GOESCHE
COURANT.
1874. If0. 40. Donderdag 2 April. 6I3te jaargang.
Uithoofde van het Paaschfeest. zal
óns no. van aanstaanden Vrijdagavond
eerst door dat van Woensdagavond
worden gevolgd en dus op a. s. Maan
dag geen no. ,van dit blad worden
uitgegeven.
DE UITGEVERS.
Uitgifte va» Grond in Erfpacht.
BiNNENLANDSCHE BERICHTEN.
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag. Woensdag
en Vrijdag avond uitgezonderd op feestdagen.
Prijs per kwartaal zoo binnen als buiten Goes f 1,75.
Afzonderlijke nommers 5 c. met bijblad 10 c.
Gewone advertentiën worden a 10 c. de regel geplaatst.
Geboorte-, huwelijks- en doodberichten en de daarop be
trekking hebbende dankbetuigingen van 18 regels a f\,--
Dienst-aanbiedingen, niet meer dan 4 regels bedragende
en contant betaald, 20 c.
BURGEMEESTER, en WETHOUDERS van GOES
brengen ter openbare kennis, dat door P de JONGE Pz.
te Goes een adres is ingediend, om aan hein in erfpacht
aftestaan S are, -IPi centiaren QStOlVJtt
liggende aan den 's Heer Ilendrikskinderen dijkka
dastraal bekend in sectie C no 411, en noodigen die
genen uit, welke tegen den afstand bezwaren mochten
hebbendie aan hun college kenbaar te maken vóór
of op Zaterdag den 11 April a. s., zullende het er an
ders voor gehouden worden, dat geene bedenkingen
daartegen bestaan.
Goes, den 31 Maart 1874.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
M. P. BLAAUBEEN.
De Secretaris,
HARTMAN.
GOES, den 1 April 1874.
Een buitengewoon treurig sterfgeval hadji.
Zaturdag in onze gemeente plaats. Toen toch
overleed in den bloei zijns levens een braaf en
oppassend man, een algemeen geacht ambtenaar,
nalatende eene weduwe met 5 kinderen, die met
bem alles hebben verloren.
Welk vreeselijk lot voor die nagelaten betrek
kingen! Nog kort geleden was de man bevorderd
in rang en was er geluk en tevredenheid in dat
gezin, dat nog grooter staat te wordenthans
alles weg, een kommervol bestaan in 't verschiet!
Zal men dat gezin laten ten laste van fami
liebetrekkingen, die dien last niet kunnen dragen?
Zal men het overgeven aan de bijzondere armen
zorg? Zal men die weduwe noodzaken, door uit
werken te gaan zich een schamel stuk brood te
verwerven en hare tot dusver behoorlijk opgevoede
kinderen dagelijks zonder toezicht te laten?
Wij hopen het niet. En hier vooral opent zich
een terrein om inderdaad weldadig werkzaam te
zijn. Hier is niet alleen te voorzien in directen
nood, hier is eene aaneenschakeling van ellende
te voorkomen. We juichen daarom ten zeerste
toe de poging door 5 onzer stadgenooten aange
wend om hier hulp te brengen. Zij hebben zich
vereenigd tot eene commissie; zij zullen aankloppen
bij allen, die wat bijdragen kunnen en trachten
op die wijze een kapitaaltje te vormen om die
weduwe aan een bestaan te helpen, waardoor zij
in de stoffelijke behoeften van haar gezin voor
zien kan en de moederlijke zorgen aan hare kin
deren kan blijven wijden.
Wij hevelen gaarne die poging in de algemeene
ondersteuning aan en hopen dat men wedijveren
zal om het schoone doel, dat men zich voorstelt,
tot volkomen verwezenlijking te doen geraken.
Men meldt ons, dat gisteren avond in
de nabijheid van de Scborebrug verdronken
is de persoon van II. P., timmerman te Hans-
weert. De oorzaak schijnt aan dronkenschap
te moeten worden toegeschreven.
De Midd Ct. bevat het volgende uittreksel
uit het verslag door dr. F. Seelheim, leeraar
in de Scheikunde aan 's rijks hoogere burger
school te Middelburg, uitgebracht, betrekkelijk
de leverworst die bij den spekslager Van Os
in beslag is genomen;
„De worst vertoonde uitwendig en van bin
nen geen buitengewone verschijnselen, geen
teekenen van ontbinding, geen bijzonder onaan-
genamen reuk; de eene soort was eenigszins
roodachtig, de andere meer grijs.
Het onderzoek beeft zich uitgestrekt:
lo op metallische vergiften;
2o op vergiftige alcaloïden
3o op vergiften van bewerktuigden aard en
4o op eene chemische analyse van de worst.
De twee eerstgenoemde onderzoekingen, wel
ke in het verslag uitvoerig beschreven worden,
i 1
leidden tot de slotsommen, dat noch minerale
vergiften, noch vergiftige alcaloïden in de worst
aanwezig waren.
Omtrent het 3e punt wordt vermeld:
Onder het microscoop vertoonde de worst een
opvallend verschijnsel, namelijk een tallooze
hoeveelheid fijne celletjes, welke eerst bij
COOvoudige vergrooting zichtbaar werden, den
vorm van eene o, eene 8 of een dubbele 8
hebben en zich in eene voortdurende trillende
beweging bevinden.
Om te onderzoeken of deze cellen in ver
band staan met de voorgekomen ziektever
schijnselen, scheen het wenschelijk na te gaan
of die cellen zich in het bloed van eenige
lijders bevonden, daar de cellen gemakkelijk
door vliezen heengaan en dus in het bloed
aanwezig konden zijn.
Door dr. Seelheim werden derhalve onderzocht
drie proefjes bloed:
van een man, welke hevig aangestast en
later weder ingestort is,
van een vrouw, welke na herstelling weder
is ingestort.
en uit het hart vat; den persoon, die na
of tengevolge van het gebruik van dergelijke
worst of van uier bezweken was.
Geen van deze drie soorten van bloed vertoonde
eenig spoor van levende cellen.
Dr. Seelheim trekt hieruit het gevolg, dat
deze levende cellen met de nadeelige werking
der worst in geen direct verband staan. Hij
voegt daarbij de opmerking dat diezelfde cel
len door hem in gezond, schoon en gekookt
vleesch in aanmerkelijke hoeveelheden gevon
den zijn en dat die tevens, of zulke cellen,
welke men er niet van onderscheiden kan
gelijk door hem op eene andere plaats is aan
getoond in onnoemelijk aantal in de kleila
gen van den bodem dezer provincie voorko
men, zoodat zij tot de meest verspreide wezens
behooren.
Ais derde slotsom volgt derhalve dat de vi-
breerende cellen niet als oorzaak van de na
deelige werking der worst kunnen beschouwd
worden.
De scheikundige analyse leverde de volgende uit
komsten
In 100 deelen worst zijn bevat:
ascli5,6 daarin keukenzout 5,0
alcoholisch extract 5,0
vet6,0
eiwitachtige stoffen en spier
vezels 24,0
waterig extract5,0
water60,0
ÏÖ5j5
af de ascli 5,6
IÜÖ.0
Over de aschbestanddeelen is reeds vroeger
in het verslag het noodige vermeld; zij zijn
geheel normaal. Het alcoholische extract werd
verkregen door herhaaldelijk uitkoken van de
worst met absolute alcohol, bestond uitextractief-
stoffen met zouten en gaf tot geen verdere on
derzoeking aanleiding, daar dit normale bestand-
deelen zijn.
Het vet werd met aether uit de worst ge
trokken, was wit, zonder reuk en eenig tee-
ken van ontbindingis dus ook als normaal
te beschouwen.
Het waterig extract werd verkregen door
behandeling van het met aether en absolute
alcohol volkomen geëxtraheerde overschot der
worst met koud water, onder toevoeging van
eenige druppels verdund zwavelzuur en uit
damping, totdat eene lichtgele stroopachtige
vloeistof overbleef.
Deze vloeistof veranderde na twee dagen in
eene kristalbrij van wratvormig gegroepeerde
kristallen en kristallen van zouten.
Een deel van deze massa werd op de volgende
wijze onderzocht, die een belangrijk resultaat
opleverde.
De massa werd met kalihydraat in een re
ageerbuisje gesmolten en het daarbij ontwijkende
gas boven water opgevangen. Het bleek water
stof te zijn, wat door aansteken geconstateerd
werdtevens had het water eene sterke ain-
moniak-reuk aangenomen.
Het gesmolten overschot werd in verdund
zwavelzuur opgelost, waarbij zich een zoo in
tensieve reuk van valeriaanzuur ontwikkelde,
dat de aanwezigheid van dit zuur niet verder
behoefde te worden aangetoond.
Het gelijktpdig ontstaan van deze drie stof
fen ammoniak, waterstof en valeriaanzuur
door smelten van de massa met kalihydraat
bewijst met zekerheid de aanwezigheid van
eene stof, die Leucine genoemd wordt, zoo
als het eerst door Von Liehig is aangetoond.
Nu is door de onderzoekingen van Virchow,
Staedeler, Gorup, Bezamzr*en andere gelearden
aangetoond, dat het eigenlijk niet tot de ver
giften behoorende Leucine in het normaal dierlijk
organismus slechts in uiterst geringe sporen,
daarentegen in groote hoeveelheid alleen in de
lever bij leverziekten voorkomt.
Daar de in onze leverworst gevonden hoeveel
heid Leucine betrekkelijk zeer groot is, volgt
hieruit als vierde conclusie: dat de leverworst
uit lever gemaakt is die veel Leucine bevattedus
ziek was.
En als algemeen resultaat van dit onderzoek:
dat de ziekteverschijnselen tengevolge van het
gebruik van deze leverworst aan geen andere
oorzaak te wijten zijn dan aan deze, dat dee
len van een zieke lever er in bevat zijn.
De nasporing evenwel van de wijze, waarop
het gebruik van zieke varkenslever ziektever
schijnselen bij menschen kan voortbrengen,
ligt bezijden de grenzen van een chemische
onderzoeking.
Het lpk van den man te Middelburg, van
wiens overlijden na het gebruik vau leverworst
wij eergisteren melding maakten, is gisteren
naar het gasthuis aldaar vervoerd, teneinde door
geneeskundigen geschouwd te worden.
kinds dit bericht heeft zich weder een sterf
geval, onder dezelfde omstandigheden, in die
gemeente voorgedaan.
Maar aanleiding van de geruchtmakende
gevallen van vergiftiging te Middelburg, ont
vangt het Handelsblad een schrijven waarin, als
de vermoedelijke oorzaak dier gevallen, het vol-
wordt medegedeeld:
»Het is een algemeen erkend feit, dat var
kenshokken, hoe weinig logeable die lokaliteiten
ook zijn, toch een geliefkoosd toevluchtsoord voor
muizen en ratten zijn. Men pleegt dan ook deze die
ren daaruit te verdrijven, door het strooien van
muizentarwe om den voederbak. Nu is het duide
lijk dat, als dit zonder voldoende voorzorgen
geschiedt, de varkens ten slotte zullen gaan
lijden aan al de onaangename verschijnselen, die
aan de ratten waren toegedacht, en evenzeer,
dat als de menschen zich gaan vergasten aan dee
len van zulk een vergiftigd varken, zich evenzeer
bij hen de sporen eener vergiftiging zullen voor
doen.
Dat de hier aangegeven loop van zaken zeer
mogelijk en natuurlijk is, blijkt nog verder, als