BUITENLAND.
sluit tot nadere decisie niet zal worden ten
uitvoer gelegd.
De questieuse zaak zal dezer dagen door de
Synodale Commissie te 's-Hage worden behan
deld.
Men schrijft uit 's Gravenhage, dd. 5
Januari
Eergisteren, Zaterdag, zijn de te dezer stede
in de laatste dagen gepleegde inbraken, of
pogingen daartoe, wederom met één vermeer
derd. Thans gebeurde dit, tot verbazing van
iedereen, in een der drukste gedeelten dezer
stad, namelijk op den hoek van de Houtstraat
en Kalverstraat, in den goud- en zilversmids
winkel van den heer K., tevens horlogemaker.
De dag had nauwelijks voor den avond plaats
gemaakt, toen drie manspersonen, geen Hage
naars, de winkelruit met een scherp voorwerp
uitsneden, om zoodoende de daarachter ge
plaatste zilveren voorwerpen weg te nemen.
De winkelier, inmiddels gedruisch hoorende,
ging in den winkel, om daarnaar te onder
zoeken en zag toen, dat de drie personen bezig
waren met het wegnemen van zilveren voor
werpen, bestaande in lepels.
Terstond snelde hij door een achterdeur zijn
huis uit en pakte de dieven stevig bij den
kraag, en gaf ze, door omstanders bijgestaan,
aan de politie over, die ze naar het commis
sariaat bracht, dat slechts een honderd schre
den van den winkel verwijderd is. V;>n daar
dat de diefstal al zeer brutaal is te noemen.
Men schrijft uit Zwollerkerspel van 4 Jan.
De gezamenlijke steenfabrikanten aan den
Gelderschen IJsel hebben met lo. Januari dezes
jaars de prijzen der steen met 1 per duizend
verhoogd. De reden hiervoor is niet alleen
gelegen in de verhoogde dagloonen, maar vooral
ook in de groote vraag naar steen voor de
vele publieke werken en den particulieren
aanbouw. Vóór een zestal jaren, toen de turf
duurder was dan nu, gold de steen wel 4
de duizend minder.
Men schrijft uit Limburg aan het Hbl.
»Het overigden van den inspecteur-generaal
P. Motké wordt als een treurmare in Limburg
vernomen. Te Thorn nabij Roermond van ne
derige doch fatsoenlijke ouders geboren, was
Limburg terecht trotsch op den zoon zijner
volksklassse, die door eigenkunde en werk
zaamheid den hoogsten rang in 's rijks admi
nistratie bekleedde. De heer Motké, die gaarne
in onze provincie vertoefde, was er algemeen
bemind en hooggeschat, niet alleen voor me
nigvuldige diensten, die hij met onverander
lijke bereidwilligheid aan zijne vrienden en
kennissen bewees, maar ook om zijn open en
oprecht karakter. De nederigheid, die hem
steeds eigen bleef, had hem tot een der po
pulairste mannen van Limburg gemaakt,"
In zijn literarisch jaaroverzicht zegt Daily
News van de Nederlandsche letterkunde, na
aangemerkt te hebben, dat men daarvan in
Engeland veel te weinig werk maakt, dat de
letterkundige werkzaamheid der Nederlanders
dat jaar meer dan ooit haar neiging heeft ge
toond om zich te bewegen in theologische rich
ting. In het Atheneum legt de heer von Hell-
wald, bij het bespreken onzer letterkunde, haar
eveneens groote eenzijdigheid ten laste. The
ologische en historische literatuur bloeiden in
het afgeloopen jaar.
Terwijl in Europa de weersgesteldheid
buitengewoon zacht is, heerscht in Noord-
Amerika thans een strenge koude. Uit Chi
cago wordt gemeld, dat de thermometer aldaar
Woensdagmorgen 44 graden onder nul tee-
kende.
Aan het Mailoverzicht van de Locomotief
van 22 Nov. ontleenen wij het volgende
De Regeering heeft naar aanleiding van het
in de dagbladen opgenomen berichtdat op
zeer vele plaatsen van Java binnen kort rijst-
gebrek te voorzien isden hoofden van ge
westelijk bestuur aangeschreventer zake de
noodige inlichtingen te verschaffen. Die in
lichtingen komen hoofdzakelijk hierop neer
dat vooralsnog geen gebrek te vreezen is."
De bevolking zal het, niettegenstaande die of-
ficieele verklaring, zeer hard te verantwoorden
hebben. De rijst 1ste soort kost hier thans
reeds 12,de 2de soort 10, en de slechtste,
die op de markt te krijgen is, wordt graag voor
8,50 gekocht.
Voortdurend hebben op Ambarawa aard
schokken plaats. Het laatste bericht, daarom
trent ontvangen, is gedateerd den 17 November.
De troepen hebben echter de beneden-lokalen
der vesting reeds weer betrokken.
De Delische expeditie is afgeloopen. De
troepen zijn, op de helft van het 9 bataillon
na, den 10 November te Batavia gedebarqueerd
en daar met zeer veel geestdrift ontvangen.
De expeditie naar Mandhar (Balangnipa)
gaat met zeer weinig bloedstorting gepaard.
De bevolking van het zoogenoemde vijandelijke
land geeft alle teekenen van welwillendheid
jegens de Regeering, en verlangt niets ster
ker dan onder het Nederlandsche gezag te
worden gesteld. Alle weerspannige hoofden
hebben zich reeds onderworpen. De eenige te
genstander van belang blijft zekere Madaria
Kapedie zich tot hoofd heeft opgeworpen,
en bij de bevolking uit vrees gehoorzaamheid
vond: een tyran, een opium-schuiver en een
menschenroover. Hij is nu voortvluchtig in
een der naburige staatjes.
Het comité der spoorwegmaatschappij hoopt
in het begin van December, met het leg
gen der railstot het station Toentang ge
reed te zijn, en in Januari tot Willem I. Wij
geven echter beleefdelijk in overweging om de
champagne, die bij de opening der lijn tot
Willem I geplengd" moet worden, niet vóór
December uit Europa te ontbiedenmen be
spaart dan renteverlies en is toch nog tijdig
voor het feest gereed.
Uit Riouw ontvangen wij een hoogst
belangrijke tijding welke ons door een ge
loofwaardig persoon is toegezonden, doch welke
wij desniettemin niet dan onder reserve mee-
nen te moeten plaatsen.
Ziehier wat men ons schrijft:
Van goeder hand vernemen wij, dat de le.
sultan van Atsjin dezer dagen door eenige ge
zanten het Nederlansch-Indische Gouvernement
heeft doen verzoeken, om het oppergezag over
Atsjin en onderhoorigheden te aanvaarden.
Is dat bericht juist en geeft de regeering
aan het verzoek gehoor, dan is het zeer te
wenschen, dat den, sultan het denkbeeld be
nomen worde, dat de bescherming der »Com-
panie" hem de vrijheid geeft, om de mindere,
thans nog welgestelde hoofden broodeloos te
maken. De herinnering aan de expeditie naar
Deli, die schatten gekost heeft, kan der re
geering bij deze aangelegenheid groote en goede
diensten bewijzen.
BENOEMINGEN ex BESLUITEN.
Z. M. heeft den heer P. J. van der Mandere benoemd
tot burgemeester der gemeente Kapelle.
Z. M. heeft benoemd tot rechter-plaatsverv. in de
arrond.-rechtb. te Middelburg mr. A. J. van Deinse,
advocaat aldaar.
KERKELIJKE ZAKEN ONDERWIJS.
Beroepen te Benthuizen ds. M. M. de Lint te Kat-
tendijke.
Ds. G. Janszoon Noomen, pred. te Bruinisse, die
den 27 Dec. jl. te Kruiningen beroepen werd, is tevens
beroepen te Hellevoetsluis en te Loosduinen, en ont
ving dezer dagen nog eene toezegging van beroep
naar Ouddorp.
In de vacature te Zoutelande, welke reeds den 5
Dec. 1869 ontstond, is nu beroepen ds. Cornelis ter SpilU
pred. te Akker- en Murwerwoude (cl. Dokkum).
In de Nederl. Hery. kerk zijn thans 162 vacante
predikants-plaatsen, waarvoor slechts 33 candidaten
beschikbaar zijn, na aftrek namelijk van de heeren, die
aan gymnasiën of Hoogere Burgerscholen geplaatst
zijn, terwijl van die 33 nog 4 tot de Waalsche com
missie behooren.
De R. Katholieken in Nederland worden doorgaans
gerekend 2/5 deel der bevolking uit te maken. Bij
nauwkeurige berekening is hun aantal evenwel slechts
ruim 1/3 deel.
Bij Kon. besluit is dr. J. Bosscha Jr., met ingang
van den lsten Februari e. k., benoemd tot hoogleer
aar aan de Polytechnische school te Delft, en is hem
eervol ontslag verleend als inspecteur van het mid
delbaar onderwijs, met dankbetuiging voor de in die
betrekking bewezen diensten. Voorts is tot inspecteur
van het middelbaar onderwijs benoemd de hoogleer
aar di1. M. Salverdra, met toekenning van eervol ont
slag al9 inspecteur van het lager onderwijs in de pro
vincie Utrecht.
Waar wij aan den overwinnaar van 1870 en
1871 een eerste plaats verleenden in ons over
zicht van het vorige jaar, geschiedde dit zonder
eenige bedoeling, en om dit te bewijzen laten
wij dadelijk den overwonneling volgen.
Frankrijk had den vrede met Duitschland
gesloten, en ofschoon tot een bitter duren prijs,
(een bloedprijs mocht het wel geheeten wor
den) hadden Frankrijks burgers toch nog niet
genoeg wijsheid opgedaan; want met den vrede
van buiten was de vrede van binnen niet we
dergekeerd. Hadden Duitschlands krijgers met
een zekere Schadenfreude gezien, hoe de zo
nen van hetzelfde Vaderland elkander in de
hoofdstad des rijks vermoordden, en brand en
plundering de sterke toonen in het treurig
accoord van de eerste maanden der republiek
waren, die toonen maakten plaats voor an
dere, niet minder dissoneerend, die zoowel het
gehoor als het gevoel pijnlijk aandeden: party-
twistpartyhaat, partijwoede. Te vergeefs
trachtte Thiers de politieke stormen te bezwe
ren; wat hij vermocht, was de vernielende
werking voor een oogenblik te verhoeden. Niet
alleen, dat de republiek in hare wording te
worstelen had met de aanhangers van de
Bourbons, de Orleanisten, de begunstigden van
het tweede keizerrijk, maar zelfs van de re
publikeinen werd menig hard woord, menige
daad vernomen, die een minder vaderlandlievend
hart dan dat van Thiers zou doen bezwijken.
Wij herinneren alleen aan de onhandige vriend
schap van Gambetta, aan de pogingen der rech
terzijde van de Nationale Vergadering en aan
zoo menige hinderpaal of struikelblok, die den
president op zijnen weg tot herstel van Frank
rijks luister werden voorgeworpen.
Men moge dit nu toeschrijven daaraan, dat
het tegenwoordig bestuur te veel den wortel
der nationale sympathie mist, en men moge
daarin de voorspelling lezen, dat dit bestuur
niet gezegend voor Frankrijk kan zijn, noch
het een, noch het ander is ons gevoelen. Frank
rijk heeft een moeielijke crisis te doorstaan,
maar de aflossing der oorlogsschuld, en het
voorbijdrijven van menige wolk, die scheen te
ontaarden in eene vernielende donderbui, geeft
hoop en vertrouwen, dat de constitutioneele
republiek" in waarheid Frankrijk redden zal.
De horizont was voor dat land aan het
einde van 1872 veel helderder dan aan het
begin, en blijft Thiers getrouw aan zijn pro
gramma wordt hij gesteund door de goede
republikeinen, welkehem nu ter zijde staan, dan
kan het niet anders, of Frankrijk zal, bij een
nieuwen regeeringsvorm toch zijne plaats in
de rij van Europa's staten hernemen, die het
door den oorlog van 187071 verloren had.
Engeland huldigde eene nieuwe soort van
politiek, te weten, die van non-interventie in
den oorlog van de vorige jaren. Daardoor had
het veel verloren in de oogen der diplomatie;
maar 1872 bracht het weder een stap terug
tot zijn oude aanzien. Het bleef in zijne re
geering de liberale begrippen huldigen, en nu
moge men van conservatieve zijde verwachten,
dat de Tory's in de toekomst weder mees
ter van het gezag zullen zijn, in ons oog
hebben de Wigh's nog niet uitgediend. Daar
bij mogen wij wijzen op eene schitterende
uitkomst, die het ministerie in het afgeloopen
jaar verkregen heeft, door de vreedzame op
lossing der Alabama-questie. Albion is daar
door weder gerezen in de achting der volken
van Europa. En mogen er al andere misgre
pen van het Wigh's ministerie zijn aantewijzen,
dit eene, dat het den vrede heeft gesauveerd
is genoeg, om te hopen, dat Engelands be
stuur op denzelfden weg zal voortgaan, en
het beginsel zal handhaven, gegrift in het hart
van John BuilDieu et mon droit."
In België zwaaide de partijschap nog steeds
den heilloozen scepter, en de conservatieve partij,
of liever de ultramontanen, bleven helaasaan
het bestuur. Daarbij had het een zware finan-
ciëele ramp te meer te verduren. Toch was
de horizont aan het einde van 1872 helderder
dan aan het begin. De verkiezingen der ge
meenteraden vielen meest allen in liberalen
geest uit, en bij de werking der Belgische
grond- en gemeentewet oefent dit een grooten
invloed op den gang van 's lands zaken uit.