zal geen voortganghebben. BUITENLAND. GEMENGDE BERICHTEN. LIJST VAN VERKOOPIAGEN. BURGERLIJKE STAND GOES. De tegen Donderdag 40 April 1873 geannonceerde publieke verkoop van Meubelen, Herbergiers- en Winkelgereed schappen enz., bij den heer C. M. VAN NOPPEN te Wemeldinge, PUBLIEKE VERKOOPING, op Donderdag 10 April 1873, Op Donderdag 17 April 1873, Op Maandag 21 April 1873, BOEKBEOORDEELING. Er is in de laatste jaren zeker geen uitgave geschied, die meer den naam van volksuitgave verdient, dan die van de Gentttefs gedichten door Gebroeders Kraaij te Amsterdam. De gedichten van de Genestel behooren tot die werken, die men nooit genoeg leest, die ons telkens nieuwe schoonheden te genieten geven, die ons in lust en last als beproefde vrienden terzijde staan. Houdt over 't al- femeen 't Nederlandsche volk niet veel van „verzen1', e gezonde levensopvatting, gepaard aan den diepen blik in 't menschelijk streven, heeft den te vroeg ont slapen volksdichter tot den lieveling gemaakt van allen, die gevoel hebben voor 't waarachtig schoone en goede. Met een gevoel van blijdschap kondigen we dan ook deze goeakoope uitgave aan. De Genestet moet de vriend van arm en rijk worden, en hij zal 't worden, we zijn daarvan verzekerd. 'tVolk dat eenmaal Cats en Tollens eene waardige plaats in de huiskamer ver schafte, mag zeker de Genestet niet buitensluiten, want hij staat in menig opzicht boven hen. Blijkens achterstaande annonce is een tweede druk van dr. Féringa's Democratie en wetenschap verschenen. Onze aanprijzing na de loffelijke getuigenis van mannen als van Vloten, Duymaer van Twist en meer anderen zal wel iets onbeduidends hebben. Toch meenen wij het aan 't gezond verstand en de zelfstandigheid ver schuldigd te zijn een enkel woord over het werk te zeggen. Dr. Féringa is een democraat, een voorstander der volksregeering, en als zoodanig verschillen we met hem van meening. Maar hij is een helder en veelal onpartijdig democraat en vandaar dat we zijn werk met genoegen lazen. Spreekt er in sommige opstellen een soort miskende grootheid, waardoor hem wellicht de pessimistische wijsbegeerte van Schopenhauer lief ge worden is, over 't algemeen zijn de gev\ ichtige politieke en sociale vraagstukken van den dag er zuiver logisch behandeld. Als we overtuigd waren, dat de wereld binnen de eerste honderd jaren alleen door logica te regeeren zou zijn, we zouden volkomen met hem sym- phatiseeren. Evenwel is in dagen als de onze, waarin velen met wat erbarmelijke gezwollenheid of kwetsende Slatheid het publiek meenen te mogen voorlichten, e lezing van zulk een werk een genot en eene be hoefte. Wij bevelen het daarom gaarne aan. 't Behoeft nauwelijks gezegd te worden, dat het lec tuur is voor sterke hersenen. In ons vorig overzicht schreven wijdat de uitzetting van prins Napoleon uit FranKrïjk voor den president der republiek eene bron van veel last en moeielijkheden geworden is. De waarheid daarvan bleek dezer dagen maar al te zeer bg de behandeling van het adres van dien prins en het daarover uitgebracht rapport in de Nationale Vergadering. Het waren de conservatievendie deze gelegenheid hadden aangegrepen, om de Regeering eene nederlaag toe te brengen. De minister Dufaure protesteerde tegen het beweren van een der leden, dat de Regeering prinses Clotilde uit het land zou hebben willen zetten, en verklaarde niet te hebben geweten dat de prinses zich in Frankrijk bevond. Wat de aanwezigheid van prins Napoleon in de nabijheid van Parijs, te midden zijner vrienden betreft, zij werd door de Regeering gevaarlijk geacht, op de gronden, welke de Minister in zjjne rede uitvoerig ontwikkelde. Hij bracht den loop der gebeurtenissen in herinnering feestmaaltijden waren tegen 4daarna tegen 22 Sept. aangekondigd en alles was er op aangelegd om de openbare meening in span ning te brengen naar Savoye en Dauphiné werd heen en weêr gereisd. De prins kwam te Nantes op het oogenblik dat daar wanor delijkheden heerschten; zijne tegenwoordigheid werd door de Nationale Vergadering gevaarlijk geachtdeze toch had het geslacht Bonaparte van den troon vervallen verklaard, doch men stoorde er zich niet aan, en dagelijks kon men de verklaring hooren, dat het keizerrijk slechts geschorst was. Onder dergelijke omstandig heden kanzoo betoogde de Minister verder, prins Napoleon niet met een eenvoudigen bur ger worden gelijk gesteld. Wordt hem vrijheid gegeven om in Frankrijk te reizen dan zou dergelijke vergunning ook aan de keizerin moe ten verleend worden. In de aanneming der motie, door de commissie voorgesteld, ziet de Minister eene berisping voor de Regeering. Ten slotte gaf de Minister nog zijne hooge ver ontwaardiging over den coup d'état van 2 De cember te kennen. Nadat onderscheidene leden als hun gevoe len te kennen gegeven hadden, dat de verval len verklaring van de Bonapartes van den troon nog geen verbanningsdecreet behoefde na zich te sleepen, terwijl de commissie bij haar afkeurend oordeel volhardde, zeide de mi nister van binnenlandsche zaken, dat de re geering de bezwaren van een deel der ver- gadeiing waardeerde, doch de aanneming van het voorstel der commissie wel degelijk als eene berisping zou beschouwen. Deze verklaring bracht eene groote opschud ding in de vergadering te weeg. De zitting werd voor eene poos geschorst, en de minis ters werden omringd door verscheidene leden, die zich op levendige wijze met elkander on derhielden. Ten slotte werd de eenvoudige orde van den dag in omvraag gebracht en met 347 tegen 291 stemmen aangenomen. Deze uitslag, een zege voor Thiers en zijn kabinet, werd door de linkerzijde levendig toegejuicht. Deze uitslag geeft aan de bladen ruime stof voor beschouwingen. »De legitimiteit tracht aan het Bonapar- tisme aangenaam te zijn," zegt de Siècle; »de, door de Nationale Vergadering goedgekeurde, uitzetting van de prinsen eener familie, welke over Frankrijk geregeerd heeft, ontrukt aan de legitimisten een kreet van misnoegen." Wat de Bonapartistische bladen betreft, deze zijn natuurlijk woedend. Een hunner, de Ordre laat zich o. a. uit als volgt: Thiers en zijne ministers hebben slechts met de grootste moeite de meerderheid erlangd, de radicalen moesten de uiterste pogingen doen om de verantwoor delijkheid te dekken van den president, die zich tegen een Napoleon kant. Nog zóó een zege, en de toestand van het provisorium zal door zijne bondgenootschappen zoo ernstig in gevaar zijn gebracht, dat de partij der eerlijke lieden niet meer dan één hulpmiddel tegen de revolutionnairen hebben zal: het rechtstreek- sche beroep op het land." De groote mogendheden moeten, in navol ging van Rusland verklaard hebben, dat zij met Spanje alleen officieuse betrekkingen wil len onderhouden. De Carlisten maken groote vorderingen. Berga is door hen genomen, en hier, even als te Ripoll maakten zij een ruim gebruik van petroleum tot het inbrandsteken der hui zen. Voorts verneemt men nog, dat bij de inneming van Ripoll door Saballs, de Carlisten van petroleum hebben gebruik gemaakt, om zich den toegang tot de kerk van San Edu- aldo te verschaffen, en moet die kerk een prooi der vlammen zijn geworden. Negen ka- rabiniers werden door hen gefussileerd, ofschoon zij zich hadden overgegeven. Don Alfonsus is Ripoll binnengetrokken. Latere telegrammen melden nog het vol gende In de Gaceta is afgekondigd de wet houdende bijeenroeping van de Constituante. Het dagblad van Malaga bericht, dat gewa pende mannen in de huizen zijn binnengedrongen om naar wapenen te zoekeno. a. was dit met de woning van den consul van Italië het geval. Het corps consulair overweegt wat het in deze zaak behoort te doen. De Imparcial erkent, dat de waakzaamheid der Fransche autoriteiten toeneemt. De Carlisten hebben te Berga 500 gevan genen gemaakt. Te Zummarraga is eene militaire opstand in de geboorte gesmoord geworden. In de Union is opgenomen een verward op gesteld bericht, volgens hetwelk een Europeesche interventie in Spanje in de kabinetten wordt voorbereid. De diplomatieke arbeid, vereischt ten gevolge van die tusschenkomstplannen, zou zelfs reeds ver gevorderd zijn. Het doel zou wezen herstel van het koningschap, en drie troon-candidaten zouden voorgesteld worden een Russische prins, een Duitsche prins en een Spaansche prins Alfonsuszoon van koningin Isabella); laatstgenoemde candidaat studeert thans te Weenen en »de bijstand van het bui tenland" zou hem, zoo zegt de Unionreeds verzekerd zijn. Maar van welk buitenland? Overigens noemt het orgaan de bron niet, waar uit het geput heeft. Betreffende het vergaan van het stoomschip At lantic ontving de Pall Mall Gazette het volgend tele gram uit Halifax, gedagteekend van 2 dezer. „De derde stuurman, de heer Brady, kwam alhier aan en rapporteerde dat de Atlantic Dinsdag ten 2 ure na middernacht op Meagher's Head, in Prospect Har bour, stootte. Kapitein Williams was te middernacht naar beneden gegaan, onderstellende dat het vuur van Hamborough op 39 mijlen afstand was, in peiling N. N. W. 't Was duister, maar 'twas niet mistig. Het schip stootte verschillende keeren. De kapitein en de hser Brady begaven zich in allerijl naar het dek en trachtten ae booten los te kappen; zij slaagden er echter slechts in om er een buiten boord te brengen, waarin juist twee vrouwen hadden plaats genomen, toen het volk er op toeschoot en de boot vulde. De stoomboot viel plotseling geheel op zij, zonk eenige minuten nadat zij aan den grond gekomen was, en sleepte de boot met allen die er zich in bevonden, mede. Een deel van 't tuig bleef boven water, door middel waarvan, alsmede door behulp van touwen 250 personen er in slaagden, een klip te bereiken. 750 personen bleven aan boord van het stoomschip achterde meesten bevonden zich in de kooien. Al len kwamen om. Geen enkele vrouw, geen enkel kind werd gered. Zij, die zich op de klip bevonden, brach ten er te nauwernood het leven af; het water steeg zoo hoog, dat allen, die zich op de rots bevonden, ge vaar liepen te verdrinken. Zij werden echter in tijds door een visscherman gered. De eerste stuurman bleef tot het laatste oogen blik aan boord van het stoomschip en verdronk, ter wijl hij in 't tuig zat. Schip en lading zijn totaal verloren. De Atlantic vertrok den 20 Maart met 732 achter- deks passagiers, 32 1ste klasse passagiers en eene be manning van 144 koppen. Men onderstelt, dat het schip schade aan de machine had. Datum. Plaats. 7 Apr. Kruiningen, 9 üosterland, 9 Kruiningen. 10 Waarde, 16 I, Kruiningen, 17 Kruiningen, 18 Oudelande, Voorwerp. Bóeren-Inspan, Verp. hofstede, Afbraak, Woonhuis, Woonhuis, Beestiaal etc., Bouwland, 18 16 21 24 Sloe, (veerhuis) Bóeren-Inspan, Wissenkerke, 3 hofsteden, Wemeldinge, Werktuigen en gereedschappen, Rilland, Woonhuis, Wemeldinge, Inspan, Informatie. Rembges. Bouvin. mr. van Dam. Kakebeeke. Rembges. Kakebeeke. Paardekooper Kakebeeke. A. M. Tak. v. d. Moer. Rembges. Kakebeeke. Paardekooper v. d. Bussche. van 2 tot en met 4 April 1873. Ondertrouwd den 3, Marinus Rijk, 21 j., j. m. met Magdalena Driedijk20 j., j. d. Gehuwd: den 4, Albert van der Flier, 37j., j. rn. met Maria van den Bosch, 30 j., j. d. Geboren den 4Maria Magdalena d. v. Andries Thijsebaard en Blondina Johanna Allart. ADYERTENTIÊIV. Ondertrouwd MARINUS RIJK Goes, met 3 April 1873. MAGDALENA DRIEDIJK. Algemeene kennisgeving. Heden overleed in den ouderdom van vijf weken, mijn jongste Dochtertje ELISABETH JACOBA. Negen dagen slechts mocht zij hare moeder overleven. IJsselstein J. BRUSSE. 1 April 1873. Predikant. Eenige kennisgeving. Van de GELDLEENING ten behoeve der O. L. V. Kerk te Hansweert zijn uitgeloot, de Nos. 33 en Deze aandeelenals mede de vervallen Coupons, zijn van heden af betaalbaar gesteld bij den Penningmeester J. F. van ROMPU. Hansweert, 18 Maart 1873. P. J. KOEKHOVEN, Pres. H. E. iEG. van den BOSCH, Sec. ten overstaan van den Notaris KAKEBEEKE, Mdes namiddags ten 1 ure, in de her berg te Waarde, ten verzoeke van de Weduwe en Erven van C. Gr. IVtoI- lioeli, van een WOONHUIS en ERVE, op den dorpe van Waarde. des morgens ten 10 ure, ten verzoeke van .Joh. van de Grehug-te, op deszelfs hoefje aan den Zanddijk, gemeente Kruiningen, van eenig BEESTIAAL BOUW-, SCHUUR-, STAL- en MELKGEREI en MEUBILAIRE GOEDEREN. des namiddags ten 3 ure, in de herberg te Rilland, voor de Erven van wijlen Jan Jasperse, van een WOONHUIS en ERVE op het dorp van Rilland. Alles bij uitstaande biljetten meer omschreven.

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1873 | | pagina 2