bruin Huinpaard, eene HOFSTEDE, BUITENLAND. BURGERLIJKE STAND GOES, 25jarige Echtvereeniging OPENBARE VERKOOPING, op Woensdag den IS April 1874, |Eii op Woensdag den 22 April 1874, ^pitalen BOEREN INSPAN toerende Goederen; leidde. Een allegro en vervolgens een zeer breed adagio, waarin de clarinet zich uitstekend van de hoofdpartij gekweten heeft, volgde na de woorden: «Steek, steek den brand in 't kruit/ welk adagio volgehouden werd tot en met het: «Maar knielend storten zij hun allerlaatste bede." Als een gevoelvol gebed klonken de tonen, die tusschen deze en de volgende woorden van Hel- mers gedicht werden gehoord. De gemoedsstrijd van Claessens, als hij denkt aan de wanhoop van vrouw en kind, werd in woord en toon meesterlijk uitgedrukt en 't was een oogen- blik van onbeschrijfelijk succes, toen vervolgens de declamator genaderd was aan de woorden: «En werpt de lont in 't kruit en 't schip barst", en bij het laatste woord de muziek als 't ware eveneens dat woord hooren deed, zoodanig, dat de woorden «in de lucht," die er onmiddelijk op volgen, verstierven voor 't gehoor. Alles werkte hier samen tot ééne schoone harmonie, en tot eene overeenstemming tusschen gedachte en voor stelling als slechts zelden verkregen wordt wat wel als bewijs mag gelden van de juiste opvatting van den tekst door den componist. Die overeenstemming bleek verder nog uit het nu vol gend allegro di molto waarin de idéé der uit- eenbarsting van het schip en van het heldhaftig sterven van lleinier Claessens als 't ware werd voortgezet. Zeker als beeld der' opstanding volgde nu een koraal voor vier mannenstemmen met de woor den van Gezang 191 vers 4, waarna de declama tor het liefelijk slot van het heldendicht onberis pelijk voordroeg. Over de technische verdiensten van deze com positie achten we ons niet bevoegd te oordeelen, maar we gelooven met volle recht te kunnen zeg gen, dat de voordracht, zoowel als de muzikale begeleiding van Claessens heldendood een zeld zaam kunstgenot hebben verschaft, en dat de heer Grefe door dit zijn eerste concert alhier, voor goed zijn naam onder ons gevestigd en een waar suc ces heeft behaald. Met genoegen merkten wij op, dat het publiek door eene talrijke opkomst blijk gaf, de pogingen van den heer Grefe op prijs te stellen. Moge dit ook later, wanneer naar wij hopen, deze heer ons weder zulk een genotvollen avond verschaffen zal, eveneens het geval zijn! Ofschoon volgens de ojjiciëele berichten uit Vrankrijlc bij de regeering nog niets met zekerheid bekend is van de ontvluchting van Rochefort c. s. uit de strafkolonie Nieuw Cale- donië, is daaromtrent geen twijfel meer, en met ongeduld wachten de Parijzenaars op de ofliciëele mededeeling. Deze zal nog wel eenige dagen uitblijven, dewijl er geen rechtstreek- sehe telegraafgemeenschap met de strafkolonie bestaat. De telegraaf loopt slechts tot Sydney en er worden minstens tien dagen vereischt voor eene reis per stoomboot van Sydney naar Noumea en terug. Rochefort en zijne lotge- nooten hebben, toen zij in Australië waren aan gekomen, geweigerd bijzonderheden mede te deelen over de wijze waarop hunne ontvluch ting uit Nieuw Caledonië is geschied. Zij vreezen namelijk door het doen van openba ringen hunne vrienden in ongelegenheid te brengen. Dit meldt een te Parijs ontvangen telegram uit Sydney van 3 April. Intusschen verhaalt een ander telegram uit Sydney, dd. 6 April, dat de vlucht van Rochefort en zijne lotgenooten op de volgende wijze heelt plaats gehad. Zij hadden vergunning gekregen tot visschen en maakten hiervan gebruik om aan boord eener stoomboot te gaan, waar zij ver borgen werden gehouden totdat men in volle zee gekomen was. Indien dit waar is, dan zou het vermoeden van den officieusen Frangais bevestigd worden, dat Rochefort c. s. mede plichtigen of handlangers ouder de bestuur ders en opzichters der kolonie moeten gehad hebben. Ook moet het waar zijn, dat Roche fort aan zijn vriend Edm. Adam, lid der na tionale vergadering, gevraagd heeft om 25000 francs, en dat hem deze som per telegrafisch mandaat is overgemaakt. Sommige Parijsche bladen beweren, dat de heer Adam vooraf bij het departement van binnenlandsche zaken in lichtingen zou hebben ingewonnen, en dat men hem daar de verzekeriüg had gegeven, dat hij het gevraagde telegrafische mandaat veilig kon afzenden. Dit wordt echter door den Frangais ten stelligste tegengesproken. Het Dagblad vindt in het bovenstaande we der aanleiding tot eene philippica tegen de liberalen, door de vleiende redactie natuurlijk met den ouden en bij haar geliefkoosden naam van radicalen be.tempeld. Zieh''er hoe die redactie zich uitdrukt: »Dat de gedeporteerde pamphletschrijver poogde te ontvluchten, kan niemand verbazen. Pat hij liever zijne vrijheid had dan de gevan genisschap is volkomen begrijpelijk. Dat hij, na duizenden slachtoffers te hebben gemaakt, dezen aan hun lot overlaat en zelf een goed heenkomen zoekt, daarvoor pleiten zijn antece denten. Dat de loyale man, zooals men zegt, van een aan hem verspeeld vertrouwen mis bruik heeft gemaakt, hooren wij mede zonder eenige verwondering.'' Maar het is haar een doorn in het oog, »en geeft aanleiding tot versterking van den alkeer voor de eigenschap pen der radicalen" zoo gaat zij voort, »dat een volksafgevaardigde, a la barbe van het gouvernement en van de justitie, op die wijze een veroordeelde helpt aan de gerectitigheid ontsnappen. Daardoor heeft een afgevaardigde de justitie gebraveerd, voor wier beslissingen hij den grondslag helpt leggen in de wet en zijn daad wordt daardoor tegelijk een bespotting van de vergadering, waarvan hij deel uitmaakt." Maar als diezelfde redactie dag aan dag de regeering contrarieert in hare hoogst moeie- lijke taak met betrekking tot Atchin, als zij den minister van koloniën met allerlei kleingeestige op en aanmerkingen vervolgt, als hare partij elke gelegeuheid aangrijpt, om de hatelijkste insinuatiën naar het hoofd van het ministerie te slingeren, welk een oor deel verdient dat dan? Wij keeren de vraag, die de redactie van het Dagblad, ten opzichte van »het radicalismus" doet, tot haar en vra gen wanneer het conservatismus dat alles natuurlijk acht, neen van harte toejuicht, waar is dan het gevoel van zedelijkheid en goede trouw bij die partij? En wordt ook hierdoor de afkeer niet gewettigd, dien haar beginselen en eigenschappen opwekken De koniug van België heeft aan zijn Minister van openbare werken een brief geschreven, houdende dringende aanbeveling tot het zoo spoedig mogelijk doen verdwijnen van alles wat op de spoorwegen de veiligheid der reizigers in gevaar brengt. Grooten indruk maakte nl. op den koning een voorval, eenige dagen ge leden, op de Luxemburgsche baan. Leopold 11 was op zijn kasteel van Ardenne aangekomen, en de koninklijke trein stoomde ledig naar het naburige station terug om daar zijne terug komst af te wachten, toen een instorting van rotsblokken de koninklijke rijtuigen in stukken sloeg. Een stoker werd licht bezeerd; maar welk een groot ongeluk zou hebben kuuceu ontstaan, indien die aardstorting eenige oogen- blikken vroeger ware gebeurdHet spreekt dus van zelf, dat de koning andereu wil be hoeden tegen het gevaar dat hij zelf heeft ge- loopen. In zijnen brief spreekt hij ook van het buiten gebruik stellen van de dwars-over- tochten, t. w. de punten waar de spoorbaan de gewone wegen doorsnijdt. Zeer juist doet de koning den minister opmerken dat men, alvorens aan het maken van nieuwe spoor wegen te denken, het leven der reizigers op de bestaande moet beveiligen. Er zijne geene nadere berichten uit Sprsnje, vau waar men met zooveel ongeduld nieuws verwacht. Het lot vau Biibao is nog onbeslist; er bestaat echter hoop op ontzet der zwaar geteisterde stad. Den 21 Janpari begon het bombardement, en bij afwisseling wordt het steeds voortgezet, llalf Maart waren reeds meer dan 30,000 granaten in de heldhaftig verdedigde vesting geworpen. Geheele straten zijn door de vlammen verteerd, en desniettemin blijft geneiaal Castillo, de commandant, op bet voorbeeld van zijnen voorganger (in 1835), hardn kkig de overgave weigeren. Bilbao, een stad van ongeveer 20,000 inwoners, heeft ver sterkingen, die uit den ouden tijd dagteekenen met eeuige gedetacheerde forten van nieuweren vorm. Zij ligt aan den rechter-oever der rivier Nervion, op bijna twee Duitsche mijlen afstand van Portugalete. "Vrij hooge bergen omringen de vesting ten zuiden, zuidwesteu, oosten en noorden, en door een spoorbaan en eenige gewone wegen is zij met het binnenste des lands, door de bevaarbare Nervion met de zee in gemeenschap. De bezetting telt 4000 man met 42 stukken geschut. Men meldt uit iïioord-Jhmeriltfi: »De poging om aan de constitutie der V ereenigde Staten, door het invoegen van een artikel waarbjj Gods bestaan en de Christelijke gods- dienst uitdrukkelijk erkend wordt-, een Chris- telijk-godsdienstig karakter to verleenen, kan als mislukt beschouwd worden. De commis sie van wetgeving heeft, met juiste waardee ring van de zienswijze en bedoelingen van den stichter der Amerikaansche constitutie, besloten elke wijziging in dien zin te verwer pen. In haar ter zake van dit onderwerp aan het Huis van Vertegenwoordigers uitgebracht rapport zegt zij »»Na een zorgvuldig onderzoek der hande lingen van de vaderen der republiek in de vergadering welke de constitutie heeft ontwor pen, heeft de commissie bevonden dat het on derwerp van het thans ingediende verzoek volledig en zorgvuldig in overweging genomen is, en dat men in die vergadering tot het be sluit is gekomen, datvermits dit land, voor welks regeeriug men destijds de grondslagen legde, bestemd was om het vaderland der on derdrukten van alle natiën, zoowel christenen als heidenen, te worden, en met het oog op de gevaren welke de vereeniging fusschen Kerk en Staat aan zoo vele natiën der oude wereld berokkend had - het ondoelmatig was in de constitutie of iu den regeeringsvorm iets hoegenaamd in te voegen, wat als erkenning van eenig godsdienstig geloof of leerstuk uit gelegd zou kunnen worden."" De commissie zegt verder; »>Deze be slissing is door onze christelijke voorvaderen met eene zoo groote eenstemmigheid genomen, dat onder de wijzigingen welke later voor gesteld werden om de constitutie aannemelykër voor de natie te maken, er nooit een enkel is geweest, waarbij aan de Staten voorgesteld werd dat wijze besluit der vaderen te veran deren."" De commissie heeft diensvolgens ver langd dat zij van de verdere behandeling van het verzoek verschoond en het ter zijde gelegd moge worden. Hoe verblijdend dit feit ook op zich zelf moge wezen zegt een New- Yorksch blad zoo blijft het toch een gewichtig verschijnsel, dat nog vóór het einde der eeuw van het bestaan der republiek eene door gods dienstig fanatismus bezielde en uit de meest beschaafde" klassen des volks ontsproten partij ontstaan en invloed verkrijgen kon, die zich ten taak gesteld heeft, een door de wijze stichters der republiek als een der hoofdgrondslagen van de amerikaansche vrijheid erkenden maatregel omver te werpen, en in de grondwet der republiek een element in te voegen, hetwelk, om dezelfde redenen als in de oude, ook in de nieuwe wereld niet zou nalaten den verderfelijksten invloed voor het zedelijk, zoowel als voor het stoffelijk welzijn des volks uit te oefenen." VERKOOPING EN"TvERPACHTHSlGEN. latum. plaats. Voorwerpen. 15 April Wemeldinge, Hofstede, t.S Rotterdam, Land, '21 Goes, Woonhuizen, 22 Wemeldinge, Inspan, '29 Wissenkerke, Hofstede en twee arbeid, woningen, 9 Mei. Rotterdam. Land, Information. I'aardekooper en v. d. Bussche. Achterberg, v. d. Bussche. Paardekooper en v. d Bussche. v. d. Moer. Achterberg. van 8 tot en met 11 April 1874. Ondertrouwd den 9, Franciscus Verliage, 21 j. jm. met Johanna Pieternella Van Loo 20 j. jd. Gehuwd: den 9, Bartel Christiaan Van Driel, 30 j. jm., met Adriana De Jonge 28 j. jd. Overleden: den 8, Pieternella John, 73 j. wed. van Joannes Koopman. ADVEKTENTIÊN ri-t* J&> van MARINUS OLIVIER en CHRISTINA REMIJNSE. Goes, 12 April 1874. Hunne dankbare kinderen, behuwd- en kleinkinderen. Getrouwd: B. C. van DRIEL met A. de JONGE, die tevens hunnen dank betuigen voor de vele bewijzen van belangstelling bij hun huwelijk ondervonden. Goes. 9 April 1874. Heden overleed na.een langdurig, afmat tend en in de laatste vijf maanden hoogst smartelijk lijden, onze dierbare zuster en behuwd zuster, G. G. L. DAKE, in den ouderdom van 64 jaren en ruim vijf maanden. Hoeveel wij in haar verliezen kunnen zij', die haar gekend hebbenalleen naar waarde beseffen en de overtuiging, dat zij nu van haar lijden ontslagen is en zeker in gelukkiger ge westen is aangeland, kan ons troosten bij dit ons smartelijk verlies. Baarland, 4 April 1874. Uit aller naam G. BURGERHOUDT. Heden ontsliep, na een kortstondig lijden van drie dagen zacht en kalm onze moeder en behuwdmoedev PIETERNELLA JOHN, wed. van Joannes Koopman in den ouderdom van circa 7 3 jaren. Goes, Namens de verdere familie, 8 April 1874. M. C. ZANDIJK. Nadat ik mijne geliefde vrouw een dag en een nacht aan de aarde had toevertrouwd, ontsliep ook mijn jongste zoontje ARIJ, in den jeugdigen leeftijd van twaalf dagen. I Vrienden en bekendendie hunne belangstel ling hebben getoond tijdens de ziekte en het overlijden van mijne dierbare gade en mijn zoontje, betuig ik, ook namens de familie, mijnen har- I telijken dank. i Goes, den 10 April 1874. D. de RONDE. Voor de talrijke bewijzen van deelne ming en gelukwenschen van zoo vele vrienden en kennissen uit mijne geboorteplaats en elders ontvangen, ter gelegenheid van mijnen GOsten ver*jaardag- op 7 dezer, betuig ik, ook namens mijne echtgenoote en kindbij deze mijnen hartelijken en welmeenenden dank. Antwerpen. G. P. BLAAUBEEN. des morgens te 10 uren, voor den eerzamen Ja- eobus Bustraan en de Kinderen en Erfge namen van wijlen J». De Grroene, in het gemeentehuis te Wemeldinge, na bekomen Rech terlijk bevelvan Itaande in Wemeldingeachter de kerk, met de lombre van 10 Hectaren, 51 aren, 84 centiaren lOUWLAND en WEIDE aldaar en in Yerseke Liegen, vaarbij in pacht gebruikt worden 8 Hecta» LAND en WEIDE. I De veiling geschiedt in 9 pereeelen en ook in assa, en de Gebouwen worden ook voor Af. aak geveild. Een gedeelte der koopsom kan op het gekochte iestigd blijven. des morgens te 10 uren op voormelde hofstede te Wemeldinge van eenen en andere jtnder 1 Veulendragend PAARD van 9 (UINTAARD van 4 en 1 MERRIEPAARD L0 jaar. fcxtra goede MELKKOEIEN, Kalfdragende iS, 4 RUNDERS, 2 KALVERS, 3 VAR- en 10 koppel HOENDERS. ItECHTSCH WAGENTJE op VEEREN Wagens, ploegen, eggen, hooi', MEST, MEUBELEN enz. enz. irmatien te bekomen bij den heer J. V.DEKOOPER en Notaris H. K. D. VAN BUSSCHE, beiden te Goes. I* HOOT alts werk geschikt. Te be- 5ij G. MEULENBERG, molenaar to VArendskerkes

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1874 | | pagina 3