1873. N°. 15. Dinsdag 4 Februari. 60ste jaargang. NATIONALE MILITIE. Vertrek der landmail naar Oosi-Indie, De nieuwe onderhandeling met België. GOESSCHE De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag, Woensdag en Vrijdag avond uitgezonderd op feestdagen. Prijs per kwartaal zoo binnen als buiten Goes f 1,75. Afzonderlijke nommers 5 c. met bijblad 10 c. COURANT. Gewone advertentiën worden a 10 c. de regel geplaatst. Geboorte-, huwelijks- en doodberichten met de daarop be trekking hebbende dankbetuigingen van 1—8 regels h 1,- Dienst-aanbiedingen, niet meer dan 4 regels bedragende en contant betaald20, c. Aan onze abonnés, die hun abonnement over het afgeloopen jaar nog niet hebben voldaan, verzoeken we beleefdelijk ons dat bedrag voor den 15 dezer maand te voldoen. Na dien datum zal door ons over het niet voldane per post-quitantie worden beschikt. DE UITGEVERS. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES verwittigen den ingeschrevenen voor de Nationale Mi litie van den jare 1872 voor de lichting van 1873 voor de eerste maal, dat de LOi 8 SI 4* der personen, die aan de lichting van dit jaar moeten deelnemen, is bepaald op WOENSDAG DEN 19 EEBRUARI 1873, des voormiddags ten tl1/, ure, te Goes, in de groote rechtzaal op het Raadhuis. En worden diegenen, die redenen van vrijstelling hebben, opgeroepen, om op Woensdag den 12 te voren des namiddags ten 1 ure, te verschijnen ter secreta rie der gemeente, tot opmaking van de getuigschrif ten voor de vrijstelling wegens broederdienst of als eenige wettige zoon gevorderd; terwijl de lotelingen of hunne ouders verplicht zijn te gelijkertijd de be wijzen van broederdienst bij den burgemeester over te'leggen. Goes, den 1 Februari 1873. Burgemeester en Wethouders voornoemd, M. P. BLAAUBEEN. De Secretaris, HARTMAN. POSTERIJEN. Via TRIEST 4 Februari per laatsten trein naar Roosendaal. Via BRINDISI 7 Februari per tweeden trein naar Roosendaal. Via DEN HELDER, meteen stoomschip der maatschappij Nederland, 8 Februari per tweeden trein naar Roosendaal. pgy 1 -~ÜJ^*e* De bladen hebben in den jongsten tijd mel ding gemaakt van eenige schikkingen, die onze regeering met België voorloopig beeft getroffen. Indien bet opgaat, dat eene overeenkomst tus- schen twee Rijken juist dan billijk is, wanneer zich in beide Rijken stemmen verheffen, die meenen, dat hun eigen land is benadeeld, dan mag voorzeker op deze overeenkomst wel het zegel der billijkheid worden gezet. Immers de Belgische bladen bevatten voort durend grieven tegen het traetaat. Zij beschul digen hunne regeering van liet nationaal belang en de nationale waardigheid tekort gedaan te hebben. Mogen nu die klachten al overdreven zijn, zij leveren toch 't bewijs, dat men in België van de voordeelen door Nederland bij dit trae taat bedongen overtuigd, schijnt. Zonderling is het dan ook, wij zeggen niet in de conserva tieve bladen, maar in sommige liberale bladen van ons land te lezen, dat ook Nederland bij deze zaak benadeeld zou zijn. Wij zijn van een ander gevoelen. De Belgische spoorwegmaatschappij „le Grand Central Beige," zal een lijn van Antwerpen naar Gladbach aanleggen, om Antwerpen alzoo direct met Duitsehland te verbinden. Deze lijn moet over Nederlandsch grondge bied, namelijk over een gedeelte van Limburg. Er moest dus concessie gevraagd worden. Het valt niet te ontkennen, dat deze lijn voor België van groot belang, en voor de handels betrekkingen van Antwerpen in 't bizonder zeer gewenscht is, doch vergissen wij ons niet, dan kon, volgens de bestaande tractaten, deze con cessie niet worden geweigerd. Maar men zal toch bqvendien niet verwach ten, dat bij eene schikkinjtuisschen twee Rijken al het voordeel aan de Sine zijde komt; en 't zou geheel in strijd zijn geweest met den geest des tijds en zeker van een zeer bekrom pen handels-naijver hebben getuigd, zoo Neder land die concessie geweigerd had; te meer omdat die lijn, naar onze meening, niet zooveel schade aan onze zuiderlijn zal doen als som migen doen voorkomen. Vlissingen toch heeft boven Antwerpen zijne directe gemeenschap met de zee voor; en zoo slechts de belemmeringen, die thans op onze zuiderlijn bestaan, worden opgeheven, dan zal Vlissiqgen de concurrentie van Antwerpen niet te vreezen hebben, maai de als door de natuur aangewezen weg zijn om de beide halfronden te verbinden. Eu juist de opheffing dier belemmeringen zal uit liet thans aanhangig traetaat volgen, gelijk we straks zullen zien. Als vergoeding voor deze concessie krijgt Nederland de opheffing van den surtaxe op Nederlandsch gedistilleerd en de kapitalisatie van de onvervreemdbare rente, die België volgens traetaat van 5 November 1842 jaarlijks aan Nederland moet betalen. Volgens traetaat van 1863 mocht België als inkomend recht van Nederl. gedistilleerd niet meer heffen dan 47.50 per H. L. van 50 graden sterkte r- In 1870 verhoogde Belgie de belasting op zijn eigen gedistilleerd, en de billijkheid eisohte, dat ook 't Nederlandsche verhoogd werd. Het traetaat werd daardoor een doode letter. Belgie verhoogde 't Nederlandsche gedistilleerd weêr zooveel, dat 't nagenoeg dezelfde verhouding tot het Belgische had, als bij het bovengenoemd traetaat. Daaronder leed natuurlijk de concur rentie. Thans staat 't Nederlandsche gedistilleerd gelijk met 't Belgische; en - moge het al geen milde bron zijn - eene nieuwe bron van inkomsten is ons weder geopend. Het tweede punt der vergoeding is evenwel van meer belang en daarom de doorn in het oog der Belgische bladen. Gelijk wij reeds zeiden, was bij het traetaat van 5 Nov. 1842 bepaald, dat Belgie jaar lijks aan Nederland zou betalen eene rente van 4 ton, voor kosten in 't belang van Belgie op ons grondgebied gemaakt of te maken. Nu is eene finaneiëele betrekking als deze altijd nadeelig voor twee onderling onafhankelijke Rijken, afgescheiden nog van de voorwendselen, die Belgie vroeg of laat zou kunnen gebruiken, om de rente geheel of gedeeltelijk intehouden. Eene kapitalisatie in eens doet alle mogelijke voorwendselen ophouden, en 'tis onze regeering gelukt deze bij dit traetaat te bedingen. Als maatstaf heeft men blijkbaar aangelegd den stand der 4 Ned. werk. schuld, waar van de koers tijdens de onderhandelingen 89 was. Immers vertegenwoordigt 4 rente 89 kapitaal, dan vertegenwoordigen 1000.00 x ƒ4 rente ook 100000 x 89 of 89000000 kapitaal. Nu zou men kunnen zeggende koers dei- Belgische fondsen is hooger, we hadden dus meer moeten ontvangen. Wij merken hierbij echter op, dat zoo Nederland de 4 Ned. werk. schuld thans wilde inkoopen, haar dit bij den tegenwoordigen stand der fondsen tegen den koers 89 wel gelukken zou, en we alzoo eene verlichting van ƒ8900000 staatsschuld zouden kunnen bekomen. Yoor het groote zedelijke voor deel, dat wij door de kapitalisatie der rente genieten, hebben we dus geen verlies van ka pitaal. En bedenken we wel, dat de Staat geen handelaar is. De Regeering heeft echter het kapitaal voor een ander doel bestemd en 't is dit gevolg der onderhandeling, dat naar onze meening de kroon zet op het werk en het traetaat begeerlijk doet zijn voor Nederland. Een gedeelte der som (7'/« millioen) is be stemd om de lijnen Roosendaal—Moerdijk, en RoosendaalBreda aftekoopen van den Grand Centraal Beige. Inzonderheid déze schikking, hoewel ze niet getroffen wordt met de Belgische regeering, maar met eene Belgische Spoorweg-maatschappij, is voor Nederland van groot belang. Nog altijdwij wezen er reeds vroeger op, waren wij verstoken van eene aansluiting der lijnen van Vlissingen naar Rotterdam en naar Venlo. En tot hoeveel ongemak en tijdverlies dit aanleiding geeft, hebben we herhaaldelijk uit eengezet en is bekend genoeg. Daarenboven is voor de toekomst van Vlis singen een directe verbinding met Duitsehland door een Nederlandsche lijn eene levensquaes- tie. Het laat zich toch uit den aard der zaak begrijpen, dat de Belgische maatschappijdie de lijnen RoosendaalBreda en Roosendaal Moerdijk in handen heeftandere belangen te behartigen heeft, dan die van Nederland. Men vergete verder niet, dat deze lijnen juist uit België hun uitgangspunt hebben en dat het tot eiken prijs gewenscht is, op dat gedeelte van ons land den vreemdeling door eigen te vervangen. Dat de kosten daarvoor hoog zouden zijn spreekt van zelf, en 't is de vraag of de Bel gische maatschappij ooit dat recht uit hare han den zou gegeven hebben, indien ze niet op an dere wijzedoor de concessie naar Gladbach in haar belang eeuigszins kon voorzien. En nu moge men zeggendat de prijs van 7 millioen veel t.e hoog is, en men moge er op wijzendat een nieuwe lijn Roosendaal 'Terheijden naar het staatsspoor, zoo als dit in 't vorige jaar door de besturen van verschillende gemeenten in Zeeland en ook door ons is voor gesteld niet eens de helft van dien prijs zou beloopen hebbenmen moet daarbij niet ver geten dat dan nog altijd de „Grand Central Beige" in ons land zou blijven bestaan, en dus de vreemde concurrent in ons eigen land meester van den kortsten weg zou gebleven zijn. 't Is waar wij hebben nog weinig redenen tot te vredenheid over de directie der staatsspoorwegen, maar hierin is reeds eenige verandering gekomen en we vertrouwen, dat, wanneer eenmaal ons spoor niet meer afhankelijk zal zijn van eene vreemde directie, de grootste moeielijkheden zul len opgeheven zijn. Bovendien bestaat, als we wel geïnformeerd zijnhet plan om voor 't resteerende millioen der kapitalisatie een lijntje aan te leggen van Zevenbergen naar Zwaluwe, waardoor eene nog veel Kortere verbinding van België en Zeeland met Holland in 't leven wordt geroepen. Im mers komt men dan door eene korte verbinding- van uit de lijn RoosendaalMoerdijk, bij Ze venbergen, naar de lijn Breda—Dordt, bij Zwa luwe, omniddelijk op deze laatste lijn en daar door schijnt de tijd niet meer ver, dat men van Vlissingen in 4 uren, van Antwerpen en Goes in 3 uren tijds te Rotterdam kan zijn. Een en ander gevoegd bii het onbetwistbaar algemeen voordeel der directe verbinding van Vlissingen, als handelshaven, met Oost en Noord, doet ons een gunstig oordeel vellen over de aanhangige onderhandeling Wij vatten onze beschouwing aldus samen.

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1873 | | pagina 1