1873. N°. 124. Dinsdag 21 October. 60ste jaargang. VEEMARKTEN. AANGIFTE VAN VERHUIZING. BEKENDMAKINGEN van h.et Gemeente-Bestuur. HOOFDELIJKE OMSLAG. BELASTING OP DE HONDEN. LOTING BRANDWEER. LEERAAB IN HET TEEKENEN. PERSONEELS BELASTING. £G3H|f dat iederen Dinsdag (be- jfJS* pv'Hf ka^ve eers^en) de maand November aan- Vertrek der brievenmaal naar Oost-Indie. Wat was wat is wat worden zal. BINNEIN1LANDSCHE BERICHTEN. Van het gemeentebestuur van Waarde, tot - GOESSCHE j De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag, Woensdag en Vrijdag avonduitgezonderd op feestdagen. Prijs per kwartaal zoo binnen al3 buiten Goes 1,75. Afzonderlijke nommers 5 c. met bijblad 10 c. COURANT. Gewone advertentiën worden a 10 c. de regel geplaatst. Geboorte-, huwelijks- en doodberichten met de daarop be trekking hebbende dankbetuigingen van 1—8 regels 1,- Dienst-aanbiedjngen, niet meer dan 4 regels bedragende en contant betaald, 20 c. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES brengen bij. deze ter kennis van een ieder die het aangaat, dat zij voorloopig hebben vastgesteld het tweede Suppletoire kohier van den Hoofdelijlten Omslag; en het Suppletoire kohier der Belasting op de Honden voor deze gemeente over den jare 1873, en dat genoemde kohieren ter lezing zullen lig gen ter secretarie dezer gemeente van Maandag den 20 October tot en met Maandag den 3 November, van des voormiddags negen tot des namiddags twee iire, alsmede dat ieder aangeslagene binnen dien tijd tegen zijnen aanslag bij den raad bezwaren kan indienen op ongezegeld papier. Goes, den 18 October 1873 Burgemeester en Wethouders voornoemd,- M. P. BLAAUBEEN. De Secretaris, HARTMAN. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES brengen ter openbare kennis, dat de LOTING der in geschrevenen voor de BRANDWEER zal plaats heb ben op DONDERDAG den 30 OCTOBER a. s. des mid dags ten 12 ure, terwijl de geneesheeren tot onderzoek van opgegeven ziekten of gebreken, eene zitting zul len houden op VRIJDAG den 31 OCTOBER daai- aanvolgende, des middags ten 12 ure, beiden ten raad- huize der gemeente. Goes, den 18 October 1873. Burgemeester en Wethouders voornoemd, M. P. BLAAUBEEN. De Secretaris, HARTMAN. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES brengen hiermede ter openbare kennis, dat de gemeen teraad in zijne jongste vergadering besloten heeft een tweeden leeraar in het teekenen aan de Bur ger-avondschool aan te stellen op eene jaarwedde van Honderd vijftig gulden, en noodigen hen, die daarvoor in aanmerking wenschen te komen, uit, zich met overlegging hunner stukken, schriftelijk bij den burgemeester aan te melden voor Zaterdag den 25 October a. s. des middags ten 12 ure. Goes, den 18 October 1873. Burgemeester en Wethouders voornoemd, M. P. BLAAUBEEN. De Secretaris, HARTMAN. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES herinneren de ingezetenen aan de bepalingen van art. 27 en 42 der wet van 29 Maart 1833 (Staatsblad no. 4) omtrent de SUPPLETOIRE AANGIFTE voor de PER SONELE BELASTING, volgens welke een ieder, die door uitbreiding, vermeerdering, verwisseling of het aanschaffen van belasting-voorwerpen der grondslagen van het personeel, komt te vallen onder toepassing van een nieuwen of verhoogden aanslag in den loop des dienstjaars, verplicht is, alvorens en naar gelang der omstandigheden en op de boete, bij art. 35 en 39 vast gesteld, tot het indienen van behoorlijke aangifte des wege, invoegde als bij art. 39 der wet is voorgeschre ven, kunnende daarvoor een biljet ter invulling bij den heer ontvanger der belasting worden afgehaald. Goes, den 18 October 1873. Burgemeester en Wethouders voornoemd, M. P. BLAAUBEEN De Secretaris, HARTMAN. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES maken bij deze bekend: Staande, zijnde den- 11, 18 en 25 dier maand, binnen deze gemeente, de gewone VEEMARKT zal gehouden worden. Goes, den 18 October 1873. Burgemeester en Wethouders voornoemd, M. P. BLAAUBEEN. De Secretaris, HARTMAN. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES herinneren de ingezetenen aan de bepalingen van de art. 4 en 5 der verordening tot verdeeling der ge meente in wijken enz., volgens welke, op verbeurte eener boete van één tot drie gulden, ieder ingezeten, die binnen de gemeente verhuist, verplicht is, binnen veertien dagen daarna ter secretarie van zijne ver huizing kennis te geven, met opgaaf van de letter en het nommer der verlaten en der betrokken woning, terwijl de hoofden der huisgezinnen aanspra kelijk zijn voor hunne vrouwen, inwonende kinderen, bloed- of aanverwanten en inwonende dienst- of werk- boden. Burgemeester en Wethouders vertrouwen, dat deze herinnering THANS VOORAL, NU DE VERHUISTIJD AANSTAANDE IS, voldoende zal zijn, om tot eene getrouwe nakoming der voorschriften aantesporen. Goes, den 18 October 1873. Burgemeester en Wethouders voornoemd, M. P. BLAAUBEEN. De Secretaris, HARTMAN. POSTERIJEN. Via BRINDISI 30 October 1873. Via TRIEST 28 October 1873. Via MARSEILLE 23 October 1873. Het is niet eene oude orde die behoud, het is eene. nieuwe maat schappij, die voltooing vraagt. Weglating van de woorden „noch geestelijken, noch bedienden van den godsdienst" noemden wij in ons vorig nommer noodzakelijk. In 184-8 moge het zijn nnt gehad hebben om dezen stand geen verkies baarheid voor de verschillende college's te veri.ee- nenin den tegenwoordigen tijd, nu het beginsel van scheiding van kerk en staat meer wortel schiet en men het leert beseffen, dat upredikant" of „pries ter," uit een oogpunt van staatsburgerschap, niet meer en niet minder is dan een gewoon burger of ambtenaar, is eene dergelijke bepaling hors de saison. Dit heeft men ten vorige jare in Zwit serland ook zoo ingezien. Bij de in Januari plaats gehad hebbende herziening der constitutie heeft men artikel 70 derwijze veranderd, dat „de geestelijken en bedienden van den godsdienst" ook aan 's lands regeering kunnen deelnemen. Voor 25 jaar schijnt men de geestelijken uitgesloten te hebben, omdat men vreesde, dat die heeren, in een regeeringscollege benoemd, hun ambt zouden mis bruiken, om overwegenden invloed op den gang van 's lands zaken uitteoefenen. Wij zijn het echter met Feringa eens, waar hij zegt, hetgeen hij door op België te wijzen staaft, dat de geestelijkheid wil zij intrigeeren „gewoon is niet direct te werken," maar het zoo aanlegt „dat zij van alle verantwoordelijkheid vrij blijft." Niet op het Staats- tooneél, maar achter de coulissen, voelen dege nen die den godsdienst als middel ter bereiking hunner heerschzuchtige bedoelingen bezigen zich op hun plaatsin het duister kunnen zij beter werken dan in het volle licht der openbaarheid." Op deze gronden meenen wij ook ter dezer zake op wijziging der Grondwet te moeten aandringen. Nog eene bepaling die wij in den aanhef van het vorig artikel, gezegd hebben, vereenvoudiging te be hoeven, is de wijze, waarop men tot herziening der Grondwet moet geraken. Om. aan 's lands fun- damenteele wet „genoegzame stabiliteit" te ver zekeren werd door den Grondwetgever de bepaling in het leven geroepen, dat, wanneer er een „voor stel tot verandering in de Grondwet" ingediend wordt, de Wet eerst „de prise en consideration van zulk een voorstel moet beveled;" dat daarna de Kamer moet worden ontbonden, en «twee derden der uitgebrachte stemmen" zich minstens voor de voorgestelde wijziging moet verklaren, om haar wet te doen worden. Het is vooral tegen de be paling, dat „door twee derden der uitgebrachte stemmen" het pleit beslist moet wordendat wij bezwaar hebben; niet alleen, omdat zij het gevolg heeft, dat het beginsel „de meerderheid dat is één meer dan de helft moet regeeren, ver loochend wordt, maar ook omdat zij aan de her ziening der Grondwet zulke groote belemmeringen in den weg legt. Groen van Prinsterer zeide inder tijd, dat de „stabiliteit" onzer Grondwet hem deed denken aan „eene bouwvallige woning, waarin men niets verbeteren durft, omdat door de poging om te verbeteren het geheele gebouw ineenstort," en wij gelooven, dat er juistheid in dit beeld ge legen is. Daarom en dit is slechts bereikbaar door wijziging van het elfde hoofdstuk onzer Grond wet moet de gelegenheid opengesteld worden om zonder allerlei omslag, waar zulks noodig ge acht wordt, een stutbalk tot schraging van het constitutioneel staatsgebouw te kunnen aanbrengen. Hiermede achten wij de taak, die wij in ons nommer van 11 October op ons namen, voleindigd. Wij eindigen met den wensch, dat ieder Neder lander leere, dat het zijn plicht is aan „de vol tooiing der maatschappij," mede te werken; dan zulleh wij ten laatste „constitutioneel onoverwin nelijk" worden. GOES, den 20 October 1873. De heer Seybel te Asperen, zijnde de ont werper van het plan om Z. M. den Koning op den aanstaanden gedenkdag zijner troons bestijging door de kinderen in ons land een geschenk te doen aanbieden, heeft dat plan aan het oordeel eener commissie van uitvoe ring onderworpen. Het bestaat in het volgende: een album in 2 deelen, één voor jongens en één voor meis jes, met een titel, ontworpen en onderteekend door al de leden der commissie; het zenden van inteekenlijsten aan de hoofden der scholen (alleen kinderen kunnen bijdragen en wel van 1—25 cent), en van brieven aan onderwijzers in Neder landsch-Indie en aan de redactiën van bladen; verzoek aan autoriteiten, om op den gedenkdag een algemeen kinderfeest te houden en aan elk kind een beschrijving van dien dag" met een plaat van het geschenk aan te bieden; uitschrijven van prijsvragen: 1°. voor het beste, onpartijdigste kinderwerkje, voor dien dag geschikt2°. voor het beste plan en teekening van een geschenk aan den Koning; 3°. voor de beste feestliederen aanbieding van het geschenk door 200 jongens en 100 meisjes, die toepasselijke liederen zullen zingeneinde lijk het uitgeven van een lijst van al de scho len en onderwijzers, met het bedrag door ieder opgezonden. Het in de aanstaande najaarszitting der Provinciale Staten te behandelen voorstel van Gedeputeerde Staten van Zeeland tot wijziging van het reglement op het gebruik van de pro vinciale steigers vindt zijn aanleiding in de moeielijkheden, in den laai sten tijd herhaalde lijk ondervonden, daar de bepalingen van art. 7 van genoemd reglement, betrekkelijk schade- varing en vergoeding daarvan, gebrekkig zijn en zelden worden nagekomen. De wijziging strekt, om de instructie van de zaak beter te regelen en daardoor te bespoedigen, en om bij verschil omtrent het bedrag der verschuldigde vergoeding, door het onderwerpen van het verschil aan de uitspraak van scheidsmannen, die als goede mannen zonder vorm van pro ces zullen uitspraak doen, tijd en kosten te besparen. (M Ct.) Bij Gedeputeerde Staten van Zeeland zijn weder aanvragen ontvangen om rentelooze voor schotten vanwege dè provincie tot verbetering van wegen, te weten:

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1873 | | pagina 1