BUITENLAND.
op Vrijdag den 27 December 1872,
bericht, de heer Motké, die door het Gouver
nement naar Indië is gezonden om het ad
ministratiewezen aldaar te hervormen, is over
leden. Vaderland
Men schrijft uit Neuzen van 29 Dee.
Heden ochtend heeft men te Sas van Gent een
begin kunnen maken met het afschutten van
de schepen, welke sedert eenige weken aldaar
zijn opgehouden door het buitengewoon hooge
opperwater. Bereids zijn een aantal afkomende
binnenschepen hier aangekomen en grootendeels
naar hunne bestemming vertrokken.
In den avond van 11. Donderdag tusschen
8 en 9 uren zagen eenige personen, die zich
op den weg tusschen Zuidzande en Oostburg
bevonden, iemand, die hen met waggelenden
tred te gemoet kwam en hen toeriep: Ik ben
erg gewond en ga dood". Onmiddelgk daarop
viel hij dan ook geheel uitgeput neder. Een
der aanwezigen, die hem trachtte op te richten,
vroeg hem nog, waar hij gewond was, waarop
hij antwoordde »in den arm". De verdere vra
gen, als wat er eigenlijk gebeurd was, wie de
verwondingen had toegebracht enz., was hij
niet meer in staat te beantwoorden. De twee
mannen van het gezelschap, dat behalve hen
nog uit twee vrouwen bestond, waren inmid
dels vooruit gesneld op den weg in de richting
van Oostburg, vanwaar de verwonde gekomen
scheen te zijn, in de hoop van de bedrijvers
van een misdaad, waaraan natuurlijk dadelijk
gedacht werd, op het spoor te zullen komen.
Hunne pogingen bleven echter vruchteloos, al
leen meende een hunner twee personen op den
weg gezien te hebben, die zich echter dadelijk
verwijderden. Niet gelukkiger slaagden de
achtergebleven vrouwen in hun streven om den
gewonde hulp te verleenener was geen vonk
van leven meer in hem te bespeuren.
Van deze treurige ontmoeting werd dadelijk
aangifte gedaan aan den wachtmeester der
marechaussee en den rijksveldwachter te Oost
burg, en het lijk, aanvankelijk gebracht in de
herberg van de Bruijne, werd nu overgebracht
naar het raadhuis te Oostburg, alwaar bij on
derzoek moet gebleken zijn, dat den verslagene,
behalve aan den arm, met een zeer scherp mes
eene belangrijke verwonding in den rug was
toegebracht.
Toen de wachtmeester der marechaussee tot
de menigte, die zich voor de herberg verzameld
had, de vraag richtte, wie eenige inlichting om
trent het gebeurde geven kon, werd door ze
keren Isaac Timmerman geantwoord: God
doet mij spreken, Jan Willems is de dader."
Tegen dezen Jan Willems schijnen buitendien
nog vermoedens gerezen te zijn, maar niet
tegen hem alleen, ook tegen Isaac Timmerman
zelf, althans beiden zijn in hechtenis genomen
en gisteren naar het huis van Arrest te Mid
delburg overgebracht.
De overledene was een inwoner van Aarden
burg, met name J. J. Loke. (M. Ct.)
Men schrijft uit het voormalig 4e dis
trict: Te Nieuwvliet heeft in den nacht van
den 26 op den 27 dezer maand een zelfmoord
plaats gevonden van een getrouwd persoon,
onder zeer treurige omstandigheden. Overigens
komen van verschillende gemeenten berichten
in van vechtpartijen en ongeregeldheden, waar
van ook alweer het misbruik van sterken
drank de oorzaak is. Het ware te wenschen,
dat, ten minste op Christelijke feestdagen, geen
verlof tot het na politieuur openhouden van
kroegen werd gegeven, want, of men al dan
niet aan de viering dier dagen hecht, 't klinkt
toch al zeer ongerijmd, dat juist die dagen
veelal zulke noodlottige herinneringen ach
terlaten.
In den nacht van Zaterdag op Zondag
werd te 's Hage een luchtverschijnsel waarge
nomen, bestaande in een vuurbol, welke zich
in een breede streep en zeer snel door het
luchtruim bewoog en gedurende eenige seconden
de duisternis van den nacht als in daglicht
veranderde.
De sterke drank heeft zich weder in een
van zijne meest afschuwwekkende gevolgen doen
kennen.
Te Franeker namelijk vervoegde zich Zaterdag
bij den majoor der politie een klein meisje
hulp inroepende voor hare moeder, die door
het hoofd des gezins werd bedreigd met
moord. Men ging met het meisje onmiddelijk
mede en vond de vrouw huilendende en bloe
dende uit eene met een broodmes boven het
oog toegebrachte wonde. Den man, den dader,
vond men voorover zittende op een stoel; bij
trok het mes langs de keel en bracht zich
daar eene diepe wonde toezoodat een
zware bloedstroom volgde. Nadat door de po
litie geneeskundige hulp was ingeroepen, is de
man vervolgens naar het ziekenhuis overge
bracht waar hij thans in bedenkelijken toe
stand verkeert. Vroeger moet hij reeds twee
malen getracht hebben door ophanging een
einde aan zijn leven te maken.
Door de Werkinans-Vereeniging» Arnhem»
is dezer dagen opgericht een fonds ter onder
steuning van handwerkslieden, in geval deze,
door ziekte van zqven of meer achtereenvolgende
dagen, niet in staat zijn hun beroep of hui
selijke bezigheden te verrichten. Reeds zijn
een honderdtal handwerkslieden allen leden
der bovengenoemde, in den laatsteu tijd zóó in
bloei toegenomen Werkmans-Vereeniging
tot deze hoogst nuttige inrichting toegetreden,
aan welker lidmaatschap de betaling eener we-
kelijksche contributie van 5 cents en, in geval
van ziekteeen wekeljjksche uitkeering van
2,50 is verbonden.
Rechtszaken.
De Arrondissementsrechtbank te Goes, heeft den 16 Decem
ber 1872 de navolgende vonnissen uitgesproken, als in zake van
I. ZT. B. B. 43 jaar, werkvrouw te Clinge, België, defaillant,
schuldig verklaard aan het uitoefenen van de geneeskunst als
bedryf, zonder daartoe bevoegd te zijn, den verloskundigen raad
en bijstand als bedrijf te verleenen zonder dat haar hiertoe de
bevoegdheid bij de wet is toegekendgepleegd onder ver
zachtende omstandigheden, veroordeeld tot eene geldboete van
f 10,subsidiair in een cellulaire gevangenisstraf van een dag
en in de kosten van het geding, verhaalbaar bij lijfsdwang.
II. M, P. Schipperszoon, 22 jaar, geboren en wonende te
Roosendaal, beklaagd van moedwillige mishandeling, daarvan vrij
gesproken, de kosten te dragen door den Staat.
III. O. V, 19 jaar, dochter van Cornelis, arbeidster geboren
en wonende te "Westdorpe, beklaagd van eenvo idige diefstal, daar
van vrijgesproken, de kosten dragen door den Staat.
IV. J. C. 22 jaar, zoon vain Frans, timmermansknecht geboren
en wonende te Wolfaartsdijk, schuldig ^Mclaard aan gewelddadig
heden tegen een bedienend l&ambte in functie, waardoor kwet
sing is voortgebracht onder ^rzachtende omstandigheden gepleegd,
veroordeeld tot een cellulaire|jgevangenisstraf van 3 dagen en in
de kosten van het geding, desnoods invorderbaar by lij'sdwang.
V. C. L42 jaar, zoon Jjgn Jan, geboren te Ellewoutsdijk,
thans zonder vaste woonplaaUftÉ^Aroep, gedetineerd in het huis
van Arrest te Goes, schuldig aan landlooperij, door noch
vaste woonplaats noch midd^f^^Kestaan te hebben en ge«ner-
lei ambacht of beroep gwoo^HflMn uitteoefenen, gepleegd on
der verzachtende omstandig!*^oteroordeeld tot eene cellulaire
gevangenisstraf van 14 dage* en in de kosten van het geding,
desnoods te verhalen bij lijftibtang, met bevel dat hij na het
uiteinde zijne gevangenisstraf naar een bedelaarsgesticht of werk
huis zal worden overgebracht.
BENOEMINGEN EN BESLUITEN.
Bij beschikking van den Minister van Marine van
den 27 December jl.wordt de benoeming van den
heer F. J. Haman, geneesheer te Kloetinge, tot visiteur
der quarantaine te Veere, op zijn daartoe gedaan ver
zoek ingetrokken en beschouwd als niet te zijn geschied.
Benoemd tot secretaris bij den geneeskundigen raad
van Zeelanddr. J. P. herdenis van Berlekom te Mid
delburg.
KERKELIJKE ZAKEN ONDERWIJS.
Beroepen te Arnemuiden ds. T. J. Locher, predikant
te Zevenhoven (classis Leiden).
De predikant te Moerdijk, W. C. H. Koeken, die wei
gerde kinderen te doopen van ouders, die des Zon
dags werken of nering doen, is voor drie maanden ge
schorst.
Ds. J. Prins te Amsterdam, heeft Zondag jl.zijne
afscheidsrede gehouden naar aanleiding van Jen lsten
brief van Petrus, vers 24 en 25.
1873. Dit jaar behoort weder tot de
geschiedenis en is bij zijne voorgangers in den
oceaan der eeuwigheid ondergegaan. Maar wat
het gewrocht heeft, blijft duren en hoe poëtisch
dit woord moge klinken, het is maar al te waar.
De tjjdkring, die met den twaalfden klokslag
van den verloopen nacht geëindigd is, heeft
veel zien ondergaan, heeft met zijn knagenden
tand zelf medegewerkt aan de vernietiging van
veel, wat wij dachten onvergankelijk te zijn;
maar heeft ook veel in het leven geroepen
en zelf geholpen in het tot stand brengen van
menige zaak, die, althans voor het oogen-
blik een schijn van onvergankelijkheid draagt,
of die zeker meer of mindere vruchten van
zich zal werpen.
En wat er ook merkwaardigs in de stad der
uitgifte van ons blad moge voorgevallen zijn,
en welke bizonderheden de geschiedenis van
ons land moge opgeleverd hebben, ook het bui
tenland gaf veel, wat een terugblik waardig
is. De wereldgeschiedenis is het wereldgericht
die spreuk voor oogen hebbende, kan men niet
onverschillig zijn voor hetgeen buiten de grenzen
van Nederland gebeurt; want moge het meer
in kleineren kriug opgemerkt worden, ook in
grootere uitgestrektheid is en blijft het waar,
dat iedere^orzaak hare gevolgen heeft, en soms
de nietige gebeurtenissen de gewichtigste uit
werkingen hebben.
Terwijl het dan ons voornemen is, om in
de eerstvolgende nummers, nader het oog te
slaan op hetgeen in den gesloten jaarkring op
het toneel van het Buitenland voorviel
en de gevolgtrekkingen, die wij uit den loop
der gebeurtenissen maakten, onzen lezers mede
te deelen, konden wij niet nalaten, in dit eerste
nummer, dat in het nieuwe jaar verschijnt, een
inleidend woord tot een algemeen overzicht van
de laatst verloopen twaalf maanden te geven, ten
einde de vraag te doen overwegen, of de horizont
thans helderder is, dan toen wjj voor het eerst het
jaartal 1873 ter nederschreven.
In ons werelddeel werd de vrede bewaard,
en wij zijn daar dankbaar voor; maar of die
vrede ook iu zijne fijnere opvatting bestaat, moet
voor het minst betwijfeld wordeD. Het keizers-
congres te Berlijn, hoe schoon in schijn, gaf
maar al te zeer reden tot vrees en bekom
mering; meermalen toch ging de handdruk
der vorsten vooraf aan den noodlottigen kreet
Oorlog! De Fransche republiek, hoewel meer
en meer bevestigd door de energie en
het helder verstand van den President, had
toch te worstelen, veel te worstelen met
partijdrift. Zelfs was in de laatste weken de
vrees niet ongegrond voor eene ernstige crisis.
Gelukkig, dat Thiers tusschen de partijen wist
door te komenmaar daarom zwijgen de Bo-
napartisten, Orleanisten, Legitimisten niet, en
stellen deze zich in meer of minder vijandige
houding tegenover de republikeinen. België
had eene nieuwe finaneiëele ramp te door
staan, nog gezwegen van de verdeeldheid,
die daar op staatkundig gebied heerschte. En
geland gevoelde maar al te zeer den invloed
van een verkeerd begrip van verdeeling tusschen
arbeid en kapitaalwerkstakingen waren er
aan de orde van den dag en daardoor ging
veel goeds verloren, wat anders in een land
van handel en nijverheid bij uitnemendheid
ruimschoots kon genoten worden.
Zoo zouden wij nu reeds kunnen voortgaan,
doch, zooals wij opmerkten, het is ons plan,
om meer gedetailleerd een blik op ieder land
afzonderlijk te werpen en daarom eindigen
wij voor ditmaal.
OPENBARE VERGADERING
VAN DEN
RAAD der OEDIEEKTE ROES,
des avonds ten 7£ ure.
Voorzitter de heer tnr. M. P. Blaaubeen.
Tegenwoordig 11 leden en de secretaris. Afwezig
met kennisgeving, de heeren G. H. Kakebeeke en
mr. A. B. M. Hanlo, wegens verblijf buiten de
gemeente.
I. De notulen der vergadering van den 3 Decem
ber jl. worden gelezen en goedgekeurd.
II. De Voorzitter doet de volgende mededeelin-
gen, die, zooveel noodig met goedkeuring, voor no
tificatie worden aangenomen.
a. dat van Gedeputeerde Staten goedgekeurd terug
ontvangen is de rekening van inkomsten en uitgaven
der gemeente over 1871
b. dat het huis ia de Korte Vosstraat, den 17
December jl. in het openbaar is verkocht aan den
heer B. van Asperen Vervenne, voor 1570;
c. dat het huis op het Ravelijn, den 4 Dec. jl.
voor afbraak verkocht, heeft opgebracht 270;
d. dat de koopsom der boomen, die gerooid wor
den, bedraagt 6362;
e. dat omtrent de aanwending dier sommen be
nevens van de reeds ontvangen of nog te ontvangen
koopsommen straks een voorstel zal worden gedaan
dat burg. en weth. den tijdelijken hulponder
wijzer aan de school der le klasse, A. W. Swart,
op diens verzoek tegen 1 Januari a. s. eervol hebben
ontheven van de verdere waarneming diev betrekking;
g. dat aan Maria Pattenier op haar verzoek een
eervol ontslag is verleend als le helpster aan de
bewaarschool, voor min- en onvermogeuden, zulks
tegen den 1 Januari a. s.en dat met ingang van
dat tijdstip zijn benoemd:
tot eerste helpster Francina Bal thans 2e helpster,
tweede Jaeoba Ta venier 3e
h derde Cornelia Wessel le kweekei.
n eerste kweekei. Johanna Sterk 2e
tweede H Johanna Risseeuw 3e
derde n Sara Keersemaker,
vierde Johanna Petronella Schouwenburg;
h. dat van de directie der leenbank bericht is
ontvangen, dat het vermoedelijk tekort op het kapi
taal dier instelling over 1872 zal bedragen negen
tig gulden
i. dat het schiftelijk examen voor de betrekking
van hoofdonderwijzer aan de school der le klasse,
heden wordt gehouden, waartoe zijn opgekomen 17
aspiranten, terwijl het mondeling en practisch-examen