1873. M°. 61. Zaterdag 24 Mei. 603te jaargang. Mill nor lei BISTIl BEKENDMAKINGEN van liet Gremeente-bestnur. BEKENDMAKING. VERORDENING GASTHUIS. GOESSCHE «Sfc «MUNT. De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag, Woensdag en Vrijdag avonduitgezonderd op feestdagen. Prijs per kwartaal zoo binnen als buiten Goes 1,75. Afzonderlijke nommers 5 c. met bijblad 10 e. Gewone advertentiën worden a 10 c. de regel geplaatst. Geboorte-, huwelijks- en doodberichten met de daarop be trekking hebbende dankbetuigingen van 1—8 regels it/1,- Dienst-aanbiedingen, niet meer dan 4 regels bedragend» en contant betaald, 20k c. De BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES doen te weten dat door den raad dier gemeente in zijne vergadering van den 9 Mei 1873, is gewijzigd de verordening voor het Gast huis en is vastgesteld de volgeude van het GASTHUIS. Art. 1. Het Gasthuis strekt tot verpleging van zieken en behoeftigen, die zich in de gemeente bevinden. Art. 2. Wanneer de localiteit zulks toelaat, worden daarin ook opgenomen: -ingezetenen a. die tegen betaling zich willen doen ver plegen b. die kost, inwoning en verpleging koopen tegen eene uitkeering bij de week of voor eens. Art. 3. Het bestuur over het gesticht be staat uit drie leden waarvan een der wethou ders of raadsleden voorzitter is. Een secretaris-penningmeester wordt aan het zelve toegevoegd. Art. 4. Het bestuur benoemtschorst en ontslaat de beambten en bedienden van het Gast huis en geeft daarvan binnen acht dagen kennis aan burgemeester en wethouders. De instructien voor deze beambten en bedienden worden door het bestuur ontworpen en aan bur gemeester en wethouders ter goedkeuring inge zonden. De instructie van den secretaris-penningmees ter mede door het bestuur ontworpen, wordt aan den raad ter goedkeuring overgelegd. Art. 5. Het bestuur wordt, voor zooveel de huishoudelijke belangen van het gesticht betreft, bijgestaan door drie regentessen,, te benoemen door den raad. Bij vacature wordt eene aanbeveling van twee dames door het bestuur opgemaakt en aan den raad ingezonden. Art. 6. Aan de zorg van het bestuur en regentessen is opgedragen a. de verpleging dergenen die in het gesticht zijn opgenomen; b. de regeling van het inwendig bestuur in het gesticht; c. het op- en toezigt .over den vaderde moeder en verdere suppoosten; d. de herstellingen aan gebouwen, materieel, enz.waartoe de voorlichting van den bouw meester der gemeente kan worden inroepen. Aut. 7. De regentessen zijn meer bijzonder belast met a. het toezigt op de verzorging der zieken, b. het aankoopen en voorzien in de benoo- digdheden voor kleeding, ligging en voeding. Zij dienen het bestuur van voorlichting en raad omtrent alle huishoudelijke aangelegenheden. Art. 8. De kosten van verpleging door de besturen der instellingen van weldadigheid of door particulieren verschuldigd, moeten uiterlijk bij het einde van ieder kwartaal voldaan worden. Art. 9. De zieke gealimenteerden der instel lingen van weldadigheid binnen deze gemeente worden op schriftelijk verzoek van de besturen dier instellingen in het Gasthuis opgenomen. Ouden en gebrekkiger! kunnen door die be sturen worden geplaatst onder goedkeuring van burgemeester en wethouders. Voor die verpleging is vijftig* cents daags voor ieder verpleegde verschuldigd. Art. 10. Het bestuur van het Gasthuis sluit de overeenkomsten betrekkelijk de personen bedoeld in art. 2. Deze overeenkomsten behoeven de goedkeuring van burgemeester en wethouders. Art. 11. De leden van het bestuur en de secretaris-penningmeester worden, volgens art. 147 der gemeente-wet, door den raad benoemd, die, voor zooveel de leden (met uitzondering van den voorzitter) en den secretaris-penning meester betreft, eene aanbeveling van twee per sonen ontvangt, door het bestuur voor iedere vacature opgemaakt. Bij ontslag van het geheele bestuur doen bur gemeester en wethouders voor de twee leden eene aanbeveling bij dubbeltal. Art. 12. De leden worden benoemd voor zes jaren en zijn bij hunne aftreding weder verkiesbaar. Om de twee jaren treedt één lid af, volgens daarvan opgemaakten of op te maken rooster. Voor de vervulling der daardoor ontstane vacature (met uitzondering van die van den voor zitter) wordt vóór den 1 December bevorens eene aanbeveling van twee personen aan bur gemeester en wethouders ingeladen. Art. 13. Die ter vervulling eener buitenden gewonen tijd opengevallen plaats gekozen wordt, treedt af op het tijdstip waarop degene, in wiens plaats hij gekozen is, moest aftreden. Art. 14. De benoemde geeft, binnen acht dagen na ontvangst zijner benoeming, aan bur gemeester en wethouders kennis of hij die aan neemt. Hij wordt, laat hij dien tijd zonder kennis geving voorbijgaan, geacht zijne benoeming niet aantenemen. Burgemeester en wethouders deelen de ont- vangene kennisgeving zoodra mogelijk mede aan den raad en aan het bestuur van het Gasthuis en noodigen dit laatste uit, ingeval de benoem de zijne benoeming niet aanneemt, om eene na dere aanbeveling in te zenden. Art. 15. Een lid, zijn ontslag verlangende, geeft- hiervan schriftelijk kennis aan burgemeester en wethouders en aan het bestuur. Het ontslag, door den raad verleend zijnde, wordt daarvan door burgemeester en wethouders ten spoedigste kennis gegeven aan het bestuur, met uitnoodiging om binnen veertien dagen in- tezenden de aanbeveling bij art 12 bedoeld. Art. 16. De voorzitter ontvangt en opent alle ingezondene stukken en brieven en brengt die in de eerstvolgende vergadering ter tafel. Hij onderteekent de uitgaande stukken, brie ven en bevelschriften tot betaling. Hij belegt de vergaderingen. Aiit. 17. Bij ontstentenis of afwezigheid van den voorzitter, wordt hij vervangen door het lid, wiens beurt van aftreding het eerst op handen is. Art. 18. De secretaris-penningmeester wordt, volgens art. 147 der gemeente-wet, door den raad gesehorst of ontslagen, op voordragt van het bestuur of na hetzelve te hebben gehoord. Art. 19. Hij geniet eene jaarwedde, door den gemeente-raad, na het bestuur te hebben gehoord, te bepalen. Art. 20. Alvorens zijne bediening te aan vaarden, stelt hij een reëlen borgtogt, door den raad vóór zijne benoeming vasttestellen. Art. 21. Hij legt, vóór de aanvaarding zijner bediening, in handen van burgemeester en wet houders den volgenden eed of belofte af: ,,Ik zweer (beloof) dat ik mijne betrekking //van secretaris-penningmeester bij het bestuur over het gasthuis in de gemeente Goes eer- „lijk, naauwgezet en vlijtig zal waarnemen, over eenkomstig de gemaakte wetten, de plaatse lijke verordeningen en de door den raad van „Goes vastgestelde of vasttestellen instructien. „Zoo waarlijk helpe mij God almachtig (Dat beloof ik)." Art. 22. Hij is belast met het schrijfwerk en het doen van alle ontvangsten en uitgaven in voege als bij zijne instructie is of zal wor den voorgeschreven. Art. 23. De beambten en verdere bedien den, alsmede de verpleegden worden genees- en heelkundig behandeld door den geneesheer en den heelmeester der gemeente. Art. 24. Het bestuur vergadert minstens eenmaal 's weeks. De regentessen vergaderen mede eenmaal 's weeks en te zamen met het bestuur eenmaal 's maands. Overigens vergaderen het bestuur en de re gentessen, hetzij afzonderlijk, hetzij te zamen, zoo dikwerf de voorzitter zulks noodig acht, of een der leden van het bestuur zulks schrif telijk verlangt. Art. 25. Een reglement van orde en huis houdelijk reglement, wordt door het bestuur ont worpen en aan burgemeester en wethouders ter goedkeuring ingezonden. Art. 26. Jaarlijks in de maand Juli wordt, met de noodige toelichtingen en alle daartoe behoorende bescheiden, de rekening en verant woording over het laatst verloopen dienstjaar en vóór of op den 15 Augustus de begrooting van inkomsten en uitgaven voor het volgend dienstjaar, mede met de noodige toelichting, aan den raad ter goedkeuring en vaststelling ingezonden. Art. 27. Af- en overschrijving op de posten der begrooting of betaling uit de onvoorziene uitgaven, mag niet geschieden, dan na verkre- gene magtiging van den raad. Art. 28. De leden van het bestuur zijn persoon lijk aansprakelijk wegens uitgaven, waardoor het eindcijfer der begrooting of de aangewezene be- grootingspost wordt overschreden, of die op be grotingsposten worden aangewezen, waarmede die uitgaven niet overeenstemmen, tenzij blijke, dat zij tot het bevelen dier uitgaven niet heb ben medegewerkt. Art. 29. Vaste goederen worden niet dan in het openbaar verhuurd, tenzij in bijzondere gevallen en alsdan alleen met machtiging van den raad. Leveringen en herstellingen (kleine uitgezon derd) geschieden in den regel hij aanbesteding. Art. 30. In alle zaken, het gasthuis betref fende en waarvan dit verlangd wordt, dient het bestuur aan burgemeester en wethouders van raad of bericht. OVËRGANGS-BiBALINGEN. Art. 31. De vader en moeder en alle ver dere bedienden van het gasthuis, die thans in betrekking zijn, blijven als zoodanig werkzaam op de tot heden genoten of later vasttestellen belooningen. Art. 32. Deze gewijzigde verordening treedt in werking binnen drie dagen, nadat het bericht van ontvangst der mededeeling van gedeputeerde staten is ingekomen. Zijnde deze verordening naar het voorschrift van art. 6 der wet van 28 Junij 1854 (st.bl. no. 100) aan de Gedeputeerde Staten van Zeeland^

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1873 | | pagina 1