1873. N°. 14. Zaterdag 1 Februari. 603te jaargang. BINNENLANDSCHE BERICHTEN. GOESSCHE De uitgave dezer Courant geschiedt Maakdag, Woeksdag en Vrijdag avonduitgezonderd op feestdagen. Prijs per kwartaal zoo binnen als buiten Goes ƒ1,75. Afzonderlijke nommers 5 c. met bijblad 10 c. COURANT. Gewone advertentiën worden a 10 c. de regel geplaatst. Geboorte-, huwelijks- en doodberichten met de daarop be trekking hebbende dankbetuigingen van 1— 8regels-h/1,- Dienst-aanbiedingen, niet meer dan 4 regels bedragende en contant betaald, 20tc. Advertentiën voor dit blad worden voor ROTTERDAM aangenomen door het algemeen advertentie-bureau van NIJGH V. DITMAR, Wijnstraat Rotterdam, Voor DUITSCHLAND door de heeren HAASENSTEIN VOGLER, te Hamburg De inzending van advertentiën kan geschieden op den dag der uitgave tot twee ure, des namiddags. Stukken, welke men als ingezondenwenscht opgenomen, moeten uiterlijk den vorigen dag aan het bureau bezorgd zijn. ■i GÓES, 31 Januari 1873. De buitengewone vergadering der Pro vinciale Staten van Zeeland is Dinsdagavond geopend. 27 leden waren tegenwoordig. Onder de werkzaamheden voor deze verga dering, die we vroeger reeds meedeelden, be hoorden ook, onder punt 3, de bedenkingen gerezen tegen het den 8 November 1872 vast gesteld algemeen reglement voor de polders of waterschappen in Zeeland, bedenkingen, die in de dagbladen van alle zijden besproken zijn. Het voorstel dienaangaande van Gedeputeerde Staten benevens een adres van Belgische grondeige naars, houdende bezwaar tegen genoemd re glement is naar de afdeelingen gezondenom in de volgende zitting, die gisteren gehouden is, behandeld te worden. Nog waren ingekomen adressen van de maat schappij van landbouw en veeteelt in Zeeland, van de heeren SnoepMeulblok en van Leeuwen grondeigenaars ofvracbtrijders in Noord Beve land, enz., tegen het reglement op het gebruik en de instandhouding der kunstwegen en wel meer bepaaldelijk tegen het voorschrift omtrent de breede velgen. De gisterennamiddag gehouden zitting werd door 35 leden bijgewoond. In de eerste plaats werd behandeld het ont werp bizonder reglement voor den polder Nieuw Netten, dat met algemeene stemmen onveran derd is goedgekeurd. Vervolgens was aan de orde het voorstel van Gedeputeerde Staten tot wijziging van het reglement op de kunstwegen. De bedenkingen in het algemeen verslag der afdeelingen omtrent deze aangelegenheid hebben Gedeputeerde Sta ten echter geleid tot het terugnemen van hun voorstel, en tevens om aan de Provinciale Staten voor te stellen, het reeds vastgestelde reglement intetrekken, met de bedoeling, dat Gedepu teerde Staten verder zullen overwegen öf, en zoo ja, welke middelen gevonden zullen kun nen worden ter voorziening in de behoefte tot instandhouding der kunstwegen. Dit voorstel werd bij acclamatie aangenomenwaardoor dus ook de bepaling omtrent de breede velgen vervallen is. Daarna kwam in beraadslaging het voorstel van Gedeputeerde Staten aangaande het alge meen reglement voor de polders of water schappen in Zeeland. Het resultaat hiervan is: 1°. dat met 25 tegen 10 stemmen is aan genomen het voorstel van Gedeputeerde Staten, om niet toetegeven aan het bezwaar van den Minister van Binnenlandsche zaken ten aanzien van de weglating van art. 92 van het oor spronkelijk ontwerp, waarbij aan de vergade ring vau ingelanden de bevoegdheid werd toegekend tot het vaststellen van keuren of policieverordeniugen op de werkenen 2" dat met 27 tegen 8 stemmen is aangenomen een amendement van den heer van Eek, waardoor is weggenomen de bij art. 64 gestelde eisch, dat de gemachtigden van ingelanden ter ver gadering Nederlanders moeten zijn, zoodat in dit opzicht aan het bezwaar van den minisfer is tegemoet gekomen. Ten slotte is bepaald, dat het reglement den 1 Maart a. s. in werking treedt, waarna deze buitengewone zitting der Staten door den voorzitter in naaui des Kouings gesloten is. Yoor den dienst van den waterstaat en de burgerlijke openbare werken in Nederlandscb Indië zijn benoodigd vijftien praktisch ervaren opzichters 3e klasse. Deskundigen, die genegen zijn zich op den voetonder genot der voordeelenen onder de verplichtingen omschreven in de Koninkl. besluiten van 26 Dec. 1864no. 70en 28 Sept. 1865, no. 37, als opz. 3e kl. bij den waterstaat en de burgerlijke openbare werken in Ned. Indië te verbinden kunnen zich tot en met ultimo Febr. 1873 tot het deelnemen aan een vergelijkend examen bij gezegeld re quest tot het Depart, van Kol. wenden, onder overlegging van a. een bewijs van zedelijk gedrag, afgegeven na dagteekening dezer bekendmakingdoor Burgem. en Weth. der gemeente van inwoning van den verzoeker b. een door den Commissaris des Konings in de betrokken provincie afgegeven certificaat van voldoening aan de w.at op de nationale militie e. bewijzen van bekwaamheid. De belanghebbenden behooren zich op nader aan hen op te geven tijd en plaats te onder werpen aan het examen, waarvan het programma in de Staats-Ct. is medegedeeld, af te nemen door eene door den Minister van Koloniën te be noemen commissie. Bij gelijke geschiktheid wordt de voorkeur gegeven aan ongehuwdeu. Op de lijst van den staat en de opbrengst der Rijkstelegraaf kantoren in Nederland, vervat in de Staatscourant, borat het kantoor van Goes voor onder degene, die gedurende 't jaar 1872 meer dan 1500 en minder dan ƒ2000 hebben opgebracht. Meer dan 3000 en minder dan 5000 bedroegen de ontvangsten te Middelburg en te Ylissingen, meer dan 2500 en minder dan 3000 die te Zierikzee, meer dan 400 en minder dan ƒ700 die te Hansweert, terwijl de opbrengsten te Tholen tusschen de 100 en 400 beliepen. Zooals men weet, heeft de Nederlandsche regeering voor eetiigen tijd eene commissie be noemd, belast met het onderzoek der vraag, wat aan Nederland te doen stond met betrek king tot liet muntstelsel en vooral tegenover Duitschland, dat tot de invoering van den gou den standaard, heeft besloten. Indien wij wel zijn ingelicht en we mee- nen dit te zijn dan heeft die commissie thans aan de Regeering voorgesteld de aanneming van den dubbelen standaard en zulks met het oog op de behoeften van Oost-Indië, waarvoor de gouden standaard minder dan de zilveren ge schikt wordt geacht. Het laat zich verwachten, dat het Gouver nement zich met dit voorstel der commissie zal vereenigen. Haagsche Nieuwsbode). In ons vorig nummer maakten we ge wag van de moedige" daad eener jonge dame ter dezer stede, waardoor een groot ongeluk werd voorkomen. Thans bericht men ons, dat ook een der klerken van den vader der dame en de andere dienstmaagd zich bij die gele genheid onverschrokken hebben gedragen. Den 8 Februari zal te Middelburg onder de leiding van den heer G. Keijzer, leeraar in de gymnastiek aan de Rijks hoogere burger school en aan de geineeteschool, met mede werking van eenige heeren uit België, een turn- feest gegeven worden, waarvan de opbrengst zal strekken voor de noodlijdenden door den watersnood te Gent. Betreffende de komst van Behagel in den Haag Wordt van daar nog het volgende gemeld Niettegenstaande alles zoo stil mogelijk plaats had, was er toch in een oogenblik eene grootè menigte op het plankier van het spoorweg station aanwezig. De verdachte liep tusschen de twee inspecteurs; evenwel niet geboeid, maar een hunner hield voorzichtigheidshalve de slip vast van het jasje van Behagel. Te oord elen naar zijn uitzicht is hij om streeks 40 jaren. Het is een persoon, klein van gestaltehij draagt een zwarten knevel en was bij zijne aankomst in het zwart gestoken; zijn hoofddeksel bestond uit een ronden cas toren hoed, terwijl hij .een wit linnen kraagje en manchetten droeg. Aan den uitersten rechtervleugel van het station stond een gewone vigilante gereed, waarmede Behagel naar het huis van arrest werd overgebracht. Yandaar dat men hem ge durende den tijd, verloopen tusschen het af stappen uit den trein en de overbrenging naar het rijtuig, duidelijk kon gadeslaan. Behagel is niet door de Belgische aan de Nederlandsche Regeering uitgeleverd, naar het schijnt, omdat het uitleveringstractpat met Bel- gie, voor uitlevering van één persoon althans, een bevel tot terechtstelling eischt, maar hij is wegens landlooperij door de Belgische poli tie aangehouden, naar de Nederlandsche gren zen vervoerd en aldaar door de Nederlandsche politie-beambten gearresteerd en vervolgens on der geleide verder naar hier gebracht. Met zekerheid verneemt men nog, dat de uitlevering van Verlind, den derden verdachte van medeplichtigheid aan den dubbelen moord, door de Regeering der Fransche Republiek is toegestaan en de daarbij in acht te nemen for maliteiten zoo goed als vervuld zijn, zoodat aan de overbrenging van den verdachte niets meer in in den weg staat en hij dus spoedig kan worden verwacht. In een artikel van De Ned. Industrieel over „kleingeestigheden7' der administratie, wordt melding gemaakt van de declaratie van een aannemer, die twee maanden in onder zoek bleef, en toen van de Rekenkamer met een zoogenaamde »remarque" terugkwam, hierin bestaande, dat de man een halven cent had uitgetrokken voor 60/i>o cent, terwijl een zeker speciaal reglement moet voorschrijven, dat er eerst dan een halve cent wordt vergoed als blijkt 76/i'o cent verschuldigd te zijn. Dit geval is, dunkt ons, een les voor ande ren, om op »de kleintjes" te passen. In de „losse gedachten van de Haagsche Nieuwsbodekomt 't volgende voor: »De werklieden vragen onophoudelijk hoo- ger loon en dikwijls hebben ze gelijk. Gelukkig is daartegenover het verschijnsel, dat vele werkbazen, o. a. nu ook te Utrecht,

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1873 | | pagina 1