als buiten Goes f 1,75.
Afzonderlijke nomuiers 5 c. met bijblad 10 c.
Gewone advertentiën worden a 10 c. de regel geplaatst.
Geboorte-, huwelijks- en doodberichten en de daarop be
trekking hebbende dankbetuigingen van 1—8 regels è/1,—
Dienst-aanbiedingen, niet meer dan 4 regels bedragende
en contant betaald 20 c.
OPENBARE VERGADERING
van den
BAAD der GG9IEEXTE GOES,
des avonds te 7 uren.
Goes, den 22 Juni 1874.
De Secretaris,
HARTMAN.
Ponten van behandeling:
I. Mededeelingen, ingekomen stukken.
II. Nader voorstel van jhr. M. J. De Marees van
Swinderen betrekkelijk de oprichting eener school
voor middelbaar ouderwijs voor meisjes.
III. Wijziging der verordening op de straten enz.,
met amendement vau jhr. M. J. De Marees van
Swinderen.
IV. Adres van J. Koens Hz. om afstand van grond
in erfpacht.
V. Staten van remissiën en oninbare posten op het
kohier van den hoofdelijken omslag voor 1873.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES
brengen ter kennis van belanghebbenden, dat de
overgangs-examens
der leerlingen aan de Hoogere Burgerschool van den
loopenden cursus in het openbaar zullen gehouden wor
den op Maandag den 13 Juli des voormiddags van
912'/3 en des namiddags van l'/24 uur en op
Dinsdag den 14 Juli des voormiddags van 9—12 en
des namiddags van 1—4 uur, terwijl op Zaterdag den
11 Juli, des namiddags van 13 uur, eene openbare les
in de gymnastiek zal worden gegeven.
Het programma voor de overgangs-examens, zooals
dit door de commissie van toezicht is vastgesteld, luidt
als volgt:
Maandag 13 Juli,
Voorbereidings klasse:
Van 9 - 9'/2 ure Geschiedenis.
9 '/a10 Wiskunde.
10 lO'/a Fransch.
Eerste klasse:
Van 10V211 ure Geschiedenis.
11 lD/s Plant- en Dierkunde.
ll'/i12 Fransch.
0 12 121/3 Aardrijkskunde.
Tweede klasse:
Van l'/o2 ure Wiskunde.
0 2 2'/a Nederlandsche taal.
2l/23l/4 Hoogduitsch.
3'/I—4 Fransch.
Dinsdag 14 Juli,
Derde klasse:
Van 9 9l/2 ure Staatsinrichting.
9'/s10 u Aardrijkskunde.
10 lO'/j Engelsch.
lO'/a11 0 Hatuurkunde.
II ll>/2 Scheikunde.
ll'/212 Wiskunde.
Vierde klasse:
Van 1 1'/2 Werktuigkunde.
0 l'/22 0 Scheikunde.
2 2V2 0 Hoogduitsch.
2'/23 0 Wiskunde.
3 3'/2 Geschiedenis.
3V24 Boekhouden.
Burgemeester en Wethouders noodigen de ouders
der leerlingen en andere belangstellenden dringend
tot bijwoning van een en ander uit.
Goes, den 20 Juni 1874.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
M. P. BLAAUBEEN.
De Secretaris,
HARTMAN.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES
maken bekend, dat de Commissie van toezicht op de
scholen voor middelbaar onderwijs in deze gemeente
op Woensdag den 26 Augustus 1874, des middags te
12 uren, in haar lokaal bij de school eene ZITTING
zal houden tot het inschrijven van jongelieden, die
voor het leerjaar 1874—1875 als leerlingen op
de Hoogere Burgerschool of Burger-avondschool
wensehen te worden toegelaten, waarbij van de leer
lingen, die buiten de gemeente geboren en gevaccineerd
zijn, de overlegging eener geboorte-akte en bewijs van
inentingof natuurlijke kinderziekte zal worden gevorderd;
dat voor al de ingeschrevenen een examen van toe
lating zal worden gehouden en wel voor die der Hoo
gere Burgerschool op Donderdag den 27 Augustus en
voor die der Burgeravondschool op Vrijdag den 28 Au
gustus 1874, terwijl de eventueele her-examens op Za
terdag den 29 Augustus zullen laats hebben en dat
de LESSEN zullen aanvangen aan de Hoogere Bur
gerschool en Burgeravondschool op Maandag den 31 Augus
tus 1874.
Goes, den 20 Juni 1874.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
M. P. BLAAUBEEN.
De Secretaris,
HARTMAN.
POSTERIJEN.
Via MARSEILLE, 23 Juni 1874,
per trein van 9,52 des morgens.
Via BRINDISI, 23 Juni 1874,
per trein van 6,22 des avonds.
Wij ontvingen Zaterdag het volgende telegram:
„Omtreat de gevolgen van het votum der
Tweede Kamer op gisteren, verneemt men, dat
het ministerie spoedig beslissen zal over zijne
te volgen gedragslijn en dat 't uitstel, door de
regeering gevraagd om de begrooting van marine
eerst Maandag te behandelen, in verband staat
met het voornemen om alsdan aan de Kamer
van de beslissing van bet kabinet kennis te
geven. Er loopen geruchten van aanbieding
van een collectief ontslag, doch heden middag
wordt ministerraad gehouden."
Wij hebben aan dit telegram geene rucht
baarheid gegeven, omdat ten allen tijde, wan
neer eenig voorstel in de Kamer was verworpen,
terstond allerlei geruchten omtrent plannen
van ministers in omloop waren, die niet altijd
bevestigd werden. En daar verwacht werd, dat
reeds heden de crisis ontstaan of niet ontstaan
zou zijn, achtten wij eene afzonderlijke mede-
deeling te minder noodzakelijk.
Welk votum bedoeld wordt, is onzen lezers
bekend. Het betreft de verlaging van den
census waardoor de kiesgerechtigdheid zekere
uitbreiding zou erlangd hebben. Die uitbrei
ding is verworpen door de navolgende leden
der Kamer: Bergrnann, Schimmelpenninck, De
Bieberstein, Van LoonHeydenrijck, Schimmel
penninck Van der OijeInsingerSandberg,
Kerens, Van Kuyk, Van den Berch, Van den
Heuvel, Haffmans, Hingst, Bergsma, Bichon,
Van Baar, Luyben, C. Van Nispen, Van Ha-
rinxma, LambrechtsVan Naamen, Van Zuylen,
Wintgens, Jonckbloet, Begram, Van Eek, De
Roo, Nierstrasz, Kuyper, KienSmitz, Arnoldts,
S, Vader, Fabius, Van Reenen, Verheijen, s Jacob
en Virulywaaronder dus al de conservatie
ven, anti-revolutionairen en clericalen, met uit
zondering van den beer Teding Van Berkhout,
die met het grootste deel der liberalen voor
het ontwerp stemde.
En zoo is bij bet vele teleurstellende, dat
het Nederlandsche volk in de laatste jaren van
den kant zijner vertegenwoordiging heeft moe
ten ondervinden, nog eene kleinigheid gevoegd,
die de maat doet overloopen.
Er was daarvoor dan ook trouwens maar
een kleinigheid noodig. En toch gold het hier
de basis van ons politiek levende uitbrei
ding der stembevoegdheid.
Het is reeds jareu geleden, dat de verstan-
digen in den lande inzagen, dat de census,
zooals die tot op den huidigen dag van kracht
is gebleven en die, de activiteit der Kamer in
aanmerking genomen wat betreft het verstik
ken van alles, wat de regeering goeds wil en
verbeteren zal waarschijnlijk wel van kracht
zal blijven tot aan het einde der dagen dat
die census, zeggen wij, aanleiding gaf tot on
rechtvaardigheid en ongerijmdheid. Niet hem,
die een goed inzicht heeft in regeeringszaken
niet hem, die hartelijk deel neemt in het politieke
leven der natie, niet den intelligenten en beschaaf
den man wordt het recht gegeven zijn stem
te doen gelden bij verkiezingen, maar hem, die
een zeker quantum betaalt in de belastingen,
onverschillig of hij lezen noch schrijven kan,
onverschillig of hij de grootste staatkundige is
van zijn tijd.
Een ongehuwd man, die door de vruchten
van zijn denken zijn tijdgenooten vooruitbrengt,
die zich aftobt om de vele raadselen des levens
optelossen en hierin slaagt, maar die toevallig
woont op kamers en moet leven van een zeer
beperkt inkomen, heeft geen stem, terwijl de
man, bij wien hij inwoont, die een toonbeeld
van onwetendheid en bekrompenheid kan zijn,
zeer zeker invloed heeft op de verkiezingen
door zijn stem, die hij krijgt door de betaling
zijner belasting.
Het geheele denkbeeld, dat hierbij zijn invloed
doet gelden, is de leer onzer vaderen: begin
met geld te hebbende invloed komt dan van
zelf en het verstand evenzeer.
Het zou goed zijn als met dergelijke on
zinnigheden werd gebroken, daar zulke begin
selen moeten leiden tot beginselloosheid. Onze
Minister van Binnenlandsche Zaken was daar
van doordrongen en deed een stap tot verbetering.
In de memorie van beantwoording op het
voorloopig verslag der commissie van rappor
teurs spreekt de Minister duidelijk zijn gevoelen
uit. De censustabel van 1850 leidt tot stuitende
onrechtvaardigheden, die niet voortdurend mogen
bestendigd worden. De overtuiging dat tot
censusverlaging behoort te worden overgegaan,
heeft zich beslissend geuit.
En de Minister diende een wetsontwerp in,
dat, na eenige malen gewijzigd te zijn, uitbrei
ding van 20 der kiezers in de steden, 10
der kiezers ten platten lande beoogde. Dit
was zeker een bescheiden stap van den Minister,
maar toch een stap op den goeden weg. In
de steden toch schuilt de meeste intellectueele
kracht en tot dus verre worden de steden
overheerscht door het platte land. Die oneven
redigheid zou in 't verworpen ontwerp voor
een groot deel weggenomen zijn, terwijl ook
ten platten lande uitbreiding van kiesrecht zou
hebben plaats gehad.
Het was dus een stap voorwaarts, een ver
blijdend verschijnsel aan den tegenwoordigen
donkeren politieken hemel. Helaas, de ster
was slechts een meteoor, die zich verloor in
de benauwde atmosfeer der Tweede Kamer!
Wij zullen niet breed uitweiden over de
discussiën bij deze gelegenheid gehouden. Het
was de gewone geschiedenis van den jongsten
parlementairen tijd. Sommigen wilden hun
idee doordrijven en gelukte dat niet, dan zich
keeren tegen de wet, zooals bv. het lid Ha-
rinxma onverholen te kennen gaf. Hij wilde
28.— en niet ƒ26.— voor het platteland;
de heer Van den Berch wilde niet ƒ28.of
ƒ26.— maar ƒ24.—. 'tls zonderling, door
juist een tegenovergestelden weg te gaan als
een ander, toch tot hetzelfde doel te komen.
Toen ƒ26 gehandhaafd bleef, hielpen beiden de
verwerpen.
De voorzichtigheid van den heer Begram
kwam juist om een hoek kijken toen de amen
dementen zouden besproken worden. Noch het
voorstel van de regeering, noch de amendemen
ten waren ip de sectiën onderzochtmen kon
nog wel wat tijd nemen om eerst wat opzjjn
doode gemak het een en ander nog eens na