BINNENLAND SC HE BERICHTEN. Die opbrengst ia gemiddeld 22 Hectoliters per Hectare, ja soms klimt die wel eens op tot 30 Hec toliters; terwijl de gemiddelde prijs gerustelijk op ƒ20 per Hectol. kan gesteld worden, daar er som mige jaren wel eens ƒ24 betaald wordt. Bij eene gemiddelde opbrengst van 22 Hectol. per Hectare en eenen gemiddelden prijs van ƒ20 per Hectol., heeft men derhalve, als gemiddelde bruto-opbrengst ƒ440 per Hectare, hetgeen voor zeker niet weinig te noemen is. Daar dit artikel reeds uitgebreider is geworden, dan ik aanvankelijk bedoeld had, wensch ik hier mede te besluiten, en hoop, dat een en ander den Zeeuwschen landbouwer moge nopen om indien hij niet langer meekrap wenseht te verbou wen, zijne toevlucht te nemen tot een of tot beide der bovenbehandelde vruchten, zullende dit alles zins bijdragen tot bevordering van de welvaart onzer provincie en voorzeker tot tegemoetkoming in het verlies, dat men lijdt door het achteruit gaan van de meekrap-cultuur. Wat het verkrijgen van het benoodigde zaaizaad betreft, ik twijfel er niet aan, of de gewone leve ranciers van andere zaaigranen zullen wel in de gelegenheid zijn, ook dit te verschaffen. Ingezonden GOES, den 3 Maart 1874. TWEEDE KAMER. In de zitting van Zaterdag werden de beraadslagingen over de muntwet voortgezet. Deze konden, na de vele woorden daarover reeds gewisseld, natuurlijk weinig belangrijks meer opleveren. De heer De Jong helde over tot aanneming der wet, uit vrees voor de gevolgen harer ver werping. De heer Gevers Deynoot verklaarde voor het ontwerp te zullen stemmen en ver dedigde het, terwijl de heer Van Kuyk het wederom bestreed. Nadat nog de Minister de heeren Viruly, Van Bouten en Schim melpenninck had beantwoord, werden de algemeene beraad slagingen gesloten en splitste de Minister overeenkomstig uitgedrukt verlangen, art. 1, zoodat dit thans enkel luidt: »De grondslag van het Nederlandsch muntstelsel is het goud". Na eenige discussiën over de al of niet nood zakelijkheid van splitsing, stelde de heer Schim- melpenninck voor de oorspronkelijke indeeling te behouden. De verdere behandeling werd daarop uit gesteld tot Maandag. JPear telegraaf» Na langdurige her nieuwde discussie over de voorstellen Schim- melpenninck en Van Houtenbetreffende de orde van beraadslaging over het door de regeering gesplitste artikel der muntwet, is eindelijk met 40 tegen 29 stemmen aangenomen eene nieuwe motie Schitntnelpenninck om over art. 1 en 2 gelijktijdig te beraadslagen en de stemming te doen plaats hebben eerst over art. 2 en dan over art. 1 (Standaard goud). De heer Bredius lichtte zijn amendement toe tot feitelijke aan sluiting aan het frankenstelsel der Latijnsche Unie. De heer Blussé stelde als amendement voor en verdedigde de feitelijke aansluiting aan het Engelsche stelsel en ook tot behoud der éénheid met Nederlandsch Indië. Nog werd voorgesteld en toegelicht een amendement-Kops en Mackay, om do overgang tot het frankenstelsel gemakkelijker te maken. De Minister heeft de beide eerste amende menten bestreden; het laatste liet hij over aan de beslissing der kamer omdat het ge halte van den gulden zeer weinig verschilde met de wetsvoordracht. Aan het einde der zitting is het amendement- Bredius verworpen met 56 tegen 13 st.; zoo ook dat van Blussé met 41 tegen 28 st. Het amendement Kops-Mackay is insgelijks verworpen met 37 tegen 32, en eindelijk artikel 2 der wet ook verworpen met 40 tegen 29 st. De minister van ^financiën heeft de wet ingetrokken. Bij de herstemming te Gouda zijn uitgebracht 2666 geldige 2658 stemm. Gekozen Bichon met 1645. st. Van der Loef had 1013 st. De Goudsche Ct. bevat onder hare inge zonden stukken den volgenden brief: Mijnheer de Redacteur! Ten bewijze dat men op niet edele wijze bij de gisteren (Zaterdag) plaats gehad hebbende ver kiezing van anti-revolutionaire zijde is te werk gegaan, dient, dat men, tegen mijnen zin, mijn naam in de Standaard en andere biljetten heeft geplaatst onder de aanbeveling van den heer Bichcm Van IJsselmonde, ofschoon ik zulks daarenboven nog uitdrukkelijk ver boden had. Met de plaatsing dezer regelen zult gij zeer verplichten hem, die de eer heeft te zijn: Hoogachtend Ued. dw. dienaar. P. IJpelaar. De Minister van Oorlog brengt ter ken nis van belanghebbenden, dat wederom dit jaar te Breda een examen zal worden gehou den ter toelating van jongelieden als cadet bjj de Koninklijke Militaire Academie en dat dit examen op 1 Juli aanstaande een aanvang zal nemen. De ouders of voogden, die verlangen dat hunne zonen of pupillen tot dat examen wor den toegelaten, behooren de aanvrage daartoe vóór 1 Mei aanstaande aan het Departement van Oorlog te zenden. Er worden alleen toegelaten jongelingen, die tusschen 31 Augustus 1854 en 1 September 1857 zijn geboren. Het examen is gelijk aan het eindexamen der hoogere burgerschool met 5jarigeu cursus. Dit jaar worden het volgend aantal plaat sen opengesteld, voor den dienst hier te lande infanterie 45, artillerie 40, genie 9, voor den dienst in Oost-Indië: infanterie 20, cavalerie 2, artillerie 8, genie 24. Door eene Commissie van dames is te 's Hage eene circulaire verspreid aan de Haag- sche vrouwen en meisjes, waarin zij deze op wekt om middelen te beramen, ten einde ook H. M. de Koningin op 12 Mei a s. een bewijs van dankbare hulde aan te bieden, en bereids eene Commissie gevormd tot het bijeenverzamelen van gelden daartoe. De Commissie heeft besloten om bij genoeg zame deelneming aan H. M. een marmeren beeld aan te bieden, de liefdadigheid voor stellende, hetwelk zal geplaatst worden in den tuin van het Paleis het «Huis ten Bosch". Bij besluit van 27 Pebr. jl., provinciaal blad no. 26, is door Gedep. Staten van Zeeland het contingent, door de gemeente Goes in de lichting voor de nationale militie van het jaar 1874 te leveren bepaald op 20. Nu hebben van de 56 lotelingen juist 36 reclames ingediend. Indien deze reclames dus allen worden aangenomen, dan zou er dit jaar geen enkel vrij nummer zijn. Zeker eene zeer ongunstige loting! Van de plattelands-gemeenten geven wij het contingent in ons volgend no. Naar men ons van betrouwbare zijde mededeelt, heeft de Rederijkers-kamer Aurora alhier het voornemen om in de volgende week eene volks-opvoering te geven tegen eene zeer lage entrée, ten einde uit de opbrengst daarvan eene tegemoetkoming te hebben in de kosten, gesproten uit de jongste opvoering in costuum. Het is te hopen, dat het publiek dit plan moge steunen, opdat aan deze ijverige kamer niet de moed worde benomen, om later eenige kosten te wagen ten einde ons op de voorbrengselen harer studiën te onthalen. Eergisteren is door den Raad der gemeente 's HeerArendskerke c. a. aan den Secretaris- Penningmeester van het algemeen armbestuur te 's HeerHendrikskinderen, den heer J. P. Kake- beeke, op zijn verzoek eervol ontslag verleend uit die betrekking en in zijne plaats benoemd de heer J. Beenhakker van Heinkenszand. Men schrijft ons uit Ovezande van 28 Febr.: Heden morgen, omstreeks 8 ure, had alhier een droevig ongeval plaats. Een kind, rui ui 14 maanden oud, spelende met een ouder broertje op eenige schreden afstands achter het ouderlijk huis, had zich in een onbewaakt oogenblik verwijderd, en werd eenige oogen- blikken daarna gevonden, liggende in de daar dicht bjj gelegen dorpsvaat, en levenloos daaruit gehaald, want alle aangewende kunstmiddelen bleven vruchtelooshet was werkelijk overleden. Bij bevelschrift der arrondissements-recht- bank alhier is naar den Procureur-generaal bij het Provinciaal Gerechtshof verwezenE. H. oud 22 jaren, dienstmeid, wonende te Hein kenszand, thans gedetineerd te Goester zake: dat zij, ongehuwd zijnde, op den 1 Januari 1874 is bevallen van een kind, van het vrouwelijk geslacht, hetwelk na de geboorte heeft geleefd, en dat kind onmiddelijk na hare bevalling, met het doel om het van het leven te be- rooven, heeft geworpen in eene sloot onder de gemeente Heinkenszand, nabij de woning van den landbouwer Abraham Langebeke, alwaar zij als dienstmeid was inwonende, tengevolge waarvan dat kind is verdronken. De Echo meldt, dat de Keizer van Rus land te Vlissingen naar Engeland zal scheep gaan, aan boord van de Livadia, die tegen dien tijd uit de Krim daar zal aankomen. Te Wissenkerke is uit zee aangespoeld een in verren staat van ontbinding verkeerend lijk, op hetwelk een horloge is gevonden, waarin gegrift staats C. F. Krause Stolp- munde. N. R. Ct. Men schrijft uit Tilburg, dat Z. M. de Koning, vergezeld van Z. K. H. Prins Frederik, in deze maand in die stad verwacht wordt, ter gelegenheid der onthulling van het monument van Z. M. Koning Willem II. Het Dagbl. verneemt uit goede bron, dat de ambtenaren, bij de verschillende departe menten van Algemeen Bestuur werkzaam, in antwoord op het door hen ingezonden adres om verhooging hunner tractementen, de mede- deeling ontvangen hebben dat in 1875 een algemeene promotie zal plaats hebben, waarin de minder bezoldigde ambtenaren het meest zullen deelen. Volgens de AmersJ. Ct. is op de jongste deurwaarders-vergadering een adres aan den Minister van Justitie, door meer dan honderd vijftig deurwaarders onderteekend, verzoekende wijziging van het tarief' van 1811 enz., gear resteerd en aan Z. Exc. verzonden. Zaterdag 11. werd de derde algemeene vergadering van het Aardrijkskundig Genoot schap in den Haag gehouden. Als eerste spreker trad op de heer Robidé Van der Aa, met eene redevoering over Neder lands roeping tot het verkrijgen van meer kennis van Nieuw Guinea. Daarna volgde de behandeling van de vraag of de aardrijkskunde, bij de hooge vlucht die zij in de laatste jaren heeft genomen, als vak van hooger onderwijs zou kunnen en moeten opgenomen worden. De gedachten wisseling werd ingeleid door dr. D. J. Steijn Parvé. Het ge voelen der vergadering beantwoordde die vraag in gunstigen zin. Er is dan ook besloten een adres te richten aan den Minister van Binnen- landsche Zaken behelzende het verzoek deze quaestie in ernstige overweging te nemen. De heer J. Kuijper sprak over het Ned. volks karakter en leverde tot grondiger kennis daar van menige aardige bijdrage. Belangrijk voor de beoefenaars der exacte we tenschappen was de voordracht van mr. J. P. Amersfoordt. De wetenschappelijkheid, grondige studie en rechtschapenheid, die daarin door straalden, gaven een aangenamen indruk en zullen die lezing lang in herinnering doen houden. De landmeter JP. Dou en zjjne afstammelingen was het onderwerp. Verder las de heer Witkamp over Luxemburg. Eene aangename verrassing was bij het einde der vergadering, de toespraak van prins Hendrik, die de vergadering met zijne tegenwoordigheid vereerde. Hoffelijkheid en humaniteit streden om den voorrang in de hartelijke woorden die Z. H. sprak. Goed was het zeker allen leden o. a. te hooren de woorden »ik heb van mijne ouders geleerd goed te doen waar ik kon; ik zal toonen die lessen niet vergeten te zijn, door mijne zorg voor ons genootschap en waar mijne hand verder iets goeds vindt te doen." En vervolgens: »was blijkbaar de vergadering voor vele leden te lang, mij was zij niet te lang en ik heb met de grootste belangstelling al het gesprokene ge volgd en dank de heeren voor het vele be langrijke, dat ik heb mogen vernemen." Dr. A. Kuyper heeft zijn ontslag als predikant bij de Hervormde Gemeente gevraagd tegen 16 Maart e. k. (N. R. Ct.) Mr. P. C. baron Nahuys, 's Konings Commissaris in Overijssel, noodigt allen die met zijn voornemen, om ook aan H. M. de Koningin een blijk van hnlde bij gelegenheid der 25jarige regeering van haar gemaal aan te bieden, instemmen, in plaatsen waar zich tot genoemd einde nog geen commissiën, waar aan zij zich zouden willen aansluiten, hebben gevormd, zich onverwjjld aan hem bekend te maken. (N. M. Ct.)

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1874 | | pagina 2