port volkomen vereenigen en het advies van dat toe
licht volgaarne overnemen.
„Wordt dat advies door U in een besluit veran
derd, dan zou daarvan, naar eene gemaakte en hierbij
gevoegde berekening, eene vermeerdering van uitgaven
voor het lager onderwijs, met duizend vijftig gulden
'sjaars het gevolg zijn. Wij mogen niet ontkennen,
dat deze vermeerdering drukkend voor de gemeente
kas zoude wezen en hebben dan ook naar middelen
omgezien, om dien druk te verminderen.
„Wij meenen die gevonden te hebben en wel zulke,
dat, mochten zij reusseeren tevens eene ongelijkheid
in de jaarwedden der hoofdonderwijzers kan ophouden.
„De hoofdonderwijzer der weezen- en armenschool
geniet eene jaarwedde van zes honderd gulden uit
de gemeentekas en eene toelage van drie honderd gul
den van het burg. armbestuur, alzoo te samen negen
honderd gulden, terwijl de andere hoofdonderwijzers
duizend gulden genieten. Wanneer nu de jaarwedde
van bedoelden hoofdonderwijzer op hetzelfde bedrag
gebracht werd als die van zijne ambtgenooten en het
burgerlijk armbestuur wilde eens de helft der jaar
wedde dragen, dan zon de gemeente slechts vijf hon
derd gulden te betalen hebben. Mocht het armbe
stuur op die wijze de gemeente ter wille zijn, dan
kon daaraan de voorwaarde verbonden wordendat
de heer van den Berge voor nu en immer afzag van
de aanvrage om hoogere vergoeding voor het gemis
van vrije woning.
„Iets dergelijks kon met de jaarwedde van den
hulponderwijzer, die, wordt het advies van het school
toezicht aangenomen, onderwijzer wordt met eene
jaarwedde van zes honderd gulden, geschieden. Deze
geniet thans van de gemeente drie honderd vijftig
en van het burg. armbestuur honderd vijftig, te samen
vjjf honderd gulden. Wilde nu het burg. armbestuur
in diens jaarwedde ook de helft dragen, dan zou de
gemeente aan dien onderwijzer voortaan slechts drie
honderd gulden behoeven te voldoen.
„Daardoor zou van de vermeerdering van 1050,
honderd vijftig gulden bij het burg. armbestuur wor
den overgebracht. Het is waar, de kas dier instel
ling zou dan, in plaats van vier honderd vijftig gul
den, zoo als thans, bezwaard worden met drie hon
derd vijftig gulden meer, doch zoowel het onderwijs
aan de verpleegden in het weeshuis, als aan een groot
getal armen geschiedt zonder dat het armbestuur daar
voor andere uitgaven doet. Moest het bestuur dier
instelling de jaarwedde van een onderwijzer en de
uitgaven voor schoolbehoeften met het onderhoud der
schoolmeubelen zelf bekostigen, het zou veel meer
bedragen, dan nu verzocht wordt.
„Wij stellen U dus voor, met inachtneming van
ons pr mad vies te besluiten tot het vaststellen der ont
worpen verordening enz. alles in den door het school
toezicht aangegeven zin.
«Goes, den 15 Sept. 1873.
Burgemeester en Wethouders,
(get.) M. P. BLAAÜBEEN.
De Secretaris,
(get.) HARTMAN."
De stukken worden ter visie gelegd, om in een
volgende vergadering behandeld worden.
YII. Daarna volgt een adres van den heer J. J.
van den Broeke, luidende
vAan den gemeenteraad te Goes.
„De ondergeteekende Jan Jacob van den Broeke,
koopman, wonende te Goes, door de welwillend
heid van het dagelijksch bestuur in staat gesteld tot
het nemen van inzage van een request met bijbe-
hoorende teekening, door de gezamenlijke eigenaren
der Zonstoof aan den raad ingediend, om een gedeelte
grond in eigendom, omschreven onder letter A en
een ander gedeelte in gebruik, omschreven onder
de letters B, C en B dier teekening, geeft met de
meeste bescheidenheid te kennen:
„dat het gemeentebestuur in dato den 10 April
1865 in gebruik of erfpacht heeft verstrekt aan
gemelde eigenaren een perceel gronds tegen een
gulden per Are;
„dat adressant, niet wetende op welke voorwaar
den de gemeenteraad den aangevraagd en grond,
omschreven onder letter A, uit het kadastrale per
ceel n°. 249, zal uitgeven; en evenmin het onder
letter B omschrevene van hetzelfde kadastrale
perceel n°. 249, verzoekt met die voorwaarden door
den raad bekend te mogen worden gemaakt
„dat adressant in geen enkel opzicht regard
slaat op het perceel, kadastraal bekend in sectie B
n°. 181, evenmin omtrent hetgeen onder letters
C en B is omschreven;
„dat adressant voor meergemelden grond, gedeel
telijk onder letter A en geheel onder letter B
omschreven, kadastraal bekend in sectie B n°. 249
een prijs wil besteden, veel hooger dan tot nog toe
door de gemeente gronden in koop of in erfpacht
uitgegeven zijn.
„Goes, den 5 Mei 1873.
't Welk doende enz.
(Get.) van den BROEKE."
Ten aanzien van dit adres hebben burg. en weth.
het volgende rapport en praeadvies
Aan den Baad der gemeente Goes.
„Bij uw besluit van 9 Mei jl. no. VI werd in
onze handen gesteld om advies, een adres van
den heer J. J. van den Broeke betrekkelijk den
grond bij de Zonstoof.
„Als resultaat van onze overwegingen kunnen
wij u het volgende rapporteeren:
In het adres wordt geen bepaald verzoek gedaan
maar leest men alleen het aanbod dat de adres
sant voor deii door hem aangewezen grond een
prijs wil besteden veel hooger dan tot nog toe
door de gemeente gronden in koop of erfpacht
uitgegeven zijn.
„Naar ons oordeel is het adres voor geene be
schikking vatbaar.
„De gemeenteraad is geen koopman of liever
geen houder van openbare verkoopingenbij wien
met loven en bieden kan verkrijgen wat men
wenscht en de gemeentegronden zijn geen koop
waar, die met het doen van een hooger bod, of
met toezegging van een prijs, „veel hooger dan waar
voor tot nog toe door de gemeente gronden in
koop of erfpacht uitgegeven zijn", kunnen erlangd
worden.
„Daarbij komt het ons niet billijk voor, om gron
den die voor eene nijverheids-onderneming, gelijk
de Zonstoof noodzakelijk zijn, aan een ander in
eigendom of gebruik af te staan, terwijl niet mag
vergeten worden, dat het tegenwoordig gemeente-
besluit in zekeren zin de resolutie van 1595 be
hoort te honoreeren, waarbij de grond, waarop de
stoof staat „behoudens het recht van eigendom"
aan de eigenaren werd afgestaan. Door den grond,
die in onderwerpelijke adressen bedoeld wordt aan
anderen uittegeven, zou het voorrecht, in 1595 ver
leend, krachteloos gemaakt worden.
„Op grond van dit beginsel, dat, naar ons ge
voelen, ook door u behoort te worden aangeno
men, maar bovendien, omdat de heer van den
Broeke geen bepaald verzoek doet en niet heeft
aangegeven, welk doel hij met de gronden heeft,
stellen wij u voor, den adressant te berichten, dat
zijn adres, zooals het is ingediend, niet voor eene
beschikking vatbaar is.
Goes, den 15 September 1873.
Burgemeester en Wethouders van Goes,
(get.) M. P. BLAAÜBEEN.
De Secretaris,
(get.) HARTMAN."
Ook dit adres en advies worden ter visie gelegd.
VIII. Alsnu volgt het adres der geïnteresseerden
in de Zonstoof, luidende:
■nAan den raad der gemeente Goes.
„Geeft beleefdelijk te kennenW. L. Kakebeeke,
wonende te Goes, in zijne betrekking van boek
houder der meestoof „de Zon," en als zoodanig
handelende voor de gezamenlijke eigenaren dier
fabriek
„dat genoemde eigenaren er belang bij hebben
een legalen titel te erlangen van den grond, waarop
die meestoof is gesticht, bij het kadaster bekend
in sectie B n°. 181 en van den daartegen liggen-
den grond, deelmakende van de kadastrale sectie
B n°. 249, te zamen ter grootte van 28 Aren
10 Centiaren, op bijgaande grondteekening aange
duid door letter A en rood gekleurd, alsmede om
daarbij in gebruik te verkrijgen de drie daarbij
liggende perceelen grond, allen deelmakende van
kadastrale sectie B n°. 249, te zamen ter grootte
van 13 Aren 15 Centiaren opgezegde grondteeke
ning aangeduid door letter B, C en I) en geel
gekleurd, en hij mitsdien verzoekt, dat het uwe
vergadering behage, te besluiten om aan de geza
menlijke eigenaren van de meestoof „de Zon":
1°. in eigendom aftestaan de beide hier voren
gemelde perceelen aangeduid onder letter A, te
zamen groot 28 Aren 10 centiaren bij het kadas
ter bekend in sectie B n°. 181 en gedeeltelijk
n°. 249 onder verplichting dier eigenaren, om de
daarop staande veertien stuks olmen boomen tegen
tauxatie overtenemen, en
2°. in jaarlijks gebruik te geven, tot wederop-
zeggens toe, de drie perceelen grond, deelmakende
van kadastrale sectie B n°. 249, te zamen groot
13 Aren 15 Centiaren, aangeduid onder letter B,
C en JJ, en geel gekleurd.
Een en ander onder zoodanige voorwaarden en
tegen zoodanigen prijs, als uwe vergadering in
billijkheid zal gelieven voortestellen.
'tWelk doende enz.
De Boekhouder voornoemd,
(Get.) W. L. KAKEBEEKE."
Het prseadvies van B. W. op dit adres luidt:
»Aan den raad der gemeente Goes.
„Het adres der geïnteresseerden in de Zonstoof
om aan hen grond in eigendom en jaarlijksch ge
bruik aftestaan, hetwelk bij uw besluit van 23
April jl. aan ons werd gerenvoyeerd om onderzoek
en voorstel, heeft een punt van ernstige overwe
ging en beraadslaging bij ons uitgemaakt, en als
resultaat daarvan kunnen wij mededeelen, dat wij
tot de inwilliging van dat adres met volkomen
gerustheid durven adviseeren.
Der adressanten verzoek is drieledig, en wel
om grond in koop, in erfpacht en gebruik.
Dit alles kan, naar ons gevoelen, plaats hebben,
mits op de volgende wijze:
a. dat de grond, waarop de meestoof staat, sectie
B n° 181 ter grootte van 13 aren 10 centiaren
(op de bijgevoegde schetsteekening in donker rood
gekleurd), met een weg aan de Oost- en Noordzijde
langs het stoofgebouw ter breedte van vijf meters,
uitmakende een gedeelte van B 249, tot aanvoer
van meê enz., aan de geinteresseerden in de Zon
stoof in eigendom worde afgestaan.
b. dat de grond langs de Oostzijde van d%n weg
langs de stoof, sub a bedoeld, (zijnde het overige
van de op de schetsteekening met licht rood aan
gewezen oppervlakte) bekend in sectie B gedeelte
van n°. 249, met aftrek van 4 meters breedte langs
de geheele lengte aan de Oostzijde van dit per
ceel, in erfpacht aan de geinteresseerden worde
afgestaan voor 99 jaren, met deze reserve, dat,
wanneer die grond gedurende den erfpachtstermijn
ten behoeve der gemeente mocht worden uitgegra
ven, tot het erlangen van zelkasch, die vermeend
wordt daarin aanwezig te zijn, de erfpachters dit
zullen moeten gedoogen, doch gedurende den tijd
der uitgraving en weder gelijkmaking van den grond
geene retributie zullen behoeven te betalen, en dat
dan tevens behoorlijke ruimte worde gelaten tot
berging der aarde, die van de groene meê afkom
stig is alsmede dat geen hinder of schade aan de
welputten of belemmering in het gebruik daarvan
worde toegebracht, en eindelijk dat geene gravin
gen zullen mogen plaats hebben dan tot op een
afstand van 5 meters uit het fondament der Zon
stoofterwijl tot behoorlijke bewaring van een uit
weg der stoof, een goed talud van af dien uitweg
moet genomen en behouden worden, met inacht
neming van de werking der stoommachinevoorts
dat de geinteresseerden van den grond geen ander
gebruik mogen maken dan tot hiertoe geschied is,
te weten het bergen van aarde en het teelen van
moesgroenten met behoud der welputten.
c. dat de gronden ten Noorden, Westen Zui
den van het stoofgebouw (op de schetsteekening
met geel gekleurd) bekend in sectie B gedeelte
van n°. 249, voor onbepaalden tijd en dus tot
weder opzeggens toe, in gebruik worden gegeven,
onder verplichting om dien grond naar behooren
te gebruiken en te onderhouden ten genoege van
het bestuur der gemeente en daarop geene ge
bouwen of varkenshokken mogen worden geplaatst.
„Terwijl de in koop erfpacht en gebruik uit
te geven gronden door een bevoegd ambtenaar
worden opgemeten en in kaart gebracht, welke
opgave en kaart, vóór de behandeling van dit
voorstel aan u zullen worden overgelegd, blijft
ons nog over uwe vergadering te adviseeren om
trent den prijs, waarvoor een en ander naar ons
gevoelen behoort te geschieden. Ons advies luidt
dienaangaande
Be gronden sub a.
Eene som van zeven honderd gulden, die wij
geëvenredigd aan de waarde achten, aangezien het
hier niet betreft de verwisseling van erfpacht of
cijns in eigendom, en ook tot hiertoe niets voor
die gronden aan de gemeente werd betaald.
Be gronden sub b.
Eene jaarlijksche erfpachtsom van vijf en der
tig gulden, komende overeen met het bedrag dat
elders voor erfpacht verkregen wordt, te weten
twee en en halve cents per centiare.
Be gronden sub c.
Eene jaarlijksche retributie van f 20.die met
het oog op den aard en de ligging der gronden,
in overeenstemming met de waarde is te noemen.
„Wij stellen u voor in bovenstaanden zin een be
sluit te nemen op het onderwerpelijk adres der
geinteresseerden in de Zonstoof.
Goes 15 September 1873.
Burgemeester en Wethouders van Goes,
M. P. BLAAÜBEEN.
De Secretaris.
HARTMAN."
IX. Alsnu is aan de orde de benoeming van een
lid der plaatselijke schoolcommissie, ter vervanging
van den heer E. Huizinga, waartoe zijn aanbevolen
de heeren L. Posthumus en J. J. Ramondt.
De Voorzitter noodigt de heeren de Meulemeester
en mr. de Witt Hamer uit, voor deze en de volgende
benoemingen als stemopnemers te fungeeren.
De heer Posthumus wordt met 8 stemmen benoemd.
Een briefje was in blanco.
X. Tot leden van het stembureau voor de ver
kiezing van een lid van den raad, voor jhr. mr.
Pompe van Meerdervoort, welke verkiezing op Woens
dag den 8 October zal plaats hebben, worden aan
gewezen de heeren de Meulemeester en jhr. de Marees
van Swinderen, beiden met 6 stemmen. Met den
eerste erlangden de heeren van Swinderen, mr. de
Witt Hamer en mr. Del Baere elk eene stem met
den laatste mr. de Witt Hamer 3 stemmen. Al de
andere leden zullen desnoods als plaatsvervangers
fungeeren.
XI. Eindelijk moet nog geschieden de benoeming
van een lid, tevens voorzitter, van de commissie voor
de gemeente-apotheek, waartoe de heer Fransen van
de Putte, die tot hiertoe die betrekking bekleedde,
het radicaal verloren heeft door zijne periodieke af
treding als lid van den raad.
De heer Fransen van de Putte wordt herbenoemd
met 7 stemmen, terwijl de heeren mr. de Witt Hamer
en dr. van Renterghem elk ééne stem bekwamen, en
verklaart zich de benoeming te laten welgevallen.
De vergadering is daarna gesloten.
Goes. Drukkerij van F. Kleeuwens Zoon.