1874. N°. 36. Dinsdag 24 Maart. 6Pte jaargang. van het Gemeente-Bestuur. Aanbesteding' van Illuminatie-Glazen. MILITIERAAD. Hoofdelijke Omslag. Belasting op de Honden. MIDDELBAAR ONDERWIJS. PATENTEN. Vertrek der brievenmail naar Oosl-Indië. Eenc Brochure. «OESSCHE De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag, Woensdag en Vrijdag avond, uitgezonderd op feestdagen. Prijs per kwartaal zoo binnen als buiten Goes ƒ1,75. Afzonderlijke nommers 5 c. met bijblad 10 c. BEKENDMAKINGEN VERORDENING. De BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES doen te weten, dat door den raad dier gemeente in zijne vergadering van den 12 Maart jl. is vastgesteld de volgende VERORDENING, regelende den werkkring der vaste commissie voor het ontwerpen der Verordeningen, tegen wier overtre ding straf is bedreigd. Art. 1. De commissie bestaat, behalve den Burge meester, die ambtshalve voorzitter en tevens lid is, uit twee leden, doch kan op voordracht dier commissie met een of meer leden vermeerderd worden. Art. 2. De leden treden jaarlijks met het einde der maand December af, doch zijn dadelijk herkiesbaar. De benoeming geschiedt in dé maand December. Tusschentijdsche vacaturen worden vervuld binnen vier weken na het openvallen. Art. 3. Aan de commissie is opgedragen: a. het ontwerpen van alle verordeningen, tegen wier overtreding straf is bedreigd; li. het onderzoek, aan welke bepalingen der plaat selijke verordeningen, tegen wier overtreding stral is bedreigd, voortdurende kracht is toetekennen, en het uitbrengen van een jaarlijksch verslag aan den raad daaromtrent; c. het ontwerpen der vijfjaarlijksclie verordening, vermel dende de titels der geldende, of de geldende bepalingen der gedeeltelijk afgeschafte verordeningen; d. het bijstaan van Burgemeester en Wethouders, indien deze dit verlangen in alle aangelegenheden met de gemeentelijke administratie in verband staande, die een vooraf rechtskundig onderzoek vereiscben. Art. 4. De- vergaderingen der commissie worden door den voorzitter schriftelijk belegd, zoo dikwijls hij dat noodig oordeelt, en worden, «fes verlangd, door den Secretaris, of een der beambten van de Secretarie bijgewoond. Art. 5. De besluiten der commissie worden bij meer derheid van stemmen genomen. Een lid, zich met een genomen besluit niet vereeni- gende, kan daarvan aanteekening vorderen. insgelijks kan hij, wiens voorstel verworpen wordt, de inzending daarvan vorderen. In beide gevallen geschiedt zulks met omkleeding der redenen, zoo voor als tegen. Zijnde deze verordening aan de Gedeputeerde Staten van 'Zeeland in afschrift medegedeeld. En is hiervan afkondiging geschied, waar het behoort den 21 Maart 1874. Burgemeester en Wethouders voornoemd M. P. BLAAUBEEN. De Secretaris, HARTMAN. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES brengen ter openbare kennis, dat zij, Zaterdag den 28 Maart a. s. des namiddags te 1 uur in hunne ver- gaderkamer zullen trachten aan te besteden: Het leveren van de ten behoeve der Gemeente op 12 Mei 1874 benoodigde Illuminatie- glazen. De voorwaarden liggen ter lezing eiken werkdag van des voormiddags 9 tot des namiddags twee ure ter Secretarie van de gemeente, alwaar ook de monsters ter bezichtiging voorhanden zijn. Goes, den 21" Maart 1874. Burgemeester en Wethouders voornoemd, M. P. BLAAUBEEN. De Secretaris, H A RT M A N. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES brengen bij deze ter kennis van allen, dien het aangaat, dat de militieraad zijne TWEEDE ZITTING voor deze gemeente dit jaar zal houden op Woensdag den 15 April e. k. des morgens te half tien uren, in de Abdij te Middelburg en dat in die zitting uitspraak zal worden gedaan omtrent hen, die als plaatsvervangers of num- merverwisselaars verlangen op te treden. Terwijl voorts op den 23 April terzelfder ure en plaatse gelegenheid zal worden gegeven voor al de lotelingen, wier plaatsvervangers of nummerverwisselaars niet mochten zijn toegelaten en die verlangen mochten an deren in hunne plaats aantebieden. Goes, den 21 Maart 1874. Burgemeester en Wethouder s voornoemd, M. P. BLAAUBEEN, De Secretaris, HARTMAN, BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES brengen ter openbare kennis, dat de Kohieren t an den Itoojdelijken itmsian en der belasting op de Honden over het volle dienstjaar 1874, op heden voor- loopig zijn vastgesteld, en ter secretarie voor ieder ter inzage zullen liggen van den 23 Maart tot en met den 6 April aanstaande,gedurende welken tijd ieder op de Kohie ren aangeslagene, tegen zijnen aanslag bij den Raad be zwaren kan inbrengen op ongezegeld papier. Goes, den 21 Maart 1874. Burgemeester en Wethouders voornoemd, M. P. BLAAUBEEN, De Secretaris, HARTMAN. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES brengen ter algemeene kennis, dat het Overgangs examen der leerlingen van de Burger avondschool der lst0 en 8le klasse in het openbaar zal gehouden worden in het schoolgebouw op Woensdag den 1 April e. k., volgens onderstaand programma Eerste klasse. 910 uur Wiskunde; 1011 Aardrijkskunde en Geschiedenis; 11114 Natuur- en Scheikunde. Tweede klasse. 1— lj uur Wiskunde; 1|24 Werktuigkunde; 2i3 Staatsinrichting; 334 Nederlandse/ie taal; en noodigen de ouders en betrekkingen der leerlingen en voorts alle belangstellenden tot. bijwoning van dit examen uit. Goes, den 21 Maart 1874. Burgemeester en Wethouders voornoemd, M. P. BLAAUBEEN. De Secretaris, HARTMAN. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES brengen ter kennis van de ingezetenen der gemeente, dat de PATENTEN over het derde kwartaal van het dienst jaar 1873/4 (loopende van 1 Mei 1873 tot ultimo April 1874), ingevuld gereed liggen en tot hunne afgifte ter se cretarie zal gevaceerd worden van Maandag den 23 Maart tot en met Dinsdag 7 April e. k., uitgenomen des Zondags, dagelijks van des voormiddags negen tot des namiddags twee ure. Wordende de belanghebbenden vermaand, om die afhaling in persoon te verrichten en zich den bepaalden tijd ten nutte te maken, ten einde van alle kosten be vrijd te blijven; vermits, volgens art. 2 van Zijner Ma- jesteits besluit van den 17 October 1820, de onafgehaalde patenten of de afschriften daarvan, door eenen deur waarder der directe belastingen, onverwijld aan de pa- tentplichtigen moeten worden uitgereikt, tegen betaling van tien cents, waartoe dan den 8 April en volgende da gen zal worden overgegaan. Goes, den 23 Maart 1874. Burgemeester en Wethouders voornoemd, M. P. BLAAUBEEN, De Secretaris, HARTMAN. POSTERIJEN. Via MARSEILLE, 26 Maart, per trein van 5,58 des avonds. Via TRIEST, 31 Maart, per trein van 9,52 's morgens. Dezer dagen verscheen een klein geschrift, ge titeld reen Jood op de tribune der Tweede Ka mer. Beschouwingen naar aanleiding van eenige hoofdpunten in het debat over het onderwijs bij de behandeling der staatsbegrooting voor 1874" door S. Be Tinto. De brochure laat zich goed lezen. We hebben haar niet onvoldaan uit de hand gelegd, al is er veel in, dat naar onze wijze van zien voor we derlegging vatbaar is. De beide hoofdpunten, waaruit de redeneering in het geschrift zich voortspint, zijn 1° de hou ding van de heeren Messcherts Van, Wassenaar en Haffmans tegenover een ander vertegenwoor diger van het Nederlandsche volk ter zake zijner religie en 2° het middelbaar onderwijs. Er zijn zeker weinig zaken meer onedel, dan van iemands godsdienst een punt van beschuldi ging te maken en door die beschuldiging te trach ten het goede beginsel, dat bij voorstaat, afbreuk te doen. Dit had plaats toen de heer Godefroi, een Israëliet, manmoedig optrad ter verdediging der middelbare scholen tegen allerlei insinuatiën, zooals wij die gewoon zijn te hooren van de zijde der reactionaire partij. Smaad te lijden om der godsdienst wille, onze vaderen wisten te zeggen wat dat inhaden had den wij ook overal elders verwacht, dat dit zou plaats vinden, zeker niet in 's lands vergaderzaal, 't Is gebeurd en daarmede is gezondigd tegen het Nederlandsch prestige, tegen de traditie, tegen den goeden naam, dien ons land heeft buiten het land. De heer Be Tinto komt daar tegen op en hij heeft gelijk. We hebben onder de Israëlieten vele sieraden van de balie, groote handelsmannen, mannen die hebben uitgemunt in kunst en wetenschap. «Wij Joden," zegt de schrijver, «zijn met hart en ziel hier te huis," en we gelooven het. Wat zou dus, vragen wij, er tegen zijn, ook Joden als volksver tegenwoordigers te hebben? Er was op het laatst van het derde tiental jaren van deze eeuw een geweldige beweging op poli tiek gebied in Engeland. Er is in die dagen een strijd gestreden zooals niet dikwijls in een land plaats heeft. Het was de vraag, zullen de oude toestanden voortduren of zal de geest van voor uitgang, m. a. w. zal de geest des nieuwen tijds ook zijn intrede doen in het Engelsche parlement? Oude hertogen en graven en dikke vossenjagers riepen, als zij après dinér hun derde flesch aan spraken, van het heerschen van den Antichrist, van godslastering, van heiligschennis, van ja van wat niet al, wanneer de heerlijke vruchten des gezonden menschenverstands ook zouden wor den geplukt in het parlementaire leven. Roomsch Catholieken in het parlementeen gruwel en Joden in het parlementmaar dan werd de Heer nog eens gekruisd, zeiden zij, en als dan die oude hertogen en graven en dikke foxhunters 'savonds zitting namen in het parlement, dan barstte de storm los. Maar èn Teel èn Talmerston en de geheele kleine maar sterke liberale partij van die dagen stonden pal, en Joden en Cathofieken en dissenters kregen gelijke rechten met hen, die tot de Anglicaansehe kerk behoorden, en hij die niet het minste deel had aan die gezegende om wenteling was de Engelsche geschiedschrijver Ma- caulay door zijn meesterlijke essay, door Tierson aan het Nederlandsche publiek aangeboden onder den titel van »de Joden en het staatsrecht". Men houdt, zegt Macaulay, (en we citeeren hier een en ander van den bekwamen schrijver, om dat het in onze dagen nog wel eens mag gele zen worden) men houdt het groote doel van ieder gouvernement niet in 't oog. Men spreekt gedu rig van een echt Protestantschen en een echt Chris- telijken staathet zegt evenveel als wanneer men gewaagde van een echt protestantsche geneeskunst of een echt Christelijke landbouwkunst. Een staat is in wezen met het doel om orde te bewaren, om ons te dwingen onze twisten door rechterlijk vonnis, niet door stokslagen uit te makenin onze behoefte te voorzien, niet door roof maar door arbeid. Zie daar het eenige doel, waarvoor een staatsinrichting dienen kan, het eenige doel, dat verstandige gouvernementen zich voorstellen. Zijn er menschen, die geen belang hebben of geen be lang meenen te hebben bij de veiligheid van eigen dom, de handhaving der orde, dan belmoren zij geen aandeel in een bestuur te hebben, dat alleen ter wille van die veiligheid of die orde bestaat. Maar volgens welke logica iemand minder ge schikt zou zijn om mede te regeeren, wijl bij een baard draagt (volgens de mode dier dagen droegen de christenheeren baard noch knevel) geen ham eetop Zaterdag de synagoge in plaats van op Zondag do kerk bezoekt» bet gaat ons begrip tq boven. COURANT. Gewone advertentiën worden a 10 c. de regel geplaatst. Geboorte-, huwelijks- en doodberichten en de daarop be trekking hebbende dankbetuigingen van 18 regels 1, Dienst-aanbiedingen, niet meer dan 4 regels bedragende en contant betaald, 20 c.

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1874 | | pagina 1