1873. N°. 36. Dinsdag 25 Maart. 603te jaargang.
BEKENDMAKINGEN
van liet Gemeente-bestuur.
AANBESTEDING.
MIDDELBAAR ONDERWIJS.
Vertrek der landmail naar Oost-Indië,
binnenlandsche berichten.
GOESSCHE
COntANT.
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag, Woensdag
en Vrijdag avonduitgezonderd op feestdagen.
Prijs per kwartaal zoo binnen als buiten Goes 1,75.
Afzonderlijke nommers 5 c. met bijblad 10 c.
Gewone advertentiën worden a 10 c. de regel geplaatst.
Geboorte-, huwelijks- en doodberichten met de daarop be
trekking hebbende dankbetuigingen van 18 regels h/l,-
Dienst-aanbiedingen, niet meer dan 4 regels bedragende
en contant betaald, 20, c.
r -
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES
brengeu ter openbare kennis, dat door hen, op Zater
dag den 29 Maart a. s. des namiddags ten 1 ure, in
hunne vergaderkamer ten raadhuize zal getracht wor
den aantebesteden:
lo. de uitvoering van eenige onderhoudswerken
aan de gebouwen bij het Sashet Sas en
de leademuren
2o. de uitvoering van gelijke werken aan de ge
bouwen, riolen, waterleidingen en begraaf
plaats der gemeente;
30. de uitvoering van gelijke werken aan de voor
malige trekkerswoning, staande aan de west
zijde der Haven;
4o. het maken van een heiningmuur langs den
tuin der school 3« klasse.
5o. het schoonmaken van het Raadhuis, de Po
litiewacht en de Leenbank.
Bestek en voorwaarden liggen ter lezing eiken werk
dag van des voormiddags 9 tot des namiddags 2 ure
ter secretarie der gemeente, terwijl de aanwijzing zal
plaats hebben op Woensdag den 26 Maart des mor-
fens ten 7 ure aan het Sas, en na afloop daarvan voor
et derde perceel, en voor de overige perceelen op
Donderdag den 27 Maart des voormiddags ten 9 ure
te beginnen bij het Raadhuis.
Goes, den 12 Maart 1873.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
M. P. BLAAUBEEN.
De Secretaris,
HAitTHAIT.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES
brengen ter algemeene kennis, dat het Overgangs
examen der leerlingen van de Burger
avondschool der 1"" en 3de klasse in het
openbaar sal gehouden worden in het schoolgebouw
op Woensdag den 9 Avril e. k., des namiddags van
13 ure en des avonds vati 6 -V'/, ure; en noodigen
de ouders en betrekkingen der leerlingen err voorin
alle belangstellenden tot bijwoning van dit examen
uit, ter bevordering waarvan dit thans in de namid
dag- en avonduren gehouden zal worden.
Goes, den 22 Maart 1873.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
M. P. BLAAUBEEN.
De Secretaris,
HARTMAN.
POSTERIJEN.
Via MARSEILLE 28 Maart per tweeden
trein naar Roosendaal.
DEN HAAG, 23 Maart 1873.
Ik zou nog met een enkel woord terugkomen op de
herstemming over de conclusie der snikercommissie,
waarover, gelijk bekend is, in de zitting der Tweede
Kamer vaD 12 Maart, de stemmen hadden gestaakt (31
tegen 31) en waarover den 17 de herstemming zou
plaats hebben. De Minister had, gelijk men tevens
weet, die conclusie, eene afkeuring inhoudende van
de nieuwe suikerregeling, zoowel met het oog op de
belangen der schatkist als met opzicht tot de industrie
en de belangen der bevolking, herhaaldelijk en nadruk
kelijk bestreden, niettegenstaande noch deze wet tot
regeling der suiker-cultuur, noch de maatregelen tot
hare uitvoering door hem waren voorgesteld of voor
geschreven. Maar, zoowel het beginsel van solidariteit
tusschen opvolgende Regeeringen, als ook en vooral
de omstandigheid, dat de Kamer, vóór de vaststelling
der wet, bekend was gemaakt met de inzichten en
voornemens van den heer de Waal omtrent de even-
tueele uitvoering, noopten hem de conclusie, die z. i.
eene erge parlementaire blaam inhield, ten sterkste
te ontraden, terwijl bovendien de hoofdpunten der
regeling waren overgegaan in contractuëele verbind-
tenissen, waarop niet eenzijdig mocht worden terug
gekomen.
Minder bezwaar zag hij betrekkelijk in de later ge
wijzigde conclusie van den heer Moens, strekkende
om, zonder eenige afkeuring van het voorledene, voor
de toekomst aantedringen op maatregelen om de goede
uilvoering der wet van 21 Juli 1870 nog zoo veel
mogelijk te verzekeren ofschoon hij er op wees, dat
dan de eerste grief der commissie, ontleend aan de
niet genoegzame beharti^iifg van de belangen der
schatkist, zeer zeker zou vermeerderen; want elke
verhooging van plantloon of van schadeloosstelling-
voor den afstand van gronden door de bevolking,
zou nieuwe opofferingen van de schatkist eischen en dus
den cijns van 81/» millioen nog verminderen.
De meerderheid der Kamer begreep de zaak even
wel anders en nam de afkeurende conclusie der com
missie, welke de Minister verklaard had naast zich
neder te zullen leggen, nu met 34 tegen 24 stemmen
aan. Dit verschil met de eerste stemming is gedeel
telijk te verklaren door het wegblijven van vroegere
tegenstemmers en het opkomen van nieuwe voorstem
mers. Eéne zaak moet tevens niet uit het oog worden
verloren, en de toelichting en de stemlijsten wijzen het
ook uit, namelijk, dat er in de commissie, zoowel als in
de Kamer, eene meerderheid en eene minderheid was,
die zich in het afkeurend oordeel ontmoetten, maar
het eene gedeelte, omdat de wet te liberaal, het andere
omdat zij te weinig liberaal was toegepast. De laat-
sten sloten zich evenwel toch aan bij de afkeurende
conclusie, welke dus van een hybridisch karakter en
voor den Minister van geene praetische waarde is. Ook
de liberalen waren onderling verdeeld, en de zucht van
velen om de heeren de Waal en Mjer nog een veeg te
geven, was onmiskenbaar.
Toch blijft het argument des Ministers-. gij wist
vooraf hoe de uitvoering zou zijn èn wat den cijns èn
wat de schadeloosstelling betreft, in volle kracht, en of
nu de suikerprijzen later bfóifiSend zijn geslagen, zoodat
de fabrikanten oogenblikkelijk meerdere voordeelen trek
ken, waartegen latere mogelijke nadeelen kunnen over
staan, dit kan noch mag van invloed zijn op eenmaal
aangegane contractueele bepalingen. Ik denk dus niet,
dat wij in den eersten tijd veel meer over de eenmaal
plaats gehad hebbende suikerregeling op Java zullen
vernemen, want nu de conclusie Moens door de aanne
ming van de bloot negatieve conclusie der commis-
is vervallen, is ook een aandrang tot het nemen
van nadeie maatregelen voor het vervolg door de
Kamer niet uitgesproken.
Te midden van de weinig opwekkende algemeens
discussie over het zevende voorstel van rechterlijke
organisatie, werd de Kamer Woensdag blijkbaar ver
rast door de circulatie van het bericht omtrent den
uitslag der merkmaardige verkiezing te Leiden. Dat
bericht ging van hand tot hand en een goed op
merker kon den verschillenden indruk er van ge
makkelijk onderkennen.
Maar verrassing was overal, in alle gelederen
merkbaar. Niet zoo zeer nog om den uitslag in 't
algemeen, vermits na het stellen van den R.K. can-
didaat wel nier met grond te denken was, dat reeds
dadelijk een der candidaten de volstrekte meerderheid
zou hebben erlangd, maar wel om het erbarmelijk
figuur, dat de conservatieve candidaat, nu geheel aan
eigen lot overgelaten, bij dit stembusvonnis maakte.
Het was bijna ongeloofelijk, dat graaf Schimmelpen-
ninck, het troetelkind der echte conservatieven, de afgod
van het Dagblad en de vroegere afgevaardigde van
hetzelfde distriet, het niet verder had kunnen bren
gen dan tot 185 stemmen? Vroeger reeds had
de Standaard met groote juistheid en door cijfers ge
staafd aangetoond, dat hetzelfde verschijnsel, datzelfde
vertoon van onmacht en nietigheid in al de distric
ten, waaruit conservatieven afgevaardigd waren, zou
aan den dag komen, zoodra, even als bij de keuze van
liberalen, het stembusgeknutsel zou ophouden en ieder
zijn eigen candidaat zou stellen en stemmen. Dit
is nu op de meest verpletterende wijze door de daad
zaken bevestigd en daaruit volgt tevens, dat, terwijl
liberalen, antirevolutionairen en R. katholieken in meer
der of mindere getalsterkte op eigen beenen kunnen
staan en geene wederzijdsche hulp tegen opoffering van
eigen beginselen behoeven of verlangen, de con
servatieve richting of liever fractie, steeds ronddwa
lende zonder ander beginsel dan haat tegen de libe
ralen, totaal onvermogend is om bij de stembus in
aanmerking te komen, anders dan door de genade
van een of twee andere politieke partijen, waarin zij
zich zal moeten oplossen en waaraan zij zich zal moe
ten vastklampen en onderwerpen, wil zij hare zetels
behouden of nieuwe innemen. Ik behoef dit gezichts
punt zeker niet nader uittewerken, want ook te Goes
weet men er alles vaD. Zoolang men zich onderling
met algemeene besprekingen en vevzekeringen paaide
en zich gaarne wilde doen beschouwen als hoofdele
ment van alle conservatieve neigingen zoo lang de
R.K. partij tevreden was met onvervulde en door de
conservatieven, die toch 1853 niet kunnen uitwis-
scheu, onvervulbare beloften; zoolang de antirevolu
tionairen het gemis aan veerkracht en zelfstandigheid
zóó ver dreven van gewillig in het gareel te loopen
eener woelige, naar het gezag hunkerende, zeer kleine
bewegingspartij, ja zoolang kon en moest het product
der verkiezingen ook in de hoogste mate onzuiver
zijn en was de conservatieve partij in staat om hier
en daar stembustriumfen te verkondigen. Maar zoodra
niet hadden Sianaaard, Maasbode en Tijd het bedrie-
gelijk spel opengelegd en eigene richting gesteld te
genover 't conservatief annexatie-systeem, of daar spat
het stembusvuurwerk uiteen en valt de Graaf van
het ontbindingsministerie als een uitgedoofde vuurpijl
op den onzaebten grond.
Van de herstemming valt nog niets te zeggen.
WanDeer ook de R. K., om den liberalen candidaat
te weren den anti-revolutionairen mochten stemmen,
hoe fel zij ook op den waren calvinist gebeten zijn als
het meest gekant tegen „Paapsehe stoutheid en ul-
tramontaansche aanmatiging, „toch zou dan in de Kamer
komen een man van beginselen en op koloniaal ge
bied, een geestverwant van Keuchenius. Intusschen,
de liberale partij nu reeds tegen drie combinatiën
in de herstemming met het meeste aantal stemmen,
zitte niet stil en versterke zoo mogelijk bij trouwer
opkoulst haar getal zelfstandige, gelijkdenkende kiezers,
zonder iemand nateloopen \>f naar dé oogen te zien.
Het eenige belangrijke resultaat, bij het langwjjlig
debat over de rechterlijke organisatie verkregen, is
zeer zeker, dat van Zaterdagmiddag, toen alle amen
dementen, hetzij om provinciale hoven met gewijzigde
attributen of raden van justitie tusschen de Rechtbanken
en den Hoogen Raad te plaatsen, met beduidende min
derheid werden verworpen en bet art. 1 de" .--6eerings
voordracht met 46 tegen 28 onveranderd werd aange
nomen, bepalende, dat de rechtsmacht in burgerlijke en
strafzaken wordt uito-™efend door kantongerechten, ar-
rnndb-einents rechtbanken en den hoogen raad, behou
dens de gevallen, waarin bij bizondere wetten een an
dere rechter is aangewezen. Ware het amendement-va»
Lijnden tot opname van gerechtshoven aangenomen of art.
1 der regeeringsvoordracht verworpen, de poging om
eene nieuwe rechterlijke organisatie tot stand, te brengen
ware op nieuw mislukt, want in beide gevallen was
het hoofdbeginsel van het ontwerp veroordeeld en kon
de Minister daar uiet meer op voortarbeiden. In
tusschen komen er nog andere epineuse quaes tien,
waarover later.
GOES, 24 Maart 1873.
In de zitting der Tweede Kamer van
Vrijdag is o. a. ingekomen een wetsontwerp
tot aanleg van spoorwegen voor rekening van
den staat en wel bepaaldelijk van Arnhem naar
Nijmegen en van Zevenbergen naar Zwaluwe.
Deze laatste lijn staat in verband met den
aankoop van de lijn RoosendaalZevenbergen,
ten einde daardoor den kortsten weg van lis-
singen naar Rotterdam te verkrijgen.
In de zitting der Tweede Kamer van
Zaterdag is na verwerping der amendementen
artikel 1 van bet wetsontwerp tot rechterlijke or
ganisatie aangenomen met 46 tegen 28 stemmen.
(Per Telegraaf.) In de zitting der Tweede
Kamer van heden beeft de heer van Zuijlen
verlof gevraagd en bekomen om de Regeeving
op nader te bepalen dag te interpelleeren over
de aanschrijving van den Minister van Oorlog,
wegens bet toelaten van godsdienstleeraars in
militaire zieken-inrichtingen. De discussie over
de rechterlijke organisatie liep alleen over ar
tikel 3 en de daarop voorgestelde amendemen
ten de discussie daarover is niet algeloopen.